Beleidsregels toekennen Gereserveerde Gehandicaptenparkeerplaatsen (GPP)

Burgemeester en wethouders van Veenendaal;

Gelet op:Artikel 15 Wegenverkeerswet, artikel 12 Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer en artikel 26 Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990;

Overwegende dat:

• ·

  de gemeente Veenendaal gehandicapten de mogelijkheid wil bieden deel te nemen aan het maatschappelijk verkeer.

• ·

  gehandicapten vaak daarvoor afhankelijk zijn van de auto omdat andere vervoermiddelen, zoals de fiets en het openbaar vervoer gezien hun beperking niet altijd een alternatief zijn.

• ·

  ons gehandicaptenparkeerbeleid daarom is gericht op het bieden van parkeerfaciliteiten aan gehandicapten.

• ·

  we daarnaast te maken hebben met schaarste aan parkeervoorzieningen in de openbare ruimte in verband met een toenemende automobiliteit.

• ·

  in onze parkeervisie staat dat wij de beschikbare parkeerruimte zo optimaal mogelijk willen verdelen tussen alle verschillende doelgroepen, zoals bewoners, werknemers, bezoekers etc. waarbij wij uiteraard afwegingen maken over het nut en de noodzaak om een bepaalde doelgroep de mogelijkheid te bieden ergens te parkeren. met een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken een parkeerplaats permanent wordt onttrokken aan het openbare parkeerareaal waardoor een beoordeling zorgvuldig moet plaatsvinden.

• ·

  het wenselijk is de beleidsregels voor het toekennen van gehandicaptenparkeerplaatsen zoals deze zijn vastgesteld in 2001, te actualiseren opdat een zorgvuldige beoordeling kan plaatsvinden.

Besluiten

vast te stellen de Beleidsregels toekennen GereserveerdeGehandicaptenparkeerplaatsen (GPP).

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

• a.

  aanvraagformulier: het (digitale) formulier dat de aanvrager indient voor het verkrijgen van een GPP.

• b.

  aanvrager: de persoon met een beperkte loopafstand waarvoor de GPP wordt aangevraagd.

• c.

  college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Veenendaal.

• d.

  gehandicaptenparkeerkaart (GPK): kaart zoals bedoeld in de Regeling gehandicaptenparkeerkaart.

• e.

  gehandicaptenparkeerplaats: een gemarkeerde parkeerplaats voor gehandicapten als bedoeld in artikel 26 van het RVV 1990.

• f.

  gereserveerde Gehandicaptenparkeerplaats (GPP): een gehandicaptenparkeerplaats die is gereserveerd voor één bepaald voertuig als bedoeld in artikel 26, eerste lid, aanhef en onder c, van het RVV 1990

• g.

  huisgenoot: de persoon waarmee de aanvrager duurzaam een gezamenlijke huishouding voert en die beiden op hetzelfde woonadres in de Basis Registratie Personen van de gemeente Veenendaal staan ingeschreven.

• h.

  loopafstand: de afstand die de aanvrager maximaal kan afleggenen die wordt vastgesteld bij de medische keuring.

• i.

  medische keuring: onderzoek door een door de gemeente aangewezen arts met het doel de loopafstand te bepalen en andere medische omstandigheden aan de gemeente aan te reiken die van belang zijn voor de beoordeling van een GPP.

• j.

  parkeerdruk: een uit een verkeerskundig onderzoek blijkende bezettingsgraad van de parkeerplaatsen die liggen binnen een straal van 100 meter van de woning die hoger is dan 80% of wanneer er minder dan 5 parkeerplaatsen binnen de loopafstand beschikbaar zijn.

• k.

  parkeervoorziening op eigen terrein: een opstelruimte die tenminste 5 meter lang, 2,5 meter breed en voldoende hoog is voor het voertuig waarvoor de aanvraag wordt gedaan en die voldoende ruimte biedt voor het in- en uitstappen rekening houdend met de beperking van de gehandicapte. Ook een garagebox binnen de loopafstand wordt als parkeervoorziening op eigen terrein aangemerkt.

• l.

  voertuig: alle gemotoriseerde voertuigen op meer dan twee wielen en op kenteken, inclusief brommobielen en gehandicaptenvoertuigen, waarvoor de GPP wordt aangevraagd.

• m.

  werkadres: het adres waar de aanvrager binnen de gemeente Veenendaal werkzaam is.

Artikel 2 Doel

Het doel van deze beleidsregels is alle aanvragen zorgvuldig te beoordelen en de beperkte beschikbare parkeerruimte zo eerlijk mogelijk te verdelen.

Artikel 3 De Aanvraag

De GPP kan (digitaal) worden aangevraagd door middel van een door het college van burgemeester en wethouders vastgesteld aanvraagformulier dan wel webformulier.

Artikel 4 Beslistermijn

• 1.

  Het college beslist op een aanvraag om toekenning van een GPP binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag.

• 2.

  Het college kan deze beslissing voor ten hoogste acht weken verdagen. Voor afloop van de in het eerste lid gestelde termijn wordt de aanvrager hiervan schriftelijk in kennis gesteld.

Artikel 5CriteriaGereserveerde Gehandicaptenparkeerplaats bestuurder

Om voor een GPP voor bestuurder in aanmerking te komen gelden de volgende criteria:

• a.

  de aanvrager staat ingeschreven in de Basis Registratie Personen van de gemeente Veenendaal op het adres waarvoor de aanvraag wordt ingediend of, indien de aanvraag een werkadres betreft, uit een verklaring van de werkgever blijkt dat de aanvrager werkzaam is op dat werkadres;

• b.

  de aanvrager is in het bezit van een landelijke Gehandicaptenparkeerkaart (GPK)bestuurder (B) welke op het moment van aanvraag nog tenminste 6 maanden geldig is;

• c.

  de aanvrager is in het bezit van een geldig rijbewijs voor het besturen van het voertuig waarvoor de bestuurder de GPP aanvraagt;

• d.

  de aanvrager heeft geen parkeervoorziening op eigen terrein;

• e.

  er moet sprake zijn van parkeerdruk op tenminste 2 verschillende dagen gedurende de week; en,

• f.

  de aanvrager of de huisgenoot :

  • 1.

    is eigenaar van het voertuig waarvoor een GPP wordt aangevraagd; of,

  • 2.

    kan de huur- of leaseovereenkomst van het voertuig overleggen.

Artikel 6CriteriaGereserveerde Gehandicaptenparkeerplaats passagier

Om voor een GPP voor passagier in aanmerking te komen gelden de volgende criteria:

• a.

  de aanvrager staat ingeschreven in de Basis Registratie Personen van de gemeente Veenendaal op het adres waarvoor de aanvraag wordt ingediend;

• b.

  de aanvrager moet in het bezit zijn van een landelijke Gehandicaptenparkeerkaart (GPK) passagier (P) welke op het moment van aanvraag nog tenminste 6 maanden geldig is;

• c.

  de huisgenoot van de aanvrager is in het bezit zijn van een geldig rijbewijs voor het voertuig waarvoor de passagier de GPP aanvraagt;

• d.

  de aanvrager heeft geen parkeervoorziening op eigen terrein ;

• e.

  er is sprake van parkeerdruk op tenminste 2 verschillende weekdagen ; en,

• f.

  de aanvrager of de huisgenoot :

  • 1.

    is eigenaar van het voertuig waarvoor een GPP wordt aangevraagd; of,

  • 2.

    kan de huur- of leaseovereenkomst van het voertuig overleggen.

Artikel 7Weigeringsgrondenvan een aanvraag voor een GPP

• 1.

  Aan een aanvrager die over een parkeervoorziening op eigen terrein beschikt of waar geen parkeerdruk is, wordt geen GPP toegekend.

• 2.

  Een GPP wordt ook niet toegekend indien de aanvrager de beschikking heeft over een rolstoel/duwwagen en met behulp hiervan zelfstandig de afstand tussen de parkeerplaats en het woonadres kan overbruggen. Voor een weigering van een aanvraag GPP voor passagier geldt daarnaast dat het verkeerstechnisch geen bezwaar mag opleveren wanneer de bestuurder in de directe omgeving van het adres tijdelijk stopt om de passagier te begeleiden bij het in- of uitstappen.

• 3.

  Een GPP voor passagier wordt niet toegekend indien uit de medische keuring blijkt dat de aanvrager door de huisgenoot verkeerstechnisch veilig, afgezet kan worden en vervolgens alleen gelaten kan worden gedurende de tijd die de huisgenoot nodig heeft om het voertuig te parkeren en terug te lopen.

• 4.

  Een GPP wordt niet toegekend als deze meer dan 100 meter vanaf de woning ligt.

• 5.

  Wanneer een GPP moet worden gerealiseerd op particulier terrein wordt geen GPP toegekend als de eigenaar geen toestemming geeft.

Artikel 8 Toekennen van een aanvraag voor een GPP

• 1.

  In afwijking van het gestelde onder artikel 7 lid 2 kan een GPP wel worden toegekend indien het een aanvraag voor een GPP voor bestuurder betreft, door de beperking bij het in- en uitstappen, niet alle parkeerplaatsen geschikt zijnen waarbij het gestelde onder artikel 5 lid e van toepassing is.

• 2.

  Het college zal bij de toekenning van een GPP de dichtstbijzijnde geschikte parkeerplaats, gerekend vanaf de ingang van de woning/complex, realiseren waarbij zoveel mogelijk rekening wordt gehouden met de voorkeur van de aanvrager. Er wordt alleen een GPP toegekend op bestaande parkeerplaatsen.

• 3.

  Bij de toekenning voor een GPP op een werkadres wordt de GPP afgestemd op de reguliere werktijden van de aanvrager.

Artikel 9Geldigheidsduur van een GPP

• 1.

  De einddatum van een GPP is gelijk aan de vervaldatum van de GPK ten tijde van de aanvraag.

• 2.

  Voor afloop van de termijn waarvoor de GPP is toegekend, moet een nieuwe aanvraag worden ingediend.

Artikel 10Doorgeven van wijzigingen

De aanvrager is verplicht alle wijzigingen die van belang en van invloed kunnen zijn op de toegekende GPP door te geven aan het college, zoals bij:

• a.

  wijziging kenteken;

• b.

  het niet meer in bezit hebben van een voertuig of geldig rijbewijs;

• c.

  het vervallen / wijzigen van de landelijke GPK;

• d.

  overlijden van de aanvrager of de huisgenoot indien het een GGP voor Passagier betreft;

• e.

  indien de huisgenoot en de aanvrager geen duurzaam gezamenlijke huishouding meer voeren of als beiden niet meer op hetzelfde woonadres in de Basis Registratie Personen staan ingeschreven.

• f.

  verhuizing van de aanvrager.

• g.

  bij beëindiging van het dienstverband bij de werkgever in geval een GPP is toegekend voor een leaseauto van deze werkgever of indien sprake is van een GPP bij een werkadres.

• h.

  bij verminderingvan het aantal werkzame uren per week indien sprake is van een GPP bij een werkadres.

Artikel 11Verplaatsen toegekende GPP

• 1.

  Het college heeft het recht een bestaande GPP te verplaatsen, in geval van urgentie of overlast.

• 2.

  De aanvrager kan een verzoek indienen om de GPP die aan de aanvrager is toegekend te verplaatsen.

Artikel 12Beëindiging van GPP

Een GPP vervalt in ieder geval in de volgende situaties:

• a.

  bij verhuizing van de aanvrager (ook bij verhuizing binnen de gemeente Veenendaal);

• b.

  bij overlijden van de aanvrager of in geval van een GPP voor passagier indien de aanvrager en diens huisgenoot geen gezamenlijke huishouding meer voeren (door bijvoorbeeld overlijden of beëindiging relatie) of niet meer op hetzelfde adres in de Basis Registratie Personen staan ingeschreven;

• c.

  bij het vervallen van de GPK van de aanvrager;

• d.

  bij het niet meer in bezit hebben van een voertuig door de aanvrager of in geval van een GPP voor passagier het niet meer in bezit hebben van een auto door de aanvrager of diens huisgenoot;

• e.

  bij het niet meer beschikken over een geldig rijbewijs van de aanvrager of in geval van een GPP voor passagier bij het niet meer beschikken van de huisgenoot over een geldig rijbewijs;

• f.

  indien de aanvrager een GPP voor bestuurder had en de aanvrager niet meer zelfstandig rijdt;

• g.

  indien het een GPP bij een werkadres betreft en de aanvrager niet meer op dat werkadres werkzaam is.

Artikel 13Slotbepalingen

• 1.

  Het “Beleid toekennen gereserveerde gehandicaptenparkeerplaatsen”, vastgesteld d.d. 16 oktober 2001 wordt ingetrokken.

• 2.

  Alle toegekende bestaande GPP-en blijven in stand tot de GPK van de aanvrager vervalt.

• 3.

  Deze beleidsregels treden in werking op de dag na die van de bekendmaking.

• 4.

  Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels Gereserveerde Gehandicaptenparkeerplaatsen Veenendaal.

Toelichting Beleidsregels toekennen Gereserveerde Gehandicaptenparkeerplaatsen Veenendaal

Algemeen

De kosten voor de aanvraag van een GPP zijn verschuldigd zodra een getekende aanvraag door de gemeente is ontvangen, dit is onafhankelijk van het resultaat (wel of geen toekenning GPP). De kosten van de diverse onderdelen worden vastgesteld in de legesverordening van de gemeente Veenendaal. Indien de aanvraag digitaal wordt ingediend, moet direct de legeskosten voldaan worden.

Artikel 5d

Uit de ‘berekeningsaantallen parkeervoorzieningen bij woningen met garage en/of oprit’ uit de geldende beleidsregels voor parkeernormen is af te leiden wat wij als een parkeervoorziening op eigen terrein beschouwen:

• ·

  een oprit;

• ·

  een garage met een oprit;

• ·

  een garage zonder oprit;

• ·

  een gereserveerde parkeerplaats op een erf horend bij het wooncomplex;

• ·

  een losse garagebox mits deze is gelegen binnen een afstand van 100 meter van de woning

Aanvullend op deze opsomming beschouwen wij ook een voor de aanvrager toegankelijk privéparkeerterrein, bijvoorbeeld achter een flat, als eigen parkeergelegenheid

Indien een garage een woon-of werkfunctie heeft gekregen voor de aanvrager of één van diens gezinsleden wordt dit niet meer beschouwd als eigen parkeergelegenheid. Tot slot wordt een parkeervoorziening niet als zodanig meegerekend als deze in gebruik is als stalling voor een niet inklapbare (elektrische) rolstoel, waardoor er onvoldoende ruimte is voor de auto waarvoor de GPP wordt aangevraagd.

Artikel 5e

Om de hoogte van de parkeerdruk te bepalen tellen wij 3 keer op de door aanvrager aangegeven momenten. Er wordt geen rekening gehouden met piekbelasting bijvoorbeeld tijdens haal- en brengtijden bij scholen. In overleg met de aanvrager wordt gekozen of de afstand wordt bepaald vanaf de voordeur of vanaf de achterdeur.

Wanneer de parkeerdruk laag is, zal men redelijkerwijs altijd een vrije parkeerplaats binnen deze afstand kunnen vinden. Het aanleggen van een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken is dan niet nodig. Als de parkeerdruk hoger dan of gelijk aan 80% is, kan het vinden van een vrije parkeerplaats lastig worden. De aanvrager loopt dan het risico verder te moeten lopen voor een parkeerplaats dan de maximale afstand die hij/zij zelfstandig te voet en aan één stuk kan afleggen. Daarom hanteren wij het uitgangspunt dat een GPP alleen wordt toegekend als de parkeerdruk binnen de vastgestelde loopafstand met een maximum van 100 meter om de woning hoger dan of gelijk aan 80% is op minimaal twee dagen per week.

Artikel 8

In gevallen waarin in een straat of in een gebied dreigt dat er teveel Gehandicaptenparkeerplaatsen worden gereserveerd, kan het college besluiten om tijdelijk geen nieuwe aanvragen in behandeling te nemen. Dit kan ook automatisch inwerking treden indien binnen 100 meter vanaf de ingang van een wooncomplex alle parkeerplaatsen al gereserveerd zijn.

De ingediende aanvragen worden dan op een wachtlijst geplaatst. Indien er leges betaald zijn, worden deze gerestitueerd. Indien er weer parkeerruimte beschikbaar komt, wordt in volgorde van langst wachtende de wachtlijst afgewerkt. De langst wachtende Aanvrager krijgt dan de mogelijk om opnieuw een aanvraag in te dienen.