Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR296533
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR296533/1
Regeling vervallen per 01-01-2021
Beleidsregels reiskosten als bedoeld in artikel 10E Richtlijnen tegemoetkoming bijzondere kosten
Geldend van 01-04-2014 t/m 31-12-2020
Intitulé
Beleidsregels reiskosten als bedoeld in artikel 10E Richtlijnen tegemoetkoming bijzondere kostenHet college van burgemeester en wethouders van Werkendam, in zijn vergadering van 1 april 2014;
Gelet op de Gemeentewet, artikel 4:81 van de Algemene wet Bestuursrecht en de richtlijnen Tegemoetkoming bijzondere kosten Werkendam;
Gehoord het advies van de cliëntenraad sociale zekerheid van 5 maart 2014;
BESLUIT
Vast te stellen, de volgende beleidsregels:
BELEIDSREGELS REISKOSTEN ALS BEDOELD IN ARTIKEL 10E RICHTLIJNEN TEGEMOETKOMING BIJZONDERE KOSTEN
Artikel 1 Omschrijving van de kosten
Deze beleidsregels hebben betrekking op de volgende soorten reiskosten:
- 1.
ziekenbezoek aan gezinsleden of naaste familieleden die thuis of in een instelling worden verpleegd;
- 2.
bezoeken aan uit huis geplaatste kinderen;
- 3.
bezoeken van een naast familielid in een penitentiaire inrichting;
- 4.
bezoeken van een medisch specialist.
Het betreft de kosten die gemaakt moeten worden om het traject van thuis naar het verblijfadres van de betrokkene af te leggen.
Artikel 2 Voorliggende voorziening
Indien de zorgverzekering of de aanvullende zorgverzekering een vergoeding verstrekt voor
de reiskosten als genoemd in artikel 1, wordt deze vergoeding in mindering gebracht op de
te verstrekken tegemoetkoming.
Artikel 3 Recht op een tegemoetkoming bijzondere kosten
Voor het verstrekken van een tegemoetkoming gelden de volgende uitgangspunten:
a. Ziekenbezoek aan gezinsleden, partner of naaste familieleden die verpleegd worden:
- Voor familieleden in de eerste en tweede graad en voor de partner geldt als
uitgangspunt een frequentie van tweemaal per week;
- Voor kinderen tot 18 jaar die elders verpleegd worden, geldt als uitgangspunt dat de ouder(s) dit kind dagelijks kan bezoeken;
- Indien de persoon die verpleegd wordt geen gezins- of naaste familieleden heeft, kan een vergoeding op basis van dezelfde frequentie worden toegekend aan een nauw betrokkene van de aanvrager.
b. Bezoeken aan uit huis geplaatste kinderen:
- Voor ouders geldt als uitgangspunt een frequentie van eenmaal per week. Op individuele basis kan gemotiveerd worden voorgesteld om van dit uitgangspunt af te wijken. Hierbij wordt rekening gehouden met een voorgestelde omgangsregeling vanuit Jeugdzorg.
c. Bezoeken van een naast familielid in een penitentiaire inrichting:
- De bezoekfrequentie die de penitentiaire inrichting voorstelt is leidend. Op individuele basis kan gemotiveerd worden voorgesteld hiervan af te wijken.
d. Bezoeken van een medisch specialist:
- De bezoeken aan een medisch specialist komen voor vergoeding in aanmerking. Uitdrukkelijk wordt hierbij opgemerkt dat dit niet geldt voor bezoeken aan huisarts, fysiotherapeut, tandarts etc.
Voor alle vier deze categorieën geldt de voorwaarde dat de te overbruggen afstand maximaal 35 km enkele reis bedraagt.
Indien de afstand verder is dan 35 km, wordt de hoogte van de gevraagde tegemoetkoming en de frequentie vastgesteld op grond van een individuele afweging.
Artikel 4 Hoogte van de vergoeding
a. De hoogte van de vergoeding is afhankelijk van de wijze waarop de klant reist. Hierbij gelden de onderstaande uitgangspunten:
- 1.
Afstand tot 6 km enkele reis: geen vergoeding
- 2.
Afstand vanaf 6 enkele reis: vergoeding afhankelijk van de wijze van vervoer:
- 3.
Per fiets: geen vergoeding
- 4.
Per auto / scooter / bromfiets: € 0,19 per km
- 5.
Per openbaar vervoer: werkelijke kosten op basis van de goedkoopste wijze van openbaar vervoer. Bij de declaratie dienen bewijsstukken van de gemaakte OV-ritten te worden toegevoegd. Wanneer geen bewijsstukken worden toegevoegd, bedraagt de vergoeding € 0,19 per km.
b. Wanneer de klant reist per auto / scooter / bromfiets, stelt de consulent i/z met behulp van de ANWB-routeplanner de kortste afstand vast en baseert daarop het bedrag van de reiskostenvergoeding. Er vindt geen afronding plaats.
c. De betaling vindt plaats nadat de klant een declaratie heeft ingediend. In het geval de klant de reiskosten niet kan voorschieten, kan de consulent i/z de reiskosten als voorschot verstrekken.
d. De reiskostenvergoeding komt ten laste van het budget bijzondere bijstand.
5. Vergoeding indien vervoer per fiets, per openbaar vervoer en/of per eigen vervoer niet mogelijk is
a. Indien de klant wegens sociaal/psychische- of medische redenen geen gebruik kan maken van een fiets, kan hij gebruik maken van openbaar vervoer. In dat geval komen de kosten van de volledige reisafstand voor vergoeding in aanmerking, dus ook de kosten als de afstand minder bedraagt dan 6 km;
b. Indien de klant wegens sociale- of medische redenen geen gebruik kan maken van openbaar vervoer en/of eigen vervoer, kan een vergoeding verstrekt worden voor vervoer per deeltaxi. In dat geval ontvangt de klant een vergoeding op basis van het op de klant van toepassing zijnde tarief voor de deeltaxi voor de gehele reisafstand, incl. de eerste 6 km’s.
Artikel 6 Overleggen bewijsstukken
De betrokkene dient in alle gevallen een bewijsstuk te kunnen overleggen van het feit dat hij het bezoek heeft afgelegd.
Artikel 7 Slotbepaling
Het college handelt overeenkomstig deze beleidsregels, tenzij dat voor een of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met de beleidsregels te dienen doelen.
Artikel 8 Citeertitel
Deze beleidsregels kunnen worden aangehaald als ‘beleidsregels reiskosten als bedoeld in artikel 10E van de Richtlijnen tegemoetkoming bijzondere kosten’.
Artikel 9 Ingangsdatum
Deze beleidsregels treden in werking op 1 april 2014.
Met ingang van deze datum worden de ‘beleidsregels reiskosten als bedoeld in artikel 10E van de Richtlijnen tegemoetkoming bijzondere kosten’, met als ingangsdatum 1 mei 2013, ingetrokken.
Werkendam, 1 april 2014.
Het college van burgemeester en wethouders,
De secretaris, De burgemeester,
drs. H.A. Koenen mw drs. C.G.J. Breuer
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl