Regeling vervallen per 01-01-2013

Verordening op de heffing en invordering van de precariobelasting 2012

Geldend van 08-12-2011 t/m 31-12-2012

De raad van de gemeente Valkenburg aan de Geul;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 20 september 2011;

gelet op artikel 228 van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en invordering van de precariobelasting 2012.

Artikel 1 Voorwerp van belasting; belastbaar feit

Onder de naam precariobelasting wordt een belasting geheven voor het hebben van voorwerpen onder, op of boven gemeentegrond, voor de openbare dienst bestemd, overeenkomstig de navolgende bepalingen.

Artikel 2 Belastingplicht

De belasting wordt geheven van degene die één of meer voorwerpen onder, op of boven gemeentegrond, voor de openbare dienst bestemd, heeft.

Artikel 3 Heffingsmaatstaf en tarief

  • 1. De belasting wordt geheven naar het aantal eenheden, bepaald en berekend aan de hand van de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de toepassing van de tarieventabel wordt verstaan onder:

    • a.

      jaar: een kalenderjaar;

    • b.

      kwartaal: een kalenderkwartaal;

    • c.

      maand: een kalendermaand;

    • d.

      week: een kalenderweek;

    • e.

      dag: een etmaal.

  • 3. Gedeelten van de in de tabel genoemde tijds- en andere eenheden worden voor een geheel gerekend, met dien verstande dat indien het belastingtijdvak gelijk is aan het kalenderjaar en het hebben van voorwerpen aanvangt in de loop van het tijdvak, de belasting zoveel twaalfden van het over een jaar te betalen bedrag beloopt als er na het aanvangstijdstip nog volle maanden van het tijdvak resteren.

  • 4. Bij het hebben van voorwerpen op of boven gemeentegrond, voor de openbare dienst bestemd, wordt de oppervlakte bepaald op die, welke door de voorwerpen wordt overdekt.

  • 5. Bij het hebben van voorwerpen onder gemeentegrond, voor de openbare dienst bestemd, wordt de oppervlakte bepaald op die uitgaande van de horizontale projectie van de voorwerpen.

Artikel 4 Belastingtijdvak

Indien de belasting wordt geheven naar jaartarieven is het belastingtijdvak het kalenderjaar waarin de voorwerpen aanwezig zijn. In de overige gevallen is het belastingtijdvak het kwartaal, de maand, de week of de dag waarin de voorwerpen aanwezig zijn, met dien verstande dat ook heffing voor elk belastbaar feit afzonderlijk kan plaatsvinden.

Artikel 5 Vrijstellingen

De belasting wordt niet geheven ter zake van:

  • a.

    voorwerpen ten behoeve van percelen, waarvan de gemeente krachtens eigendom, bezit of beperkt recht de genothebbende is met uitzondering van percelen, welke aan derden zijn verhuurd;

  • b.

    voorwerpen welke ingevolge een wettelijk voorschrift moeten worden gedoogd;

  • c.

    borden, tot verhuur of verkoop van woningen of percelen, in het geval deze borden aan de te verhuren of te verkopen woningen of percelen zijn bevestigd;

  • d.

    vlaggen, vlaggestokken of sierlampen;

  • e.

    kelderingangen, licht- en luchtopeningen (koekoek), overstekende balkons, luifels en dergelijke, welke in, op of boven aan de gemeente om niet afgestane grond aanwezig waren op het tijdstip van de overdracht;

  • f.

    afvoerbuizen van hemelwater, welke aan een gebouw zijn aangebracht en niet meer dan 10 centimeter buiten de gevel uitsteken;

  • g.

    borden, als bedoeld onder volgnummer 12 van de tarieventabel, waarvan de grootste afmeting niet meer bedraagt dan 60 centimeter, welke de naam en verdere bijzonderheden vermelden van het beroep of bedrijf van de persoon of de onderneming, welke in het perceel, waartegen die borden zijn aangebracht, gevestigd is;

  • h.

    luifels, erkers, balkons,uitbouwen, zonneschermen, overbouwingen en dergelijke onderdelen van bouwwerken, als bedoeld onder volgnummer 18 van de tarieventabel, anders dan aan kantoor-, winkel- of bedrijfspanden;

  • i.

    kabels, leidingen of buizen voor radio en/of televisieontvangst;

  • j.

    bloemen- of plantenbakken, welke buiten de gevel van een gebouw uitsteken;

  • k.

    voorwerpen welke uitsluitend in een algemeen belang voorzien of welke uitsluitend worden gebezigd voor weldadige doeleinden;

  • l.

    feesttenten, podia, kiosken en aanverwante voorwerpen welke worden geplaatst door of ten behoeve van plaatselijke verenigingen.

  • m.

    reclame-objecten indien de gemeente terzake reeds op grond van de verordening reclamebelasting 2012 reclamebelasting heft.

Artikel 6 Ontheffing

Indien het belastingtijdvak gelijk is aan het kalenderjaar danwel kwartaal danwel kalendermaand en de voorwerpen zijn verwijderd voor het verstrijken van het belastingtijdvak, wordt op aanvraag van de belastingplichtige naar evenredigheid ontheffing verleend over de na verwijdering resterende volle maanden danwel volle weken van het belastingtijdvak.

Artikel 7 Wijze van heffing; tijdstip van verschuldigdheid

1 De belasting wordt geheven bij wege van aanslag.

2.Voor de vaste standplaatsen wordt de belasting geheven bij wege van nota.

3 De belastingschuld ontstaat bij de aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is, op het tijdstip waarop het hebben van voorwerpen een aanvang neemt.

Artikel 8 Betalingstermijn

De aanslag of nota dient te worden betaald in één termijn, welke vervalt 30 dagen na de dagtekening van het aanslagbiljet of de nota.

Artikel 9 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de precariobelasting.

Artikel 10 Kwijtschelding

Voor precariobelasting wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 11 Overgangsrecht, inwerkingtreding, ingang van heffing en citeertitel

  • 1.

    De ‘verordening precariobelasting 2011’, vastgesteld bij raadsbesluit van 9 november 2010 wordt ingetrokken, met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zijn van toepassing blijft op belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als " verordening precariobelasting 2012".

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 14 november 2011.

A.M. Hoeberigs Drs. M.J.A. Eurlings

griffier voorzitter

Bijlage: Tarieventabel