Regeling vervallen per 22-07-2013

Verordening speelautomatenhallen gemeente Uden

Geldend van 01-07-2001 t/m 21-07-2013

Intitulé

Verordening speelautomatenhallen gemeente Uden

Verordening speelautomatenhallen Uden

De Raad van de gemeente Uden;

gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 10 april 2001;

gelet op de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht;

b e s l u i t

vast te stellen de

Artikel 1. Begripsbepalingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de wet : de Wet op de Kansspelen;

  • b.

    speelautomatenbesluit : KB van 24 november 1986 (Stb. 589);

  • c.

    speelautomaat : een toestel, ingericht voor de beoefening van een spel, dat bestaat uit een door de speler in werking gesteld mechanisch, elektrisch of elektronisch proces, waarbij het resultaat kan leiden tot de middellijk of onmiddellijke uitkering van prijzen of premies, daaronder begrepen het recht om gratis verder te spelen;

  • d.

    behendigheidsautomaat : een speelautomaat waarvan:

    • 1.

      het spelresultaat uitsluitend kan leiden tot een verlengde speelduur of het recht op gratis spellen, en

    • 2.

      het proces dat, ook nadat het in werking is gesteld, door de speler kan worden beïnvloed en het geheel of vrijwel geheel van zijn inzicht en behendigheid bij het gebruik van de daartoe geboden middelen afhangt of en in welke mate de speelduur verlengd of het recht op gratis spellen verkregen wordt;

  • e.

    kansspelautomaat : een speelautomaat die geen behendigheidsautomaat is;

  • f.

    speelautomatenhal : een inrichting, bestemd om het publiek gelegenheid te geven een spel door middel van speelautomaten te beoefenen, als bedoeld in artikel 30c, eerste lid onder c van de wet;

  • g.

    ondernemer : de natuurlijke of rechtspersoon die een inrichting exploiteert, als bedoeld in artikel 30c, eerste lid 1 onder c van de wet;

  • h.

    beheerder : degene die met het dagelijks toezicht en de onmiddellijke leiding in een inrichting als bedoeld in artikel 30c, eerste lid onder c van de wet is belast;

  • i.

    openbare weg : alle voor het openbaar rij- en ander verkeer openstaande wegen of paden, daaronder begrepen de daarin gelegen bruggen en duikers, de tot die wegen of paden behorende bermen en zijkanten, alsmede kampeerplaatsen en de aan de wegen of paden liggende en als zodanig aangeduide parkeerterreinen;

  • j.

    inrichting : een inrichting als bedoeld in artikel 30c, eerste lid, sub a en b van de wet.

Artikel 2. Vergunningsvereiste

  • 1.

    Het is verboden zonder vergunning van de burgemeester een speelautomatenhal te vestigen of te exploiteren.

  • 2.

    De burgemeester kan voor maximaal twee speelautomatenhallen voor het vestigen of exploiteren vergunning verlenen.

Artikel 3. Vergunningsaanvraag

De ondernemer dient de vergunning aan te vragen onder overlegging van:

  • a.

    een nauwkeurige beschrijving van de inrichting waarbij is opgenomen de oppervlakte daarvan alsmede een plattegrond waarin is aangegeven op welke plaats in de speelautomatenhal en in welk aantal kansspelen/of behendigheidsautomaten worden opgesteld;

  • b.

    een bewijs van inschrijving bij de Kamer van Koophandel en Fabrieken;

  • c.

    een verklaring waaruit blijkt dat hij gerechtigd is over de ruimte te beschikken;

  • d.

    een verklaring omtrent het gedrag:

    • -

      van de ondernemer dan wel, indien de ondernemer een rechtspersoon is, van degene(n) die de onderneming krachtens de (eventueel bij te voegen) statuten vertegenwoordigt(en) en

    • -

      van de beheerder(s);

  • e.

    een door onze minister aan te wijzen bewijsstuk van een instelling op het gebied van de verslavingszorg, waaruit blijkt dat de bedrijfsleider(s) en de beheerder(s) beschikken over voldoende kennis en inzicht met betrekking tot het gebruik van speelautomaten en de daaraan verbonden risico’s van gokverslaving.

Artikel 4. Beslistermijn

De burgemeester beslist binnen twaalf weken na de datum waarop hij de aanvraag met bijbehorende bescheiden heeft ontvangen. De beslissing kan eenmaal voor ten hoogste twaalf weken worden verdaagd.

Artikel 5. Vergunning

  • 1.

    De vergunning kan uitsluitend worden gesteld ten name van de ondernemer en is niet overdraagbaar.

  • 2.

    In de vergunning wordt de naam van de beheerder vermeld.

  • 3.

    Aan de vergunning worden voorschriften en beperkingen verbonden.

    Deze hebben in elk geval betrekking op:

    • a.

      de sluitingstijden van de speelautomatenhal;

    • b.

      het toezicht in de speelautomatenhal;

    • c.

      het aantal en type te plaatsen speelautomaten:

      • -

        in de inrichting Markt 18-20a te Uden mogen ten hoogste 53 speelautomaten staan;

      • -

        in de inrichting Lieve Vrouwenplein 5 te Uden mogen ten hoogste 45 speelautomaten staan;

    • d.

      de exploitatie van de hal.

  • 4.

    De in het derde lid, onder a, bedoelde sluitingstijden kunnen afwijken van die welke ten aanzien van horeca-inrichtingen en daarmee gelijkgestelde inrichtingen in het algemeen krachtens de Algemene plaatselijke verordening Uden.

Artikel 6. Weigering vergunning

  • 1.

    De vergunning wordt geweigerd indien:

    • a.

      het maximaal aantal af te geven vergunningen voor speelautomatenhallen is verleend;

    • b.

      de speelautomatenhal niet uitsluitend rechtstreeks vanaf de openbare weg voor het publiek toegankelijk is;

    • c.

      de beheerder(s) de leeftijd van 25 jaar nog niet heeft (hebben) bereikt;

    • d.

      de ondernemer of de beheerder(s) onder curatele staat (staan) of bewind is ingesteld over één of meer aan hen toebehorende goederen, als bedoeld in Boek 1, titel 19, van het Burgerlijk Wetboek;

    • e.

      door de aanwezigheid van de speelautomatenhal naar het oordeel van de burgemeester de leef- en woonsituatie in de naaste omgeving of het karakter van de winkelstraat/winkelbuurt op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed;

    • f.

      de exploitatie of vestiging van de speelautomatenhal strijd oplevert met het geldende bestemmingsplan, dan wel een stadsvernieuwingsplan c.q. leefmilieuverordening in de zin van de Wet op de stads- en dorpsvernieuwing.

  • 2.

    De burgemeester kan ontheffing verlenen van het leeftijdvereiste, gesteld in het vorige lid, onder c.

Artikel 7. Wijziging beheerder/vervallen vergunning

  • 1.

    Indien een overeenkomstig artikel 5, tweede lid, in de vergunning vermelde beheerder de hoedanigheid van beheerder heeft verloren, dient de ondernemer onder overlegging van de in artikel 3, onder d, genoemde bescheiden een nieuwe vergunning aan te vragen binnen twee weken nadat de in artikel 3 bedoelde verklaring omtrent het gedrag aan hem is verzonden.

  • 2.

    De vergunning vervalt indien de beslissing op een aanvraag voor een nieuwe vergunning voor het vestigen dan wel exploiteren van een speelautomatenhal in hetzelfde pand onherroepelijk is geworden dan wel indien geen aanvraag is ingediend binnen zes maanden na het verlies van de hoedanigheid als bedoeld in het eerste lid.

Artikel 8. Intrekken van de vergunning

De burgemeester kan de vergunning intrekken:

  • a.

    indien blijkt dat de vergunning ten gevolge van een onjuiste of onvolledige opgave is verleend;

  • b.

    indien de omstandigheden of inzichten op grond waarvan de vergunning is afgegeven zodanig zijn gewijzigd dat een situatie is ontstaan als bedoeld in artikel 6, onder e;

  • c.

    indien gehandeld wordt in strijd met aan de vergunning verbonden voorschriften en beperkingen;

  • d.

    indien de exploitatie van een speelautomatenhal voor een periode van langer dan zes maanden wordt onderbroken.

Artikel 9. Wijziging ondernemer

  • 1.

    Indien een ondernemer komt te overlijden dient, indien voortzetting van de exploitatie wordt beoogd, binnen twaalf weken een nieuwe vergunning te worden aangevraagd.

  • 2.

    In alle andere gevallen van wisseling van ondernemer dient binnen vier weken na overname van de speelautomatenhal een nieuwe vergunning te worden aangevraagd.

  • 3.

    Zolang op een tijdig ingediende aanvrage niet is beslist is voortzetting van de exploitatie toegestaan, met inachtneming van de voorschriften en beperkingen, verbonden aan de van rechtswege vervallen vergunning.

Artikel 10. Overgangsbepaling

  • 1.

    Een vergunning tot het vestigen of exploiteren van een speelautomatenhal welke is verleend voor de inwerkingtreding van deze verordening blijft tot de expiratiedatum van kracht, tenzij deze eerder komt te vervallen dan wel eerder wordt ingetrokken op grond van het bepaalde in deze verordening.

  • 2.

    Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om een vergunning is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding nog niet op deze aanvraag is beslist, wordt daarop onderhavige verordening toegepast.

Artikel 11. Strafbepaling

Overtreding van artikel 2 van deze verordening en van de krachtens dit artikel gegeven voorschriften wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of een geldboete van de tweede categorie.

Artikel 12. Binnentredingsbepaling

De opsporing van de in artikel 16 strafbaar gestelde feiten is, behalve aan de in artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering genoemde opsporingsambtenaren, opgedragen aan de opsporingsambtenaren die door het College van burgemeester en wethouders met de zorg voor de opsporing van strafbare feiten op grond van deze verordening zijn belast, ieder voorzover het de feiten betreft die in de aanwijzing zijn vermeld.

Artikel 13. Intrekking vroegere regeling

De oude Verordening speelautomatenhallen Uden 1988 wordt ingetrokken.

Artikel 14. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na die van de bekendmaking.

Ondertekening

Vastgesteld in de openbare vergadering van 17 mei 2001.
De Raad voornoemd
de secretaris de voorzitter
Verordening speelautomatenhallen Uden