Deelverordening Onderwijsranddiensten

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze deelverordening wordt verstaan onder:

• a.

  Algemene subsidieverordening: de Algemene Subsidie Verordening Veldhoven.

• b.

  College: het college van burgemeester en wethouders van Veldhoven.

• c.

  Onderwijsranddiensten: schoolzwemmen en kunstzinnige vorming.

• d.

  Schoolbestuur: bevoegd gezag van een volgens de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezeg onderwijs bekostige in de gemeente gelegen openbare of bijzondere school.

• e.

  School: school voor basisonderwijs, school voor speciaal onderwijs, school voor voortgezeten speciaal onderwijs, school dan wel instelling voor speciaal en voortgezet onderwijs.

• f.

  Verevening:Het verschil tussen (a) het subsidieniveau waarop een instelling in 2015 recht zou hebben op basis van de grondslagen, zoals deze voor de inwerkingtreding van deze deelverordening golden, inclusief de van toepassing zijnde bezuiniging en (b) het subsidieniveau waarop een instelling in 2015 recht heeft op grond van deze deelverordening, wordt als volgt verevend:

  • 1.

    In het geval het een positief verschil betreft wordt gedurende drie jaren (2013-2015) 1/3 deel van dit verschil afgetrokken van het subsidieniveau volgens deze deelverordening.

  • 2.

    In het geval het een negatief verschil betreft wordt gedurende drie jaren (2013-2015) 1/3 deel van dit verschil opgeteld bij het subsidieniveau volgens deze deelverordening.

Artikel 2 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Subsidie kan worden verstrekt aan scholen in Veldhoven die onderwijsranddiensten organiseren.

Artikel 3 Weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in de artikelen 9 en 10 van de Algemene subsidieverordening kan de subsidie worden geweigerd indien de activiteiten, naar het oordeel van het college, geen waardevolle aanvulling betekenen op het aanbod van activiteiten van de reeds gesubsidieerde instellingen op dit terrein.

Artikel 4 Berekening van de subsidie

• 1.

  De jaarlijkse subsidie voor onderwijsranddiensten bestaat uit een bedrag per leerling:

  • a.

    van € 28,35 in 2013.

  • b.

    van € 27,62 vanaf 2014.

• 2.

  De ijkdatum voor het bepalen van het aantal leerlingen is 1 oktober van het schooljaar voorafgaand aan het jaar waarin de aanvraag om subsidie is ingediend.

• 3.

  Voor scholen waarmee ten tijde van de inwerkingtreding van deze deelverordening al een subsidierelatie bestond, geldt het volgende: Indien het subsidiebedrag per jaar voor de inwerkingtreding van deze deelverordening afwijkt van het subsidiebedrag dat volgt uit de in lid 1 van dit artikel opgenomen berekeningswijze, geldt in afwijking van het in lid 1 bepaalde dat gedurende drie jaren een verevening wordt toegepast bij de berekening van het bedrag van de jaarlijkse subsidie.

Artikel 5 Verplichtingen

Het college is bevoegd om verplichtingen aan de beschikking tot subsidieverlening te verbinden.