Regeling vervallen per 20-06-2012

Algemene subsidiecriteria & specifieke subsidiecriteria per cluster

Geldend van 02-05-2012 t/m 19-06-2012

Intitulé

‘Algemene subsidiecriteria & specifieke subsidiecriteria per cluster’

‘Algemene subsidiecriteria & specifieke subsidiecriteria per cluster’

Algemene subsidiecriteria

  • 1.

    Er wordt slechts een gemeentelijke subsidie verstrekt indien de gemeentelijke financiële positie een mogelijkheid biedt en de activiteiten passen in het gemeentelijk subsidiebeleid.

  • 2.

    De te ontwikkelen activiteiten moeten zich richten op de bevolking van de gemeente Winsum of aanwijsbaar een relatie hebben met (activiteiten van) inwoners van de gemeente Winsum.

  • 3.

    Subsidieaanvragers zijn in eerste instantie instellingen met een vestigingsplaats in de gemeente Winsum.

  • 4.

    Er wordt slechts subsidie verleend aan subsidiënten die zonder winstoogmerk werkzaam zijn.

  • 5.

    Subsidiëring van activiteiten vindt niet plaats indien de subsidieaanvrager ook zonder subsidie over voldoende middelen kan beschikken om de kosten van de activiteit te dekken.

  • 6.

    Indien de hoogte van het eindsaldo van de subsidieaanvrager meer dan 20% van de uitgaven in een jaar bedraagt, zal de subsidie naar evenredigheid worden verlaagd, tenzij hierover nadere afspraken zijn vastgesteld in de specifieke subsidiecriteria. Doelreserves zijn wel toegestaan als deze duidelijk omschreven en reëel / noodzakelijk zijn.

  • 7.

    Deelnemers aan gesubsidieerde activiteiten dienen een wezenlijke eigen bijdrage te betalen (bijvoorbeeld door contributie, entree, zelfwerkzaamheid).

  • 8.

    Energiekosten, consumpties, reisjes en uitstapjes worden niet gesubsidieerd, tenzij deze kosten redelijkerwijs onderdeel van de activiteit uitmaken.

  • 9.

    Organen die door het gemeentebestuur worden aangewezen voor advieswerkzaamheden kunnen in aanmerking komen voor subsidie.

  • 10.

    Beroepskrachten die activiteiten uitvoeren of daaraan leiding geven dienen voldoende gekwalificeerd te zijn om hun functie verantwoord te kunnen uitoefenen.

  • 11.

    Deskundigheidsbevordering van bestuurders van vrijwilligersorganisaties en kadervorming bij verenigingen kunnen in aanmerking komen voor subsidie.

  • 12.

    Activiteiten die gericht zijn op vernieuwing en verbetering van de kwaliteit van het werk of de organisatie, bijvoorbeeld de ontwikkeling van nieuwe werkmethoden of het tot stand brengen van nieuwe samenwerkingsverbanden en vernieuwingsprojecten, kunnen in aanmerking komen voor subsidie.

  • 13.

    Activiteiten waarvoor subsidie wordt verstrekt, dienen een openbaar karakter te hebben.

Subsidiecriteria voor de afzonderlijke welzijnsclusters

1. Cluster jeugd

  • 1.

    Jeugdsozen kunnen in aanmerking komen voor subsidie. De volgende richtlijnen gelden voor de berekening van de maximale subsidie:

    • ·

      35% van de activiteitenkosten tot een maximum van € 750,-- per jaar;

    • ·

      35% van de huurkosten tot een maximum van € 500,-- per jaar;

    • ·

      35% van de onderhoudskosten tot een maximum van € 500,-- per jaar met als randvoorwaarde dat de jeugdsoos eigenaar is van het pand waarin de jeugdsoos is gevestigd.

  • 2.

    Jeugdsozen kunnen in aanmerking komen voor subsidie voor de volgende cursussen:

    • ·

      IVA-training 1x per 2 jaar;

    • ·

      cursus sociale hygiëne 1x per 3 jaar.

  • 3.

    Activiteiten passend in het kader van het jeugdbeleid, jeugdhulpverlening en jeugd en veiligheid kunnen in aanmerking komen voor subsidie.

  • 4.

    Vakantiespelactiviteiten kunnen in aanmerking komen voor subsidie.

  • 5.

    Activiteiten van Halt Groningen worden gesubsidieerd op basis van een bepaald bedrag per inwoner.

2. Cluster ouderen en zorg

  • 1.

    Activiteiten / initiatieven die een bijdrage leveren aan het behoud van zelfstandigheid, stimulering van zelfredzaamheid en preventie (het voorkomen van isolement, bevordering van gezondheid en veiligheid) van ouderen en gehandicapten kunnen in aanmerking komen voor subsidie.

    • a.

      Nieuwe recreatieve, educatieve en sociaal culturele activiteiten voor ouderen en gehandicapten kunnen in aanmerking komen voor een startsubsidie voor maximaal twee jaar. Subsidiabele kosten zijn aanschaf materialen, scholingskosten en activiteitenkosten. Randvoorwaarde is dat de groep minimaal 10 leden / deelnemers heeft.

    • b.

      Voor bestaande en op dit moment gesubsidieerde ouderenactiviteitengroepen gelden de volgende richtlijnen voor de berekening van de maximale subsidie:

      • ·

        35% huurkosten;

      • ·

        35% personeelskosten (salaris- en reiskosten docent);

      • ·

        35% activiteitenkosten (kosten materialen en specifieke activiteiten zoals toneel, lezingen, cursussen etc).

      • ·

        Organisatiekosten (verzekeringen, porti- / telefoonkosten, etc.) en overige kosten (consumpties, reisjes, feestjes en bloemen e.d.) zijn niet subsidiabel. Randvoorwaarde is dat de groep minimaal 10 leden / deelnemers heeft.

    • c.

      Stichtingen of verenigingen waarin minimaal 3 ouderenactiviteitengroepen samenwerken, kunnen in aanmerking komen voor een extra subsidie van maximaal € 200,-- per jaar.

  • 2.

    Voorlichtingsactiviteiten voor ouderen en gehandicapten kunnen in aanmerking komen voor subsidie.

  • 4.

    Organisaties die de dienstverlening ten behoeve van ouderen, zieken en gehandicapten aan huis en in de directe woonomgeving verbeteren en werken met vrijwilligers, kunnen in aanmerking komen voor subsidie.

  • 5.

    Initiatieven / activiteiten die een bijdrage leveren aan het verbeteren van de zorgverlening aan migranten kunnen in aanmerking komen voor subsidie.

  • 6.

    EHBO-verenigingen kunnen in aanmerking komen voor subsidie.

  • 7.

    Activiteiten van het Bureau Slachtofferhulp worden gesubsidieerd op basis van een bepaald bedrag per inwoner.

3. Cluster leefbaarheid

  • 1.

    De gemeente ondersteunt dorpsverenigingen voor activiteiten en initiatieven die het woon- en leefklimaat verbeteren.

  • 2.

    Dorpsverenigingen komen in aanmerking voor een jaarlijkse subsidie. Dit voor een bedrag van minimaal € 150,--.

  • 3.

    De gemeente ondersteunt kleinschalige buurtactiviteiten en -initiatieven die de woon- en leefomgeving fysiek en / of sociaal verbeteren. Alleen de kosten voor materialen, ruimte en organisatie worden gesubsidieerd. Per aanvraag kan maximaal € 1.000,-- incidentele subsidie verleend worden.

    Aan deze subsidie worden de volgende voorwaarden gesteld:

    a. aangetoond moet worden dat er voldoende draagvlak is voor het initiatief in de buurt waar de activiteit / het project plaatsvindt;

    b. aangetoond moet worden dat de bewoner(s) / buurt gezamenlijk aan de slag gaan met de activiteit / het project en hierin zelf tijd en energie investeren.

  • 4.

    De Vereniging Groninger Dorpen komt in aanmerking voor een vaste bijdrage per jaar.

  • 5.

    De dorpshuizen (zoals benoemd in de beleidsnota) kunnen in aanmerking komen voor een subsidiebijdrage ten behoeve van het onderhoud van het gebouw indien zij aan de voorwaarden voldoen zoals vermeld in het de nota dorpshuizenbeleid 2003-2010.

  • 6.

    De dorpshuizen kunnen in aanmerking komen voor subsidie voor het volgen van de cursus bedrijfshulpverlening. Dit voor een bedrag van maximaal € 230,- per jaar per dorpshuis en onder de volgende voorwaarden:

    • a.

      het dorpshuis moet in het bezit zijn van een geldende gebruiksvergunning;

    • b.

      er is een bijgehouden EHBO-koffer aanwezig;

    • c.

      de bhv-cursisten moeten tenminste twee jaar vrijwilligerswerk voor het betreffende dorpshuis blijven verrichten.

  • 7.

    De Gemeente Winsum verstrekt subsidie aan activiteiten in het kader van herdenking 4/5 mei en Koninginnedag en voor jaarwisselingsfeesten.

  • a.

    4 mei herdenking: organiserende verenigingen / 4 mei comités ontvangen een nader te bepalen bedrag voor het organiseren van de herdenking.

  • b.

    Koninginnedagactiviteiten, 5 mei-bevrijdingsfeesten (alleen de lustrumjaren) en jaarwisselingsfeesten kunnen in aanmerking komen voor subsidie. Voor deze feesten wordt een vast bedrag van € 200,- per kern gehanteerd, aangevuld met een bedrag van € 0,08 per inwoner van de desbetreffende dorpskern. Dit is een maximaal subsidiebedrag.

Aan de subsidie onder b. worden de volgende voorwaarden gesteld:

  • ·

    Er wordt slechts één aanvraag per dorpskern gehonoreerd. Bij de Koninginnedag en 5 mei feesten komen de bestaande Oranjeverenigingen in eerste instantie in aanmerking. Indien meerdere instellingen binnen een dorpskern festiviteiten willen opzetten, is samenwerking aan te raden;

  • ·

    Bij de festiviteiten dient voor verschillende leeftijdsgroepen iets georganiseerd te worden;

  • ·

    Zo mogelijk dienen er jongeren als vrijwilligers bij de organisatie te worden betrokken, zowel bij de voorbereidingen als bij de festiviteit zelf;

  • ·

    Voor de jaarwisselingsfeesten geldt dat deze op de oudejaarsavond zelf dienen te worden georganiseerd;

  • ·

    Voor de subsidieaanvraag voor jaarwisselingssubsidie moet gebruik gemaakt worden van een aanvraagformulier incidentele subsidie;

  • ·

    De algemene subsidiecriteria 5 er 6 zijn niet van toepassing op de aanvraag voor jaarwisselingssubsidie.

  • 8.

    De Commissie Winsumer Baistenmarkt komt in aanmerking voor een jaarlijkse subsidie ten behoeve van de organisatie van de Beestenmarkt.

4. Cluster sport en recreatie

  • 1.

    Activiteiten op het gebied van sportstimulering gericht op doelgroepen ouderen, jongeren en gehandicapten kunnen in aanmerking komen voor subsidie. Met name activiteiten die in samenwerking tussen sportverenigingen en welzijnsinstellingen tot stand komen, worden gestimuleerd.

  • 2.

    Speciale sportevenementen, toernooien en wedstrijden die van belang zijn om de sportbeoefening in de gemeente Winsum te stimuleren of met een (boven) regionale uitstraling voor de gemeente Winsum kunnen voor maximaal twee jaar voor subsidie in aanmerking komen.

  • 3.

    Het Huis voor de Sport, de Landelijke Contactraad en de Groninger Sportraad komen in aanmerking voor subsidie op grond van hun ondersteuningsaanbod.

  • 4.

    Stichting zwembad De Hoge Vier ontvangt jaarlijks een exploitatiesubsidie voor het exploiteren van het zwembad. De subsidie heeft het karakter van een budgetsubsidie.

  • 5.

    Initiatieven die het toerisme in en naar de gemeente Winsum stimuleren kunnen in aanmerking komen voor subsidie indien zij passen in het beleid. De kosten hiervan vallen buiten het welzijnsbudget.

  • 6.

    De VVV-Lauwersland wordt gesubsidieerd volgens een meerjarensubsidiecontract.

5. Cluster cultuur en educatie

  • 1.

    Culturele activiteiten, ontstaan door samenwerking tussen culturele organisaties (bibliotheek, musea, amateurverenigingen, culturele commissies) en samenwerking van culturele organisaties met andere organisaties (VVV, Stichting Welzijn, dorpshuizen) op lokaal niveau worden gestimuleerd en ondersteund wanneer het tot een vernieuwend aanbod leidt en / of tot een kwaliteitsverbetering.

  • 2.

    Culturele activiteiten, waarbij de nadruk ligt op amateurkunst en er speciale aandacht uitgaat naar de doelgroep kinderen en jongeren, worden ondersteund.

  • 3.

    Muziekverenigingen / -korpsen kunnen subsidie ontvangen voor de opleiding van kinderen en jongeren en voor hun bijdrage aan de sociale cohesie en leefbaarheid in het dorp. De volgende richtlijnen gelden voor de berekening van de maximale subsidie:

    • a.

      een bedrag van € 10,-- per leerling. Hiervoor geldt dat de leerling jonger is dan 18 jaar en woonachtig is in de gemeente Winsum. (peildatum: 1 januari van het jaar van aanvraag)

    • b.

      25% van de kosten van een gekwalificeerd1 docent. (Peiljaar: het afgesloten boekjaar direct voorafgaand aan het jaar van aanvraag).

    • c.

      een vast bedrag van € 600,-- per vereniging / korps indien minimaal 2 openbare optredens worden verzorgd in de gemeente Winsum.

  • 4.

    Toneel-, zang- en andere culturele verenigingen kunnen subsidie ontvangen voor de opleiding van kinderen en jongeren. De volgende richtlijnen gelden voor de berekening van de maximale subsidie:

  • a.

    een bedrag van € 10,-- per leerling. Hiervoor geldt dat de leerling jonger is dan 18 jaar en woonachtig is in de gemeente Winsum. (peildatum: 1 januari van het jaar van aanvraag)

  • b.

    25% van de kosten van een gekwalificeerd2 docent. (Peiljaar: het afgesloten boekjaar direct voorafgaand aan het jaar van aanvraag.)

  • 5.

    Culturele activiteiten van culturele commissies kunnen in aanmerking komen voor subsidie, waarbij er sprake moet zijn van een gevarieerd aanbod voor een breed publiek. Aan de subsidie wordt de voorwaarde gesteld dat er minimaal één voorstelling / activiteit per jaar in het aanbod wordt opgenomen voor de doelgroep kinderen / jongeren.

  • 6.

    Culturele activiteiten met een (boven)regionale uitstraling, die van grote betekenis zijn voor de gemeente Winsum van uit cultureel en / of promotioneel oogpunt, worden ondersteund.

  • 7.

    Culturele activiteiten op lokaal niveau die van betekenis zijn voor een breed publiek en / of vernieuwend zijn, worden ondersteund voor een periode van maximaal 2 jaar.

  • 8.

    Bijzondere activiteiten van historische verenigingen kunnen in aanmerking komen voor subsidie.

  • 9.

    Museum Wierdenland komt in aanmerking voor een vaste bijdrage per jaar. De subsidie heeft het karakter van een budgetsubsidie.

  • 10.

    Stichting Openbare Bibliotheken Winsum ontvangt subsidie. Hierover worden aparte afspraken gemaakt.

  • 11.

    Activiteiten die een bijdrage leveren aan internationale samenwerking kunnen in aanmerking komen voor subsidie indien zij aanwijsbaar een relatie hebben met ingezetenen of activiteiten van de gemeente Winsum.

  • 12.

    Activiteiten die bewustwording over de problematiek van ontwikkelingslanden stimuleren, kunnen in aanmerking komen voor subsidie indien zij een relatie hebben met ingezetenen of activiteiten in de gemeente Winsum.

    1 Onder gekwalifeerd docent wordt verstaan: -muziekverenigingen/-korpsen: de docent voldoet aan de vakbekwaamheidseisen van de Bond van Orkestdirigenten en Instructeurs of is daarvoor studerende; -majorettegroepen: de docent heeft de kaderopleiding instructrice twima afgerond of is daarvoor studerende.

    2 Voor theaterverenigingen geldt dat er sprake is van een gekwalificeerd docent indien hij/zij de volgende opleiding heeft afgerond of voor in opleiding is: HBO theaterdocent of Kaderopleiding voor Theaterregisseur in het Amateurtheater. Bovenstaande opsomming is niet limitatief.