Regeling vervallen per 01-01-2014

Verordening op de heffing en de invordering van de lijkbezorgingsrechten 2009

Geldend van 28-11-2008 t/m 31-12-2013

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van de lijkbezorgingsrechten 2009

De raad van de gemeente Waalwijk;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 7 oktober

2008;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;

besluit vast te stellen de volgende verordening:

“Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2009

Verordening lijkbezorgingsrechten 2009

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    begraafplaats: de gemeentelijke begraafplaats Bloemendaal aan de Bloemendaalwegte Waalwijk, de gemeentelijke begraafplaatsen, gelegen aan de Tilburgseweg en deHeistraat te Sprang-Capelle en de gemeentelijke begraafplaats te Waspik;

  • b.

    grafteken: een voor de plaatsing op een graf bestemd gedenkteken;

  • c.

    eigen graf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk ofrechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • 1.

      het doen begraven en begraven houden van lijken;

    • 2.

      het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

    • 3.

      het doen verstrooien van as;

  • d.

    huurgraf: een graf waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon voor een bepaaldetijd het uitsluitend recht is verleend tot:

    • 1.

      het doen begraven en begraven houden van lijken;

    • 2.

      het doen bijzetten of bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen,buiten de urnentuinen;

  • e.

    algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheidwordt geboden tot het doen begraven van lijken;

  • f.

    kindergraf: een huurgraf, uitsluitend bestemd tot het begraven van overledenenbeneden de leeftijd van 12 jaren;

  • g.

    eigen urnengraf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor voor bepaalde ofonbepaalde tijd het uitsluitend recht is verleend tot:

    • 1.

      het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

    • 2.

      het doen verstrooien van as;

  • h.

    algemeen urnengraf: een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een iedergelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten van asbussen met of zonder urnen;

  • i.

    urnentuin: een daartoe aangewezen terrein op de begraafplaats;

  • j.

    urnennis: een nis, waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het recht is verkregen tothet doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen of urnen;

  • k.

    asbus: een bus ter berging van as van een overledene;

  • l.

    urn: een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;

  • m.

    verstrooiingsplaats: een permanent daartoe bestemd terrein waarop as wordtverstrooid, dan wel een plaats waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het recht is verleend om as te doen verstrooien.

Artikel 2 Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats of het crematorium.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4 Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1. De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 5 Belastingjaar

  • 1. Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

  • 2. Met betrekking tot de rechten genoemd in hoofdstuk 5 van de tarieventabel is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor wordt afgekocht.

Artikel 6 Wijze van heffing

  • 1. De onderhoudsrechten, bedoeld in hoofdstuk 5 van de tarieventabel, worden geheven bij wege van aanslag.

  • 2. Andere rechten als die bedoeld in hoofdstuk 5 van de tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks verschuldigde rechten

  • 1. De onderhoudsrechten, als bedoeld in hoofdstuk 5 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt zijn de rechten bedoeld in hoofdstuk 5 van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de rechten bedoeld in hoofdstuk 5 van de tarieventabel voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 5,00.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten

Andere rechten dan die bedoeld in hoofdstuk 5.2 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 9 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden betaald vóór de laatste dag van de maand volgende op die waarin de in artikel 6 bedoelde kennisgeving is gedagtekend.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.

Artikel 10 Kwijtschelding

Bij de invordering van de lijkbezorgingsrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.

Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De 'Verordening lijkbezorgingsrechten 2008' van 8 november 2007, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2008

  • 4.

    Deze verordening wordt aangehaald als de 'Verordening Lijkbezorgingsrechten 2008'.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 6 november 2008.

DE GEMEENTERAAD VAN DE GEMEENTE WAALWIJK

De griffier, De voorzitter,

G.H. Kocken drs. A.M.P. Kleijngeld

TARIEVENTABEL 2009 BEHORENDE BIJ DE VERORDENING LIJKBEZORGINGS-RECHTEN 2009

Hoofdstuk 1 Verlenen van rechten

1.1

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een huurgraf voor een persoon van 12 jaar of ouder wordt geheven voor een periode van 20 jaar

€ 574,00

1.2

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een urnengraf voor een persoon van 12 jaar of ouder wordt geheven voor een periode van 20 jaar

€ 425,00

1.3

Voor een kindergraf wordt van het bedrag als bedoeld in 1.1 geheven:

1.3.1

Een vierde (1/4) gedeelte indien het graf is bestemd voor een overleden kind beneden één jaar, zijnde

€ 147,00

1.3.2

De helft (1/2) indien het graf is bestemd voor een overleden kind van 1 tot 12 jaar

€ 297,00

1.4

Voor het verlengen van het uitsluitend recht als bedoeld in 1.1 tot en met 1.3.2 met 10 jaar wordt een recht geheven van

€ 157,00

1.5

Voor het verlenen van het recht op een algemeen graf wordt geheven voor een periode van 10 jaar

€ 275,00

Bij een algemeen graf wordt geen onderscheid gemaakt in verschillende leeftijdsgroepen. Tevens is bij een algemeen graf geen verlenging mogelijk.

Hoofdstuk 2 Begraven en bijzetten

2.1

Voor het begraven van een lijk van een persoon van 12 jaar of ouder wordt geheven

€ 227,00

2.2

Voor het begraven van een lijk van een kind beneden één jaar wordt geheven

€ 57,00

2.3

Voor het begraven van een lijk van een kind beneden 12 jaar wordt geheven

€ 117,00

2.4

Voor het begraven van levenloos geboren kinderen wordt geen recht geheven indien geen graftekens zullen worden aangebracht en die begraven worden op een afzonderlijk deel van de begraafplaats.

2.5.1

Voor het bijzetten van een asbus of urn in een huurgraf wordt een recht geheven van

€ 219,00

2.5.2

Voor het bijzette van een asbus of een urn in een urnengraf wordt een recht geheven van

€ 161,00

2.6

Voor het begraven of bijzetten op buitengewone uren wordt het recht, bedoeld in 2.1, 2.2, 2.3, 2.4 en 2.5 verhoogd met

€ 71,00

2.7

Onder buitengewone uren wordt verstaan: de uren vallende buiten de tijd, gelegen tussen 9.00 en 16.00 uur

Hoofdstuk 3 Plaatsen van een fundering

3.1

Voor een door de gemeente aan te brengen fundering voor het plaatsen van een grafteken wordt een bedrag geheven van

€ 287,00

Hoofdstuk 4 Ruimen en opgraven

4.1

Voor het ruimen van een graf op aanvraag van de rechthebbende wordt geheven

€ 1.240,00

4.2

Voor het opgraven en overbrengen van een lijk uit het ene naar het andere graf op de begraafplaats wordt een recht geheven van

€ 1.240,00

4.3

Het in 4.2 vermelde bedrag is eveneens van toepassing op het verzamelen van lijken in dezelfde grafruimte en herbegraven van meerder lijken in één kist

4.4

Voor het opgraven van een lijk, bestemd voor overbrenging naar een andere begraafplaats wordt geheven

€ 1.240,00

4.5

Voor het opgraven of verwijderen van een asbus of urn wordt geheven:

4.5.1

Uit een huurgraf

€ 210,00

4.5.2

Uit een urnengraf

€ 158,00

4.6

Voor het op rechterlijk gezag opgraven en weer in dezelfde grafruimte begraven van een lijk of urn worden geen rechten geheven.

Hoofdstuk 5 Onderhouden en schoonhouden

5.1

Voor het van gemeentewege onderhouden en schoonhouden van de paden en beplantingen wordt voor de eerste periode van 20 jaar waarvoor het grafrecht is verleend een bedrag geheven voor:

5.1.1

Een huurgraf

€ 1.070,00

5.1.2

Een urnengraf

€ 804,00

5.2

In geval van verlenging van het grafrecht wordt voor de in 5.1 vermelde dienstverlening voor de periode waarvoor het grafrecht is verlengd een bedrag geheven voor:

5.2.1

een huurgraf, voor een periode van 10 jaar

€ 618,00

5.2.2

Een urnengraf, voor een periode van 10 jaar

€ 465,00

Een algemeen graf is in beheer en onderhoud bij de gemeente Waalwijk; voor het onderhouden en schoonhouden van een algemeen graf worden geen kosten in rekening gebracht.

Hoofdstuk 6 Overbrenging van een gesloten begraafplaats

6.1

De op grond van de vorige hoofdstukken verschuldigde rechten, met uitzondering van het in 5.2 vermelde tarief bedragen de helft van de onderscheiden bedragen, indien op verzoek van de rechthebbende het lijk van de eerst overleden echtgenoot of echtgenote wordt overgebracht van een gesloten begraafplaats als bedoeld in Hoofdstuk III, paragraaf 4, van de Wet op de lijkbezorging, naar een gemeentelijke begraafplaats en aldaar wordt bijgezet naast het graf van de laatst overleden echtgenoot of

Hoofdstuk 7 Reserveren van een grafruimte

7.1

Voor het verlenen van een reservering voor een huurgraf of urnengraf wordt voor het eerste tijdvak van 20 jaren geheven

€ 234,00

7.2

Voor de volgende periode van 10 jaren wordt geheven

€ 117,00

Hoofdstuk 8 Inschrijven en overboeken van huurgraven of urnengraven

8.1

Voor het inschrijven en overboeken van huurgraven of van urnengraven in een daartoe bestemd register wordt geheven

88

€ 9,00

Hoofdstuk 9 Overige heffingen

9.1

Voor het gebruik van de aula wordt geheven een recht van

€ 189,00

9.1.1

Indien het gebruik als bedoeld in 9.1 langer duurt dan 2 1/2 uur dan wordt voor elk extra half uur of gedeelte daarvan een recht geheven van

€ 40,00

9.2

Voor het luiden van de klok wordt per kwartier een recht geheven van

€ 40,00

9.3

Voor het verlenen van toestemming tot het plaatsen van een enkele gedenkplaat of enkel gedenkteken wordt een recht geheven van

€ 78,00

9.4

Voor het verlenen van toestemming tot het plaatsen van een dubbele gedenkplaat of dubbel gedenkteken wordt een recht geheven van

€ 156,00

Behoort bij besluit van de gemeenteraad van de gemeente Waalwijk van 6

november 2008 tot vaststelling van de “Verordening Lijkbezorgingsrechten 2009”

De griffier van Waalwijk,

G.H. Kocken