Besluit van gedeputeerde staten van Utrecht van 26 oktober 2010, nr. 2010INT264156 houdende nadere regels op grond van de Algemene subsidieverordening provincie Utrecht

Artikel 2 Subsidiabele activiteiten en criteria

• 1 Gedeputeerde staten kunnen subsidie verstrekken ten behoeve van activiteiten in de provincie Utrecht op het gebied van infrastructuur, die gericht zijn op het oplossen van een of meer knelpunten op fietsroutes voor het woon-werkverkeer.

• 2 Tot de knelpunten, bedoeld in het eerste lid, worden de situaties gerekend die:

  • a. zijn genoemd in de bij deze uitvoeringsverordening behorende bijlage Groslijst projecten bij het Actieprogramma Stimuleren fietsen naar het werk;

  • b. naar het oordeel van gedeputeerde staten vergelijkbare knelpunten vormen.

• 3 Subsidie op grond van het eerste lid wordt slechts verstrekt indien wordt voldaan aan één of meer van de volgende criteria:

  • a.

    verminderen van onnodige bochten en kronkels in wegvakken;

  • b.

    verminderen van oponthoud voor fietsers of vermindering ontmoetingen met autoverkeer;

  • c.

    scheiding met autoverkeer bij grote snelheidsverschillen;

  • d.

    verbeteren zichtbaarheid fietsers en wegvakken;

  • e.

    verbreding wegvakken voor fietsers;

  • f.

    aanbrengen comfortabelere verharding voor fietsers;

  • g.

    verlenen voorrangsrechten aan fietsers;

  • h.

    verminderen wachttijden bij kruisingen onder andere door aanbrengen van middengeleiders en betere afstemming van verkeersregelinstallaties.

Artikel 4 Aanvraag (Doorlopend)

• 1 Aanvragen kunnen doorlopend tot uiterlijk 1 januari 2012 worden indiend.

• 2 In aanvulling op artikel 7 van de Algemene subsidieverordening provincie Utrecht worden bij de aanvraag in ieder geval de volgende gegevens en bescheiden verstrekt:

  • a.

    een omschrijving van de aard van de maatregel en de locatie waar de maatregel wordt genomen;

  • b.

    een omschrijving van het doel van de maatregel, dan wel van het probleem dat met de maatregel wordt opgelost;

  • c.

    een omschrijving van het te verwachten effect van de maatregel;

  • d.

    een begroting van de uitvoeringskosten van het project;

  • e.

    een overzicht van de planning van de voorbereidingsfase, besluitvormingsfase en uitvoeringsfase van het project.

Artikel 5 Subsidieplafond en verdeelcriteria

• 1 Het subsidieplafond bedraagt € 1.000.000.

• 2 Artikel 6, derde lid, van de Asv is van toepassing.

Artikel 6 Hoogte van de subsidie

• 1 Een subsidie wordt verstrekt tot ten hoogste 60% van de subsidiabele kosten van het project met een maximum van € 200.000 per gemeente.

• 2 Tot de subsidiabele kosten behoren behoren in ieder geval de uitvoeringskosten van het project.

• 3 Tot de subsidiabele kosten behoren in ieder geval niet de kosten van de ambtelijke voorbereiding en administratie van en toezicht op het project.