Regeling vervallen per 01-01-2013

Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2012

Geldend van 01-01-2012 t/m 31-12-2012

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2012

De raad van de gemeente Venlo

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 18 oktober 2011, nummer 68

gelet op artikel 225 van de Gemeentewet

besluit

vast te stellen de Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2012

(Verordening parkeerbelastingen 2012)

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    parkeren:

  • het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een voertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van zaken, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden;

  • b.

    houder:

  • degene op wiens naam het voor het voertuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren was ingeschreven in het krachtens de Wegenverkeerswet 1994 aangehouden register van opgegeven kentekens;

  • c.

    parkeerapparatuur:

  • parkeermeters, parkeerautomaten, met inbegrip van verzamelparkeermeters, en hetgeen naar maatschappelijke opvatting overigens onder parkeerapparatuur wordt verstaan;

  • d.

    bewonerbelanghebbende:

  • degene die woont in een van de in de bijlage 1 bij deze verordening beschreven betaald parkeergebieden en houder is van een voertuig;

  • e.

    zakelijkbelanghebbende:

  • degene die een beroep of bedrijf uitoefent en is gevestigd op een adres, dat gelegen is in een van de in de bijlage 1 van deze verordening beschreven betaald parkeergebieden en houder is van een voertuig;

  • f.

    doelgroepen:

  • degenen die een beroep of bedrijf uitoefenen waarvoor aantoonbaar is op regelmatige basis binnen de parkeerregulering van Venlo werkzaamheden te verrichten waarbij de aanwezigheid van het voertuig voor de werkzaamheden noodzakelijk dan wel gewenst is; als doelgroepen worden onder andere gezien: thuiszorg, bouw/installatiebedrijven, reinigingsdiensten;

  • g.

    regulier abonnement:

  • een abonnement verkrijgbaar voor elke aanvrager voor toegang tot een bepaalde parkeergarage of parkeerterrein met slagboom;

  • h.

    bezoekerskaart:

  • een kaart afgegeven aan degene die woont respectievelijk degene die een beroep of bedrijf uitoefent in een van de in de bijlage 1 van deze verordening beschreven betaald parkeergebieden ten behoeve van zijn bezoekers om tegen een gereduceerd tarief een voertuig te parkeren bij parkeerapparatuur;

  • i.

    motorfiets:

  • tweewielig motorvoertuig met grotere cilinderinhoud dan 50 cc;

  • j.

    jaar:

  • een kalenderjaar;

  • k.

    kwartaal:

  • een kalenderkwartaal;

  • l.

    maand:

  • een kalendermaand;

  • m.

    nacht:

  • een ononderbroken periode van

  • 1.

    donderdagavond van 22:00 uur tot vrijdagmorgen 07:00 uur;

  • 2.

    zaterdagavond van 21:00 uur tot zondagmorgen 09:00 uur;

  • 3.

    zondagavond van 21:00 uur tot maandagmorgen 07:00 uur;

  • 4.

    alle overige dagen van 21:00 uur tot 07:00 uur van de daaropvolgende dag, met uitzondering van de parkeergarage Mgr. Nolensplein waar de vrijdagavond geldt van 21:00 uur tot zaterdagmorgen 06:00 uur.

  • n.

    kort parkeren:

  • parkeren bij plaatsen met parkeerapparatuur zoals vermeld op de bijlage 4 bij deze verordening waar een maximale parkeertijd van een uur geldt;

  • o.

    ultrakort parkeren:

  • parkeren bij plaatsen met parkeerapparatuur zoals vermeld op de bijlage 4 bij deze verordening waar een maximale parkeertijd van een half uur geldt;

  • p.

    beugelparkeerplaatsen:

  • parkeerplaatsen voorzien van een beugel met slot;

  • q.

    straatparkeren:

  • vrij toegankelijke parkeerplaatsen op straat en op parkeerterreinen zonder slagboom.

Artikel 2 Belastbaar feit

  • 1.

    Onder de naam 'parkeerbelastingen' worden de volgende belastingen geheven:

    • a

      een belasting ter zake van het parkeren van een voertuig op een bij, dan wel krachtens deze verordening in de daarin aangewezen gevallen, de gebieden bedoeld in bijlage 1 en door het college te bepalen plaats, tijdstip en wijze, waaronder begrepen de abonnementen;

    • b

      een belasting ter zake van een van gemeentewege verleende vergunning voor het parkeren van een motorvoertuig op de in die vergunning aangegeven plaats en wijze in de gebieden bedoeld in bijlage 1.

  • 2.

    De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, in de vorm van een parkeerabonnement is mogelijk voor:

    • a.

      bewonersbelanghebbenden

    • b.

      zakelijkbelanghebbenden

    • c.

      bezoek met een bezoekerskaart

    • d.

      doelgroepen

    • e.

      reguliere abonnementen

    • f.

      beugelparkeerplaatsen

  • 3.

    Abonnementen als bedoeld in het 2e lid zijn niet van toepassing op ultra kort parkeren als bedoeld in artikel 1, sub o met uitzondering van de bezoekerskaart

  • 4.

    De abonnementen bedoeld in lid 2, aanhef en sub a, b en c gelden uitsluitend voor de gebieden waarvoor deze zijn verleend.

  • 5.

    Een abonnement bedoeld in lid 2, aanhef en sub d geldt voor alle gebieden

  • 6.

    Het college kan besluiten een maximumaantal abonnementen vast te stellen voor gebieden of plaatsen binnen gebieden.

Artikel 3 Belastingplicht

  • 1

    De belasting bedoeld in artikel 2, 1e lid onderdeel a, wordt geheven van de degene die het voertuig heeft geparkeerd, danwel van degene aan wie het parkeerabonnement wordt verleend

  • 2

    Als degene die het voertuig heeft geparkeerd wordt mede aangemerkt:

    • a

      degene die de belasting voldoet, dan wel te kennen geeft of heeft gegeven de belasting te willen voldoen;

    • b

      zolang geen voldoening van de belasting genoemd in artikel 2, 1e lid onderdeel a, heeft plaatsgevonden: de houder van het motorvoertuig, met dien verstande dat:

      • 1e

        als een voor ten hoogste drie maanden aangegane huurovereenkomst wordt overgelegd waaruit blijkt wie ten tijde van het parkeren ingevolge deze overeenkomst de huurder van het voertuig was, niet de houder maar de huurder wordt aangemerkt als degene die het voertuig heeft geparkeerd;

      • 2e

        als blijkt dat ten tijde van het parkeren een ander in het kentekenregister had moeten staan ingeschreven, die ander wordt aangemerkt als degene die het voertuig heeft geparkeerd.

  • 3

    De belasting bedoeld in artikel 2, 1e lid onderdeel a, wordt niet geheven van degene die op de voet van het tweede lid, onderdeel b, als degene die het voertuig heeft geparkeerd wordt aangemerkt, als deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het voertuig heeft gebruik gemaakt en dat hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen.

  • 4

    De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel b, wordt geheven van degene die de vergunning heeft aangevraagd.

Artikel 4 Maatstaf van heffing, belastingtarief en belastingtijdvak

De maatstaf van heffing, het belastingtarief en het belastingtijdvak zijn vermeld in de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende tarieventabel.

Artikel 5 Wijze van heffing

  • 1

    De belasting bedoeld in artikel 2, 1e lid onderdeel a, wordt geheven door voldoening op aangifte. Als voldoening op aangifte wordt aangemerkt het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur op de daartoe bestemde wijze en met inachtneming van de door het college gestelde voorschriften en de voorschriften op of bij de parkeerapparatuur. Als voldoening op aangifte wordt verder aangemerkt het aanvragen van het abonnement

  • 2

    De belasting bedoeld in artikel 2, 1e lid onderdeel b, wordt geheven door voldoening op aangifte.

Artikel 6 Ontstaan van de belastingschuld

  • 1

    De belasting bedoeld in artikel 2, 1e lid onderdeel a, is verschuldigd bij de aanvang van het parkeren, danwel bij de aanvang van het heffingstijdvak waarvoor het abonnement wordt verleend

  • 2

    De belasting bedoeld in artikel 2, 1e lid onderdeel b, is verschuldigd op het tijdstip waarop de vergunning wordt verleend.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1

    De belasting bedoeld in artikel 2, 1e lid onderdeel a, moet overeenkomstig de aangifte worden betaald bij de aanvang van het parkeren.

  • 2.

    De belasting bedoeld in artikel 2, 1e lid onderdeel a, voor wat betreft de abonnementen, moet zijn betaald op het tijdstip waarop het abonnement wordt verleend.

  • 3

    De belasting bedoeld in artikel 2, 1e lid onderdeel b, wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte en moet zijn betaald op het tijdstip waarop de vergunning wordt verleend.

  • 4

    Een naheffingsaanslag moet terstond worden betaald.

Artikel 8 Bepalingen omtrent aanvang en eindigen van de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak

  • 1.

    Bij aanvang van een abonnement bedraagt het tarief zoveel derde respectievelijk twaalfde gedeelte van het geldende tarief als er maanden niet verstreken zijn in het kwartaal respectievelijk jaar

  • 2.

    Indien de belastingplicht in de loop van het tijdvak waarvoor het abonnement is aangegaan eindigt, wordt op aanvraag ontheffing verleend. Belasting is dan verschuldigd over een kwartaal of over even zoveel kwartalen als er in dat jaar reeds begonnen zijn respectievelijk over een maand of over even zoveel maanden als er in dat kwartaal reeds begonnen zijn, met dien verstande dat de belasting nimmer hoger is dan het tarief van het te beëindigen abonnement.

Artikel 9 Bevoegdheid tot aanwijzing parkeerplaatsen

De aanwijzing van de plaats waar, het tijdstip en de wijze waarop tegen betaling van de belasting bedoeld in artikel 2, 1e lid onderdeel a, mag worden geparkeerd dan wel waarvoor een abonnement kan worden verkregen als bedoeld in artikel 2, 1e lid onderdeel a geschiedt in alle gevallen door het college bij openbaar te maken besluit.

Artikel 10 Bevoegdheid tot gebruik wielklem en wegsleepregeling

  • 1

    Tot zekerheid van de betaling van een naheffingsaanslag ter zake van de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, kan aan het voertuig een wielklem worden aangebracht.

  • 2

    Het college wijst bij openbaar te maken besluit in alle gevallen de terreinen en weggedeelten aan waar de wielklem wordt toegepast.

  • 3

    Als na het aanbrengen van de wielklem 24 uren zijn verstreken kan het voertuig naar een door de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar aangewezen plaats worden overgebracht en in bewaring worden gesteld.

Artikel 11 Kosten naheffingsaanslag en wielklem

  • 1

    De kosten van een naheffingsaanslag terzake van de belasting als bedoeld in artikel 2 1e lid onderdeel a zijn vermeld in de bij deze verordening behorende en daarvan deeluitmakende tarieventabel

  • 2

    De kosten die verschuldigd zijn terzake het gebruik maken van de bevoegdheid als bedoeld in artikel 10 zijn vermeld in de bij deze verordening behorende en daarvan deeluitmakende tarieventabel.

  • 3

    Het bedrag van de ingevolge het eerste en tweede lid in rekening te brengen kosten wordt bij voor bezwaar vatbare beschikking vastgesteld.

  • 4

    Een voertuig met aanhanger wordt voor de toepassing van de kosten voor overbrenging beschouwd als twee voertuigen.

Artikel 12 Kwijtschelding

Bij de invordering van de parkeerbelastingen wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 13 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college kan nadere regels vaststellen met betrekking tot de heffing en de invordering van de parkeerbelasting.

Artikel 14 Overgangsrecht

De 'Verordening parkeerbelasting 2011 vastgesteld bij raadsbesluit van 15 december 2010 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 15, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 15 Inwerkingtreding

1 Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2012.

2 De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.

Artikel 16 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening parkeerbelastingen 2012”.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van 21 december 2011
De griffier, De voorzitter,

Bijlagen behorende bij de Verordening parkeerbelastingen 2012

Bijlage 1

Gebiedsomschrijvingen

I Gebiedsomschrijvingen als bedoeld in artikel 2, 1e lid onder a van de Verordening parkeerbelastingen 2012

a. Centrum Binnenstad:

het gedeelte van de gemeente dat begrensd wordt door de Maas, Professor Gelissensingel ten noorden van de Molensingel, de spoorlijn, Koninginneplein, Keulsepoort, Parade, Sint Jorisstraat, Grote Kerkstraat, Sint Martinusstraat (het gedeelte ten zuiden van de Goltziusstraat), Monseigneur Nolensplein en Puteanusstraat, Op de Miste, Maasstraat, Kolenstraat, Romeinenplaats, Wijngaardstraat, Romerstraat, Prinsessesingel met inbegrip van deze straten, deze singels, kaden, wegen, pleinen en poorten behoudens de Puteanusstraat, de Sint Martinusstraat (het gedeelte ten zuiden van de Goltziusstraat), de Maasstraat, de Kolenstraat ten westen van de Romeinenplaats, de zuidzijde van de Wijngaardstraat, de westzijde van de Kolenstraat en de noordzijde van de Prinsessesingel;

b. Centrum-Zuid:

het gedeelte van de gemeente dat begrensd wordt door de Eindhovenseweg, Professor Gelissensingel, Molensingel, Zuidsingel, Sloterbeekstraat, Roermondsepoort alsmede de Jan Teunissenplein, Sinselveldhof Dr. Cuyperstraat, met inbegrip van deze straten, deze singels, kaden, wegen, pleinen en poorten, met uitzondering van de Eindhovenseweg en Professor Gelissensingel en evenmin de Sloterbeekstraat ten zuidoosten van de Zuidsingel;

c. Binnenstad Noord-Oost:

het gedeelte van de gemeente dat begrensd wordt door de Deken van Oppensingel, Goltziusstraat, Sint Martinusstraat (het gedeelte ten zuiden van de Goltziusstraat), Grote Kerkstraat, Sint Jorisstraat, Parade en Keulsepoort met inbegrip van deze straten, singels, kaden, wegen, pleinen en poorten behoudens de Parade, Grote Kerkstraat en de Sint Jorisstraat;

d. Binnenstad Noord:

het gedeelte van de gemeente dat begrensd wordt door de Maas, Puteanusstraat, Monseigneur Nolensplein, Goltziusstraat, Krefeldseweg, Gasthuiskampstraat, Craneveldstraat, Sint Urbanuspad, Dokter Aletta Jacobsstraat, Hogeschoorweg (het gedeelte ten zuiden van de Craneveldstraat), Wilhelminapark en de Sint Urbanusweg (het gedeelte ten zuiden van de Groeneweg) met inbegrip van deze straten, singels, kaden, wegen, pleinen en poorten behoudens het Monseigneur Nolensplein, Goltziusstraat, Krefeldseweg, Gasthuiskampstraat en Craneveldstraat;

e. Mgr. Nolensplein:

de straten Mgr. Nolensplein, Parkstraat, Dwarsstraat en Geldersepoort;

f. Venlo-Oost:

het gedeelte van de gemeente dat begrensd wordt door de Burgemeester van Rijnsingel, Kaldenkerkerweg, Heutzstraat en Stalbergweg, met inbegrip van deze straten, singels, kaden, wegen, pleinen en poorten behoudens de Burgemeester van Rijnsingel ten noorden van de Belletablestraat, de Kaldenkerkerweg ten oosten van de Prinsenstraat en de Stalbergweg ten oosten van de Van Schelbergenstraat;

g. Blerick Centrum:

het gedeelte van de gemeente dat begrensd wordt door de Pontanusstraat, Kloosterstraat, 1e Graaf van Loonstraat, Urbanusstraat, Pepijnstraat, van Bornestraat, Ruijsstraat, Witherenstraat, Steegstraat en Maasbreesestraat met inbegrip van deze straten, singels, kaden, wegen, pleinen en poorten behoudens de Ruijsstraat, de zuidzijde van de Steegstraat, de Maasbreesestraat en de Pepijnstraat;

h. Rosarium:

de straten Lohofstraat, Prinsenhofstraat, Prinses Beatrixstraat, Ruijs de Beerenbrouckstraat, van Cleefstraat, Jan de Verwerstraat, Mgr. Boermansstraat (weggedeelte tussen Deken van Oppensingel en Wilhelminastraat), Julianastraat en Wilhelminastraat;

i.beugelparkeerplaatsen:

  • buitenring Wilhelminapark

  • het parkeerterrein aan de westzijde van het flatgebouw "de Sliënenberg"

j. Maasboulevard:

het gedeelte van de gemeente dat begrensd wordt door de Maas, Prinsessesingel, Romerstraat, Wijngaardstraat, Maasstraat, Kolenstraat, Romeinenplaats en Op de Miste met inbegrip van deze straten, deze singels, kaden, wegen, pleinen en poorten behoudens de zuidzijde van de Prinsessesingel, de oostzijde van de Romerstraat, de noordzijde van de Wijngaardstraat, de Kolenstraat ten oosten van de Romeinenplaats, de Romeinenplaats en Op de Miste.

II Gebiedsomschrijvingen als bedoeld in artikel 2, 1e lid onder b van de Verordening parkeerbelastingen 2012

De bedrijvenstraatjes:

Italiëplaats, Dominicanenstraat, oostzijde van Aan Cedron, aan de rechterzijde van de rijbaan Kruisherenstraat, Bartelsplaats, Gildenstraat, Huzarenplaats, Brouwersplaats, achter de Kloosterstraat, achter de Wieën.

Bijlage 2

Voorschriften

A. Algemene voorschriften abonnementen als bedoeld in artikel 2, 2e lid van de Verordening parkeerbelastingen 2012

  • 1.

    het parkeerabonnement vermeldt tenminste:

    • a.

      het kenteken van het voertuig van belanghebbende, met dien verstande dat op één parkeerabonnement twee kentekens mogen worden vermeld;

    • b,

      in afwijking van lid 1, aanhef , onder sub a kan voor zakelijk belanghebbenden en doelgroepen in plaats van het kenteken de organisatie- of firmanaam worden vermeld mits het voertuig als zodanig herkenbaar is als voertuig van de organisatie of bedrijfsnaam het gebied waarvoor het parkeerabonnement is afgegeven.

  • 2.

    Het parkeerabonnement voor bewonersbelanghebbenden en zakelijkbelanghebbenden vervalt indien:

    • a.

      degene, ten name van wie het parkeerabonnement is gesteld,

      • 1.

        het gebied waarvoor het parkeerabonnement is afgegeven metterwoon verlaat of daar uitgeoefende beroep of bedrijf beëindigt;

      • 2.

        daarom verzoekt;

      • 3.

        geen houder van een voertuig meer is;

      • 4.

        is overleden;

    • b.

      er zich een wijziging voordoet in één van de omstandigheden die relevant waren voor het afgeven van het abonnement;

    • c.

      blijkt dat bij de aanvraag onjuiste gegevens zijn verstrekt.

  • 3.

    Het bezoekerskaart vervalt indien degene, ten name van wie het parkeerabonnement is gesteld,:

    • a.

      uit het gebied verhuist waarvoor het parkeerabonnement is afgegeven;

    • b.

      daarom verzoekt;

    • c.

      is overleden;

  • 4.

    Het doelgroepenparkeerabonnement vervalt indien:

    • a.

      degene, ten name van wie het parkeerabonnement is gesteld,

      • 1.

        het uitgeoefende beroep of bedrijf beëindigt;

      • 2.

        daarom verzoekt;

      • 3.

        geen houder van een voertuig meer is;

    • b.

      er zich een wijziging voordoet in één van de omstandigheden die relevant waren voor het afgeven van het abonnement;

    • c.

      blijkt dat bij de aanvraag onjuiste gegevens zijn verstrekt

  • 5.

    Het reguliere abonnement vervalt indien degene, ten name van wie het parkeerabonnement is gesteld daar om verzoekt

  • 6.

    Een abonnement voor een beugelparkeerplaats vervalt indien degene, ten name van wie het abonnement is gesteld:

    • a.

      daar om verzoekt

    • b.

      uit het gebied verhuist waarvoor het abonnement is afgegeven

B. Abonnement bewonersbelanghebbenden en bezoekerskaart

  • 1.De

    abonnementen voor bewonersbelanghebbenden worden voor alle gebieden verleend.

  • 2.De

    bezoekerskaart wordt voor alle gebieden verleend met uitzondering van parkeergarages en parkeerterreinen met slagbomen.

  • 3.

    Het aantal per woonadres af te geven abonnementen voor bewonersbelanghebbenden bedraagt voor het gebied:

    • -

      Centrum Binnenstad: één tbv parkeergarages en terreinen

    • -

      Centrum-Zuid: twee

    • -

      Binnenstad Noord-Oost: twee;

    • -

      Binnenstad Noord: twee;

    • -

      Mgr. Nolensplein: één met dien verstande dat op een woonadres in dit gebied of een abonnement wordt verleend voor het gebied Mgr. Nolensplein of voor het gebied Centrum Binnenstad

    • -

      Venlo-Oost: twee;

    • -

      Blerick Centrum: één

  • 4.

    Het aantal per woonadres af te geven bezoekerskaarten bedraagt per woonadres in alle gebieden : één

  • 5.

    Bij de aanvraag van een abonnement bewonersbelanghebbenden en bezoekerskaart wordt het bevolkingsregister geraadpleegd en dient een legitimatiebewijs en een kopie van het kentekenbewijs van de auto te worden overgelegd. Ingeval van leasevoertuigen dient een houderschapsverklaring te worden overgelegd

C. Abonnement zakelijkbelanghebbenden

Een abonnement voor zakelijkbelanghebbenden wordt alleen afgegeven voor de gebieden Binnenstad Noord, Binnenstad Noord-Oost, Centrum-Zuid en Venlo-Oost ten behoeve van straatparkeren.

Het aantal per bedrijfsadres af te geven abonnementen voor zakelijkbelanghebbenden wordt bepaald aan de hand van het aantal (voltijds)werknemers. Het aantal werknemers blijkt uit een uittreksel van de Kamer van Koophandel tenzij blijkt dat de feitelijke situatie anders is. Per drie (voltijds)werknemers kan één abonnement worden verstrekt met dien verstande dat per bedrijfsadres maximaal 10 abonnementen kunnen worden afgegeven.

Bij de aanvraag van een abonnement voor zakelijkbelanghebbenden dient een kentekenbewijs van het voertuig, een uittreksel van de Kamer van Koophandel waaruit blijkt dat op het adres inderdaad een bedrijf is gevestigd en waaruit tevens het aantal op dat adres bij dat bedrijf werkzame (voltijds)werknemers blijkt, een werkgeversverklaring inhoudende dat men op het onderhavige adres werkzaam is en een legitimatiebewijs te worden overgelegd. Ingeval van leasevoertuigen dient een houderschapsverklaring te worden overgelegd.

D. Abonnement doelgroepen

  • 1.

    Abonnementen voor doelgroepen kunnen worden afgegeven aan bedrijven die aantoonbaar op regelmatige basis binnen de parkeerregulering van Venlo werkzaamheden verrichten, waarbij de aanwezigheid van het voertuig voor de werkzaamheden noodzakelijk dan wel wenselijk is.

  • 2.

    Als toets voor het afgeven van deze abonnementen wordt beoordeeld of het maatschappelijk verantwoord is deze af te geven.

  • 3.

    Een abonnement voor doelgroepen wordt verleend voor alle gebieden met uitzondering van parkeergarages en parkeerterreinen

Bijlage 3

Tarieven 2012

 

 

 

 

I. Garages, terreinen en straatparkeren

 

 

a. bezoektarieven

Per uur

Per keer

Mgr. Nolensplein

€ 1,85

 

Roermondsepoort

€ 1,65

 

Arsenaalplein

€ 1,65

 

Maaskade laag/hoog

€ 1,60

 

Maaskade hoog bussen

€ 4,00

 

Straatparkeren stadsdeel Venlo

€ 1,60

 

Straatparkeren kortparkeren stadsdeel Venlo

€ 3,00

 

Straatparkeren en terreinen stadsdeel Blerick

€ 1,50

 

Dagtarief Binnenstad Noord-Oost; Rosarium

 

€ 12,50

Nachttarief parkeergarages

 

€ 4,50

Verloren kaart garages en terreinen

 

€ 22,50

 

 

 

b. abonnementen terreinen

Kwartaal

Jaar

alle dagen in de week (24 u.)

€ 170

€ 650

maandag t/m/ vrijdag 07.00 u - 19.00 u.

€ 120

€ 450

belanghebbenden Centrum Binnenstad

€ 40

€ 135

belanghebbenden Laurentiusplein

€ 25

€ 90

c. abonnementen garages Arsenaal en Roermondsepoort

 

 

alle dagen in de week (24 u.)

€ 375

€ 1.450

maandag t/m/ vrijdag 07.00 u - 19.00 u.

€ 275

€ 1.050

belanghebbenden

€ 115

€ 425

d. abonnementen garages Mgr. Nolensplein

 

 

alle dagen in de week (24 u.)

€ 475

€ 1.850

maandag t/m/ vrijdag 07.00 u - 19.00 u.

€ 325

€ 1.250

belanghebbenden

€ 120

€ 450

motorfiets alle dagen in de week (24 u.)

€ 170

€ 650

motorfiets maandag t/m/ vrijdag 07.00 u - 19.00 u.

€ 135

€ 500

motorfiets belanghebbenden

€ 40

€ 135

 

 

 

e. bedrijfstraten

€ 125

€ 450

f. parkeerbeugels

€ 125

€ 450

g. doelgroepen

€ 200

€ 750

 

 

 

h. bewoners- en zakelijkbelanghebbenden en doelgroepen

1e abon.

2e abon.

bewonersbelanghebbende Binnenstad Noord-Oost

€ 105

€ 500

zakelijkbelanghebbende Binnenstad Noord-Oost

€ 500

€ 500

bewonersbelanghebbende Binnenstad Noord, Venlo-Oost, Centrum-Zuid

 

 

en Blerick

€ 55

€ 250

zakelijkbelanghebbende Binnenstad Noord, Venlo-Oost en Centrum-Zuid

€ 55

€ 250

 

 

 

i. overig

 

Per keer

bezoekerskaart per kaart (uurtarief € 0,70; max. per kaart 200 u. )

 

€ 20

verloren abonnementsbewijs

 

27

nieuw abonnementsbewijs ivm wijzigen kenteken

 

€ 15

 

 

 

II. Naheffingsaanslag en wielklem

 

 

naheffingsaanslag

 

€ 54

aanbrengen en verwijderen wielklem

 

€ 52

voorijkosten

 

€ 65

kosten overbrenging van het voertuig

 

€ 62

kosten opslag en afgifte incl. bewaarkosten eerste 24 uur

 

€ 41

bewaarkosten volgende dagen of gedeelten van dagen per dag

 

€ 15

Bijlage 4

Plaatsen kort en ultrakort parkeren

De plaatsen voor kort parkeren zijn:

  • a.

    Kwietheuvel

  • b.

    Spoorstraat

  • c.

    Roermondsestraat tussen Roermondsepoort en Zuidsingel

  • d.

    Sloterbeekstraat tussen Roermondsepoort en Zuidsingel

De plaats voor ultrakort parkeren is:

Blerick Centrum: 1e Graaf van Loonstraat

Bijlage 5

Kostenberekening naheffingsaanslag en wielklemmen 2012 krachtens Besluit gemeentelijke parkeerbelastingen.

A. Kosten naheffingsaanslag

 

 

a. Administratieve verwerking

€ 265.268,00

b. Controle

€ 675.190,00

c. Naheffing en materialen

€ 68.254,00

d. Kapitaallasten

€ 19.000,00

Totaal

€ 1.027.712,00

Kosten per aanslag, uitgaande van 18.000 naheffingsaanslagen, bedraagt € 57,10.

Op grond van artikel 3, tweede lid, van het Besluit gemeentelijke parkeerbelastingen bedraagt het bedrag van de naheffingsaanslag met ingang van 1 januari 2012 maximaal € 54,00.

B. Kosten aanbrengen en verwijderen wielklem

 

 

a. Overige kosten parkeren

€ 2.138,00

b. Wielklem

€ 1.170,00

Totaal

€ 3.308,00

Kosten per inklemming/uitklemming, uitgaande van 63 inklemmingen per jaar: € 52,00.

C. Kostenberekening voor het verwijderen en bewaren van ingeklemde voertuigen.

In voorkomende gevallen wordt een ingeklemd voertuig overgebracht door een particulier takelbedrijf. De kosten zijn gebaseerd op de door dat takelbedrijf naar landelijke normen te berekenen tarieven.

De kosten voor overbrenging van het voertuig bedragen € 62,00. De voorrijkosten bedragen € 65,00. De kosten voor opslag en afgifte bedragen € 41,00, waarin inbegrepen de bewaarkosten voor de eerste 24 uur (of gedeelte daarvan). Bewaarkosten voor de volgende dagen bedragen € 15,00 per dag (of gedeelte daarvan).