Regeling vervallen per 01-01-2021

What is your Social Return On Investment van de gemeente Vianen 2014

Geldend van 12-11-2014 t/m 31-12-2020

Intitulé

What is your Social Return On Investment van de gemeente Vianen 2014

Inhoudsopgave

  • 1.

    Aanleiding 3

  • 2.

    Wat is social return on investment? 3

  • 3.

    Uitganspunten SROI gemeente Vianen 3

  • 4.

    Aandachtspunten bij social return 3

  • 5.

    Manieren om invulling te geven aan social return 4

  • 6.

    Conclusie en aanbevelingen 5

  • 6.

    1 SROI op maat, bouwstenen 6

  • 6.

    2 Naleving 7

  • 6.

    3 Lopende contracten 7

  • 6.

    4 Fianciën 7

    1.Aanleiding

    Het stimuleren van arbeidsparticipatie is door stijgende werkloosheid belangrijker geworden en krijgt op dit moment landelijke aandacht bij gemeenten. Door sociaal in te kopen beoogd de gemeente Vianen bij te dragen aan de noodzakelijke arbeidsparticipatie van de onderkant van de arbeidsmarkt. In het regeerakkoord van het tweede kabinet Rutte is de volgende passage opgenomen: “Bij investeringen en aanbestedingen van diensten moet de Rijksoverheid net als gemeenten aandacht besteden aan stage- en leerwerkplekken voor kwetsbare groepen”.

    De tweede kamer wil dat de rijksoverheid het instrument ‘social return’ integraal toepast op al haar aanbestedingen, om langs deze weg zoveel mogelijk werklozen, jongeren, wajongers enz. aan werk of werkervaring te helpen.

    2.Wat is social return on investment?

    Social return is he t maken van afspraken in aanbestedingstrajecten, zodat opdrachtnemers van de gemeente een bijdragen leveren aan het bieden van werkgelegenheid en werkervaringsplaatsen aan mensen met afstand tot de arbeidsmarkt.

    Social return betekent letterlijk: ‘iets teruggeven aan de samenleving’ en is net als duurzaam inkopen onderdeel van maatschappelijk verantwoord ondernemen. Social return beoogt dat een investering ook concrete winst (return) oplevert, naast het ‘gewone’ rendement. In de inkooppraktijk betekent dit dat de gemeente van haar opdrachtnemers of leveranciers eist dat die een deel van de opdrachtwaarde investeren in het creëren van extra werk(ervarings)plekken, bijvoorbeeld door een deel van de opdracht uit te laten voeren door mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.

    • 3.

      Uitganspunten SROI gemeente Vianen

    • ·

      De gemeente Vianen wil een bijdrage leveren aan het bevorderen van participatie van kansarme groepen aan de onderkant van de arbeidsmarkt;

    • ·

      Wij hanteren in beginsel de zogenaamde 5% regeling;

    • ·

      Wij sluiten aan bij bestaande Europese aanbestedingsdrempelbedragen;

    • ·

      Wij willen dat SROI eenvoudig en op maat toepasbaar wordt /is op alle grotere aanbestedingen van de gemeente; rekening houden met proportionaliteit, rechtmatigheid en objectiviteit;

    • ·

      Wij beperken de administratieve lasten voor inschrijvers tot een minimum;

    • ·

      Van leveranciers wordt een redelijke en billelijke inspanning gevraagd.

    • 4.

      Aandachtspunten bij social return

    De gemeente moet bij toepassing van SROI boven de Europese aanbestedingsgrens rekening houden met een aantal (juridische) aandachtspunten.

    Juridische aandachtspunten SROI bij Europese aanbestedingen:

    a.Non discriminatie

    De aanbestedingsvoorschriften van de EU bepalen hoe de aanbestedingsprocedure moet worden gevolgd om de beginselen van eerlijkheid, non-discriminatie en transparantie te waarborgen. “In de praktijk houdt dit in dat de aanbestedende dienst er in alle gevallen voor dient te zorgen dat het contract de toegang tot de nationale markt niet mag verstoren voor andere EU-marktdeelnemers of marktdeelnemers van landen met gelijkstaande rechten. Voor contracten die onder de richtlijnen inzake overheidsopdrachten vallen , gaat het beginsel van non-discriminatie verder dan de nationaliteiten en vereist het een strikt gelijkwaardige behandeling van alle kandidaten/inschrijvers bij alle aspecten van de procedure” (Sociaal kopen, EU 2011). Dat betekent voor social return dat bijvoorbeeld niet geëist mag worden dat alleen mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt uit de aanbestedende gemeente geplaatst worden.

    b.Evenredigheid/proportionaliteit

    Een bijzondere uitvoeringsvoorwaarde op het gebied van social return mag niet te omvangrijk worden in verhouding tot de hoofdopdracht.

    c.Objectiviteit

    Het objectiviteitsbeginsel betekent dat op gelijksoortige handelingen één dezelfde regel wordt toegepast. De beoordeling van social return moet voldoende objectief plaatsvinden.

    d.Transparantie

    Dit beginsel houdt in dat de voorwaarden (zoals eisen en gunningscriteria) zo geformuleerd worden, dat alle betrokkenen behoorlijk geïnformeerd zijn en dat normaal oplettende burgers het document op dezelfde manier begrijpen.

    Overige aandachtspunten

    a.Arbeidsmarkt

    Het is van belang bewust te zijn van de invloed van de arbeidsmarkt op social return. Bij een ruimte arbeidsmarkt moeten meer mensen geholpen worden bij het vinden van een baan. Echter hun afstand tot de arbeidsmarkt is gemiddeld niet zo groot. Het risico bestaat dan dat bij het toepassen van social return verdringing optreedt. In dat soort situaties is het contraproductief om strak vast te houden aan het creëren van banen.

    Bij een krappe arbeidsmarkt staan opdrachtnemers meer open voor social return als zij moeilijk aan personeel kunnen komen. Het is dan wel weer lastig(er) om geschikte kandidaten te vinden, omdat er minder uitkeringsgerechtigden en werkzoekenden zijn. Daar komt bij dat de achterstand tot de arbeidsmarkt van uitkeringsgerechtigden en werkzoekenden op een krappe arbeidsmarkt gemiddeld groter zal zijn dan op een ruime arbeidsmarkt.

    b.Duurdere offertes

    Bij veel opdrachtgevers bestaat de angst dat door de inzet van social return opdrachten duurder uit zullen vallen. Uit onderzoek van TNO blijkt dat er geen aanwijzingen zijn dat social return een prijsverhogende invloed heeft. De aanvullende kosten die door de opdrachtnemer gemaakt worden voor werving en begeleiding van de ingezette werknemers, staan in verhouding tot de geleverde arbeid van deze mensen (baten). Daarnaast wordt social return niet ingezet bovenop de reguliere bezetting, maar in de reguliere bezetting. Het kan zelfs een goedkopere oplossing zijn, doordat opdrachtnemers in sommige gevallen een beroep kunnen doen op (financiële) regelingen. Ook jobcarving kan interessant voor opdrachtnemers zijn. Bij jobcarving worden eenvoudige taken gebundeld in een nieuwe functie, zodat nieuwe banen worden gecreëerd, wat kan leiden tot minder werkstress en een betere dienstverlening. Voorts zijn er belastingvoordelen in de vorm van afdrachtvermindering bij het scholen van (nieuwe) werknemers.

    5.Manieren om invulling te geven aan social return

    Er zijn grofweg twee manieren om invulling te geven aan social return bij Europese aanbestedingen:

    a.De contactvoorwaarden (stellen van uitvoeringsvoorwaarden)

    De Aanbestedingswet biedt de mogelijkheid om via zogenaamde contractvoorwaarden (ook wel uitvoeringsvoorwaarden genoemd) sociale eisen te stellen aan het bedrijf. Het bedrijf dient bij inschrijving expliciet aan te geven dat ze akkoord gaan met deze bijzondere uitvoeringsvoorwaarden. Omdat het om een uitvoeringsvoorwaarden gaat hoeft de inzet niet gerelateerd te zijn aan de opdracht. Veelal gebeurt dit middels de zogenaamde 5% regeling. Dit betekent dat 5% van de aanneemsom wordt besteedt aan het inzetten van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt (bij raamcontracten soms 5% van het aantal ingezette uren). Bij kapitaalintensieve opdrachten kan de SROI beperkt worden tot de loonkosten, waarbij vaak een percentage van ongeveer 7% gehanteerd wordt. Een andere optie binnen de contractvoorwaarde is om een idee inventarisatie te vragen De opdrachtnemer kan zelf met ideeën komen over de invulling van SROI. De kwaliteit van de ideeën mag geen rol spelen in de beoordeling van offerte. Na gunning wordt e.e.a verder uitgewerkt.

    b.De sociale paragraaf (stellen van gunningscriteria)

    Bij deze vorm kun je als opdrachtgever (in dit geval de gemeente) kiezen uit twee criteria, de laagste prijs of de economisch meest voordelige inschrijving (emvi). Bij het eerste criterium gaat het alleen om de prijs en speelt SROI geen rol. Bij het tweede criterium kunnen sociale aspecten en dus SROI wel een rol spelen. Een voorbeeld hiervan is het laten opstellen van een sociale paragraaf. De opdrachtnemer geeft aan hoeveel en wat voor type plaatsingen hij kan realiseren. De sociale paragraaf is toe te passen als waardeaspect bij EMVI gunningen en/of als ‘ bijzondere uitvoeringsvoorwaarden’ . De opdrachtnemer wordt gevraagd met een plan van aanpak te komen. Dit plan van aanpak kan meerdere inzet van SROI behelzen te denken valt aan

    bijvoorbeeld:

    • ·

      Het storten van geld in een geoormerkt fonds dat de gemeente gebruikt om ontwikkelingsmogelijkheden te creëren voor mensen met een achterstand tot de arbeidsmarkt.

    • ·

      Sponsoring van sociale projecten

    • ·

      Gratis diensten aan instellingen met een maatschappelijk nut of aan bijstandsgerechtigden

    • ·

      (bijvoorbeeld juridisch advies).

    • ·

      Leveranciers vragen om met hun klanten afspraken te maken over social return.

    • ·

      Maatschappelijk verantwoord ondernemen (vrijwilligerswerk, sponsoring).

    Overige opties:

    c.Percelen voorbehouden aan SW bedrijven (beperkt mogelijk)

    Juridisch is het niet mogelijk SW bedrijven bij inschrijven een voorkeur te geven ten opzichte van andere bedrijven. Wel kan de gemeente op grond van de Aanbestedingswet aanbestedingen voorbehouden worden aan SW bedrijven. Meerdere uitzonderingen zijn mogelijk deze staan beschreven in de verschillende juridische handleidingen voor aanbesteding.

    d.Kleine percelen aanbestedingen houden zodat MKB en sociale ondernemers een kans krijgen.

    Als de opdracht onderverdeeld wordt naar percelen kunnen een of meerdere percelen van de Europese aanbestedingsplicht worden uitgezonderd.

    6.Conclusie en aanbevelingen

    Veel gemeenten hebben in het verleden gekozen voor de aanpak, de contractvoorwaarde (de zogenaamde 5% regeling). Dit heeft als nadeel dat de potentiele opdrachtnemer soms te weinig speelruimte ervaart wat tot weerstand kan leiden. Daarnaast vind bij deze vorm de implementatie en nadere invulling pas plaats na de gunning met het risico dat de SROI in de vergetelheid raakt.

    Uit rapporten van TNO en gesprekken met werkgevers en het VNO NCW blijkt dat het toepassen van SROI op maat met proactieve betrokkenheid van de accountmanagers van het werkgeversservicepunt leidt tot meer effectiviteit van SROI.

    Voorgesteld wordt om niet voor één aanpak te kiezen maar binnen het inkoopbeleid de keuze te laten om SROI op maat toe te passen.

    6.1SROI op maat, bouwstenen

    De opdrachtnemer kan zelf, in samenspraak met het de accountmanagers van het werkgeversservicepunt, de verschillende social Return inspanningen combineren in een voor hem optimale mix. De opdrachtnemer weet vooraf welke waarde aan de verschillende inspanningen wordt toegekend. De opdrachtnemer kan beslissen om de kandidaten werkzaamheden te laten verrichten die niet direct verband houden met de opdracht en zelfs niet bij opdrachtnemer plaatsvinden, maar bij bijvoorbeeld onderaannemers of toeleveranciers (dus breed toepasbaar in alle aanbestedingen). Door deze vorm van maatwerk aan te bieden kan een opdrachtgever Social Return veel beter inpassen in zijn/haar bedrijfsvoering (het realiseren van economisch en sociaal rendement). Voor de invulling van social Return kan een opdrachtnemer uitkeringsgerechtigden in dienst nemen. Daarnaast kan ook gedacht worden aan de BBL3 trajecten en BOL4 stages. Behoren deze inspanningen niet tot de mogelijkheden van de opdrachtnemer, dan mag deze ook met alternatieven komen met MVO5 werkzaamheden. Onder MVO werkzaamheden worden bijvoorbeeld verstaan het op pad gaan met ouderen, het opknappen van een buurthuis of voor een bepaald bedrag gaan eten bij of sponsoren van projecten waar kandidaten met een grote afstand tot de arbeidsmarkt werkzaam zijn.

    Bij elke aanbesteding dient een keuze gemaakt worden uit één van de volgende blokken.

    BOUWSTEEN 1 De contractvoorwaarde social return

    Wat?

    In het aanbestedingsdocument wordt verklaard dat het project wordt uitgevoerd met inzet van 5% social return. Bij deze contractvoorwaarde verklaart de leverancier akkoord te gaan met het aanwenden van 5% van de opdrachtsom (resp. 7% van de loonsom bij arbeidsextensieve projecten) om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt in te zetten of leerwerktrajecten aan te bieden.

    Vormen van SROI

    • 5% regeling

    • Ideeëninventarisatie

    Wanneer?

    Bij aanbesteding van:

    1. alle Werken in de Bouw en Infrastructuur, met een geraamde

    waarde van meer dan € 200.000,--, die zich niet lenen voor een

    Leerling Bouwplaats

    2. alle Diensten met een geraamde waarde van meer dan € 200.000,--

    BOUWSTEEN 2 De sociale paragraaf

    Wat?

    In het aanbestedingsdocument is de wens van sociale betrokkenheid opgenomen. Deze wens heeft een bepaald gewicht in de totale beoordeling. De inschrijver krijgt een betere score op deze wens indien hij een hogere bijdrage wil leveren op de sociale ladder.

    Vormen van SROI

    • Social return in de eigen bedrijfsvoering

    • Social return in de opdracht

    • Leerwerktrajecten

    • Stageplaatsen

    • Snuffelstages

    • Eigen invulling aan Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen.

    • Etc.

    Wanneer?

    1.Alle Werken in de Bouw en Infrastructuur, met een geraamde

    waarde van meer dan € 200.000,--;

    2.alle diensten met een geraamde waarde van meer dan € 200.000,--;

    3.alle leveringen met een geraamde waarde van meer dan € 200.000,--;

    4.alle werken, leveringen en diensten met een geraamde waarde

    van minder dan € 200.000,--, waar sociaal inkopen haalbaar oogt.

    Een combinatie vanuit de twee “bouwstenen” is eveneens mogelijk.

    6.2Naleving

    Het hanteren van sancties wanneer de opdrachtnemer niet voldoet aan de social-return eis is een belangrijke stok achter de deur als de opdrachtnemer moedwillig niet voldoet aan de social return eis. Mogelijkheden voor sancties zijn ontbinding van het contract of een boete (meestal ter hoogte van de niet ingevulde loonsom). Bij enkelvoudige of meervoudige onderhandse aanbestedingen is uitsluiting van inschrijving voor een vervolgaanbesteding ook een mogelijkheid. Belangrijk is dat de sancties redelijk, billijk en proportioneel uitgevoerd worden. Als er een sanctie opgelegd wordt terwijl de opdrachtnemer alles in het werk heeft gesteld om aan de eis te voldoen, kan de sanctie contraproductief werken. Gelet op de vele mogelijkheden tot naleving (het uitreiken van bonussen kan bijvoorbeeld ook een belangrijke stimulans zijn) is het belangrijk om vooraf duidelijke werkafspraken te maken tijdens de implementatie van SROI.

    6.3Lopende contracten

    Het ligt niet voor de hand om lopende contracten open te breken. Dat neemt niet weg dat het in voorkomende gevallen wel mogelijk is om een appél te doen op contractpartijen om het principe van sociaal inkopen toe te passen.

    6.4Financiën

    Uit onderzoek blijkt dat social return vooralsnog geen prijsopdrijvende invloed heeft. Sterker nog, in situaties waarbij een opdrachtnemer op zoek moet naar nieuw personeel, kan het aannemen van mensen met een uitkering zelfs een goedkopere oplossing zijn. De eerste ervaringen met deze nieuwe aanpak zijn bijzonder positief. VNO NCW heeft, in eerste aanleg, aangegeven dit de eerste aanpak m.b.t. social return is waar zij positief tegenover staan. Om de waarde van de inspanningen met betrekking tot de social Return-verplichting te kunnen meten, wordt de gerealiseerde waarde van de projecten uitgedrukt in inspanningswaarde. Deze inspanningswaarde staat niet in relatie tot de werkelijke uitgave aan uitkeringen, maar is gerelateerd aan de afstand van de uitkeringsgroep tot de arbeidsmarkt en de inspanning die geleverd moet worden om de groep aan werk te geleiden.

    Soort en evt duur uitkering

    Waarde SROI (1 fte / jaar) €

    < 2 jaar in WWB

    30.000

    > 2 jaar in WWB

    35.000

    < 1 jaar in WW

    10.000

    > 1 jaar in WW

    15.000

    WIA/WAO

    30.000

    Wajong

    35.000

    BBL traject

    5.000

    BOL traject

    2.500

    WSW (detachering, diensten)

    Betaalde rekeningen SW bedrijf

    Overige SROI trajecten

    1.500,- perdagdeel van 4 uur

    Een voorbeeld: Gefactureerde omzet binnen de opdracht is bijvoorbeeld € 300.000,= , 5 % hiervan is € 15.000,=.

    De opdrachtnemer kan voor dit bedrag een “< 2 jaar WWB-er” voor een half jaar aan het werk zetten of een “>1 jaar WW-er” één jaar aan het werk zetten om te voldoen aan de Social Return-verplichting binnen de

    overeenkomst.