Regeling vervallen per 01-07-2007

Beleidsregels ten behoeve van de beoordeling van aanvragen voor ontheffingen van de Milieuzone

Geldend van 01-07-2007 t/m 30-06-2007

Beleidsregels ten behoeve van de beoordeling van aanvragen voor ontheffingen van de Milieuzone.

(besluit van b. en w. van 20 maart 2007)

Burgemeester en wethouders van Utrecht;

gelet op artikel 9 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) en op grond van artikel 87 juncto 62 van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens;

Besluiten

vast te stellen de volgende

BELEIDSREGELS ten behoeve van de beoordeling van aanvragen voor ontheffingen van de Milieuzone.

Artikel 1 Omschrijving van begrippen

In deze beleidsregels gelden –overeenkomstig het Convenant Stimulering Schone Vrachtauto’s en Milieuzonering- de volgende omschrijvingen van gebruikte begrippen:

  • a.

    Bijzonder voertuig: het kraanvoertuig/de kraanwagen, de betonmixer/de betonpomp, de betonmolen, de brandweerwagen, de reinigingswagen, de hoogwerker, de gepantserde voertuigen, de winkelauto’s en de zuigwagen/de kolkenzuiger, steeds in de zin van het Besluit van 16 juni 1994, houdende uitvoering van de Wegenverkeerswet, Staatsblad 1994, 450, zoals laatstelijk gewijzigd bij Staatsblad 2006, 69 (Voertuigreglement), en/of in de zin van www.cbs.nl, alsmede het voertuig dat als zodanig door de Stuurgroep Stimulering Schone Vrachtauto’s en Milieuzonering wordt aangewezen;

  • b.

    Euronorm 2: de norm voor voertuigen die voldoen aan Richtlijn 88/77/EG van de Raad van 3 december 1987 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten met betrekking tot de maatregelen die moeten worden genomen tegen de emissie van gasvormige verontreinigingen door dieselmotoren, bestemd voor het aandrijven van voertuigen (PublicatieBlad 1988, L 0360, zoals gewijzigd door de Richtlijnen 91/542/EEG (PublicatieBlad 1991, L295) en 96/1/EG (PublicatieBlad 1996, L 040), van bijlage I bij die richtlijn, welke richtlijn op grond van artikel 10 van de hierna genoemde Richtlijn 2005/55/EG met ingang van 9 november 2006 is ingetrokken;

  • c.

    Euronorm 3: de norm voor voertuigen die voldoen aan Richtlijn 2005/55/EG van het Europees Parlement en de Raad van 28 september 2005 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten met betrekking tot maatregelen tegen de emissie van verontreinigende gassen en deeltjes door voertuigmotoren met compressieontsteking (PublicatieBlad 2005, L 275), in het bijzonder aan de grenswaarden in rij A van de tabellen in punt 6.2.1 van bijlage I bij die richtlijn;

  • d.

    Euronorm 4: de norm voor voertuigen die voldoen aan Richtlijn 2005/55/EG van het Europees Parlement en de Raad van 28 september 2005 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten met betrekking tot maatregelen tegen de emissie van verontreinigende gassen en deeltjes door voertuigmotoren met compressieontsteking (PublicatieBlad 2005, L 275), in het bijzonder aan de grenswaarden in rij B1 van de tabellen in punt 6.2.1 van bijlage I bij die richtlijn;

  • e.

    Gecertificeerd roetfilter: de technische voorziening ten behoeve van de reductie van fijnstofuitstoot die voldoet aan de criteria zoals geformuleerd in de Subsidieregeling Gecertificeerde Roetfilters, alsmede aan de eisen die in het kader van de Certificering van Roetfilters worden gesteld;

  • f.

    de Subsidieregeling Gecertificeerde Roetfilters: een landelijke subsidieregeling, in de zin van titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht, waaruit de kosten die zijn gemoeid met het achteraf aanbrengen van een gecertificeerd roetfilter bij een vrachtauto (geheel dan wel ten dele) worden gecompenseerd.

Artikel 2 Criteria langdurige ontheffingen milieuzone vanaf 1 juli 2007

In de milieuzone worden vanaf 1 juli 2007 geen vrachtauto’s toegelaten, met uitzondering van vrachtauto's,

  • a.

    waarvan de motor minimaal voldoet aan Euronorm 4,

  • b.

    waarvan de motor minimaal voldoet aan Euronorm 2 of 3, en

    • I.

      die zijn uitgerust met een gecertificeerd roetfilter, of

    • II.

      waarvoor geen gecertificeerd roetfilter beschikbaar is, of

    • III.

      waarvoor een gecertificeerd roetfilter beschikbaar is maar minder dan vijf maanden zijn verstreken sinds de afgifte van de typegoedkeuring voor dit type roetfilter.

  • c.

    die moeten worden aangemerkt als bijzonder voertuig. Daarbij geldt vanaf 1 juli 2008 wel de voorwaarde dat het voertuig niet ouder mag zijn dan dertien jaar, te rekenen vanaf de datum van de eerste tenaamstelling bij de Dienst Wegverkeer.

Artikel 3 Criteria langdurige ontheffingen milieuzone vanaf 1 januari 2010

In de milieuzone worden vanaf 1 januari 2010 geen vrachtauto’s toegelaten, met uitzondering van vrachtauto's,

  • a.

    waarvan de motor minimaal voldoet aan Euronorm 4,

  • b.

    waarvan de motor voldoet aan Euronorm 3 en te rekenen vanaf de datum van eerste tenaamstelling bij de Dienst Wegverkeer niet meer dan acht jaar zijn verstreken, en

    • I.

      die zijn uitgerust met een gecertificeerd roetfilter, of

    • II.

      waarvoor geen gecertificeerd roetfilter beschikbaar is, of

    • III.

      waarvoor een gecertificeerd roetfilter beschikbaar is maar minder dan vijf maanden zijn verstreken sinds de afgifte van de typegoedkeuring voor dit type roetfilter.

  • c.

    die moeten worden aangemerkt als bijzonder voertuig. Daarbij geldt vanaf 1 januari 2010 wel de voorwaarde dat het voertuig niet ouder mag zijn dan dertien jaar, te rekenen vanaf de datum van eerste tenaamstelling bij de Dienst Wegverkeer.

Artikel 4 Criteria langdurige ontheffingen milieuzone vanaf 1 juli 2013

In de milieuzone worden vanaf 1 juli 2013 geen vrachtauto’s toegelaten, met uitzondering van vrachtauto's,

  • a.

    waarvan de motor minimaal voldoet aan Euronorm 4,

  • b.

    die moeten worden aangemerkt als bijzonder voertuig. Daarbij geldt vanaf 1 juli 2013 wel de voorwaarde dat het voertuig niet ouder mag zijn dan dertien jaar, te rekenen vanaf de datum van eerste tenaamstelling bij de Dienst Wegverkeer.

Artikel 5 Aanvraag en afgifte van de langlopende ontheffingen

De voertuigen die voldoen aan het bepaalde in artikel 2, 3 en 4 krijgen een langlopende ontheffing. Voor deze ontheffing hoeft geen aanvraag te worden ingediend. Er wordt dus ambtshalve en kosteloos ontheffing verleend aan deze voertuigen. De ontheffing is geldig voor een periode, overeenkomend met de periode waarin het betreffende voertuig voldoet aan het bepaalde in artikel 2, 3 en 4. Het verlenen van langlopende ontheffingen zoals genoemd in dit artikel is gemandateerd aan de algemeen directeur van SenterNovem.

Artikel 6 Incidentele ontheffingen

Vrachtauto’s die niet aan de in artikel 2, 3 en 4 opgenomen criteria voldoen, kunnen op aanvraag in aanmerking komen voor een dagontheffing. Deze dagontheffing wordt zonder verdere beperkingen verstrekt, na betaling van leges en na opgaaf van het kenteken van de betreffende vrachtauto.

Het beslissen op ontheffingsaanvragen zoals genoemd in dit artikel is gemandateerd aan de directeur van Stadswerken.

Artikel 7 Verhuisauto's en exceptioneel transport

Indien een voertuig niet voldoet aan de eisen zoals geformuleerd in artikel 2, 3 en 4, komt het betreffende voertuig in de volgende gevallen in aanmerking voor een kostenloze incidentele ontheffing, na opgaaf van het kenteken van de betreffende vrachtauto:

  • -

    Als het bedrijf dat eigenaar is van het voertuig een verhuisbedrijf is. Dit dient te worden aangetoond met een uittreksel van het Handelsregister van de Kamer van Koophandel, waaruit blijkt dat het bedrijf behoort tot subklasse 60241 (Verhuisvervoer) in de Bedrijfsindeling kamers van koophandel (BIK), of tot subklasse 6024.1 (Verhuisvervoer) in de Standaard Bedrijfsindeling 1993 (SBI '93).

  • -

    Als voor het betreffende voertuig ook een ontheffing voor exceptioneel transport kan worden overlegd, geldig voor wegen binnen de milieuzone en op de dag(en) waarop toegang tot de milieuzone wordt gevraagd.

Vanaf 1 juli 2008 geldt hierbij als aanvullende voorwaarde dat de datum eerste toelating van het voertuig, waarvoor ontheffing wordt aangevraagd, niet meer dan 156 maanden ligt vóór de datum waarop toegang tot de milieuzone wordt gevraagd. Het gaat om de datum eerste toelating zoals vermeld op het kentekenbewijs.

Het beslissen op ontheffingsaanvragen zoals genoemd in dit artikel is gemandateerd aan de directeur van Stadswerken.

Artikel 8 Intrekken van de ontheffing

De ontheffing kan worden ingetrokken indien ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt.

Artikel 9 Inwerkingtreding

Dit Reglement treedt in werking op 1 juli 2007.

Artikel 10 Citeertitel

Dit besluit kan worden aangehaald als: Reglement ontheffingen milieuzone 2007.

Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van 20 maart 2007.

De secretaris, De burgemeester,

J.Schuilenburg, loco-secretaris Mr. A.H. Brouwer-Korf

Bekendmaking is geschied op 23 mei 2007.

Deze beleidsregels zijn in werking getreden op 1 juli 2007.