Regeling vervallen per 01-11-2013

Nadere regels voor grafbedekkingen op de begraafplaatsen in de gemeente Westland

Geldend van 01-11-2013 t/m 31-10-2013

Intitulé

Nadere regels voor grafbedekkingen op de begraafplaatsen in de gemeente Westland

Burgemeester en wethouders van Westland;

gelet op artikel 19, lid 2 van de “Beheerverordening gemeentelijke begraafplaatsen Westland 2010”

b e s l u i t e n:

vast te stellen het volgende uitvoeringsbesluit:

Nadere regels voor grafbedekkingen op de begraafplaatsen in de gemeente Westland

Artikel 1Inleiding

Dit uitvoeringsbesluit verstaat onder:

  • begraafplaats: de begraafplaatsen in de kernen:

    • 's-Gravenzande Begraafplaats Beukenhage;

    • De Lier Algemene Begraafplaats;

    • Naaldwijk Gemeentelijke Begraafplaats;

    • Maasdijk Algemene Begraafplaats

    • Wateringen Algemene Begraafplaats;

    • Monster Rustplaats Molenlande.

  • graf: een zandgraf;

  • particulier graf : een graf, een grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • -

      het doen begraven en begraven houden van lijken;

    • -

      het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

    • -

      het doen verstrooien van as;

  • particulier kindergraf:een graf, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen begraven van een lijk van een kind tot ten hoogste 12 jaar;

  • keuzegrafeen nog uit te geven particulier graf, buiten de volgorde en binnen een bestaand grafvak;

  • algemeen graf : een graf bij de gemeente in beheer, waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken;

  • algemeen kindergraf:een graf, bij de gemeente in beheer, waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van een lijk van een kind tot ten hoogste 12 jaar;

  • algemeen foetusgraf:een graf, bij de gemeente in beheer, waarin aan een ieder de gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van een foetus van een kind tot ten hoogste 24 weken;

  • particulier urnengraf: een graf, een urnenkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • -

      het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

    • -

      het doen verstrooien van as;

  • columbarium:een muur met nissen waarin asbussen voorzien van een urn kunnen worden bijgezet;

  • pariculiere urnennis : een nis, waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen voorzien van een urn;

  • urn : een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;

  • asbus : een bus ter berging van as van een overledene;

  • verstrooiingsplaats: een permanent daartoe bestemd terrein waarop verstrooiing van as kan plaatsvinden;

  • grafbedekking : gedenkteken en/of grafbeplanting op een graf, een verstrooiingsplaats of een gedenkplaats;

  • gedenkplaats : een plaats, ingericht om zonder begraving of asbezorging een overledene te gedenken met een gedenksteen;

  • beheerder(s) : de ambtena(a)r(en), die belast is/zijn met de dagelijkse zorg van de begraafplaats(en) of degene die hem vervangt;

  • rechthebbende : een natuurlijk persoon of rechtspersoon aan wie een uitsluitend recht is verleend op een particulier graf of een urnengraf, dan wel degene die redelijkerwijze geacht kan worden in diens plaats te zijn getreden;

  • gebruiker:een natuurlijk persoon of rechtspersoon aan wie een recht tot gebruik van een ruimte in een algemeen graf of een algemeen urnengraf is verleend, dan wel degene die redelijkerwijze geacht kan worden in diens plaats te zijn getreden;

  • verschuldigde rechten:het te betalen bedrag voor het gebruik van de begraafplaats en de afzonderlijke faciliteiten.

Artikel 2Aanvraag vergunning

  • 1. Bij de schriftelijke aanvraag voor vergunning tot het hebben van een gedenkteken behoort een werktekening te worden ingeleverd met een schaal die niet kleiner mag zijn dan 1 : 10.

  • 2. Op deze werktekening dienen tenminste voor te komen:

    • a.

      een boven-, voor- en zijaanzicht met alle hoogte-, breedte-, dikte- en lengtematen;

    • b.

      de soort, kleur, bewerking van het te gebruiken materiaal;

    • c.

      de vermelding of de letters en dergelijke ingehakt, opgehakt of van metaal zijn;

    • d.

      de woordindeling van het opschrift en de plaats van figuratie(s);

    • e.

      de soort van het materiaal van de fundering en de wijze van bevestiging van het gedenkteken daarop.

  • 3. Grafkelders bestaan uit segmenten ter hoogte van maximaal 0,50 mtr. en zijn vervaardigd van solide beton. Voor alle overige zaken met betrekking tot een grafkelder gelden de bepalingen zoals genoemd in lid 1 en 2 van dit artikel.

  • 4. Er gelden beperkingen ten aanzien van de maatvoering van de gedenktekens. Binnen de grenzen is vrijheid tot modellering van het gedenkteken, waarbij de grenzen borg staan voor een zekere uniformiteit. Gemodelleerde gedenktekens in de vorm van een kei dienen een maximaal gewicht te hebben van 80 kg.

Artikel 3Beslissing

  • 1. De beslissing op de aanvraag van een vergunning wordt door burgemeester en wethouders schriftelijk medegedeeld.

  • 2. De grafbedekking moet binnen een jaar na uitgifte van het recht op de grafruimte zijn aangebracht.

Artikel 4Gedenkteken

  • 1. Voor gedenktekens mogen alleen duurzame materialen worden gebruikt zoals natuursteen, metaal, keramiek, duurzame kunststoffen of een verduurzaamde houtsoort. De minimale dikte van te verwerken natuursteen: 6 cm, hout: 8 cm en metaal: 1 cm.

  • 2. De lengte en de breedte van het gedenkteken mogen die van de bepaalde maatvoering niet overschrijden te weten:

    • a.

      particulier graf: 1.80 x 0.90 x 0.10 – liggend model/ 0.90 x 0.90 x 0.10 – staand model;

    • b.

      algemeen graf: 0.40 x 0.50 x 0.06 - liggend model;

    • c.

      grafkelder: 2.45 x 1.05 x 0.10;

    • d.

      kindergraf: 0.40 x 0.50 x 0.06;

    • f.

      urnengraf: 0.60 x 0.60 x 0.06 – liggend model;

    • g.

      urnennis: *

    • h.

      gedenkplaats: 0.60 x 0.60 x 0.04

      * De urnennis moet afgedekt worden met een plaat van natuursteen, voorzien van een inscriptie.

  • 3. De losse onderdelen moeten aan elkaar zijn verbonden door bronzen of roestvrijstalen pennen, een cementspecie of een deugdelijke lijmverbinding. Het geheel moet worden bevestigd op een betonfundering.

  • 4. Het is alleen toegestaan binnen de maatvoering van het gedenkteken los grind of steenslag aan te brengen met een kleinere diameter (fractie) dan 1 cm.

  • 5. Wanneer een bestaande grafbedekking (gedenkteken en/of grafbeplanting) gewijzigd of aangevuld wordt behoeft voor de vergunning geen verschuldigd recht te worden betaald.

  • 6. Wanneer een bestaande grafbedekking (gedenkteken) tijdelijk moet worden verplaatst in verband met een bijzetting in het bestaande graf zullen de werkzaamheden door de gemeente worden uitgevoerd. Indien het gedenkteken afwijkend van vorm, afmeting en gewicht is zullen deze werkzaamheden op kosten van de rechthebbende door derden moeten worden uitgevoerd.

Artikel 5Losse bloemen en planten

  • 1. Op een graf kunnen potplanten en bloemen in vazen worden geplaatst. Het is toegestaan op een graf losse bloemen te leggen.

  • 2. Binnen de maatvoering van het gedenkteken op een graf is het toegestaan dat (éénjarige)

    beplantingen worden aangebracht.

Artikel 6Vaste grafbeplanting

De vaste grafbeplanting, die op de graven worden geplant, mogen bij volle wasdom de voor het graf beschikbare oppervlakte niet overschrijden of moeten door besnoeiing binnen de oppervlakte kunnen worden gehouden. Een uitzondering is het planten van een stamroos aan het hoofdeinde van het graf, mits deze de bereikbaarheid van andere grafruimten niet belemmert.

Artikel 7Slotbepalingen

  • 1. Deze nadere regels treden in werking op 7 september 2010.

  • 2. Zij kunnen worden aangehaald als: ”Uitvoeringsbesluit voor de grafbedekkingen”.

Ondertekening

Vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders
van de gemeente Westland op 7 september 2010
de secretaris, de voorzitter,
M.van Beek J. van der Tak

Toelichting

Algemeen

Zowel in de vigerende als in het nieuwe “uitvoeringsbesluit grafbedekkingen” op de gemeentelijke begraafplaatsen is voor het hebben van een grafbedekking de schriftelijke vergunning nodig van burgemeester en wethouders. Aan burgemeester en wethouders wordt de bevoegdheid gegeven nadere voorschriften vast te stellen omtrent de wijze van aanvragen van de vergunning, de aard en afmetingen van de grafbedekking en de wijze van plaatsen en aanbrengen. In het nieuwe uitvoeringsbesluit wordt daaraan toegevoegd dat het college ontheffing kan verlenen van deze door hen vastgestelde nadere regels.

In dit uitvoeringsbesluit is op onderdelen specifiek gemaakt of asbussen moeten zijn voorzien van een urn. Dit geldt met name voor de urnennissen.

In de urnengraven behoeven de asbussen niet te zijn voorzien van een urn.

Er zal bij het verlenen van een vergunning of het toestaan van een ontheffing een belangenafweging moeten worden gemaakt. Enerzijds is er het openbaar belang ten aanzien van de uniformiteit, kwaliteit en duurzaamheid, beheerstechnische en esthetische eisen gesteld aan de begraafplaats. Anderzijds zijn er belangen van betrokkenen om op een voor hen juiste wijze te zorgen voor de overledenen. Daarbij speelt de – zwaarwegende – vrijheid van godsdienst, levensovertuiging en meningsuiting een rol. De verordeningsbevoegdheid wordt begrensd door deze vrijheid.

De gebruikte formulering van de voorschriften is zodanig dat wordt aangesloten bij de vigerende beheerverordening en de wet op de Lijkbezorging.

Artikel 3

Door het vastleggen van een beslissing op een aanvraag voor een vergunning voor het hebben van een gedenkteken wordt voorkomen dat een gedenkteken zonder vergunning wordt geplaatst.

Daarnaast is het een instrument om het verschuldigde recht duidelijk in rekening te brengen.