BOMENVERORDENING 2018 Gemeente Wierden

Geldend van 14-03-2018 t/m heden

Intitulé

BOMENVERORDENING 2018 Gemeente Wierden

ARTIKEL 1: Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    boom: houtachtig, opgaande beplanting, zowel vitaal als afgestorven.

  • b.

    struik(en): inheems houtige beplanting zonder duidelijke hoofdstam.

  • c.

    bos: zelfstandige (blokvormige) eenheid van beplanting die een oppervlakte grond beslaat van tien are of meer en met een breedte van 20 meter of meer.

  • d.

    landschapselement: aaneengesloten (lijnvormige) eenheid van struiken en/of bomen, gelegen buiten de bebouwde kom Wnb. bijvoorbeeld: bomenrij, geriefhout, knotbomen, singels, houtwallen een boomgaard.

  • e.

    boomgaard: een perceel grond waarop meer dan tien hoogstam fruitbomen staan die niet bedrijfsmatig en economisch geëxploiteerd worden.

  • f.

    houtopstand: een boom, bos, of een landschapselement.

  • g.

    landschappelijk waarde: de waarde die ontstaan is door een schakering van losstaande of verbonden landschapselementen en bomen. Deze elementen vormen tezamen het landschap.

  • h.

    cultuurhistorische waarde: de waarde van hoogteverschillen, of de bijzondere waarde van de ligging van een landschapselement. Het gaat om waarden die te herleiden zijn aan de hand van historische kaarten (voor 1940).

  • i.

    beeldbepalende waarde: de toegevoegde waarde van een boom of meerdere bomen binnen de stedenbouwkundige structuur.

  • j.

    beschadigen: het snoeien of aantasten waardoor meer dan 30% van het kroon- of wortelvolume van een boom afsterft en/of weggenomen is.

  • k.

    kappen: het verwijderen van het bovengrondse deel van een boom.

  • l.

    rooien: het met wortel en al verwijderen van een houtopstand.

  • m.

    vellen/velling: rooien, kappen of het verrichten van andere handelingen die de dood of beschadiging van een houtopstand tot gevolg kunnen hebben.

  • n.

    dunnen: kappen van een boom als verzorgingsmaatregel ter bevordering van de groei van de overblijvende houtopstand.

  • o.

    bestendig beheer: het rooien van opslag, of het regelmatig wegnemen van takken of het kappen als onderhoudsmaatregel bij een boom of struik die al eerder op een dergelijke wijze is gesnoeid. Voorbeeld: kandelaberen, knotten en afzetten.

  • p.

    opslag: niet aangeplant houtig gewas met een diameter van 10 centimeter of minder, wat door zaad of uitlopers is ontstaan en groeit in een sloot, berm, gras- of bouwland.

  • q.

    herplant: het aanplanten van een boom of bomen, struikvormers na velling.

  • r.

    compensatie: het herstellen en/of verbeteren van landschappelijke- cultuurhistorische waarde door het uitvoeren van een door het bevoegd gezag vastgesteld groenplan.

  • s.

    groenplan: een door het college goed te keuren - door de grondeigenaar opgesteld plan waarop staat wat er verwijderd wordt en waar er herplant en/of gecompenseerd wordt.

  • t.

    Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht

  • u.

    vergunning: omgevingsvergunning (Wabo) voor de activiteit het (doen) vellen van een houtopstand

  • v.

    melding: een melding overeenkomstig artikel 4.2 van de Wet natuurbescherming

  • w.

    Wnb: Wet natuurbescherming

  • x.

    bestemming: aanduiding in het bestemmings- of omgevingsplan

  • y.

    college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Wierden.

  • z.

    bevoegd gezag: het bevoegd gezag overeenkomstig hetgeen in de Wabo is vastgelegd.

ARTIKEL 2: Verboden

  • 1.

    Het is verboden zonder vergunning van het bevoegd gezag een houtopstand te vellen.

  • 2.

    Het college stelt beleidsregels vast die betrekking hebben op de waarden, de criteria (artikel 4) en de voorschriften (artikel 5).

ARTIKEL 3: Vrijstellingen

De in artikel 2 in lid 1 van deze verordening gestelde verboden gelden niet voor:

  • 1.

    beplanting gelegen in een bos met de bestemming bos;

  • 2.

    houtopstanden gelegen in de bestemmingen:

  • a.

    wegen en/of verkeer;

  • b.

    (dag- en verblijfs-) recreatie;

  • c.

    sport;

  • d.

    natuur;

  • e.

    water.

  • 3.

    het vellen van coniferen, fruitbomen, wilg(en) en populier(en), met uitzondering van een boomgaard(en), knotwilg(en) en grove den(en);

  • 4.

    één of meerdere bomen die staan op een kavel waarop een woonhuis staat en waarvan de oppervlakte van het kadastrale perceel minder dan 500m2 bedraagt;

  • 5.

    één of meerdere bomen, niet behorend tot een landschapselement, met een stamdiameter tot 40 centimeter gemeten op 130 centimeter hoogte vanaf het maaiveld;

  • 6.

    bestendig beheer en dunnen, mits de stamdiameter van de bomen niet meer dan 40 centimeter bedraagt, gemeten op 130 centimeter hoogte vanaf het maaiveld;

  • 7.

    het vellen van bomen, of het verwijderen van een landschapselement, ter uitvoering van een door het college of de gemeenteraad van Wierden vastgesteld ruimtelijkplan en/of een groenplan.

  • 8.

    noodkap: kappen en snoeien van (delen van) bomen vanwege aantoonbaar gevaar voor de mens en/of de omgeving.

ARTIKEL 4: Criteria

  • 1.

    Een vergunning kan worden verleend indien de aanvraag voldoende is gemotiveerd, en:

    • a.

      er door een deskundige is aangetoond:

      • dat een boom gevaarlijk is;

      • dat de boom binnen 10 jaar geveld moet worden vanwege een slechte vitaliteit (gezondheid);

      • dat er een verkeersgevaarlijke situatie is- of kan ontstaan.

    • b.

      de belangen van de aanvrager zwaarder wegen dan de beeldbepalende-, landschappelijke- en/of cultuurhistorische waarden en voor zover er geen gelijkwaardige alternatieven bestaan waardoor een boom (bomen) en/of landschapselement(en) behouden kan blijven.

ARTIKEL 5: Voorschriften

Tot de aan de vergunning te verbinden voorschriften kunnen behoren:

  • a.

    het voorschrift dat binnen een bepaalde termijn en overeenkomstig de door het bevoegd gezag te geven aanwijzing moet worden herplant en/of gecompenseerd. In het voorschrift wordt telkens bepaald binnen welke termijn de herplant moet worden gerealiseerd en op welke wijze niet aangeslagen herplant moet worden vervangen;

  • b.

    het voorschrift dat een geldelijke bijdrage gestort dient te worden in een fonds waaruit landschappelijke projecten gefinancierd worden;

  • c.

    voorschriften ter bescherming van nabijgelegen beplanting.

ARTIKEL 6: Instandhoudings- en herplantplicht

  • 1.

    Indien in strijd met artikel 2 van deze verordening is gehandeld, kan het bevoegd gezag aan de zakelijk gerechtigde tot de grond en/of de overtreder de verplichting opleggen de beeldbepalende, landschappelijke en of cultuurhistorische waarden te herstellen overeenkomstig de door hen te geven aanwijzingen binnen een door het bevoegd gezag te stellen termijn.

  • 2.

    Het bevoegd gezag kan het bovenstaande lid ook van toepassing verklaren in het geval er niet aan de voorschriften, zoals bedoeld in artikel 5 van deze verordening, is voldaan.

ARTIKEL 7: Nadere bepalingen

De afstand, zoals bedoeld in artikel 5:42 van het Burgerlijk Wetboek, wordt vastgesteld op 0,5 meter voor bomen en voor struiken nihil.

ARTIKEL 8: Overgangsbepaling

De aanvragen, die zijn ingediend voor het in artikel 9 genoemde moment van inwerkingtreding, vallen onder de verordening die van kracht was voorafgaande aan deze verordening.

ARTIKEL 9: Slotbepaling

Deze verordening kan worden aangehaald als: Bomenverordening 2018 Gemeente Wierden.

Deze verordening treedt in werking 8 dagen na bekendmaking. Op datzelfde tijdstip vervalt de Bomenverordening gemeente Wierden 2010.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Wierden d.d. 6 maart 2018.

De raad voornoemd,

De griffier, De voorzitter,

drs. W.H.J. Wienk ing. J.H.M. Robben