Verordening leerlingenvervoer gemeente Valkenswaard, schooljaar 2004-2005 en verder

Geldend van 01-09-2004 t/m heden

Intitulé

Verordening leerlingenvervoer gemeente Valkenswaard, schooljaar 2004-2005 en verder

De raad van de gemeente Valkenswaard;

 

gezien het voorstel van het college van 20 april 2004;

Gelet op de artikelen 4 van de Wet op het primair onderwijs en de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs

 

                                                     b e s l u i t :

 

vast te stellen de volgende verordening tot wijziging: ‘Verordening leerlingenvervoer gemeente Valkenswaard, schooljaar 2004-2005 en verder’

Titeldeel 1 ALGEMENE BEPALINGEN.

Artikel 1: Begripsbepalingen.

In deze verordening wordt verstaan onder:a. school:- een basisschool of speciale school voor basisonderwijs als bedoeld in de Wet op het primair onderwijs (WPO), (Stb. 1998, 495);- een school voor speciaal onderwijs, of speciaal en voortge¬zet speciaal onderwijs of voortgezet speciaal onderwijs als bedoeld in de Wet op de expertisecentra (WEC), (Stb. 1998, 496); of- een school voor voortgezet onderwijs als bedoeld in de Wet op het voortgezet onderwijs (Stb. 1998, 512);- een school voor speciaal voortgezet onderwijs als bedoeld in deel II van de Wet op het voortgezet onderwijs (WVO II), (Stb. 1998, 512).b. de ouders: de ouders, voogden of verzorgers van de leerling;c. leerling: een leerling van een school als bedoeld onder a;d. woning: de plaats waar de leerling feitelijk zijn hoofdverblijf heeft;e. afstand: de afstand tussen de woning en de school, gemeten langs de kortste voor de leerling voldoende begaanbare en veilige weg;f. vervoer: openbaar vervoer, aangepast vervoer of eigen vervoer tussen de woning dan wel de opstapplaats en de school dat plaatsvindt in aansluiting op het begin en einde van de schooldag volgens het schoolplan, tenzij de structurele handicap van een leerplichtige leerling die aansluiting onmogelijk maakt;g. openbaar vervoer: voor een ieder openstaand personenvervoer volgens een dienstregeling per trein, metro, tram, bus, veerdienst of auto;h. aangepast vervoer: vervoer per besloten (school)busvervoer, taxi, treintaxi of bustaxi;i. eigen vervoer: vervoer per eigen motorvoertuig, bromfiets of fiets;j. reistijd: de totale tijdsduur die ligt tussen het verlaten van de woning en de aanvang van de schooldag volgens het schoolplan, minus maximaal 10 minuten indien en voor zover de leerling het schoolgebouw met bijbehorend terrein gewoonlijk eerder bereikt dan het schoolplan aangeeft, dan wel de totale tijdsduur die ligt tussen het einde van de schooldag volgens het schoolplan en de aankomst bij de woning;k. toegankelijke school: - voor wat betreft basisscholen en scholen voor speciaal basisonderwijs: de basisschool van de verlangde godsdien¬stige of levensbe¬schou¬welij¬ke richting dan wel de openba¬re school of de speciale school voor basisonderwijs waarop de leerling is aangewezen van de verlangde godsdienstige of levensbeschouwelijke richting dan wel de openbare school;- voor wat betreft scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs en voortgezet onderwijs: de school van de soort waarop de leerling is aangewezen van de verlangde godsdien¬stige of levensbe¬schou¬welijke richting dan wel de openbare school van de soort waarop de leerling is aangewe¬zen;l. inkomen: het ingevolge de Wet op de inkomstenbelasting 2001 (Stb. 2000, 215) vastgestelde gecorrigeerde verzamelinkomen van de ouders in het tweede kalenderjaar voorafgaande aan het schooljaar waarvoor bekostiging van de vervoerskosten wordt gevraagd;m. opstapplaats: plaats aangewezen door het college, vanaf waar de leerling gebruik kan maken van het vervoer;n. Commissie voor de begeleiding: de commissie die is ingesteld door het bevoegd gezag van een school als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de ExpertiseCentra, niet zijnde een instelling, of de bevoegde gezagsorganen van twee of meer scholen als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de ExpertiseCentra, niet zijnde instellingen, die hetzelfde regionaal expertisecentrum in stand houden;o. vervoersvoorziening: een gehele of gedeeltelijke bekostiging van de door het college noodzakelijk geachte vervoerskosten van de leerling en zo nodig diens begelei¬der;- de verstrekking van een abonnement of strippenkaart voor de leerling en zo nodig diens begeleider, of:- aanbieding van aangepast vervoer dat de gemeente verzorgt of doet verzorgen;p. permanente commissie leerlingenzorg: de commissie als bedoeld in artikel 23 van de WPO; q. samenwerkingsverband: het samenwerkingsverband als bedoeld in artikel 18 van de WPO;r. regionale verwijzingscommissie: de commissie als bedoeld in artikel 10g van de Wet op het voortgezet onderwijs;s. opdc: orthopedagogisch en didactisch centrum als bedoeld in artikel 10h, derde lid van de Wet op het voortgezet onderwijs.t. ambulante begeleiding: de begeleiding door een personeelslid van een school of instelling als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de ExpertiseCentra van leerlingen die zijn geplaatst op een basisschool of leerlingen die zijn geplaatst op een school voor voortgezet onderwijs en naar het oordeel van het bevoegd gezag zonder die begeleiding zouden zijn aangewezen op het speciaal onderwijs of het voortgezet speciaal onderwijs. Bij nieuwe leerlingen en leerlingen die niet beschikken over een ambulant begeleider kan door de gemeente advies gevraagd worden aan de schooldirecteur. De schooldirecteur dient een gemotiveerd advies te geven, waarbij hij het advies van de ambulante begeleider betrekt indien deze aanwezig is en op de hoogte is van de gesteldheid van de betreffende leerling. In geval van twijfel kunnen gemeenten het advies van een GGD-arts betrekken bij hun beoordeling. In het (voortgezet) speciaal onderwijs (titel 3) geldt hetzelfde met betrekking tot de commissie voor de begeleiding. Ook hier kan de schooldirecteur om advies worden gevraagd over de vervoersbehoefte van nieuwe leerlingen van het (voortgezet) speciaal onderwijs.u. commissie voor de indicatiestelling: de commissie als bedoeld in artikel 28 c van de Wet op de expertisecentra

 

Artikel 2: Bekostiging van de door het college noodzakelijk te achten vervoerskosten.

1. Ten behoeve van het schoolbezoek kent het college aan de ouders van de in de gemeente verblijvende leerlingen op aanvraag een vervoersvoorziening toe met inachtneming van het bepaalde in deze verordening.

2. Indien het college toepassing geeft aan het eerste lid, verlangen zij dat de ouders aan wie slechts een gedeeltelijke bekostiging van de vervoers¬kosten toekomt, hun kinde¬ren van het aldus verzorgde vervoer gebruik laten maken tegen betaling van een bijdrage tot ten hoogste het bedrag dat de ouders inge¬volge het bepaalde in deze verorde¬ning moeten bijdragen aan de kosten van het vervoer. Weigering tot of nalatigheid in de betaling van de in de vorige volzin bedoelde bijdra¬ge doet de aanspraak op bekostiging vervallen.3. De bepalingen in deze verordening laten onverlet de verantwoordelijk¬heid van de ouders voor het schoolbezoek van hun kinderen.4. Indien de leerling meerderjarig en handelingsbekwaam is, wordt de bekostiging op aanvraag verstrekt aan de leerling.

 

Artikel 3: Bekostiging naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school.

1. Een bekostiging van de vervoerskosten wordt toegekend over de afstand tussen de woning dan wel de opstapplaats en de dichtstbijzijnde voor de leerling toegankelijke school, tenzij vervoer naar een verder weggelegen school voor de gemeente minder kosten met zich mee zou brengen en de ouders met het vervoer naar die school schriftelijk instemmen.2. Indien ouders bekostiging van de vervoerskosten aanvragen voor het bezoeken van een school, die op grotere afstand van de woning is gelegen dan in artikel 11 of 15 is bepaald, terwijl een of meer scholen van dezelfde onderwijssoort dichterbij de woning zijn gelegen, ontstaat slechts aanspraak op bekostiging naar eerstgenoemde school als door de ouders schriftelijk wordt verklaard dat zij overwegende bezwaren hebben tegen het openbaar onderwijs dan wel tegen de richting van het onderwijs van alle bijzondere scholen, van de soort waarop de leerling is aangewezen, die dichterbij de woning zijn gelegen.3. Voor de leerling die een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs uit cluster 4 bezoekt, geldt als dichtstbijzijnde toegankelijke school, de school die door de commissie voor de indicatiestelling is geadviseerd. Dit is van toepassing zolang de leerling zijn woonplaats heeft in het gebied van het regionaal expertisecentrum waaraan voornoemde commissie is verbonden.

 

Artikel 4: Uitbetaling van de bekostiging.

Het college bepaalt bij de toekenning van bekostiging van de vervoerskosten de wijze en het tijdstip van de uitbetaling, alsmede de tijdsduur van de verstrekte bekostiging.

 

Artikel 5: Aanvraagprocedure.

1. Een aanvraag voor bekostiging van de vervoerskosten wordt gedaan door indiening bij het college van een volledig ingevuld en door de ouders ondertekend formulier, voorzien van de op het formulier vermelde gegevens.2. De aanvraag wordt, indien het een aanvraag voor het eerstvolgende schooljaar betreft, voor 1 juni voorafgaand aan dat schooljaar ingediend.3. Indien dit voor een juiste beoordeling van de aanvraag noodzakelijk is, kan het college de ouders verzoeken aanvullende gegevens te verstrekken.4. Het college besluit over de aanvraag binnen acht weken na ontvangst van alle benodigde gegevens.5. Het college kan het in het vorige lid bedoelde besluit met ten hoogste vier weken verdagen. Zij stellen de aanvrager hiervan schriftelijk in kennis.6. Indien een vervoersvoorziening wordt toegekend, wordt deze getroffen:a. met ingang van het nieuwe schooljaar indien de aanvraag voor 1 juni is ingediend;b. met ingang van de door de ouders verzochte datum als het een aanvraag gedurende het schooljaar betreft, met dien verstande dat de datum waarop de bekostiging wordt toegewezen niet ligt voor de datum van ontvangst van de aanvraag door het college.

 

Artikel 6: Doorgeven van wijzigingen.

1. De ouders zijn verplicht wijzigingen die van invloed kunnen zijn op de toegekende bekostiging van de vervoerskosten, onder vermelding van de datum van de wijziging, onverwijld schriftelijk mede te delen aan het college.2. Indien sprake is van een wijziging die van invloed is op de toegekende bekostiging, vervalt de aanspraak op bekostiging en kent het college al dan niet opnieuw bekostiging van de vervoerskosten toe.3. Indien de ouders niet voldoen aan het bepaalde in het eerste lid, en het college een wijziging als bedoeld in het tweede lid vaststellen, waardoor blijkt dat ten onrechte bekostiging is verstrekt, vervalt de aanspraak op bekostiging van de vervoerskosten terstond en verstrekt het college al dan niet opnieuw bekostiging van de vervoerskos¬ten.Het college deelt het besluit schriftelijk mee aan de ouders.4. Een ten onrechte genoten bekostiging kan van de ouders worden terugge¬vorderd, dan wel worden verrekend bij een eventuele nieuwe toekenning van bekostiging.

 

Artikel 7: Peildatum leeftijd leerling.

Voor de toekenning van bekostiging op basis van artikel 12 is bepalend de leeftijd van de leerling op 1 augustus van het schooljaar waarop de bekostiging betrekking heeft.

 

Artikel 8: Andere vergoedingen.

Een aanspraak op bekostiging wordt verminderd met de aanspraak op een toelage, voor zover die voor de betreffende leerling betrekking heeft op reiskosten.

Titeldeel 2 BEPALINGEN OMTRENT HET VERVOER VAN DE LEERLINGEN VAN BASISSCHOLEN EN SPECIALE SCHOLEN VOOR BASISONDERWIJS.

Artikel 9: Bekostiging voor de dichtstbijzijnde toegankelijke speciale school voor basisonderwijs in het samenwerkingsverband.

Met inachtneming van het bepaalde in artikel 3 worden de kosten vergoed van het vervoer over de afstand tussen de woning dan wel de opstapplaats en a. de dichtstbijzijnde voor de leerling toegankelijke speciale school voor basisonderwijs in het samenwerkingsverband van de basisschool waarvan de leerling afkomstig is, ofb. een andere speciale school voor basisonderwijs in het onder a. bedoelde samenwerkingsverband, indien het vervoer naar die school voor de gemeente minder kosten met zich mee zou brengen dan het vervoer naar de speciale school voor basisonderwijs, bedoeld onder a.

 

Artikel 10: Permanente commissie leerlingenzorg.

1. Het college neemt bij de beoordeling van de aanvraag voor leerlingenvervoer de beslissing in acht van de permanente commissie leerlingenzorg over de toelating van de leerling op een speciale school voor basisonderwijs.2. Het college betrekt bij de beoordeling van de aanvraag voor leerlingenvervoer eventuele adviezen van de permanente commissie leerlingenzorg die voor de beoordeling van die aanvraag van belang zijn.  

Artikel 11: Bekostiging van de kosten van openbaar vervoer en vervoer per fiets*.

1. Het college verstrekt aan de ouders van de leerling die een school voor basisonderwijs bezoekt, bekostiging op basis van de kosten van het openbaar vervoer, indien de afstand van de woning naar de dichtstbijzijnde voor hem toegankelijke school meer dan vier km bedraagt.2. Het college verstrekt aan de ouders van de leerling die een speciale school voor basisonderwijs bezoekt, bekostiging op basis van de kosten van het openbaar vervoer, indien de afstand van de woning naar de dichtstbijzijnde voor hem toegankelijke school meer dan vier kilometer bedraagt.3. In afwijking van het eerste en tweede lid verstrekt het college de ouders bekostiging op basis van de kosten van het vervoer per fiets, indien de leerling naar het oordeel van het college, al dan niet onder begeleiding, gebruik kan maken van het vervoer per fiets.

 

* Bekostiging wordt vastgesteld op basis van bedragen die aangeleverd worden door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. VNG stelt de tarieven vast op basis van de Reisregeling Binnenland. Jaarlijks worden de actuele vergoedingen opgenomen in de toelichting op het aanvraagformulier.

 

Artikel 12: Bekostiging van de kosten van vervoer ten behoeve van een begeleider.

1. Indien aanspraak bestaat op bekostiging, zoals bedoeld in artikel 11, bekostigt het college tevens de daarin bedoelde kosten ten behoeve van een begeleider, indien de leerling jonger dan 9 jaar is en door de ouders ten behoeve van het college genoegzaam wordt aangetoond dat de leerling niet in staat is zelfstandig van het openbaar vervoer of de fiets gebruik te maken. 2. Indien een begeleider meer dan één leerling tegelijk begeleidt, komen slechts de kosten van het openbaar vervoer ten behoeve van één begeleider voor bekostiging in aanmerking.

 

Artikel 13: Bekostiging op basis van de kosten van aangepast vervoer.

1. Het college verstrekt bekostiging op basis van de kosten van aangepast vervoer aan de ouders van de leerling die een school voor basisonderwijs of speciaal basisonderwijs bezoekt, indien voldaan wordt aan het afstandscriterium van artikel 11, ena. de leerling met gebruikmaking van openbaar vervoer naar school of terug meer dan één uur onderweg is en de reistijd met aangepast vervoer tot 50% of minder van de reistijd per openbaar vervoer kan worden teruggebracht, of;b. openbaar vervoer ontbreekt, tenzij de leerling naar het oordeel van het college gebruik kan maken van het vervoer per fiets.c. de leerling, naar het oordeel van het college, is aangewezen op het openbaar vervoer onder begeleiding, doch waarvan door de ouders ten behoeve van het college genoegzaam wordt aangetoond, dat het begeleiden van de leerling door de ouders of anderen onmogelijk is, dan wel tot ernstige benadeling van het gezin zou leiden en een andere oplossing niet mogelijk is.2. Het college verstrekt bekostiging op basis van de kosten van aangepast vervoer aan de ouders van de leerling die een speciale school voor basisonderwijs bezoekt, indien voldaan wordt aan het afstandscriterium van artikel 11 en de leerling, naar het oordeel van het college, gelet op zijn verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke handicap niet in staat is - ook niet onder begeleiding - van het openbaar vervoer gebruik te maken.3. Het college kan toestaan dat een leerling, die een speciale school voor basisonderwijs bezoekt en de afstand van de woning naar de dichtstbijzijnde voor de leerling toegankelijke school minder bedraagt dan is bepaald in artikel 11, lid 2, mede wordt vervoerd voor zover en voor zolang dit geen extra financiële lasten voor de gemeente met zich mede brengt. Met inachtneming van artikel 23, lid 3, betalen de ouders hiervoor jaarlijks een eigen bijdrage.

 

Artikel 14: Bekostiging op basis van de kosten van eigen vervoer.

1. Indien aanspraak bestaat op bekostiging van de vervoerskosten kan het college de ouders toestaan één of meer leerlingen zelf te vervoeren of te laten vervoeren.2. Indien toestemming ingevolge het eerste lid aan de ouders is verleend, vergoedt het college aan de ouders die één leerling zelf vervoeren, dan wel laten vervoeren:a. een bedrag op basis van de kosten van het openbaar vervoer, indien aanspraak zou bestaan op bekostiging op basis van de kosten van het openbaar vervoer, behoudens het bepaalde in het vijfde lid;b. een bedrag op basis van een kilometervergoeding voor de auto, afgeleid van de Reisregeling binnenland, indien aanspraak zou bestaan op bekostiging van de kosten van aangepast vervoer, behoudens het bepaalde in het vierde lid.3. Indien toestemming ingevolge het eerste lid aan de ouders is verleend, vergoedt het college aan de ouders die meer dan één leerling tegelijk zelf vervoeren dan wel laten vervoeren, een bedrag op basis van een kilometervergoeding voor de auto afgeleid van de Reisregeling binnenland, behoudens het bepaalde in het vierde lid.4. Aan de ouders die één of meer leerlingen laten vervoeren door andere ouders die van gemeentewege voor het vervoer van één of meer leerlingen bekostiging ontvangen afgeleid van de Reisregeling binnenland, wordt door het college geen bekostiging verstrekt.5. Indien aanspraak bestaat op bekostiging van de vervoerskosten en het college desgewenst toestaan, dan wel van oordeel zijn, dat de leerling gebruik kan maken van het vervoer per fiets, bekostigt het college aan de ouders een bedrag op basis van een kilometervergoeding voor de fiets, afgeleid van de Reisregeling binnenland. 

Titeldeel 3 BEPALINGEN OMTRENT HET VERVOER VAN DE LEERLINGEN VAN SCHOLEN VOOR (VOORTGEZET) SPECIAAL ONDERWIJS.

Artikel 15: Bekostiging van de kosten van openbaar vervoer en vervoer per fiets.

1. Het college verstrekt aan de ouders van de leerling die een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs bezoekt, bekostiging op basis van de kosten van het openbaar vervoer, indien de afstand van de woning naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school meer dan twee kilometer bedraagt;2. In afwijking van het eerste lid verstrekt het college de ouders bekostiging op basis van de kosten van het vervoer per fiets dan wel bromfiets, indien de leerling naar het oordeel van het college, al dan niet onder begeleiding, gebruik kan maken van het vervoer per fiets, dan wel zelfstandig gebruik kan maken van het vervoer per bromfiets.

 

Artikel 16: Commissie voor de begeleiding

1. Indien het college de gevraagde voorziening ten behoeve van een leerling op een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs niet of slechts gedeeltelijk toekent, dient het bij de beschikking het advies van de commissie voor begeleiding of het advies van andere deskundigen te betrekken. 2. Als de commissie voor de begeleiding binnen vier schoolweken na verzending van de adviesaanvraag geen advies heeft uitgebracht of niet schriftelijk om verlenging van de adviestermijn met ten hoogste twee weken heeft verzocht, wordt door het college het besluit genomen zonder het advies van de commissie voor de begeleiding. 

Artikel 17: Bekostiging van de kosten van openbaar vervoer ten behoeve van een begeleider.

1. Indien aanspraak bestaat op bekostiging zoals bedoeld in artikel 15, bekostigt het college tevens de daarin bedoelde kosten ten behoeve van een begeleider, indien door de ouders tegenover van het college genoegzaam wordt aangetoond dat de leerling, gelet op zijn verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke handicap of leeftijd, niet in staat is zelfstandig van het openbaar vervoer of de fiets gebruik te maken.2. Indien het college de in het vorige lid bedoelde aanvraag niet of slechts gedeeltelijk toekent, dienen zij het advies van de commissie voor de begeleiding of het advies van andere deskundigen te betrekken.3. Indien een begeleider meer dan één leerling tegelijk begeleidt, komen slechts de kosten van het openbaar vervoer ten behoeve van één begeleider voor bekostiging in aanmerking.

 

Artikel 18: Bekostiging op basis van de kosten van aangepast vervoer.

1. Het college verstrekt bekostiging op basis van de kosten van aangepast vervoer aan de ouders van de leerling die een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs bezoekt, indien voldaan wordt aan de afstandscriteria van artikel 15, en:a. de leerling, naar het oordeel van het college, gelet op zijn verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke handicap niet in staat is - ook niet onder begeleiding van het openbaar vervoer gebruik te maken, of;b. de leerling, naar het oordeel van het college, is aangewezen op het openbaar vervoer onder begeleiding, doch waarvan door de ouders ten behoeve van het college genoegzaam wordt aangetoond, dat het begeleiden van de leerling door de ouders of anderen onmogelijk is, dan wel tot ernstige benadeling van het gezin zou leiden en een andere oplossing niet mogelijk is,c. de leerling met gebruikmaking van het openbaar vervoer naar school of terug, meer dan één uur onderweg is en de reistijd met aangepast vervoer tot 50% of minder van de reistijd per openbaar vervoer kan worden teruggebracht, of;d. openbaar vervoer ontbreekt, tenzij de leerling naar het oordeel van het college gebruik kan maken van het vervoer per fiets of bromfiets.2. Indien het college de in het vorige lid bedoelde aanvraag niet of slechts gedeeltelijk toekent, dienen zij bij de beschikking het advies van de commissie voor de begeleiding of het advies van andere deskundigen te betrekken.

 

Artikel 19: Bekostiging op basis van de kosten van eigen vervoer.1. Indien aanspraak bestaat op bekostiging van de vervoerskosten kan het college de ouders desgewenst toestaan één of meer leerlingen zelf te vervoeren of te laten vervoeren.2. Indien toestemming ingevolge het eerste lid aan de ouders is verleend, vergoedt het college aan de ouders die een leerling zelf vervoeren, dan wel laten vervoeren:a. een bedrag op basis van de kosten van het openbaar vervoer, indien aanspraak zou bestaan op bekostiging op basis van de kosten van het openbaar vervoer, behoudens het bepaalde in het vijfde lid;b. een bedrag op basis van een kilometervergoeding, afgeleid van de Reisregeling binnenland, indien aanspraak zou bestaan op bekostiging van de kosten van aangepast vervoer, behoudens het bepaalde in het vierde lid.3. Indien toestemming ingevolge het eerste lid aan de ouders is verleend, vergoedt het college aan de ouders die meer dan één leerling tegelijk zelf vervoeren dan wel laten vervoeren, een bedrag op basis van een kilometervergoeding voor de auto, afgeleid van de Reisregeling binnenland, behoudens het bepaalde in het vierde lid.4. Aan ouders die één of meer leerlingen laten vervoeren door andere ouders die van gemeen-tewege voor het vervoer van één of meer leerlingen een bekostiging ontvangen afgeleid van de Reisregeling binnenland, wordt door het college geen bekostiging verstrekt.5. Indien aanspraak bestaat op bekostiging van de vervoerskosten en het college desgewenst toestaat, dan wel van oordeel is, dat de leerling gebruik kan maken van het vervoer per fiets of bromfiets, vergoedt het college aan de ouders een bedrag op basis van een kilometervergoeding voor de fiets dan wel bromfiets, afgeleid van de Reisregeling binnenland.

 

Artikel 20: Bekostiging vervoerskosten.

1. Het college verstrekt eveneens bekostiging op basis van de kosten van aangepast vervoer aan de ouders van de leerling die een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs bezoekt, in het geval de afstand van de woning naar de dichtstbijzijnde voor de leerling toegankelijke school minder bedraagt dan is bepaald in artikel 15, indien het college van oordeel is dat de verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke handicap van de leerling dat vereist.2. Indien het college de in het vorige lid bedoelde aanvraag niet of slechts gedeeltelijk toekent, dienen zij bij de beschikking het advies van de commissie voor de begeleiding of het advies van andere deskundigen te betrekken.

Titeldeel 4 BEPALINGEN OMTRENT WEEKEINDE- EN VAKANTIEVERVOER.

Artikel 21: Bekostiging van de kosten van het weekeinde- en vakantievervoer aan de in de gemeente wonende ouders.

Het college bekostigt desgewenst de kosten van het weekeinde- en vakantievervoer aan de in de gemeente wonende ouders van de leerling die, met het oog op het volgen van voor hem passend (voortgezet) speciaal onderwijs, in een internaat of pleeggezin verblijft, volgens het bepaalde in deze Titel.

 

Artikel 22: Bekostiging kosten weekeinde- en vakantievervoer.

1. Het college verstrekt aan de ouders bekostiging van de kosten van het weekeindevervoer van de leerling voor de eenmaal per weekeinde gemaakte reis van het internaat of het pleeggezin waar de leerling verblijft, naar de woning van de ouders en terug, voorzover de weekeinden niet vallen binnen de in het tweede lid bedoelde schoolvakanties.2. Het college vergoedt de kosten van het vakantievervoer van de leerling voor de, eenmaal per schoolvakantie van twee dagen of meer, gemaakte reis van het internaat of het pleeggezin waar de leerling verblijft, naar de woning van de ouders en terug, voorzover de vakantie voorkomt in het schoolplan van de school die de leerling bezoekt.3. Titel 3 van deze verordening is van overeenkomstige toepassing, met uitzondering van artikel 16, artikel 17, tweede lid, artikel 18, eerste lid onder b, artikel 18, tweede lid en artikel 20.

Titeldeel 5 EIGEN BIJDRAGE EN BEKOSTIGING NAAR FINANCIELE DRAAG-KRACHT.

Artikel 23: Drempelbedrag

1. Aan de ouders van een leerling die een school voor basisonderwijs of een speciale school voor basisonderwijs bezoekt, van wie het inkomen tezamen meer bedraagt dan € 17.700 wordt slechts bekostiging verstrekt voor zover de kosten van het vervoer van die leerling de kosten van het openbaar vervoer over de in artikel 11 bepaalde afstanden te boven gaan.2. Ingeval het college in plaats van bekostiging in geld toe te kennen het vervoer zelf verzorgen dan wel doet verzorgen, betalen de ouders van een leerling die een school voor basisonderwijs of een speciale school voor basisonderwijs bezoekt, per leerling per schooljaar een eigen bijdrage die gelijk is aan de kosten van het openbaar vervoer over de in artikel 11 bepaalde afstanden, indien het inkomen van de ouders meer bedraagt dan € 17.700.3. De kosten voor openbaar vervoer, genoemd in het eerste en tweede lid, betreffen de kosten van openbaar vervoer die op grond van de zone-indeling in de regeling die is gebaseerd op artikel 30, eerste lid, van de Wet personenvervoer, voor die afstand redelijkerwijs zouden worden gemaakt, ongeacht de aanwezigheid van openbaar vervoer of het daadwerkelijk gebruik ervan.4. Het bedrag van € 17.700 genoemd in het eerste en tweede lid, wordt met ingang van 1 januari 1999 jaarlijks aangepast aan de wijziging die het indexcijfer van de regelingslonen van volwassen werknemers heeft ondergaan ten opzichte van het voorafgaande jaar en afgerond op een veelvoud van € 450.Het aangepast bedrag treedt in de plaats van het in het eerste en tweede lid genoemde bedrag van € 17.700.5. Deze bepaling is niet van toepassing op leerlingen voor wie ingevolge Titel 6 een vervoersvoorziening is verstrekt.

 

Artikel 24: Financiële draagkracht.1. Indien de afstand van de woning naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school voor basisonderwijs meer dan 20 kilometer bedraagt, wordt de vastgestelde bekostiging verminderd met een van de financiële draagkracht van de ouders afhankelijk bedrag.2. Ingeval het college in plaats van bekostiging in geld toe te kennen, het vervoer zelf verzorgt dan wel doet verzorgen, en de afstand van de woning naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school voor basisonderwijs meer dan 20 kilometer bedraagt, betalen de ouders een van de financiële draagkracht afhankelijke bijdrage tot ten hoogste het bedrag van de kosten van het vervoer.3. De hoogte van het bedrag als bedoeld in het eerste lid en de bijdrage als bedoeld in het tweede lid is afhankelijk van de hoogte van het belastbaar inkomen van de ouders in de zin van de Wet op de inkomstenbelasting 2001 en bedragen:inkomens in Euro per 1-1-2002                  drempelbedrag in Euro per 1-1-2002       0   -    22.700                                               nihil22.700  -   27.200                                               8027.200  -   31.800                                               34031.800  -   36.300                                               63536.300  -   40.800                                               93040.800  -   45.400                                               1.225Bij een inkomen van € 45.400 en meer wordt voor elke € 4.500 extra inkomen de eigen bijdragesteeds opgehoogd met € 300.

4. De inkomensbedragen, genoemd in het derde lid, worden met jaarlijks aangepast aan de wijziging die in het indexcij¬fer van de regelingslonen van volwassen werknemers heeft ondergaan ten opzichte van 1 januari van het voor¬gaande jaar, en reken¬kundig afgerond op een veelvoud van € 500.5. De bedragen van de eigen bijdrage, bedoeld in het derde lid, worden jaarlijks aangepast aan de wijziging die het consumentenprijsindexcijfer van de reeks alle huishoudens op het onderdeel vervoersdien¬sten heeft ondergaan ten opzichte van 1 januari van het de voorafgaande jaar en rekenkundig afgerond op een veelvoud van € 5,-.

Titeldeel 6 BEPALINGEN OMTRENT HET VERVOER VAN GEHANDICAPTE LEERLINGEN VAN SCHOLEN VOOR PRIMAIR ONDERWIJS EN VOORTGEZET ONDERWIJS.

Artikel 25: Bekostiging op basis van de kosten van openbaar vervoer met begeleiding1. Het college verstrekt bekostiging op basis van de kosten van openbaar vervoer met begeleidingaan ouders van de leerling die een basisschool, speciale school voor basisonderwijs of een school voor voortgezet onderwijs bezoekt en vanwege een lichamelijke, verstandelijke of zintuigelijke handicap niet zelfstandig van het openbaar vervoer gebruik kan maken. Ten aanzien van een leerling van een speciale school voor basisonderwijs neemt het college artikel 9 in acht.2. Indien het college de in het vorige lid bedoelde aanvraag niet of slechts gedeeltelijk toekent, dienthet bij de beschikking het advies van de permanente commissie leerlingenzorg, de ambulante begeleider of het advies van andere deskundigen te betrekken.3. Indien een begeleider meer dan één leerling tegelijk begeleidt, komen slechts de kosten van hetopenbaar vervoer ten behoeve van één begeleider voor bekostiging in aanmerking.4. In afwijking van het eerste lid verstrekt het college de ouders bekostiging op basis van de kostenvan het vervoer per fiets dan wel bromfiets, indien de leerling naar het oordeel van het college, al dan niet onder begeleiding, gebruik kan maken van het vervoer per fiets, dan wel zelfstandig gebruik kan maken van het vervoer per bromfiets.

 

Artikel 26: Bekostiging op basis van kosten van aangepast vervoer1. Het college verstrekt bekostiging op basis van de kosten van aangepast vervoer aan de ouders vande leerling die een basisschool, speciale school voor basisonderwijs of een school voor voortgezet onderwijs bezoekt, indien a. de leerling, naar het oordeel van het college, gelet op zijn lichamelijke, verstandelijke of zintuigelijke handicap niet in staat is – ook niet onder begeleiding – van openbaar vervoer gebruik te maken. Ten aanzien van een leerling van een speciale school voor basisonderwijs neemt het college artikel 9 in acht. Of:b. aanspraak bestaat op bekostiging zoals bedoeld in artikel 25 en de leerling met gebruikmaking van openbaar vervoer naar school en terug, meer dan één uur onderweg is en de reistijd met aangepast vervoer tot 50% of minder van de reistijd per openbaar vervoer kan worden teruggebracht, of:c. aanspraak bestaat op bekostiging zoals bedoeld in artikel 25 en openbaar vervoer ontbreekt, tenzij de leerling naar het oordeel van het college al dan niet onder begeleiding gebruik kan maken van het vervoer per fiets, dan wel zelfstandig gebruik kan maken van het vervoer per bromfiets.2. Indien het college in het vorige lid bedoelde aanvraag niet of slechts gedeeltelijk toekent, dient hetbij de beschikking het advies van de permanente commissie leerlingenzorg, de ambulante begeleider of het advies van andere deskundigen te betrekken.

 

Artikel 27: Bekostiging op basis van de kosten van eigen vervoer1. Indien aanspraak bestaat op bekostiging van de vervoerskosten, kan het college de ouders opaanvraag toestaan één of meer leerlingen zelf te vervoeren of te laten vervoeren.2. Indien toestemming ingevolge het eerste lid aan de ouders is verleend, bekostigt het college aan deouders die één leerling zelf vervoeren of laten vervoeren:a. een bedrag op basis van de kosten van het openbaar vervoer indien aanspraak zou bestaan opbekostiging op basis van kosten van het openbaar vervoer, behoudens het bepaalde in het vijfdelid;b. een bedrag op basis van een kilometervergoeding voor de auto, afgeleid van de Reisregelingbinnenland, indien aanspraak zou bestaan op bekostiging van de kosten aangepast vervoer, behoudens het bepaalde in het vierde lid.3. Indien toestemming ingevolge het eerste lid aan de ouders is verleend, verstrekt het college aan deouders die meer dan één leerling tegelijk zelf vervoeren of laten vervoeren, bekostiging van een bedrag op basis van een kilometervergoeding voor de auto, afgeleid van de Reisregeling binnenland, behoudens het bepaalde in het vierde lid.4. Aan de ouders die één of meer leerlingen laten vervoeren door andere ouders die vangemeentewege voor het vervoer van één of meer leerlingen bekostiging ontvangen afgeleid van de Reisregeling binnenland, wordt door het college geen bekostiging verstrekt.5. Indien aanspraak bestaat op bekostiging van de vervoerskosten en het college desgewenst toestaatdan wel van oordeel is dat de leerling gebruik kan maken van het vervoer per fiets of bromfiets, verstrekt het college aan de ouders bekostiging van een bedrag op basis van een kilometervergoeding voor de fiets of bromfiets, afgeleid van de Reisregeling binnenland.

Titeldeel 7 SLOTBEPALINGEN.

Artikel 28: Beslissing college in gevallen waarin de regeling niet voorziet.

In gevallen, de uitvoering van het leerlingenvervoer betreffende, waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.

 

Artikel 29: Afwijken van bepalingen.

Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de ouders afwijken van de bepalingen in deze verordening, zo nodig na advies te hebben gevraagd aan de permanente commissie leerlingenzorg, de commissie voor de begeleiding, de regionale verwijzingscommissie of andere deskundigen.

 

Artikel 30: Intrekken oude regelingDe ‘Verordening leerlingenvervoer gemeente Valkenswaard 2002 en verder’ d.d. 21 mei 2002 wordt ingetrokken.

 

Artikel 31: Overgangsregeling1. Voor een leerling als bedoeld in Titel 6 voor wie in het schooljaar 2001-2002 krachtens de WetRea een vervoersvoorziening werd verstrekt, niet zijnde een voorziening in de vorm van een bruikleenauto of een voorziening deel uitmakend van of samenhangend met een leefvervoervoorziening, blijft, indien de ouders dat wensen, zo nodig in afwijking van artikel 3 aanspraak bestaan op een gelijkwaardige voorziening van en naar de school die de leerling in schooljaar 2001-2002 bezocht.2. Voor de leerling van leerwegondersteunend onderwijs of praktijkonderwijs die in het schooljaar 2001-2002 een vervoersvoorziening kreeg naar een school voor speciaal voortgezet onderwijs, leerwegondersteunend onderwijs, praktijkonderwijs of een opdc, blijft aanspraak bestaan op een vervoersvoorziening van en naar school of opdc die de leerling in het schooljaar 2001-2002 bezocht indien de afstand van de woning naar de school meer dan zes kilometer bedraagt. Titel 5 is van overeenkomstige toepassing.3. De bepalingen in Titel 6 zijn voor de eerst maal van toepassing in het schooljaar 2002-2003. Op het vervoer van leerlingen voorafgaand aan het schooljaar 2002-2003 en daarop betrekking hebbende geschillen, blijven de regelingen die voorafgaand aan de inwerkingtreding van deze verordening luiden van toepassing.

 

Artikel 32: Inwerkingtreding1. Deze verordening treedt in werking met ingang van schooljaar 2004-2005. Artikel 33: Citeertttel1. Deze verordening kan worden aangehaald als: 'Verordening leerlingenvervoer gemeente Valkenswaard 2004-2005'. 

 

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 28 mei 2003.
 
De voorzitter,                                                            De griffier,
 
J.E.A. Haas                                                                mr. C.J. Dorsman