Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR120543
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR120543/1
Regeling vervallen per 16-07-2014
Handelsreclameverordening 2011
Geldend van 05-10-2011 t/m 15-07-2014
Intitulé
Handelsreclameverordening 2011HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN
HANDELSRECLAMEVERORDENING 2011
INHOUD Blz.
HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen 1
Artikel 1.1 Begripsomschrijvingen 1
Artikel 1.2 Reikwijdte 1
HOOFDSTUK 2. Handelsreclame 2
Artikel 2.1 Handelsreclame 2
Artikel 2.2 Weigeringsgronden 3
HOOFDSTUK 3. Strafbepalingen 4
Artikel 3.1 Strafbepaling 4
HOOFDSTUK 4.Overgangs- en slotbepalingen 4
Artikel 4.1 In behandeling zijnde aanvragen en aanhangige bezwaarschriften 4
Artikel 4.2 Inwerkingtreding 4
Artikel 4.3 Citeertitel 4
Artikel 1.1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
- 1.
Weg: de weg, als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b, van de
Wegenverkeerswet 1994.
- 2.
Handelsreclame: iedere openbare aanprijzing van goederen, diensten en / of activiteiten waarmee kennelijk beoogd wordt een commercieel belang te dienen.
- 3.
Naambord: aanduiding (familie)naam met beroepsaanduiding.
- 4.
Abri: een wachthuisje bij een halte van het openbaar vervoer.
- 5.
Bevoegd gezag: bestuursorgaan dat bevoegd is tot het nemen van een besluit ten aanzien van een aanvraag om omgevingsvergunning of ten aanzien van een al verleende omgevingsvergunning.
- 6.
Omgevingsvergunning: een vergunning, als bedoeld in artikel 2.2 lid h van de Wabo, om op of aan een onroerende zaak handelsreclame te maken of te voeren met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die zichtbaar is vanaf een voor het publiek toegankelijke plaats.
- 7.
Bouwwerk: elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestemming hetzij direct hetzij indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren.
- 8.
Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
Artikel 1.2 Reikwijdte
Deze verordening heeft betrekking op handelsreclame niet zijnde bouwwerken.
HOOFDSTUK 2. HANDELSRECLAME
Artikel 2.1 Handelsreclame
- 1.
Het is verboden om zonder omgevingsvergunning op of aan een onroerende zaak handelsreclame te maken of te voeren met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die zichtbaar is vanaf een voor publiek toegankelijke plaats.
- 2.
Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet ten aanzien van de volgende handelsreclames zoals genoemd onder a t/m i, mits deze voldoen aan alle in lid 3 van artikel 2.1 genoemde algemene voorwaarden.
Handelsreclame:
- a.
die is aangebracht ter voldoening aan een wettelijke verplichting;
- b.
die is aangebracht op grond van een expliciete wettelijke bevoegdheid mits de in de wet gestelde maximum afmetingen niet worden overschreden en indien geen afmetingen zijn vastgesteld deze geen grotere oppervlakte hebben dan 0,15 m2;
- c.
die is aangebracht op zuilen, borden en muren die door het bevoegd gezag zijn aangewezen of vergund om handelsreclame op aan te brengen;
- d.
die is aangebracht in abri’s;
- e.
op, aan of bij een onroerende zaak, waarbij deze zaak geheel of gedeeltelijk te koop, te huur of in pacht wordt aangeboden mits:
- -
de handelsreclame niet verlicht is;
- -
niet meer dan twee handelsreclames aangebracht worden;
- -
elke afzonderlijke handelsreclame een oppervlakte heeft van maximaal 1 m2.
- f.
indien vergunning is verleend voor het aanbrengen van tijdelijke reclameborden op basis van artikel 2:10 van de Algemene plaatselijke verordening (het plaatsen van voorwerpen op, aan of boven de weg in strijd met de publieke functie van de weg);
- g.
ten behoeve van een tijdelijke gebeurtenis en geenszins gerelateerd aan enig permanent gebruik, op of aan een onroerende zaak (niet zijde op, aan of boven de weg), niet langer dan 14 dagen mits:
- f.
- -
de handelsreclame niet verlicht is;
- -
niet meer dan twee handelreclames worden aangebracht;
- -
elke afzonderlijke handelsreclame een oppervlakte heeft van maximaal 1 m2;
- -
indien één handelsreclame wordt aangebracht, deze handelsreclame een oppervlakte heeft van maximaal 2 m2;
h.die betrekking heeft op een werk in uitvoering, mits:
- -
zij onmiddellijk bij het werk in uitvoering is geplaatst;
- -
niet verlicht is;
- -
zij niet langer aanwezig is dan de uitvoering van dat werk duurt;
i.die is aan te merken als een naambord mits:
- -
de handelsreclame niet verlicht is;
- -
niet meer dan één bord wordt aangebracht;
- -
het bord niet groter is dan 0,15 m2.
- a.
- 3.
Algemene voorwaarden.
De handelsreclame:
- -
mag niet aanstootgevend zijn;
- -
dient te voldoen aan dezelfde kenmerken (afmetingen, plaats, kleur e.d.) als waaraan handelsreclame zijnde bouwwerken conform de geldende welstandsnota (inclusief de excessenregeling) moet voldoen, dit ter beoordeling van de welstands- en monumentencommissie;
- -
voldoet aan het geldende ‘terrassenbeleid Valkenburg aan de Geul’;
- -
voldoet aan het geldende ‘gemeentelijke beleidsplan bewegwijzering’;
- -
voldoet aan de geldende beleidsregels inzake het voeren van propaganda bij verkiezingen.
Artikel 2.2 Weigeringsgronden
- 1.
Een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, kan door het bevoegd gezag worden geweigerd indien:
- a.
de handelsreclame niet voldoet aan dezelfde kenmerken (afmetingen, plaats, kleur e.d.) als waaraan handelsreclame zijnde bouwwerken conform de geldende welstandsnota (inclusief de excessenregeling) moet voldoen, dit ter beoordeling van de welstandscommissie- en monumentencommissie;
- b.
de handelsreclame niet voldoet aan het geldende ‘terrassenbeleid Valkenburg aan de Geul’;
- c.
de handelsreclame op (bewegwijzerings)borden niet voldoet aan de criteria als opgenomen in het geldende ‘gemeentelijke beleidsplan bewegwijzering’;
- d.
de handelsreclame niet voldoet aan de geldende beleidsregels inzake het voeren van propaganda bij verkiezingen;
- e.
er geen functioneel verband bestaat tussen de handelsreclame en de plaats waar deze wordt aangebracht en/of;
- f.
de handelsreclame aanstootgevend is.
HOOFDSTUK 3. STRAFBEPALINGEN
Artikel 3.1 Strafrechtelijke handhaving
Het overtreden van artikelen uit deze verordening is een economisch delict dat op
basis van artikel 6 lid 1, onder 4 van de Wet op de economische delicten wordt
gestraft.
HOOFDSTUK 4. OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN
Artikel 4.1 In behandeling zijnde aanvragen en aanhangige bezwaarschriften
Aanvragen ingediend vóór inwerkingtreding van de ‘Handelsreclameverordening 2011’
alsmede bezwaarschriften gemaakt tegen een op basis van de ‘Verordening op het
Stedeschoon 1997’ genomen besluit, worden afgedaan overeenkomstig de
‘Verordening op het Stedeschoon 1997’.
Artikel 4.2 Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag waarop deze bekend is
gemaakt.
Artikel 4.3 Citeertitel
Deze verordening kan worden aangehaald onder de titel Handelsreclameverordening 2011’
- 1.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl