Regeling vervallen per 18-06-2011

Beleidsregels van de Gedeputeerde Staten van provincie Utrecht van 3 november 2009, nummer 2009INT250805, voor het verlenen van ontheffingen voor tijdelijk en uitzonderlijk gebruik in de zin van artikel 8a.51 van de Wet luchtvaart (TUG)

Geldend van 12-11-2009 t/m 17-06-2011

Intitulé

Beleidsregels van de Gedeputeerde Staten van provincie Utrecht van 3 november 2009, nummer 2009INT250805, voor het verlenen van ontheffingen voor tijdelijk en uitzonderlijk gebruik in de zin van artikel 8a.51 van de Wet luchtvaart (TUG)

Gelet op artikel 8a.51 van de Wet luchtvaart, het Besluit burgerluchthavens, de Regeling burgerluchthavens en de Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen,

Gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht,

Besluit vast te stellen de volgende beleidsregels voor het gebruik van de hiervoor genoemde bevoegdheden:

Artikel 1. Tijdelijk en uitzonderlijk gebruik (hierna: TUG)

Voor een terrein dat op meer dan 12 dagen per jaar gebruikt wordt, of zal gaan worden, voor luchtverkeer met een of meer luchtvaartuigen is het tot stand brengen van een luchthavenregeling of -besluit nodig, en kan niet met een ontheffing voor tijdelijk en uitzonderlijk gebruik worden volstaan.

Artikel 2. Soorten ontheffing

Gedeputeerde Staten onderscheiden twee soorten TUG-ontheffingen:

  • 1)

    een generieke ontheffing voor meerdere terreinen binnen de provincie Utrecht, met een melding 24 uur van te voren voor maximaal 2x2-vluchten, voor maximaal 12 dagen per jaar per terrein, af te geven voor maximaal 12 maanden;

  • 2)

    een locatiegebonden ontheffing voor bijvoorbeeld evenementen en projecten, voor meerdere starts en/of landingen op één dag, maar wel met een maximum van 12 dagen per jaar per terrein.

Artikel 3. Voorkomen misbruik TUG

Om oneigenlijk gebruik van de locatiegebonden ontheffing te voorkómen (als de ontheffing voor perceel X1 is “opgebruikt” vraagt het bedrijf een ontheffing voor het naastgelegen perceel X2, waardoor de omgeving toch dubbele hoeveelheid geluidhinder kan ondervinden), gelden de volgende regels:

  • 1.

    als het aantal gevraagde gebruiksdagen van één of meer gebruikers op één en hetzelfde terrein de 12 dagen per jaar overstijgt, weigeren Gedeputeerde Staten de gevraagde ontheffing en stellen eventueel de procedure tot vaststelling van een luchthavenregeling of luchthavenbesluit in werking;

  • 2.

    als op twee of meer in elkaars directe omgeving liggende terreinen een ontheffing voor TUG wordt aangevraagd, dan weigeren Gedeputeerde Staten de gevraagde ontheffing als door de aard en omvang van het beoogde gebruik de gehinderde gebieden van het gebruik van deze percelen feitelijk als hetzelfde gebied kunnen worden aangemerkt, en de aanvragen tezamen de 12 dagen per kalenderjaar overstijgen;

  • 3.

    als richtlijn voor het bepalen van ‘directe omgeving’ geldt: locaties die minder dan 1000 m hemelsbreed van elkaar verwijderd zijn. Let wel: hier is de term ‘richtlijn’ bewust gebruikt, er kan om specifieke redenen goede aanleiding zijn om in een lokale situatie tot een andere gedragslijn te komen, een en ander ter beoordeling door gedeputeerde staten.

Artikel 4. Toetsingscriteria TUG

Bij het beoordelen van een aanvraag voor een ontheffing worden in ieder geval de volgende inhoudelijke criteria bij de afweging betrokken:

  • -

    belang van aanvrager (economisch, vervoerstechnisch);

  • -

    gemotoriseerd of ongemotoriseerd luchtvaartuig;

  • -

    belang van omwonenden, geluidbelasting;

  • -

    belang voor natuur en milieu in omgeving, in het bijzonder EHS, Natura2000, natuurbeschermingswetgebieden, stiltegebieden en broedseizoen;

  • -

    verkeersaantrekkende werking.

Een aanvraag om ontheffing voor een gemotoriseerde luchtvaartuigen wordt in ieder geval geweigerd indien de beoogde locatie is gelegen in een stiltegebied en/of een Natura2000 gebied. Bij ongemotoriseerde luchtvaartuigen wordt rekening gehouden met het broedseizoen.

Bovendien moet te allen tijde worden voldaan aan de Flora en Faunawet en Natuurbeschermingswet.

Het is verboden om gedurende de nachtperiode (23.00-07.00 uur) met gemotoriseerde luchtvaartuigen op te stijgen of landen van de betreffende terreinen, tenzij er sprake is van maatschappelijke helikoptervluchten;

Artikel 5. Bekendmaking

Openbare bekendmaking in een huis-aan-huisblad is voor een TUG-ontheffing niet wettelijk vereist. Een publicatie van de hoofdzaken van de ontheffing op de provinciale website is wel gewenst uit oogpunt van service, zoals bij ontbrandingstoestemmingen op grond van het Vuurwerkbesluit.

Artikel 6. Inwerkingtreding

Deze beleidsregels treden in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin het wordt geplaatst.

Artikel 7. Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Beleidsregels ontheffingen tijdelijk en uitzonderlijk gebruik luchtvaart provincie Utrecht.

Ondertekening

R.C. ROBBERTSEN, voorzitter.
H.H. SIETSMA, secretaris.
 
Uitgegeven 11 november 2009
Gedeputeerde Staten van Utrecht,
namens hen
 
H.H. SIETSMA, secretaris.