Regeling vervallen per 01-01-2013

Verordening op de heffing en invordering van forensenbelasting 2012

Geldend van 01-01-2012 t/m 31-12-2012

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van forensenbelasting 2012

Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 18 oktober 2011, nummer 68;

Gelet op het artikel 223 van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de Verordening op de heffing en invordering van forensenbelasting 2012 (Verordening forensenbelasting 2012)

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder woning: een gemeubileerde woning als bedoeld in artikel 223 van de Gemeentewet.

Artikel 2 Belastbaar feit en belastingplicht

  • 1. Onder naam 'forensenbelasting' wordt een directe belasting geheven van de natuurlijke personen, die, zonder in de gemeente hoofdverblijf te hebben, er op meer dan 90 dagen van het belastingjaar voor zich of hun gezin een gemeubileerde woning beschikbaar houden.

  • 2. Of iemand in de gemeente hoofdverblijf heeft, wordt naar de omstandigheden beoordeeld.

Artikel 3 Vrijstellingen

  • 1. Niet belastingplichtig is degene die ter tijdelijke waarneming van een openbare betrekking of ter bijwoning van de vergaderingen van een vertegenwoordigend openbaar lichaam, waarvan hij het lidmaatschap bekleedt, dan wel ingevolge last of bevel van de overheid, buiten de gemeente van zijn hoofdverblijf vertoeft.

  • 2. De belasting wordt in het belastingjaar éénmaal van dezelfde woning geheven. De belasting wordt geheven van degene, die in het kalenderjaar als eerste overeenkomstig deze verordening als belastingplichtige kan worden aangemerkt.

Artikel 4 Maatstaf van heffing en belastingtarief

De belasting bestaat uit een vast bedrag per woning, ad. € 410,01 per belastingjaar.

Artikel 5 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 6 Wijze van heffing

De belasting wordt door middel van een aanslag geheven.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990 moet de aanslag worden betaald:

  • a. Bij niet-automatische incasso 

  • in twee gelijke termijnen, waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede een maand later.

  • b.Bij automatische incasso

  • in zoveel gelijke termijnen als er na de maand van dagtekening van het aanslagbiljet nog niet geëindigde maanden in het kalenderjaar overblijven, met dien verstande dat het aantal termijnen tenminste vier en maximaal tien bedraagt.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van forensenbelasting wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Nadere regels

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de forensenbelasting.

Artikel 10 Overgangsrecht

De “Verordening forensenbelasting 2011” vastgesteld bij raadsbesluit van 15 december 2010 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 11, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 11 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2012.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.

Artikel 12 Citeerartikel

Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening forensenbelasting 2012”

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van 21 december 2011.
De griffier, De voorzitter,