Regeling vervallen per 10-05-2018

Verordening commissie bezwaarschriften 2015

Geldend van 19-10-2017 t/m 09-05-2018

Intitulé

Verordening commissie bezwaarschriften 2015

VERORDENING COMMISSIE BEZWAARSCHRIFTEN 2015

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    verwerend orgaan: bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen;

  • b.

    commissie: de commissie bezwaarschriften als bedoeld in artikel 7:13 en artikel 9:14 van de Awb;

  • c.

    Awb: Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 2. Inleidende bepaling commissie

  • 1. Er is een commissie die hoort en adviseert ter voorbereiding van de beslissing op bezwaren tegen besluiten van de raad, het college en de burgemeester.

  • 2. De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen:

    • a.

      besluiten die betrekking hebben op een wettelijk voorschrift inzake belastingen of de Wet waardering onroerende zaken;

    • b.

      besluiten die betrekking hebben op door het college bij afzonderlijk besluit daartoe aangewezen bepaalde gevallen.

Artikel 3. Zienswijzen

Een bestuursorgaan kan zienswijzen tegen een voorgenomen besluit om advies voorleggen aan de Commissie.

Artikel 4. Samenstelling van de commissie

  • 1. De commissie bestaat uit vijf leden, inclusief de voorzitter, en drie plaatsvervangende leden.

  • 2. De voorzitter en de (plaatsvervangende) leden worden door het college benoemd, geschorst en ontslagen.

  • 3. De commissie regelt de vervanging van de voorzitter.

  • 4. De voorzitter en de (plaatsvervangende) leden maken geen deel uit van of zijn niet werkzaam onder verantwoordelijkheid van een bestuursorgaan van de gemeente Uitgeest.

Artikel 5. Secretaris

  • 1. De secretaris van de commissie is een door het college aangewezen ambtenaar.

  • 2. Het college kan tevens een of meer plaatsvervangers van de secretaris aanwijzen.

Artikel 6. Zittingsduur

  • 1. De voorzitter en de (plaatsvervangende) leden van de commissie treden af op de dag van het aftreden van de raad.

  • 2. De voorzitter en de (plaatsvervangende) leden van de commissie kunnen op elk moment ontslag nemen.

  • 3. De aftredende of ontslag nemende voorzitter of (plaatsvervangende) leden van de commissie blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.

Artikel 7. Ingediend bezwaarschrift

  • 1. Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.

  • 2. Het bezwaarschrift met de daarbij overgelegde stukken wordt zo spoedig mogelijk in handen van de commissie gesteld.

Artikel 8. Uitoefening bevoegdheden

De bevoegdheden ingevolge de hierna genoemde artikelen van de Awb worden voor de toepassing van deze verordening uitgeoefend door de voorzitter van de commissie:

  • a.

    artikel 2:1, tweede lid;

  • b.

    artikel 6:6, wat betreft het de indiener stellen van een termijn;

  • c.

    artikel 6:17, voor zover het de verzending van stukken betreft tijdens de behandeling door de commissie;

  • d.

    artikel 7:3;

  • e.

    artikel 7:4, tweede lid;

  • f.

    artikel 7:6, vierde lid.

Artikel 9. Verstrekking stukken

Het bestuursorgaan dat het primaire besluit heeft genomen overlegt aan de commissie alle op het bezwaarschrift betrekking hebbende stukken.

Artikel 10. Vooronderzoek

  • 1. De voorzitter van de commissie is bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.

  • 2. De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en dezen zo nodig uitnodigen daartoe op de hoorzitting te verschijnen.

    Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van het college vereist.

Artikel 11. Hoorzitting

  • 1. De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de belanghebbenden en het verwerend orgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen.

  • 2. Indien de voorzitter op grond van artikel 7:3, tweede lid, van de Awb besluit af te zien van het horen, doet hij daarvan mededeling aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan.

Artikel 12. Uitnodiging zitting

  • 1. De voorzitter nodigt de belanghebbenden en het verwerend orgaan ten minste twee weken voor de zitting schriftelijk uit.

  • 2. Binnen drie werkdagen na het versturen van de uitnodiging kunnen de belanghebbenden of het verwerend orgaan onder opgaaf van redenen de voorzitter verzoeken het tijdstip van de zitting te wijzigen.

  • 3. De beslissing van de voorzitter op dit verzoek wordt uiterlijk één week voor het tijdstip van de zitting aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan meegedeeld.

  • 4. De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen die genoemd zijn in het eerste tot en met het derde lid.

Artikel 13. Quorum

Voor het houden van een zitting is vereist dat de meerderheid van het aantal leden, onder wie in elk geval de voorzitter, of zijn plaatsvervanger, aanwezig is.

Artikel 14. Niet-deelneming aan de behandeling

De voorzitter en de (plaatsvervangend) leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn.

Artikel 15. Openbaarheid zitting

  • 1. De zitting van de commissie is openbaar.

  • 2. De deuren worden gesloten indien de voorzitter van de commissie of een van de aanwezige (plaatsvervangende) leden het nodig oordeelt of indien een belanghebbende daartoe een verzoek doet.

  • 3. Indien de commissie vervolgens beslist dat gewichtige redenen aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de zitting verzetten, vindt de zitting plaats achter gesloten deuren.

Artikel 16. Schriftelijke verslaglegging

  • 1. Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de Awb vermeldt de namen van de aanwezigen en hun hoedanigheid.

  • 2. Het verslag maakt onderdeel uit van het advies als bedoeld in artikel 18 en houdt een zakelijke weergave in van wat over en weer is gezegd en wat verder ter zitting is voorgevallen.

  • 3. Indien de zitting geheel of gedeeltelijk achter gesloten deuren plaatsvond, of indien belanghebbenden, respectievelijk hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt het verslag hiervan melding.

  • 4. Het verslag verwijst naar de op de zitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag kunnen worden gehecht.

Artikel 17. Nader onderzoek

  • 1. Indien na afloop van de zitting maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de voorzitter uit eigen beweging of op verlangen van de andere (plaatsvervangende) commissieleden dit onderzoek houden of hierom verzoeken bij het verwerend orgaan.

  • 2. De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de (plaatsvervangende) leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden toegezonden.

  • 3. De (plaatsvervangende) leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de nadere informatie aan de voorzitter van de commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De voorzitter beslist omtrent een dergelijk verzoek.

  • 4. Op een nieuwe hoorzitting, als bedoeld in derde lid, zijn de bepalingen in deze verordening die betrekking hebben op de hoorzitting, zo veel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 18. Raadkamer en advies

  • 1. De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door haar aan het verwerend orgaan uit te brengen advies.

  • 2. De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

  • 3. Indien bij een stemming de stemmen staken, beslist de stem van de voorzitter.

  • 4. Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt indien die minderheid dat verlangt.

  • 5. Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 6. Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris van de commissie ondertekend.

Artikel 19. Uitbrengen advies

Het advies wordt, onder medezending van eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie, uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

Artikel 20. Jaarverslag

De commissie brengt jaarlijks aan de bestuursorganen van de gemeente verslag uit van haar werkzaamheden in het voorafgaande kalenderjaar.

Artikel 21. Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die waarop zij bekend is gemaakt.

  • 2. De ‘Verordening behandeling bezwaar- en beroepschriften’, vastgesteld bij raadsbesluit van 29 januari 1987 en laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 25 juni 2009 wordt per gelijke datum ingetrokken.

  • 3. Bezwaarschriften waarover op datum van inwerkingtreding van deze verordening nog geen hoorzitting is gehouden, worden afgehandeld in overeenstemming met deze verordening.

Artikel 22. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: “Verordening commissie bezwaarschriften 2015”.