Regeling vervallen per 01-04-2012

Reglement op de raadscommissies

Geldend van 01-03-2010 t/m 31-03-2012

Intitulé

Reglement op de raadscommissies

De raad van de gemeente Westerveld;

Gezien van het voorstel van het presidium van 7 januari 2010;

Gelet op artikel 82 van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

Vast te stellen het volgende

Reglement op de raadscommissies

Hoofdstuk I Raadscommissies voor voorbereiding

Artikel 1 Instelling raadscommissies en werkgebied

  • 1. De raad stelt de volgende openbare raadscommissies voor voorbereiding in:

    • ·

      Commissie bestuur en middelen

    • ·

      Commissie ruimte

    • ·

      Commissie welzijn

  • 2. De commissie bestuur en middelen heeft als werkgebied:

    • ·

      Bestuur en burger (programma 1¹)

    • ·

      Openbare orde en veiligheid (programma 2)

    • ·

      Lokale economie, toerisme en recreatie (programma 5)

    • ·

      Financiën en belastingen (programma 10)

  • 3. De commissie ruimte heeft als werkgebied:

    • ·

      Beheer openbare ruimte (programma 3)

    • ·

      Milieu (programma 8)

    • ·

      Ruimtelijke ontwikkeling (programma 9)

  • 4. De commissie welzijn heeft als werkgebied:

    • ·

      Onderwijs (programma 4)

    • ·

      Werk en inkomen (programma 6)

    • ·

      Zorg, welzijn, sport en cultuur (programma 7)

Artikel 2 Taken

  • 1. Deze commissies hebben tot taak om de volksvertegenwoordigende, kaderstellende en controlerende taak van de gemeenteraad voor te bereiden.

  • 2. Meer specifiek kan deze taak als volgt worden onderscheiden:

    • ·

      zich laten informeren over geagendeerde onderwerpen door collegeleden, medewerkers van de ambtelijke organisatie, burgers, vertegenwoordigers van organisaties, overige belanghebbenden en deskundigen;

    • ·

      een oordeel vormen over geagendeerde onderwerpen;

    • ·

      een procedurebesluit nemen over het vervolgproces van geagendeerde onderwerpen;

    • ·

      informatievoorziening van het bestuur van college of de burgemeester, waaronder begrepen het bestuur in verbonden partijen;

    • ·

      afhandelen van aan de raad gerichte ingekomen brieven die voor kennisgeving kunnen worden aangenomen.

  • 3. Om een integrale benadering te realiseren wordt een onderwerp in niet meer dan in één commissie behandeld.

    ¹ Volgens programma-indeling van de programmabegroting

Artikel 3 Samenstelling

  • 1. De commissies bestaan uit één lid per fractie, ² behoudens het gestelde in lid 2.

  • 2. Als een fractie groter is dan drie leden kunnen per commissie twee leden per fractie worden benoemd, waarvan ten minste één raadslid moet zijn. Per agendapunt is één van beiden woordvoerder.

  • 3. De leden worden benoemd door de raad op voordracht van de fracties.

  • 4. De raad benoemt voor elk lid een plaatsvervangend lid, dat zitting heeft in de commissie bij verhindering van het lid. De commissie kan besluiten dat een ander fractielid dan de vaste plaatsvervanger het commissielid vervangt.

  • 5. Een lid en een plaatsvervangend lid kan zowel raadslid als niet-raadslid zijn. De niet-raadsleden moeten zijn geplaatst op de kandidatenlijst bij de laatstgehouden verkiezingen van de betreffende fractie. Op de niet-raadsleden zijn de artikel 10, 11, 12, 13, 14 en 15 van de Gemeentewet van toepassing.

Artikel 4 Voorzitter

  • 1. De voorzitter en zijn plaatsvervanger worden door de raad uit zijn midden benoemd.

  • 2. De voorzitter is geen lid van de commissie.

  • 3. De voorzitter is belast met:

    • ·

      het leiden van de vergadering

    • ·

      het concluderen van de bespreking in de vorm van procesafspraken of, bij een oordeelvormende bespreking, het benoemen van inhoudelijke conclusies;

    • ·

      het handhaven van de orde;

    • ·

      het doen naleven van deze verordening.

Artikel 5 Zittingsduur en vacatures

  • 1. De zittingsperiode van een lid, de voorzitter en hun plaatsvervangers eindigt aan het einde van de zittingsperiode van de raad.

  • 2. Een lid en zijn plaatsvervanger houden op lid te zijn indien zij niet meer voldoen aan de in artikel 3 lid 5 van dit reglement genoemde eisen.

  • 3. De raad kan een lid ontslaan op voorstel van de fractie op wiens voordracht het lis is benoemd.

  • 4. De raad kan de voorzitter of zijn plaatsvervanger ontslaan.

  • 5. Een lid, de voorzitter en hun plaatsvervangers kunnen te allen tijde ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan de raad. Het ontslag gaat in een maand na de schriftelijke mededeling of zoveel eerder als hun opvolger is benoemd.

  • 6. Indien door ontslag of overlijden een vacature ontstaat, beslist de raad zo spoedig mogelijk over de vervulling daarvan met inachtneming van artikel 3 en 4 van dit reglement.

Artikel 6 Griffier

  • 1. De griffier of een medewerker van de griffie fungeert als commissiegriffier.

  • 2. De commissiegriffier is in iedere vergadering aanwezig.

  • 3. Hij draagt zorg voor de aanlevering van de agenda en bijbehorende stukken, waaronder het uitnodigen van de in artikel 2, lid 2 genoemde personen en organisaties, en de afhandeling van ter vergadering gemaakte afspraken en conclusies.

  • 4. Hij maakt een besluitenlijst van het besprokene. In dat verslag worden de toezeggingen en het besluit van de commissie over de afhandeling van het stuk opgenomen.

Artikel 7 Oproep

  • 1. De voorzitter zendt ten minste tien dagen voor een vergadering de leden een schriftelijke oproep onder vermelding van dag, tijdstip en plaats van de vergadering. De voorzitter kan, gezien het onderwerp van de commissie, besluiten om naast de vaste leden van de commissie ook andere leden van de raad op te roepen.

  • 2. De voorlopige agenda en de daarbij behorende stukken worden tegelijkertijd met de schriftelijke oproep aan de leden verzonden.

  • 3. In spoedeisende gevallen kan de voorzitter de leden van de commissie drie dagen voor de vergadering een schriftelijke oproep verzenden. De oproep vermeld dag, tijdstip en plaats van de vergadering. De voorzitter voert overleg met de agendacommissie voordat hij overgaat tot een spoedoproep.

  • 4. In spoedeisende gevallen kan de voorzitter na het verzenden van de oproep een aanvullende agenda opstellen.

  • 5. Een aanvullende agenda wordt met de daarbij behorende stukken zo spoedig mogelijk maar uiterlijk drie dagen voor aanvang van de vergadering aan de leden gezonden.

Artikel 8 Vergaderfrequentie

  • 1. De vergaderingen van de raadscommissie vinden in de regel eens per vier weken plaats op dinsdag volgens een door het presidium vast te stellen vergaderrooster.

  • 2. De vergaderingen duren tot uiterlijk 23:00 uur. Indien de agenda op dat moment niet afgewerkt is, worden de nog niet behandelde agendaonderdelen aangehouden tot de volgende vergadering van de betreffende commissie. In bijzondere gevallen kan de voorzitter hiervan afwijken.

  • 3. De voorzitter kan in bijzondere gevallen een andere dag en/of aanvangsuur bepalen of een andere vergaderplaats aanwijzen. Hij voert hierover, tenzij er sprake is van een spoedeisende situatie, overleg met de agendacommissie.

    ² Zie het begrip fractie in artikel 1 van de Verordening op de vergadering van de raad

Artikel 9 Agenda

  • 1. De agenda bevat als regel de volgende vaste onderdelen

    • ·

      vaststellen agenda en vergaderorde;

    • ·

      besluitenlijst vorige vergadering;

    • ·

      rondvraag;

    • ·

      ingekomen stukken en mededelingen;

    • ·

      informatie van het college en van de burgemeester;

    • ·

      informatie van het college en van de burgemeester over verbonden partijen.

  • 2. Bij aanvang van de vergadering stelt de commissie de agenda vast.

  • 3. Op voorstel van een lid of de voorzitter kan de commissie bij de vaststelling van de agenda onderwerpen aan de agenda toevoegen of van de agenda afvoeren.

  • 4. <vervallen>

  • 5. Op voorstel van een lid of de voorzitter kan de commissie de volgorde van behandeling van de agendapunten wijzigen.

Artikel 10 Ter inzage leggen van stukken

  • 1. Stukken, die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op de agenda dienen, worden gelijktijdig met het verzenden van de schriftelijke oproep voor een ieder op het gemeentehuis ter inzage gelegd.

  • 2. Een origineel van een ter inzage gelegd stuk wordt niet buiten het gemeentehuis gebracht.

  • 3. Indien voor stukken op grond van artikel 86, eerste en twee lid, van Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, blijven deze stukken in afwijking van het eerste lid, onder berusting van de griffier en verleent de griffier een lid inzage.

Artikel 11 Openbare kennisgeving

  • 1. De vergadering wordt tegelijkertijd met de schriftelijk oproep door aankondiging in een huis-aan-huisblad en door plaatsing op de gemeentelijke website openbaar gemaakt. In bijzondere gevallen, waaronder de situatie onder artikel 7 lid 3, kan de voorzitter besluiten de vergadering bekend te maken door de aankondiging in een regionale krant en op de gemeentelijke website te plaatsen.

  • 2. De openbare kennisgeving vermeldt:

    • ·

      De datum, aanvangstijd en plaats, alsmede de voorlopige agenda van de vergadering

    • ·

      De wijze waarop en de plaats waar een ieder de agenda en de daarbij behorende stukken kan inzien

    • ·

      De mogelijkheid om deel te nemen aan de bespreking.

  • 3. Daarnaast worden de bij de voorlopige agenda behorende stukken, indien digitaal beschikbaar, op de website van de gemeente geplaatst.

Artikel 12 Orde der vergadering, opening en aanwezigheid

  • 1. Bij binnenkomst in de vergaderzaal tekent ieder commissielid de presentielijst. Aan het einde van elke vergadering wordt die lijst door de voorzitter door ondertekening vastgesteld.

  • 2. De voorzitter opent de vergadering op het vastgestelde uur, indien ten minste de helft van het aantal zitting hebbende leden aanwezig is.

Artikel 13 Informatievoorziening

  • 1. Doel van de informatievoorziening over een onderwerp is het verzamelen van alle voor de raad relevante informatie over een onderwerp, die nodig is om tot weloverwogen oordeelsvorming en besluit te komen

  • 2. Daartoe is er ruimte voor burgers, (vertegenwoordigers van) maatschappelijke organisaties en bedrijven om hun opvattingen en ideeën te geven over de op de agenda vermelde onderwerpen.

  • 3. De portefeuillehouder uit het college of de burgemeester zijn aanwezig voor het geven van een toelichting op hun voorstellen of notities en voor het beantwoorden van vragen.

  • 4. Zij kunnen zich voor de beantwoording van vakinhoudelijke vragen laten bijstaan door ambtelijke deskundigen.

  • 5. Eventueel uitgenodigde andere deskundigen zijn aanwezig voor het geven van hun deskundige mening en het beantwoorden van vragen

  • 6. De in de leden 2 t/m 5 bedoelde personen worden door de griffier uitgenodigd; zij nemen zoveel mogelijk plaats aan de vergadertafel volgens aanwijzingen van de voorzitter.

  • 7. De leden van de commissie hebben tijdens de informatievoorziening een luisterende en vragenstellende rol; zij formuleren in deze fase nog geen inhoudelijk standpunt en gaan niet met elkaar in discussie.

  • 8. De informatievoorziening wordt afgesloten met een besluit over het vervolgproces van het aan de orde zijnde onderwerp.

Artikel 14 Inspreekrecht

  • 1. Tijdens de commissievergadering kan door een ieder worden ingesproken over punten die voorkomen op de agenda, met uitzondering van de opening, vaststellen agenda en vergaderorder, verslag vorige vergadering, rondvraag, ingekomen stukken en mededelingen, informatie van het college en van de burgemeester, informatie van het college en van de burgemeester over verbonden partijen en de sluiting.

  • 2. Het inspreken vindt plaats direct voorafgaand aan de behandeling van het voor inspraak aangegeven agendapunt.

  • 3. degene die van het spreekrecht gebruik wil maken moet dit voor 12.00 uur op de dag van de vergadering melden aan de griffier.

  • 4. De spreektijd is maximaal 5 minuten per spreker.

  • 5. Insprekers nemen zoveel mogelijk plaats aan de vergadertafel, volgens aanwijzingen van de voorzitter.

  • 6. Sprekers richten het woord tot de voorzitter; hierna worden de raadsleden in de gelegenheid worden gesteld vragen ter verduidelijking te stellen aan de spreker.

  • 7. De agendacommissie kan besluiten geen spreekrecht toe te staan bij agendapunten waarbij de agendacommissie van oordeel is dat in de voorbereidingsprocedure van een agendapunt al voldoende ruimte is geweest voor inspraak of de status van het agendapunt zich hiertoe niet leent (alleen informerend).

Artikel 15 Oordeelsvorming

  • 1. Doel van de oordeelsvorming is om standpunten in te nemen die richting geven aan het door de raad vast te stellen beleid, mede op basis van aangeleverde stukken en het resultaat van de informatievoorziening als vermeld in artikel 12.

  • 2. De commissie hanteert hierbij het uitgangspunt dat de politieke oordeelsvorming over een voorstel met concrete beslispunten, waarover de raad moet besluiten, plaatsvindt vindt in de raadsvergadering; de voorzitter ziet hier in het bijzonder op toe.

  • 3. Over zaken, behorende tot de bevoegdheid van de burgemeester of het college advies uitbrengen.

  • 4. De oordeelsvorming over een onderwerp vindt plaats in ten hoogste twee termijnen, tenzij de commissie, eventueel op voorstel van de agendacommissie, een andere wijze van oordeelsvorming afspreekt.

  • 5. Als regel vindt de oordeelsvorming plaats via een bespreking van het onderwerp tussen de leden van de commissie. De commissie kan besluiten dat ook de portefeuillehouder van het college deelneemt aan de bespreking.

  • 6. De oordeelsvorming wordt afgesloten met (zo mogelijk) het trekken van conclusies naar aanleiding van de gevoerde bespreking en met een besluit over het vervolgproces van het aan de orde zijnde onderwerp

Artikel 16 Vaststellen van orde

  • 1. De voorzitter en ieder lid kunnen tijdens de vergadering een voorstel van orde doen, dat kort kan worden toegelicht

  • 2. Een voorstel van orde kan uitsluitend de orde van de vergadering betreffen.

  • 3. Over een voorstel van orde beslist de commissie terstond.

Artikel 17 Handhaving orde, schorsing

Artikel 26 van de Gemeentewet, handelende over de orde tijdens een raadsvergadering, is van overeenkomstige toepassing op de vergadering van een commissie, met dien verstande dat in artikel 26, lid 3 in de plaats van ‘de raad’ wordt gelezen ‘de commissie’.

Artikel 18 Besloten vergadering

  • 1. Op een besloten vergadering zijn de bepalingen van dit reglement van overeenkomstige toepassing voor zover deze bepalingen niet strijdig zijn met het besloten karakter van de vergadering.

  • 2. het verslag van een besloten vergadering wordt niet rondgedeeld maar ligt voor de leden ter inzage bij de griffier.

  • 3. Dit verslag wordt zo spoedig mogelijk in een besloten vergadering ter vaststelling aangeboden. Tijdens deze vergadering neemt de commissie een beslissing over het al dan niet openbaar maken van dit verslag. Het vastgestelde verslag wordt door de voorzitter en de griffier ondertekend.

  • 4. Voor de afloop van een besloten vergadering beslist de commissie overeenkomstig artikel 86, lid 1, van de Gemeentewet of omtrent de inhoud van de stukken en het verhandelde geheimhouding zal gelden. De commissie kan besluiten de geheimhouding op te heffen.

Artikel 19 Toehoorders en pers

  • 1. De toehoorders en vertegenwoordigers van de pers kunnen uitsluitend op de voor hen bestemde plaatsen openbare vergaderingen bijwonen.

  • 2. Het geven van tekenen van goed- of afkeuring of het op andere wijze verstoren van de orde is verboden.

  • 3. De voorzitter is bevoegd toehoorders die op enigerlei wijze de orde van de vergadering verstoren te doen vertrekken. Toehoorders die bij herhaling de orde in de vergadering verstoren kan hij voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering ontzeggen.

Artikel 20 Geluid- en beeldregistraties

Degenen die in de vergaderzaal tijdens de vergadering geluid- dan wel beeldregistraties willen maken doen hiervan mededeling aan de voorzitter en gedragen zich naar zijn aanwijzingen. Deze aanwijzingen kunnen niet zover gaan dat de vrijheid van pers aantasten.

Artikel 21 Verbod gebruik mobiele telefoons

In de vergaderzaal, met inbegrip van de publieke tribune, is tijdens de vergadering het gebruik, alsmede het stand-by houden van mobiele telefoons of andere communicatiemiddelen, die inbreuk kunnen maken op de orde van de vergadering zonder toestemming van de voorzitter niet toegestaan.

Hoofdstuk II Agendacommissie

Artikel 22 Agendacommissie

  • 1. Er is een agendacommissie, belast met de voorbereiding van de vergaderingen van de raadscommissies en van de gemeenteraad.

  • 2. De agendacommissie bestaat uit de voorzitter van de gemeenteraad en uit de voorzitters van de raadscommissies als genoemd in artikel 1. De voorzitter van de gemeenteraad is tevens voorzitter van de agendacommissie

  • 3. De griffier is aanwezig bij de vergaderingen van de agendacommissie, draagt zorg voor de voorbereiding en werkt de gemaakt afspraken uit.

  • 4. De secretaris kan worden uitgenodigd de vergaderingen van de agendacommissie bij te wonen als adviseur.

  • 5. De agendacommissie beoordeelt of een onderwerp voldoende is voorbereid voor behandeling in een raadscommissie en de gemeenteraad.

  • 6. Per onderwerp maakt de agendacommissie afspraken over

    • ·

      De indeling van voorstellen in A- en B-stukken

    • ·

      De verdeling van de onderwerpen over de drie raadscommissies

    • ·

      De wijze van informatievoorziening, oordeelsvorming en besluitvorming

    • ·

      De uit te nodigen personen en organisaties voor de informatievoorziening in de raadscommissie

    • ·

      Wat verder nodig is voor een effectieve en efficiënte behandeling van zaken in de raadscommissie en in de gemeenteraad.

  • 7. De agendacommissie legt afspraken per te behandelen onderwerp vast op een behandelformulier, waarvan de invulling wordt voorbereid door de griffier.

  • 8. De agendacommissie kan besluiten de voorbereiding van de commissie- en raadsvergaderingen, inclusief de taken genoemd in de leden 5, 6 en 7 over te laten aan de betreffende voorzitter en de (commissie)griffier de ambtelijke coördinator van de betreffende vergadering bij hun voorbereiding

  • 9. De overige taak van de agendacommissie is het evalueren van gehouden vergaderingen van de raadscommissies en gemeenteraad.

  • 10. De agendacommissie vergadert in het openbaar.

Hoofdstuk III Rekeningcommissie en auditcommissie

Artikel 22 Rekeningcommissie

  • 1. Er is een rekeningcommissie die is belast met het onderzoek naar de door het college aan de raad aangeboden programmarekening.

  • 2. De commissie bestaat uit leden van de gemeenteraad, zodanig dat elke fractie met één lid is vertegenwoordigd. De leden worden benoemd door de gemeenteraad. De gemeenteraad benoemt één van hen tot voorzitter van de commissie.

  • 3. De commissie vormt zich een beeld van de wijze van verantwoording in de door het college gepresenteerde programmarekening en let daarbij in het bijzonder op de realisering van de beoogde doelen en resultaten van de programmabegroting, zowel inhoudelijk als financieel.

  • 4. De commissie wordt secretarieel ondersteund door de griffier en kan ambtenaren vragen nadere feitelijke informatie te verstrekken.

  • 5. De commissie betrekt in haar onderzoek de accountantsverklaring en het rapport van bevindingen van de accountant en bespreekt met de accountant diens rapport.

  • 6. De commissie bespreekt haar bevindingen zo nodig met (leden van) het college.

  • 7. De commissie brengt advies uit aan de gemeenteraad over de vaststelling van de programmarekening.

  • 8. De commissie vergadert in het openbaar.

Artikel 23 Auditcommissie

  • 1. Er is een auditcommissie, belast met de afstemming van de onderzoekwerkzaamheden van de rekenkamercommissie, de accountant en van het onderzoek, gebaseerd op artikel 213a van de Gemeentewet.

  • 2. De voorzitter van de rekeningcommissie is voorzitter van de auditcommissie. Verder bestaat de commissie uit een door de rekenkamercommissie aangewezen vertegenwoordiger, de accountant en de door het college aangewezen ambtenaar, belast met het onderzoek op basis van artikel 213a van de Gemeentewet.

  • 3. De commissie wordt secretarieel ondersteund door de griffier.

  • 4. De commissie kan ambtenaren vragen om nadere feitelijke informatie te verstrekken.

  • 5. De auditcommissie komt tenminste één keer per jaar in de maand oktober bijeen om de voorgenomen onderzoekactiviteiten van het komende kalenderjaar op elkaar af te stemmen.

  • 6. De activiteiten van de auditcommissie laten onverlet de bevoegdheid van elk van de controleorganen om zijn of haar onderzoeksplan vast te stellen.

  • 7. De commissie vergadert in het openbaar.

Hoofdstuk IV Slotbepalingen

Artikel 24 Inwerkingtreding

Dit reglement treedt in werking op 1 maart 2010

Artikel 25 Citeertitel

Dit reglement kan aangehaald worden als: Reglement van orde voor de commissievergaderingen 2010.

Ondertekening

Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van 26 januari 2010.
De griffier, De voorzitter,
A.Middelkamp T. Slagman-Bootsma

Memorie van Toelichting bij het Reglement op de commissies

07-01-2010

Door de toevoeging, verwijdering of verplaatsing van artikelen en/of leden zijn onderdelen vernummerd. Deze vernummering wordt niet afzonderlijk vermeld. De verwijzingen hieronder zijn naar de nieuwe artikelnummers en –leden. In het Reglement van orde is met een streep in de kantlijn aangegeven welke onderdelen zijn gewijzigd.

artikel 2

artikel 2 lid 2: interpunctie aangepast.

Derde bullit: het woordje “procedure”is voor besluit opgenomen om tot uitdrukking te brengen dat een commissie slechts “besluiten”over de procedure neemt en niet over de inhoud van een voorstel.

artikel 3

artikel 3 lid 4: dit lid is zo aangepast dat de gangbare praktijk, waarbij een ander dan de vaste plaatsvervanger het vaste commissielid vervangt, in het reglement is onder gebracht.

Artikel 3 lid 5: in dit artikel is toegevoegd dat ook artikel 14 van de gemeentewet van toepassing is op de niet-raadsleden die lid of plaatsvervangend lis van een raadscommissie zijn. Dit legt hen de verplichting op om ten overstaan van de raad de eed of belofte af te leggen.

artikel 4

artikel 4 lid 3: interpunctie aangepast.

artikel 5

artikel 5 lid 2: verwijzing aangepast.

artikel 5 lid 6: verwijzing verduidelijkt.

artikel 6

artikel 6 lid 4: in het presidium is besproken dat van de bespreking binnen de commissie uitsluitend een besluitenlijst wordt gemaakt. Dit artikel sprak nog van een zakelijk verslag, vandaar dat dit artikel gewijzigd is.

artikel 7

artikel 7 lid 1: het komt voor dat bij een commissievergadering de aanwezigheid van leden van andere commissies gewenst is. Dit is bijvoorbeeld het geval bij themabijeenkomsten waarvoor de gehele raad is uitgenodigd. Themacommissies zijn formeel commissievergaderingen. De deelname van de leden van de raad die niet in de betreffende commissie zitting hebben, is door wijziging van dit artikellid geregeld.

artikel 7 lid 3: analoog aan de raadsvergadering is de mogelijkheid van spoedoproepen geïntroduceerd.

Omwille van uniformiteit heeft de spoedoproep voor de commissie dezelfde vorm gekregen als de spoedoproep voor de raadsvergadering.

artikel 8

Dit artikel is nieuw en regelt de frequentie van vergaderen. De aanvangstijdstippen zijn niet benoemd, omdat dit per commissie verschilt. In afwijking van de regeling voor de raadsvergadering wordt de vergadering niet geschorst indien deze om 23:00 nog niet gereed is, maar worden de niet behandelde onderwerpen aangehouden tot de volgende vergadering van die commissie.

artikel 9

artikel 9 lid 1: de opsomming van vaste agendapunten is geactualiseers aan de hand van de vaste termen die op de agenda worden gebruikt.

artikel 9 lid 4: vervallen, omdat we in de commissies niet met A- en B-stukken werken.

artikel 11

artikel 11 lid 1: de mogelijkheid tot het plaatsen van een aankondiging in een regionale krant is opgenomen. Dit is in verband met de nieuw geïntroduceerde mogelijkheid van een spoedoproeping noodzakelijk.

artikel 12

artikel 12 lid 1: tekstuele wijzigingen

artikel 12 lid 2: tekstuele wijzigingen

artikel 14

artikel 14: dit artikel is nieuw toegevoegd en nagenoeg gelijk hetzelfde artikel als in het Reglement van Orde voor de raad. In lid 5 is aangegeven dat de insprekers zoveel mogelijk plaats nemen aan de vergadertafel, volgens aanwijzingen van de voorzitter. Op deze wijze wordt, naar verwachting, de afstand tussen sprekers en de commissieleden verkleind. De insprekers blijven dus ook tijdens de behandeling van het voorstel aan tafel zitten.

artikel 17

artikel 17: tekstuele wijziging

Artikel 22

artikel 21 lid 8: Dit lid is nieuw en regelt de werkwijze in de driehoeken die per 1 januari van start gaat.

artikel 21 lid 9: Een aantal taken van de agendacommissie zijn overgeheveld naar het presidium. Die taken zijn in dit lid geschrapt.

artikel 24

artikel 24: de inwerkingtredingdatum is aangepast en op 1 maart gezet. Alle drie de verordeningen die de huishouding van de raad behelzen treden daarmee op dezelfde datum in werking.

artikel 25

artikel 25 is nieuw en bevat de citeertitel voor dit reglement.