Regeling vervallen per 01-10-2006

Verordening kostenvergoeding wethouders

Geldend van 01-10-2006 t/m 30-09-2006 met terugwerkende kracht vanaf 16-03-2006

Intitulé

Verordening kostenvergoeding wethouders

Artikel 0 Dit artikel moet nog worden gesplitst

Verordening kostenvergoeding wethouders

(raadsbesluit van 1 april 2004).

De raad van de gemeente Utrecht gelet op het voorstel van b. en w. d.d. 16 maart 2004

Besluit

vast te stellen de volgende

VERORDENING kostenvergoeding wethouders.

Hoofdstuk I

Algemene bepalingen

Artikel 1

1.Deze verordening is van toepassing op degene die ingevolge artikel 35

van de Gemeentewet door de raad is benoemd tot wethouder.

2.Op diegene, die langer dan een maand, tijdelijk met de waarneming van het wethouderschap is belast krachtens artikel 51 van de Gemeentewet, is deze verordening eveneens van toepassing.

Hoofdstuk II

Artikel 2

De wethouder heeft aanspraak op een tegemoetkoming in de kosten van het woon-werkverkeer, voor zover geen gebruik wordt gemaakt van het door de gemeente verzorgde vervoer, met dien verstande dat

  • a.

    geen tegemoetkoming wordt verstrekt indien de afstand tussen de woning en werkplek van de wethouder tien kilometer of minder bedraagt;

  • b.

    de tegemoetkoming wordt gesteld op het maximumbedrag, zoals is vastgesteld bij of krachtens het Verplaatsingskostenbelsuit 1989 (Stbl. 24).

Artikel 3

1.Naast de tegemoetkoming zoals bedoeld in artikel 2 heeft de wethouder aanspraak op vergoeding gemaakt voor reiskosten terzake van andere dan de in artikel 2 bedoelde reizen, ten behoeve van de

gemeente gemaakt, met dien verstande dat voor gebruik van een eigen motorrijtuig de hoogte van de vergoeding wordt gesteld op het maximumbedrag zoals is vastgesteld bij of krachtens het Reisbesluit 1971 (Stbl. 1970, nr. 602).

2.De wethouder heeft aanspraak op een vergoeding van de werkelijk gemaakte verblijfkosten in verband met de reizen bedoeld in het vorige lid.

Overige kosten

Artikel 4

  • 1.

    Wethouders ontvangen een vergoeding voor overige kosten tot het maximumbedrag genoemd in artikel 25 van het Rechtspositiebesluit wethouders.

  • 2.

    De hoogte van de in het eerste lid bedoelde vergoeding is gesteld op het door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksaangelegen heden vast te stellen bedrag.

Artikel 5

  • 1.

    De vergoeding zoals bedoeld in artikel 4 wordt over een maand, zonodig naar evenredigheid voor het gedeelte dat het wethouderschap heeft geduurd ebrekend en in maandelijkse termijnen betaald.

  • 2.

    De vergoedingen, zoals bedoeld in de artikelen 2 en 3 van deze verordening, worden op basis van declaratie betaalbaar gesteld.

Hoofdstuk III

Slotbepaling

Artikel 6

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag van haar vaststelling en kan worden aangehaald als: Verordening kostenvergoeding wethouders

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad, gehouden op

1 april

De griffier, De burgemeester,

Drs. A.A.H. Smits Mr. A.H. Brouwer-Korf

Bekendmaking heeft plaatsgevonden op 14 april 2004. Dit besluit is in werking getreden op 1 april 2004.