Verordening U-pas

Artikel 0 Dit artikel moet nog worden gesplitst

VerordeningU-pas

(raadsbesluit van 29 juni 2000)

De raad der gemeente Utrecht gelet op het voorstel van b. en w. d.d. 29 mei 2000

Besluit

vast te stellen de volgende:

VERORDENING U-pas

Artikel 1 Definities en begrippen

Deze verordening verstaat onder

• -

  inwoner: de persoon die is ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie (GBA) vanUtrecht;

• -

  meerderjarig: de inwoner die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is;

• -

  aanvrager: de persoon die voor zichzelf, zijn partner of zijn rninderiarige kinderen een U-pas aanvraagt;

• -

  U-pas: een door of namens de gemeente Utrecht verstrekt document op vertoon waarvan de pashouder recht heeft op reductie van de prijs van deelname aan rnaatschappelijke, recreatieve, sociale of culturele activiteiten, die door de gemeente Utrecht of derden, die daartoe een overeenkomst met de gemeente Utrecht hebben gesloten, worden georganiseerd;

• -

  pashouder: de inwoner aan wie een U-pas is verstrekt;

• -

  inkomen: bruto-inkomen (vermeerderd met overhevelingstoesiag en vakantietoeslag) uit arbeid, uitkeringen uit sociale verzekeringen of voorzieningen, pensioenen en lijfrenten of winst uit onderneming.

Artikel 2 Het recht op een U-pas

• 1.

  Met inachtneming van de overige bepalingen komt voor een U-pas in aanmerking:

  • a.

    de alleenstaande meerderiarige inwoner met een inkomen lager dan NLG. 2.750,00 per maand (NLG 33.000,00 per jaar);

  • b.

    de alleenstaande meerderjarige ouder met een inkomen lager dan

NLG 3.125,00 per maand (NLG 37.500,00 per jaar);

c.de gehuwde of samenwonende met een inkomen lager dan

NLG 3.125,00 per maand (NLG 37.500,00 per jaar);

• d.

  de rneerderjarige inwoner die ter verzorging of verpleging in een inrichting verblijft en voor zijn persoonlijke uitgaven uitsluitend de beschikking heeft over het bedrag dat hem daarvoor op grond van de betreffende wettelijke regelingen wordt toegekend;

• e.

  in afwijking van bet gestelde in de leden 1a tot en met 1d kunnen minderjarige inwoners die geplaatst zijn in een gezinsvervangend tehuis ook in aanmerking komen voor een U-pas.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders kunnen besluiten orn de bedragen, genoemd in het eerste lid te wijzigen.

  • 3.

    In aanvu[iing op het bepaalde in het eerste lid ontstaat voor de inwoner die een uitkering heeft uit sociale verzekeringswetten of sociale voorzieningen, het recht op de U-pas wanneer deze uitkering is verstrekt over een aaneengesloten tijdvak van drie maanden, direct voorafgaand aan de maand waarin de aanvraag voor een U-pas wordt ingediend of ambtshalve een besluit wordt genomen.

  • 4.

    In afwijking van het bepaalde in het eerste lid heeft de inwoner die een basisbeurs op grond van de Wet Studiefinanciering ontvangt, geen recht op een U-pas, tenzij hij minderjarige inwonende kinderen heeft voor wie hij kinderbijslag ontvangt.

  • 5.

    Voor de berekening van het inkomen wordt in aanmerking genomen:

• a.

  het gemiddelde inkomen over de drie maanden voorafgaand aan de maand waarin de aanvraag wordt ingediend of ambtshalve een besluit wordt genomen;

• b.

  de winst uit onderneming over het belastingjaar voorafgaand aan het jaar, waarin de aanvraag wordt ingediend of ambtshalve een besluit wordt genomen. Hierbij geldt dat indien de som van de winst en het vermogen in onderneming hoger is dan NLG

  • 100.

    000,00 er geen recht is op een U-pas;

• c.

  voor de bepaling van het inkornen van gehuwden of personen die een gezamenlijke huishouding vaeren, wordt hun gezamenlijke inkomen in aanmerking genomen, met uitzondering van het inkomen van inwonende minderjarige kinderen.

Artikel 3 De aanvraagprocedure

• 1.

  De U-pas wordt schriftelijk aangevraagd door middel van een door burgerneester en wethouders vast te stellen aanvraagformulier.

• 2.

  De aanvrager is verplicht alle voor het vaststellen van het recht op de U-pas noodzakelijke gegevens en bewijsstukken omtrent inkomen, gezinssamenstelling en Sofi-nummers aan burgemeester en wethouders te verstrekken en hen te machtigen gegevens omtrent inkomen en gezinssamenstelling op te vragen bij de Belastingdienst, de Informatie Beheergroep en het GBA.

• 3.

  Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels vaststellen omtrent de door de aanvrager te verstrekken bewijsstukken.

• 4.

  Burgemeester en wethouders nemen binnen zes weken na indiening van de aanvraag om een U-pas een besluit op de aanvraag.

• 5.

  Burgemeester en wethouders stellen vast, in welke gevallen ambtshalve wordt bestoten het recht op een U-pas toe te kennen.

Artikel 4 De toekenning en verstrekking van de U-pas

• 1.

  Het in artikel 3 genoernde besluit wordt aan de belanghebbende bekendgemaakt.

• 2.

  In het besluit tot toekenning van het recht op een U-pas worden tenminste vermeld de namen en de geboortedata van de leden van het huishouden aan wie een zelfstandig recht op een U-pas is toegekend.

• 3.

  De U-pas wordt kosteloos verstrekt. Duplicaten worden in geval van verlies, beschadiging of diefstal verstrekt tegen een door burgemeester en wethouders vast te stelien vergoeding.

• 4.

  De U-pas blijft eigendom van de gemeente Utrecht.

• 5.

  Burgemeester en wethouders stellen de geldigheidstermijn vast van de te verstrekken pas.

• 6.

  Burgemeester en wethouders besluiten orntrent het model en de wijze van vervaardiging van de U-pas en over gegevens, die de U-pas moet vermelden.

• 7.

  Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere regels te stellen omtrent de wijze waarop het recht op de U-pas wordt geë ffectueerd en de wijze waarop rechthebbenden zich voor het verkrijgen van de U-pas moeten legitimeren.

Artikel 5 De bezwaarprocedure

Belanghebbenden kunnen bezwaar maken bij burgemeester en wethouders tegen besluiten zoals bedoeld in artikel 3. Op de behandeling van bezwaarschriften is de Verordening behandeling bezwaar en beroepschriften van toepassing.

Artikel 6 Nadere regels en mandaat

De uitvoering van deze verordening wordt opgedragen aan burgemeester en wethouders. Zij kunnen ter uitvoering nadere regels stellen.

Artikel 7 De hardheidsclausule

Burgemeester en wethouders kunnen in afwiiking van het gestelde in artikel 2, vanwege zeer dringende en bijzondere amstandigheden, besluiten een U-pas toe te kennen terwiji daar formeel geen recht op bestaat.

Artikel 8 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2001 en kan worden aangehaald als: Verordening U-pas.

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad, gehouden op 29 juni

2000.

De secretaris, De burgemeester,

Drs. A. Vermeulen Mr. A.H. Brouwer-Korf

Bekendmaking is geschied op 12 juli 2000.

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2001.