Regeling vervallen per 10-10-2017

Verordening Activiteitenfonds gemeente Werkendam 2013

Geldend van 12-04-2013 t/m 09-10-2017

Intitulé

Verordening Activiteitenfonds gemeente Werkendam 2013

De raad van de gemeente Werkendam,

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 30 januari 2013,

- gehoord het advies van de commissie Inwoners van 12 maart 2013,

- gelet op artikel 147, juncto artikel 108, van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de verordening ‘Activiteitenfonds gemeente Werkendam 2013’, met bijbehorende toelichting

Artikel 1 - begrippen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • 1.

    Activiteiten: het totaal aan activiteiten zoals deze genoemd worden in de bijlage bij deze verordening;

  • 2.

    Sociaal minimum: het bedrag van de van toepassing zijnde (gezins)norm, inclusief de maximale gemeentelijke toeslag, zoals vastgelegd in de artikelen 20 tot en met 29 van de Wet werk en bijstand;

  • 3.

    Inkomen: Het inkomen als bedoeld in art. 32 WWB. In afwijking hiervan wordt

een bijstandsuitkering voor de beoordeling van het recht op activiteitenfonds gezien als inkomen.

Art. 33 lid 5 WWB (pensioenvrijlating) is van overeenkomstige toepassing.

Op het totaal van maandelijkse inkomsten wordt in mindering gebracht:

- het verschil tussen de verschuldigde maandelijkse woonlasten en de normhuur die van toepassing is bij de laagste inkomenscategorie als bedoeld in de Wet op de Huurtoeslag;

- een twaalfde gedeelte van de verschuldigde aanslag plaatselijke belastingen, na aftrek van de toegekende kwijtschelding;

d. Vermogen: het vermogen als bedoeld in art. 34 WWB, te verhogen met een bedrag van € 3.000 per volwassene;

e. Oudere: personen die aanspraak kunnen maken op een AOW-uitkering;

f. Arbeidsgehandicapte: de arbeidsgehandicapte als bedoeld in de wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen (WIA) en de persoon met een Wajong uitkering.

Artikel 2 - doelstelling

Het doel van de verordening is:

  • 1.

    Stimuleren dat inwoners van de gemeente Werkendam met een laag inkomen actief deelnemen aan activiteiten op het gebied van cultuur, educatie, recreatie en sport, door het verstrekken van een financiële bijdrage in de hieraan verbonden kosten;

  • 2.

    Tegengaan van sociaal isolement van ouderen en arbeidsgehandicapten met een laag inkomen, door het verstrekken van een financiële bijdrage in een aantal kosten die bijdragen aan het tegengaan van sociaal isolement.

Artikel 3 - hoogte bijdrage

1. De in artikel 2 bedoelde financiële bijdrage bedraagt maximaal € 165 per jaar per volwassene.

2. De in lid 1 genoemde bijdrage wordt verhoogd met een bedrag van € 165 per jaar voor elk ten laste komend kind tot en met 17 jaar dat tot het huishouden van de aanvrager behoort.

  • 1.

    De bijdrage als genoemd in lid 2 wordt verhoogd met € 100 per jaar per ten laste komend kind, indien het kind deelneemt aan activiteiten van verenigingen en instellingen als genoemd onder punt A. op de lijst die als bijlage bij deze verordening is gevoegd.

  • 2.

    Bijdragen als bedoeld in artikel 2 kunnen worden toegekend voor kosten zoals die vermeld staan op de lijst die als bijdrage bij deze verordening is gevoegd.

Artikel 4 - doelgroep en inkomensnormen

  • 1.

    Voor een volledige bijdrage als bedoeld in artikel 3 komt de aanvrager in aanmerking met een inkomen tot maximaal 110% van het sociaal minimum.

  • 2.

    Voor een bijdrage van 50% van het bedrag als bedoeld in artikel 3 komt de aanvrager in aanmerking met een inkomen tussen 110% en 120% van het sociaal minimum.

  • 3.

    De aanvrager met een inkomen vanaf 120% van het sociaal minimum komt niet voor een bijdrage in aanmerking.

  • 4.

    De aanvrager wiens vermogen hoger is dan de vermogensgrens als bedoeld in artikel 1 onder d., komt niet voor een bijdrage in aanmerking;

  • 5.

    Inwoners met een inkomen krachtens de Wet op de Studiefinanciering (WSF) zijn van deze regeling uitgesloten.

  • 6.

    Inwoners die voor hun inkomensvoorziening zijn aangewezen op de zorg van de rijksoverheid zijn van deze regeling uitgesloten.

  • 7.

    Degene die langer dan twaalf maanden een inkomen ontving dat lager was dan de inkomensnormen als bedoeld in lid 1 en lid 2 van dit artikel en wiens inkomen toeneemt als gevolg van werkaanvaarding, komt het eerste kalenderjaar na werkaanvaarding nog in aanmerking voor een bijdrage krachtens deze verordening.

Artikel 5 - voorwaarden

Een bijdrage als bedoeld in artikel 3 wordt toegekend indien aan de onderstaande voorwaarden wordt voldaan:

  • 1.

    De aanvrager dient op het aanvraagformulier aan te geven voor welke activiteiten en voor welke gezinsleden de kosten gemaakt zijn;

  • 2.

    De aanvrager dient op het aanvraagformulier gespecificeerd aan te geven welke uitgaven per gezinslid zijn gemaakt;

  • 3.

    De aanvrager dient bewijsstukken van de gemaakte kosten op verzoek te kunnen tonen.

Artikel 6 - indiening aanvraag

  • 1.

    Een aanvraag om een bijdrage wordt ingediend bij het college van burgemeester en wethouders. De aanvraag dient schriftelijk te gebeuren via het daarvoor bestemde aanvraagformulier;

  • 2.

    De aanvraag kan gedurende het gehele kalenderjaar worden ingediend tot en met twee maanden na het verstrijken van het betreffende kalenderjaar;

  • 3.

    De gezinssituatie op de datum van aanvraag is leidend voor het bepalen van het recht op een bijdrage.

  • 4.

    Binnen vier weken na de datum van indienen nemen burgemeester en wethouders een beslissing op de aanvraag.

Artikel 7 - uitvoering

  • 1.

    Ter uitvoering van deze verordening kunnen burgemeester en wethouders nadere werkinstructies vaststellen.

  • 2.

    In gevallen waarin deze verordening niet voorziet nemen burgemeester en wethouders een beslissing met inachtneming van doel en strekking van deze verordening.

  • 3.

    In het kader van mandatering kunnen burgemeester en wethouders de uitvoering van deze regeling opdragen aan daartoe aangewezen ambtenaren.

Artikel 8 - slotbepalingen

Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Activiteitenfonds gemeente Werkendam 2013’. De verordening treedt in werking op 1 januari 2013.

De verordening ‘Activiteitenfonds gemeente Werkendam 2012’, vastgesteld op 22 mei 2012 en met ingangsdatum 1 januari 2012, komt met ingang van 1 januari 2013 te vervallen.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad
van de gemeente Werkendam van 26 maart 2013.
De raad voornoemd,
De griffier, De voorzitter,
Mr. I. Bakker mw. Drs. C.G.J. Breuer