Regeling vervallen per 01-01-2009

Verordening afvalstoffenheffing Westland 2008

Geldend van 01-01-2009 t/m 31-12-2008

Intitulé

Verordening afvalstoffenheffing Westland 2008

De raad van de gemeente Westland;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 18 september 2007, nr.5.3.7, betreffende de vaststelling van de Verordening afvalstoffenheffing voor 2008;

gelet op het bepaalde in artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet en artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;

gelezen het advies van de verzamelcommissie van 3 oktober 2007;

besluit:

De verordening afvalstoffenheffing Westland 2008

vast te stellen.

Artikel 1 Aard van de belasting

Onder de naam 'afvalstoffenheffing' wordt een directe belasting geheven als bedoeld in artikel 15.33 van de Wet milieubeheer.

Artikel 2 Belastbaar feit en belastingplicht

  • 1. De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente feitelijk gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge artikel 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.

  • 2. Voor de toepassing van het eerste lid wordt als gebruiker aangemerkt:

    • a.

      degene die naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit of beperkt recht of persoonlijk recht feitelijk gebruik maakt van het perceel;

    • b.

      ingeval een gedeelte van een perceel ten gebruike is afgestaan: degene die dat gedeelte ten gebruike heeft afgestaan.

  • 3. Gebruik door leden van een huishouding wordt aangemerkt als gebruik door een door de gemeenteambtenaar bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet aan te wijzen lid van die huishouding.

Artikel 3 Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1. Voor het kalenderjaar 2008 bedraagt de belasting per perceel € 284,88.

  • 2. In afwijking in zoverre van het eerste lid is het tarief:

    • a.

      indien het heffingstijdvak gedeelten van kalenderjaren omvat, gelijk aan de som van zoveel twaalfde delen van het voor het desbetreffende kalenderjaar geldende tarief als daarvan kalendermaanden behoren tot het heffingstijdvak;

    • b.

      indien het heffingstijdvak een half kalenderjaar is, de helft van het desbetreffende krachtens het eerste lid van toepassing zijnde tarief.

  • 3. Het in het eerste en tweede lid bedoelde tarief wordt per gehele periode van twaalf kalendermaanden verminderd met:

    • a.

      € 56,88 voor een perceel dat wordt gebruikt door één persoon;

    • b.

      € 28,44 voor een perceel dat wordt gebruikt door twee personen. Hierbij blijft het bepaalde in artikel 2, derde lid, buiten toepassing.

  • 4. Indien het heffingstijdvak korter is dan een periode van twaalf maanden, wordt de in het derde lid genoemde vermindering toegepast over zoveel twaalfde delen als het heffingstijdvak kalendermaanden omvat.

  • 5. Voor de toepassing van het derde lid is beslissend de gebruikssituatie op 1 januari van het kalenderjaar dat valt in het betreffende heffingstijdvak of, wanneer in het betreffende heffingstijdvak geen 1 januari valt, de gebruikssituatie bij aanvang van het heffingstijdvak.

  • 6. Voor de vaststelling van de gebruikssituatie is beslissend hetgeen terzake in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens is geregistreerd, tenzij blijkt dat de gebruikssituatie anders is.

  • 7. De belasting voor het op verzoek verwijderen van grove huishoudelijke afvalstoffen bedraagt per afvaldeelstroom per 3m3 of minder € 12,50 .

  • 8. De belasting voor het op verzoek direct verwijderen van grove huishoudelijke afvalstoffen bedraagt per afvaldeelstroom per 3m3 of minder € 100,- .

Artikel 4 Heffingstijdvak

Het heffingstijdvak is gelijk aan een kalenderjaar.

Artikel 5 Wijze van heffing

  • 1. De belasting, bedoeld in artikel 3, eerste en derde lid, wordt bij wege van aanslag geheven.

  • 2. De belasting, bedoeld in artikel 3, zevende en achtste lid, wordt geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 6 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1. De belasting, bedoeld in artikel 3, eerste en derde lid, is verschuldigd bij de aanvang van het heffingstijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2. Indien de belastingplicht in de loop van het heffingstijdvak aanvangt, is de belasting verschuldigd voor zoveel naar maandbedragen herleide gedeelten van het overeenkomstig artikel 3 van toepassing zijnde tarief als er in dat heffingstijdvak, na de aanvang van de belastingplicht, nog kalendermaanden overblijven. Het vierde lid is van overeenkomstige toepassing.

  • 3. Indien de belastingplicht in de loop van het heffingstijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel naar maandbedragen herleide gedeelten van het overeenkomstig artikel 3 van toepassing zijnde tarief als er in dat heffingstijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog kalendermaanden overblijven. Het vijfde lid is van overeenkomstige toepassing.

  • 4. Bij de aanvang van de belastingplicht op de eerste van een kalendermaand is over die maand de volle belasting verschuldigd. Bij aanvang op een later tijdstip wordt over de lopende kalendermaand geen belasting geheven.

  • 5. Bij beëindiging van de belastingplicht na de eerste van een kalendermaand is over die maand de volle belasting verschuldigd.

  • 6. Het tweede en derde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen de gemeente verhuist en aldaar een ander perceel in feitelijk gebruik neemt.

  • 7. De belasting, bedoeld in artikel 3, zevende en achtste lid, is verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening.

Artikel 7 Termijnen en wijze van betaling

  • 1. De belasting, bedoeld in artikel 3, eerste en derde lid, moet worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede termijn twee maanden na de dagtekening.

  • 2. In afwijking van het eerste lid geldt ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen meer is dan € 100,- doch minder dan € 1.200,- dat de aanslagen moeten worden betaald in twee gelijke termijnen, waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede termijn drie maanden na de dagtekening.

  • 3. Indien en voor zo lang gebruikgemaakt wordt van de mogelijkheid van automatische betalingsincasso geldt voor de aanslagen bedoeld onder:

    • a.

      lid 1: een betalingstermijn van drie maanden, waarbij de derde termijn vervalt één maand na de tweede termijn;

    • b.

      lid 2: een betalingstermijn van 8 maanden, waarbij de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens één maand later.

  • 4. De belasting, bedoeld in artikel 3, zevende en achtste lid, moet worden betaald op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel ingeval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 5. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het tweede lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de belasting voor het op verzoek en het op verzoek direct verwijderen van grove huishoudelijke afvalstoffen wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de afvalstoffenheffing.

Artikel 10 Inwerkingtreding en citeerartikel

  • 1. De 'Verordening reinigingsheffingen Westland 2007' wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Deze verordening treedt na bekendmaking in werking op 1 januari 2008.

  • 3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2008.

  • 4. Deze verordening wordt aangehaald als 'Verordening afvalstoffenheffing Westland 2008'.

Ondertekening

Aldus besloten door de raad in zijn openbare vergadering van 1 november 2007,
de griffier - N.Broekema
de voorzitter - J. van der Tak