Regeling vervallen per 14-03-2019

Reglement van orde raadscommissies Vught 2014

Geldend van 19-12-2014 t/m 13-03-2019

Intitulé

Reglement van orde raadscommissies Vught 2014

De raad van de gemeente Vught;

gezien het voorstel van de raadswerkgroep actualisatie verordeningen van 26 juni 2014;

besluit:

Het reglement van orde raadscommissies Vught 2014 vast te stellen

Aldus besloten door de raad van de gemeente Vughtin zijn openbare vergadering van 18 december 2014.

de griffier,

Mw. K.I. Goossens

de voorzitter,

R.J. van de Mortel

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1: Begripsomschrijvingen

In dit reglement wordt verstaan onder:

  • a.

    voorzitter: voorzitter van een raadscommissie of diens vervanger;

  • b.

    griffier: griffier van de raad of diens vervanger;

  • c.

    vergadering: vergadering van een raadscommissie;

  • d.

    presidium: het presidium bestaat uit de voorzitter van de raad en de fractievoorzitters;

  • e.

    initiatiefvoorstel: een voorstel van een raadslid;

  • f.

    burgerinitiatief: een voorstel van een initiatiefgerechtigde om een onderwerp op de agenda van de raad te plaatsen;

  • g.

    inspreekrecht: het recht van een burger om het woord te voeren tijdens een vergadering;

  • h.

    portefeuillehouder: een lid van het college van burgemeester en wethouders verantwoordelijk voor een specifiek onderwerp;

Hoofdstuk 2: Instelling, taken en samenstelling

Artikel 2: Instelling raadscommissies

De raad stelt de volgende raadscommissies in:

  • ·

    Samenleving & Bestuur;

  • ·

    Ruimte.

In de raadscommissies beraadslaagt men over vastgestelde onderwerpen.

Artikel 3: Taken

Een raadscommissie heeft de volgende taken:

  • ·

    het uitbrengen van advies aan de raad over een voorstel;

  • ·

    het uitbrengen van advies aan de raad uit eigen beweging;

  • ·

    het verzamelen van informatie en het uitwisselen van politieke standpunten;

  • ·

    het voeren van overleg met de burgemeester en/of de wethouders over verstrekte inlichtingen en het gevoerde bestuur.

Artikel 4: Samenstelling

  • 1. De raadscommissies kennen geen vaste leden;

  • 2. Van één fractie mogen minimaal één en maximaal drie leden meedoen aan de beraadslaging, waarvan één lid burgerlid kan zijn met die verstande dat er altijd één raadslid van de fractie aanwezig dient te zijn;

  • 3. Een fractie met meer dan zes leden kan maximaal vier leden, waarvan één lid burgerlid kan zijn, mee laten doen aan de beraadslaging;

  • 4. Per fractie kunnen maximaal twee burgerleden worden benoemd;

  • 5. De artikelen 10, 11, 12, 13 en 15 van de Gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing op een burgerlid.

Artikel 5: Voorzitter

  • 1. De voorzitter en zijn plaatsvervanger worden door de raad uit hun midden benoemd.

  • 2. De voorzitter is geen lid van de raadscommissie.

  • 3. De voorzitter is belast met:

    • a.

      het leiden van de vergadering;

    • b.

      het handhaven van de orde;

    • c.

      het doen naleven van deze verordening.

  • 4. De raad kan de voorzitter of zijn plaatsvervanger ontslaan

  • 5. De voorzitter en zijn plaatsvervanger kunnen te allen tijde ontslag nemen. Zij doen hiervan schriftelijk mededeling aan de raad. Het ontslag gaat direct in.

Artikel 6: Griffier

  • 1. Ter ondersteuning van iedere raadscommissie fungeert de griffier;

  • 2. De griffier is in iedere vergadering aanwezig;

  • 3. De griffier kan, indien hij of zij daartoe door de voorzitter wordt uitgenodigd, aan de beraadslaging als bedoeld in deze verordening deelnemen;

Artikel 7: College van burgemeester en wethouders

  • 1. Het college van B&W wordt uitgenodigd om in de vergadering aanwezig te zijn.

  • 2. Iedere portefeuillehouder kan aan de beraadslagingen deelnemen.

Artikel 8: Gemeentesecretaris

De raadscommissie kan de gemeentesecretaris verzoeken aanwezig te zijn in de vergadering en deel te nemen aan de beraadslagingen als bedoeld in deze verordening.

Artikel 9: Besluitvorming

Daar waar in dit reglement sprake is van een besluit van een raadscommissie vindt de besluitvorming aldus plaats dat:

  • 1.

    per vertegenwoordigde fractie één stem kan worden uitgebracht;

  • 2.

    voor het tot stand komen van een beslissing de volstrekte meerderheid wordt vereist van de uitgebrachte stemmen, met dien verstande dat voor het verstrekken van een opdracht aan de raadsgriffie een unaniem besluit is vereist;

  • 3.

    bij het staken van de stemmen het besluit aan de raad wordt voorgelegd;

  • 4.

    Als een besluit niet met algemene stemmen wordt genomen, wordt in het verslag melding gemaakt van de namen van de fracties die zich voor dan wel tegen het genomen besluit hebben uitgesproken.

Hoofdstuk 3: Vergaderen

Artikel 10: Vergaderfrequentie

  • 1. De dagen en de tijdstippen waarop een raadscommissie vergadert, worden vastgesteld door het presidium;

  • 2. Een raadscommissie vergadert voorts indien de voorzitter of het presidium het nodig vindt of indien tenminste twee fracties schriftelijk met opgaaf van redenen daarom verzoeken.

Artikel 11: Oproep

  • 1. De conceptagenda en de daarbij behorende stukken, met uitzondering van de in artikel 86, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet bedoelde stukken, worden tenminste zeven dagen voor de vergadering aan de leden verzonden;

  • 2. Collegevoorstellen worden direct na besluit en ondertekening elektronisch openbaar gepubliceerd.

Artikel 12: Agenda

  • 1. Het presidium stelt de agenda van de vergadering voorlopig vast;

  • 2. In spoedeisende gevallen kan het presidium of de voorzitter tot uiterlijk 48 uur voor de aanvang van een vergadering een aanvullende agenda opstellen;

  • 3. Bij aanvang van de vergadering stelt de raadscommissie de agenda vast. Op voorstel van een lid of de voorzitter kan de raadscommissie bij de vaststelling van de agenda onderwerpen aan de agenda toevoegen of van de agenda afvoeren. Voor het afvoeren van een onderwerp van de agenda is echter unanimiteit vereist;

  • 4. Wanneer de raadscommissie een onderwerp of voorstel onvoldoende voor de beraadslaging voorbereidt acht, kan hij aan het college nadere inlichtingen of advies vragen. De raadscommissie bepaalt in welke vergadering het onderwerp of voorstel opnieuw geagendeerd wordt.

  • 5. Op voorstel van een lid of de voorzitter kan de raadscommissie de volgorde van behandeling van de agendapunten wijzigen.

Artikel 13: Publicatie van de stukken

  • 1. Stukken, die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op de agenda dienen, worden gelijktijdig met en op dezelfde wijze als de andere stukken gepubliceerd;

  • 2. Indien voor stukken op grond van artikel 86, lid 1 en 2, van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, blijven deze stukken in afwijking van lid 1, onder berusting van de griffier en verleent de griffier een lid inzage.

Artikel 14: Openbare kennisgeving

  • 1. De vergadering wordt door aankondiging in het gemeentelijk informatieblad en digitaal door plaatsing op de gemeentelijke website openbaar gemaakt;

  • 2. De openbare kennisgeving vermeldt:

    • a.

      de datum, aanvangstijd en plaats van de vergadering;

    • b.

      de mogelijkheid tot het uitoefenen van het spreekrecht als bedoeld in artikel 18.

  • 3. De voorlopige agenda en de daarbij behorende stukken worden op de website van de gemeente geplaatst.

Artikel 15: Presentielijst

Bij binnenkomst in de vergaderzaal tekent ieder lid de presentielijst. Aan het einde van elke vergadering wordt die lijst door de voorzitter en de griffier door ondertekening vastgesteld.

Artikel 16: Opening vergadering; quorum

  • 1. De voorzitter opent de vergadering op het vastgestelde uur, indien meer dan de helft van het aantal zitting hebbende fracties aanwezig is;

  • 2. Wanneer een kwartier na het vastgestelde tijdstip niet het vereiste aantal fracties aanwezig is, bepaalt de voorzitter in overleg met de aanwezige fracties, na voorlezing van de namen der afwezige fracties, dag en uur van de volgende vergadering.

Artikel 17: Spreekrecht burgers

  • 1. Na de opening van de vergadering kunnen aanwezige burgers het woord voeren over geagendeerde onderwerpen;

  • 2. Het woord kan niet gevoerd worden:

    • a.

      Over een besluit van het gemeentebestuur waartegen bezwaar of beroep op de rechter openstaat of heeft opengestaan;

    • b.

      Over benoemingen, keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen;

    • c.

      Indien een klacht ex artikel 9:1 van de Algemene wet bestuursrecht kan of kon worden ingediend;

    • d.

      Indien reeds over hetzelfde onderwerp het woord is gevoerd in de betreffende raadscommissie;

    • e.

      Het voorgaande geldt niet indien er sprake is van nieuwe feiten. Of werkelijk sprake is van nieuwe feiten wordt besloten door de voorzitter van de raad of diens plaatsvervanger.

  • 3. Degene, die van het spreekrecht gebruik wil maken, meldt dit ten minste vijf minuten voor de aanvang van de vergadering aan de griffier. Hij vermeldt daarbij zijn naam, namens wie hij spreekt en het onderwerp waarover hij het woord wil voeren;

  • 4. De voorzitter geeft het woord op volgorde van de vastgestelde agenda. De voorzitter kan van de volgorde afwijken, indien dit in het belang is van de orde van de vergadering;

  • 5. Elke spreker krijgt maximaal vijf minuten het woord. De voorzitter kan in bijzondere gevallen afwijken van de maximale lengte van de spreektijd;

  • 6. De spreker voert het woord, nadat de voorzitter hem dit heeft verleend.

Artikel 18: Besluitenlijst

  • 1. De conceptbesluitenlijst wordt als het mogelijk is nog voor de eerstvolgende raadsvergadering en in elk geval voor de eerstvolgende raadscommissievergadering gepubliceerd.

  • 2. Bij het begin van de vergadering wordt de besluitenlijst van de vorige vergadering vastgesteld.

  • 3. De raadsleden, burgerleden, de voorzitter en de collegeleden hebben het recht een voorstel tot wijziging van de besluitenlijst aan de raadscommissie te doen, indien de besluitenlijst onjuistheden bevat of niet duidelijk weergeeft hetgeen gezegd of besloten is. Een voorstel tot verandering dient voor aanvang van de vergadering bij de griffier te worden ingediend.

  • 4. De besluitenlijst moet inhouden:

    • a.

      de namen van allen voor zover in de vergadering aanwezig, alsmede van de overige personen die het woord gevoerd hebben, afzonderlijk wordt vermeld welke leden afwezig waren;

    • b.

      een vermelding van de zaken die aan de orde zijn geweest;

    • c.

      een beknopte en zakelijke samenvatting van het gesprokene met vermelding van de namen van de fracties die het woord voerden;

    • d.

      een samenvatting van het advies aan de raad onder vermelding van de namen van de fracties die mededeling hebben gedaan van hun goed- of afkeuring, en met aantekening van de namen van de fracties die zich niet uitgelaten hebben;

    • e.

      bij het desbetreffende agendapunt de naam en de hoedanigheid van die personen aan wie het op grond van het bepaalde in artikel 25 door de raadscommissie is toegestaan deel te nemen aan de beraadslagingen.

  • 5. De besluitenlijst wordt opgesteld onder de zorg van de griffier.

  • 6. De vastgestelde besluitenlijst wordt door de voorzitter en de griffier ondertekend.

Artikel 19: Spreekregels

Een ieder spreekt vanaf zijn plaats en richt zich tot de voorzitter.

Artikel 20: Aantal spreektermijnen

  • 1. De beraadslaging over een onderwerp of voorstel geschiedt in ten hoogste twee termijnen, tenzij de raadscommissie anders beslist;

  • 2. Elke spreektermijn wordt door de voorzitter afgesloten;

  • 3. Een lid mag in een termijn niet meer dan één maal het woord voeren over hetzelfde onderwerp of voorstel;

  • 4. Bij de bepaling hoeveel malen een lid over hetzelfde onderwerp of voorstel het woord heeft gevoerd, wordt niet meegerekend het spreken over een voorstel van orde.

Artikel 21: Spreektijd

Voor de eerste termijn is een maximale spreektijd afgesproken van 5 minuten voor raadsleden, burgerleden en leden van het college van B&W. De voorzitter of een lid van de raad kan een afwijkend voorstel doen over de spreektijd van de leden en de overige aanwezigen.

Artikel 22: Voorstellen van orde

  • 1. De voorzitter en ieder lid kunnen tijdens de vergadering mondeling een voorstel van orde doen, dat kort kan worden toegelicht;

  • 2. Een voorstel van orde kan uitsluitend de orde van de vergadering betreffen;

  • 3. Over een voorstel van orde beslist de raadscommissie terstond.

Artikel 23: Handhaving orde; schorsing

  • 1. Een spreker mag in zijn betoog niet worden gestoord, tenzij:

    • a.

      de voorzitter het nodig oordeelt hem aan het opvolgen van dit reglement te herinneren;

    • b.

      een lid hem interrumpeert. Tijdens de eerste termijn mag één fractie hem ten hoogste drie maal interrumperen om een verhelderende vraag te stellen. Tijdens de tweede termijn mogen interrupties ongelimiteerd. De voorzitter kan bepalen dat de spreker zonder verdere interrupties zijn betoog mag afronden.

  • 2. Indien een spreker zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het in behandeling zijnde onderwerp, een andere spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de voorzitter tot de orde geroepen. Indien de betreffende spreker hieraan geen gevolg geeft, kan de voorzitter hem gedurende de vergadering, waarin zulks plaats heeft, over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen;

  • 3. De voorzitter kan ter handhaving van de orde de vergadering voor een door hem te bepalen tijd schorsen en - indien na de heropening de orde opnieuw wordt verstoord - de vergadering sluiten.

  • 4. De voorzitter kan een raadscommissie voorstellen aan een lid dat door zijn gedragingen de geregelde gang van zaken belemmert, het verdere verblijf in de vergadering te ontzeggen. Over het voorstel wordt niet beraadslaagd. Na aanneming daarvan verlaat het lid de vergadering onmiddellijk. Zo nodig doet de voorzitter hem verwijderen. Bij herhaling van zijn gedrag kan het lid bovendien voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering worden ontzegd.

Artikel 24: Beraadslaging

  • 1. De raadscommissie kan op voorstel van de voorzitter of een lid beslissen over één of meer onderdelen van een onderwerp of voorstel afzonderlijk te beraadslagen;

  • 2. Op verzoek van een lid of op voorstel van de voorzitter kan de raadscommissie besluiten de beraadslaging voor een door hem te bepalen tijd te schorsen teneinde het college of de leden de gelegenheid te geven tot onderling nader beraad. De beraadslagingen worden hervat nadat de schorsingsperiode verstreken is.

Artikel 25: Deelname aan de beraadslaging door anderen

  • 1. Het is in principe niet toegestaan aan de beraadslaging deel te nemen anders dan de voorzitter, raadsleden, burgerleden en collegeleden. Derden kunnen alleen een (technische) toelichting geven voorafgaand aan de beraadslaging;

  • 2. De raadscommissie kan in bijzondere gevallen bepalen dat anderen dan de in de vergadering aanwezige raadsleden, burgerleden, de wethouder, de secretaris, de griffier en de voorzitter deelnemen aan de beraadslaging;

  • 3. Een beslissing daartoe wordt op voorstel van de voorzitter of één der leden genomen alvorens met de beraadslaging ten aanzien van het aan de orde zijnde agendapunt een aanvang wordt genomen.

Artikel 26: Advies

  • 1. Wanneer de voorzitter vaststelt dat een onderwerp of voorstel voldoende is toegelicht, sluit hij de beraadslaging, tenzij de raadscommissie anders beslist;

  • 2. Nadat de beraadslaging is gesloten, beslist de raadscommissie of er een advies aan de raad wordt uitgebracht. Het advies kan luiden ‘hamerstuk’, ‘ter discussie’ of ‘niet plaatsen op de raadsagenda’. Voor het advies ‘niet plaatsen op de raadsagenda’ en ‘hamerstuk’ is unanimiteit vereist. Wanner 1 fractie het onderwerp wil bespreken in de raad, komt het als zodanig op de agenda;

  • 3. Indien de raadscommissie een advies aan de raad uitbrengt, beslissen de leden op voorstel van de voorzitter over de inhoud van het advies. De voorzitter concludeert na beraadslaging;

  • 4. In het advies worden de standpunten van alle fracties opgenomen. De griffier draagt zorg voor dit advies en publiceert dit voor de raadsvergadering.

Artikel 27: Mededelingen college

Mededelingen van het college worden vooraf bij de voorzitter aangemeld. Deze bepaalt of de betreffende mededeling op grond van de actualiteit en/of noodzakelijkheid kunnen worden gedaan.

Hoofdstuk 4: Besloten vergadering

Artikel 28: Algemeen

  • 1. Op een besloten vergadering zijn de bepalingen van deze verordening van overeenkomstige toepassing voor zover deze bepalingen niet strijdig zijn met het besloten karakter van de vergadering;

  • 2. Onderwerpen die in aanmerking komen om in een besloten vergadering te worden behandeld, worden in principe vooraf aangemeld bij het presidium;

  • 3. Behandeling van het onderwerp vindt plaats na afloop van de commissievergadering waarin het onderwerp thuishoort.

Artikel 29: Besluitenlijst

  • 1. De besluitenlijst van een besloten vergadering wordt niet gepubliceerd, maar ligt uitsluitend voor de leden bij de griffier ter inzage;

  • 2. De besluitenlijst wordt zo spoedig mogelijk in een besloten vergadering ter vaststelling aangeboden. Tijdens deze vergadering neemt de raadscommissie een besluit over het al dan niet openbaar maken van deze besluitenlijst.

Artikel 30: Geheimhouding

Voor de afloop van de besloten vergadering beslist de raad overeenkomstig artikel 25, lid 1, van de Gemeentewet of omtrent de inhoud van de stukken en het verhandelde geheimhouding zal gelden. De raadscommissie kan besluiten de geheimhouding op te heffen.

Artikel 31: Opheffing geheimhouding

Indien de raad op grond van artikel 25, lid 3 en 4, artikel 55, lid 2 en 3, of artikel 86, lid 2 en 3, van de Gemeentewet voornemens is de geheimhouding op te heffen wordt, indien daarom wordt verzocht door het orgaan dat geheimhouding heeft opgelegd, in een besloten vergadering met het desbetreffende orgaan overleg gevoerd.

Hoofdstuk 5: Toehoorders en pers

Artikel 32: Toehoorders en pers

  • 1. De toehoorders en vertegenwoordigers van de pers kunnen uitsluitend op de voor hen bestemde plaatsen openbare vergaderingen bijwonen;

  • 2. Het geven van tekenen van goed- of afkeuring of het op andere wijze verstoren van de orde is verboden.

Artikel 33: Geluid- en beeldregistraties

Degenen die in de vergaderzaal tijdens een openbare raadsvergadering geluid- dan wel beeldregistraties willen maken doen hiervan mededeling aan de voorzitter en gedragen zich naar zijn aanwijzingen of die van de griffier. Deze aanwijzingen kunnen niet zover gaan dat zij de vrijheid van pers aantasten.

Artikel 34: Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als “Reglement van orde raadscommissies Vught 2014”

Artikel 35: Datum inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na de vaststelling door de raad en vervangt daarmee het oude reglement (Verordening raadscommissies 2003).