Regeling arbeidsduur, werktijden en arbeidsduurverkorting

Artikel 1 Begripsbepalingen

Deze regeling verstaat onder: medewerker:

• a.

  degene, die ambtenaar is in de zin van de Arbeidsvoorwaardenregeling Gemeente Venlo;

• b.

  degene, met wie een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht is gesloten.

Artikel 2 Arbeidsduur (algemeen)

• 1.

  De arbeidsduur per jaar, bedoeld in artikel 1:1, eerste lid, onder j, van de AGV bedraagt 1804 uur.

• 2.

  De feitelijke arbeidsduur per week van maandag tot en met vrijdag bedraagt 40 uur.

• 3.

  Op een werkdag, bedoeld in het tweede lid, bedraagt de arbeidsduur 8 uur.

Het bepaalde in de voorgaande leden geldt voor een medewerker met een volledige betrekking. Voor de medewerker met een deeltijdbetrekking geldt het vorenstaande naar evenredigheid.

Artikel 3 Werkingsgebied

Voor zover door burgemeester en wethouders niet anders is bepaald, geldt voor de medewerker een variabele werktijdenregeling.

Artikel 4 Blok- en glijtijden

• 1.

  De tijden, waarop de medewerker op de voor hem geldende werkdagen aanwezig moet zijn, belopen van 09.00 tot 12.00 uur en van 14.00 tot 16.00 uur (bloktijden).

• 2.

  De vroegst mogelijke begintijd is om 07.30 uur en de laatst mogelijke eindtijd is 18.00 uur. De glijtijden liggen met inachtneming van het bepaalde in het eerste lid en artikel 5 tussen:

  • 07.30

    en 09.00 uur;

  • 12.00

    en 14.00 uur;

  • 16.00

    en 18.00 uur.

Artikel 5 Werktijd en pauze

• 1.

  De feitelijke werktijd per werkdag van de medewerker met een volledige betrekking bedraagt minimaal 7½ en maximaal 8½ uur.

• 2.

  De middagpauze bedraagt minimaal een half uur en kan naar verkiezing tussen 12.00 en 14.00 uur worden gehouden.

Artikel 6 Fictieve tijden

In geval van situaties, zoals doktersbezoek, dienstreis, cursus, etc., dient voor de bepaling van de werktijd in die gevallen te worden uitgegaan van de fictieve aanvangstijden: 08.00 en 13.30 uur en de fictieve eindtijden 12.15 en 17.15 uur.

Artikel 7 Werktijdensaldi

Overschrijving van saldi is mogelijk tot ten hoogste 4 uur positief en 2 uur negatief. Bij het einde van elke kalendermaand is een negatief saldo niet toegestaan; een positief saldo mag niet worden overgeschreven naar de volgende kalendermaand.

Artikel 8 Deeltijder

Voor zover nodig, worden de werktijden en de bloktijden van de medewerker met een deeltijdbetrekking in afwijking van het bepaalde in de regeling vastgesteld door het hoofd van dienst.

Artikel 9 Tropenrooster

In geval van bijzondere hoge binnen/buiten temperatuur in relatie met de huisvesting kan het hoofd van dienst in overleg met de gemeentesecretaris besluiten tot instelling van een tropenrooster. De werktijden in dat rooster zijn van 07.00 tot 13.00 uur. Het hierdoor ontstane negatieve werktijdensaldo dient voor het einde van het betreffende kalenderjaar te zijn vereffend.

Deelname aan het tropenrooster geschiedt op vrijwillige basis in overleg met het hoofd van dienst.

Artikel 10 Omvang ADV

Voor de medewerker op wie het bepaalde in artikel 2 van toepassing is, bedraagt de ADV op jaarbasis 200,8 uur (25,1 dagen van 8 uur).

Artikel 11 Invulling ADV

De ADV, bedoeld in artikel 10, wordt per kalenderjaar als volgt ingevuld:

• a.

  56 uur (7 dagen) worden in overeenstemming met de Ondernemingsraad vastgelegd als zogenaamde brugdagen (collectieve sluitingsdagen);

• b.

  80 uur (10 dagen) worden toegevoegd aan de vakantie van de medewerker; de regels met betrekking tot de vakantie zijn hierop onverkort van toepassing;

• c.

  64 uur (8 dagen) worden gelijkelijk verdeeld over de vier kwartalen (verplichte “ADV-vakantie”).

Zie artikel 10 Overgangsregeling behorende bij de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Venlo en de Verordeningen en Uitvoeringsregelingen gemeente Venlo per 1 januari 2001

Artikel 12 Brugdagen

• 1.

  De medewerker die op een brugdag, als bedoeld in artikel 11, sub a, reeds vrij is van dienstverrichting ingevolge of krachtens aanspraken uit de AGV, heeft geen recht op compensatie.

• 2.

  In het geval de medewerker op een brugdag wordt verplicht tot dienstverrichting is er sprake van overwerk, als bedoeld in artikel 3:2 van de AGV.

Artikel 13 Verplichte “ADV-vakantie”

• 1.

  De in artikel 11, onder c, bedoelde uren dienen door de medewerker in ieder kwartaal (16 uur) te worden opgenomen.

• 2.

  Niet genoten ADV-vakantie, ongeacht de reden daarvan, vervalt tegen het einde van ieder kwartaal.

• 3.

  Indien toepassing is gegeven aan het bepaalde in artikel 14 wordt het in het eerste lid bedoelde aantal uren naar evenredigheid bepaald.

Artikel 14 Spaarregeling ADV

• 1.

  De medewerker kan per kalenderjaar maximaal 24 uur van de in artikel 11, onder c, genoemde uren als spaartegoed opbouwen.

• 2.

  Het in het eerste lid bedoelde spaartegoed kan eerst worden opgenomen nadat drie kalenderjaren na het kalenderjaar bedoeld in het eerste lid zijn verstreken.

• Het spaartegoed ingevolge dit artikel mag door de medewerker allen worden opgenomen in de periode 1 oktober tot 1 mei. In bijzondere gevallen kan hiervan worden afgeweken.

Artikel 15 Deeltijder en ADV

• 1.

  Het bepaalde in deze paragraaf geldt voor de deeltijder met inachtneming van het bepaalde in artikel 1:5 van de AGV naar evenredigheid van de omvang van zijn deeltijdbetrekking.

• 2.

  De deeltijder, die met de toepassing van het bepaalde in artikel 12 de voor hem geldende brugdagen in onvoldoende mate kan compenseren, dient dit tekort aan te vullen door middel van een van de navolgende mogelijkheden:

  • a.

    inlevering van salaris, of

  • b.

    compensatie in werktijd.

Artikel 16 Inwerkingtreding - Citeertitel

Deze regeling kan worden aangehaald als “Regeling arbeidsduur, werktijden en arbeidsduurverkorting” en treedt in werking met ingang van 1 januari 2001.