Regeling vervallen per 01-01-2024

Verordening inspraak en cliëntenparticipatie

Geldend van 30-06-2005 t/m 31-12-2023

Intitulé

Verordening inspraak en cliëntenparticipatie

DE RAAD VAN DE GEMEENTE VOORST;

gelezen het voorstel van het college van 10 mei 2005, nummer 2003-3446;

besluit vast te stellen de navolgende:Verordening inspraak en cliëntenparticipatie.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • De verordening verstaat onder:

    • a.

      inspraak: het betrekken van ingezetenen en belanghebbenden bij de voorbereiding van gemeentelijk beleid;

    • b.

      inspraakprocedure: de wijze waarop de inspraak gestalte wordt gegeven;

    • c.

      beleidsvoornemen: het voornemen van het bestuursorgaan tot het vaststellen of wijzigen van beleid;

    • d.

      cliënt: degene die een uitkering of voorziening ontvangt, danwel degene die is geïndiceerd  ingevolge de sociale zekerheidswetten of regelingen die aan de gemeente ter uitvoering zijn opgedragen.

Artikel 2 Onderwerp van inspraak

  • 1.Elk bestuursorgaan besluit ten aanzien van zijn eigen bevoegdheden of inspraak wordt verleend bij de voorbereiding van gemeentelijk beleid.

  • 2.Inspraak wordt altijd verleend indien de wet daartoe verplicht.

  • 3.Geen inspraak wordt verleend:

    a.ten aanzien van ondergeschikte herzieningen van een eerder vastgesteld beleidsvoornemen;

    b.indien inspraak bij of krachtens wettelijk voorschrift is uitgesloten;

    c.indien sprake is van uitvoering van hogere regelgeving waarbij het bestuursorgaan geen of nauwelijks beleidsvrijheid heeft;

    d.inzake de begroting, de tarieven voor gemeentelijke dienstverlening en belastingen bedoeld in hoofdstuk XV van de Gemeentewet;

    e.indien de uitvoering van een beleidsvoornemen dermate spoedeisend is dat inspraak niet kan worden afgewacht;

    f.indien het belang van inspraak niet opweegt tegen het belang van de verantwoordelijkheid van de gemeente voor kwetsbare groepen in de samenleving.

3. Artikel 3 Inspraakgerechtigden

Inspraak wordt verleend aan ingezetenen en belanghebbenden.

Artikel 4 Inspraakprocedure

  • 1.Op inspraak is de procedure van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.

  • 2.Het bestuursorgaan kan voor een of meer beleidsvoornemens een andere inspraakprocedure vaststellen.

Artikel 5 Mededeling aan insprekers

  • 1.

    Bij het besluit tot het vaststellen of wijzigen van beleid geeft het bestuursorgaan met redenen omkleed aan op welke punten de zienswijzen die tijdens de inspraak mondeling of schriftelijk naar voren zijn gebracht, al dan niet tot aanpassing van het beleidsvoornemen hebben geleid.

  • 2.

    Zo spoedig mogelijk na het nemen van het besluit als bedoeld in het eerste lid doet het bestuursorgaan daarvan mededeling aan degenen die tijdens de inspraak zienswijzen naar voren hebben gebracht. Artikel 3:44, tweede lid van de Algemene wet bestuursrecht is daarbij van overeenkomstige toepassing.

Artikel 6 Cliëntenparticipatie via cliëntenraad

  • 1.

    Het college bevordert het instellen en in stand houden van een cliëntenraad maatschappelijke ondersteuning ten behoeve van de behartiging van de collectieve belangen in de ruimste zin van het woord van de ingezetenen van de gemeente Voorst die aanspraak (kunnen) maken op een uitkering ingevolge de door de gemeente uit te voeren sociale zekerheidsregelgeving, een voorziening ingevolge de Wet maatschappelijke ondersteuning of die geïndiceerd zijn ingevolge de Wet sociale werkvoorziening, met het verschaffen van inzicht in hetgeen er onder (potentiële) cliënten leeft in samenhang met de beoordeling van de kwaliteit van de gemeentelijke dienstverlening en met het er meer in het bijzonder voor zorg dragen dat er binnen de gemeente voldoende aandacht is voor de positie van ouderen, gehandicapten, uitkeringsgerechtigden en de in het kader van de Wet sociale werkvoorziening geïndiceerden.

  • 2.

    Het college draagt er zorg voor dat de leden van de cliëntenraad maatschappelijk ondersteuning bij voorkeur voor ten minste de helft uit cliënten van de verschillende cliëntgroepen bestaat, dat organisaties die de belangen van de verschillende cliëntengroepen behartigen er in vertegenwoordigd zijn, dat de overige leden zoveel

    mogelijk aantoonbaar betrokken zijn bij de belangen van de verschillende cliëntgroepen en dat er sprake is van een vertegenwoordiging naar evenredigheid van omvang van

    werkzaamheden zoals die voortvloeit uit de relevante wetgeving.

  • 3.

    Het college geeft de cliëntenraad maatschappelijke ondersteuning voldoende gelegenheid zich over de tot zijn taak behorende onderwerpen te beraden en zijn adviezen en aanbevelingen te formuleren en betrekt deze op een zodanig tijdstip in de procedure dat de uitgebrachte reactie toegevoegd kan worden aan de door het college aan de gemeenteraad ter besluitvorming voor te leggen voorstellen.

  • 4.

    Het college geeft de cliëntenraad maatschappelijke ondersteuning de mogelijkheid zelf de frequentie en de agenda van zijn vergaderingen vast te stellen, waarbij ten minste vier vergaderingen per jaar worden gehouden en elk lid een voorstel kan doen een onderwerp deel uit te laten maken van de agenda.

Artikel 7 Ondersteuning en faciliteiten cliëntenraad

    • 1.

      Het college draagt zorg voor voldoende ambtelijke ondersteuning van de cliëntenraad sociale zorg.

    • 2.

      Het college geeft de cliëntenraad sociale zorg de mogelijkheid gebruik te maken van de logistieke en vergaderfaciliteiten in het gemeentehuis, voor zover dit noodzakelijk is voor de uitvoering van zijn taak.

    • 3.

      Het college doet de cliëntenraad sociale zorg alle informatie toekomen die nodig is voor zijn goed functioneren.

    • 4.

      De kosten verbonden aan de uitoefening van de taken van de cliëntenraad sociale zorg komen ten laste van de gemeente, met dien verstande dat bij kosten anders dan die voortvloeiend uit dit artikel, vooraf machtiging van het college vereist is.

Artikel 8 Inwerkingtreding

  • Dit besluit treedt in werking op de eerste dag na publicatie en werkt terug tot en met 1 juli 2008.

Art 9 Citeertitel

  • Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening inspraak en cliëntenparticipatie.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 13 juni 2005.
de voorzitter de griffier
drs. J.T.H.M. Penninx drs. S.J. Peet