Regeling vervallen per 18-07-2018

Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuur gemeente Woerden

Geldend van 09-10-2009 t/m 17-07-2018

Intitulé

Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuur gemeente Woerden

De raad van de gemeente Woerden,

gelezen het voorstel d.d. 18 september  2009 van burgmeester en wethouder,

gelet op artikel 1 van de Belemmeringenwet Privaatrecht, artikel 5.4, vierde lid van de Telecommunicatiewet en de artikelen 149, 154 en 229 eerste lid, aanhef en onderdeel b van de Gemeentewet,

b e s l u i t;

vast te stellen de "Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren gemeente Woerden"

Paragraaf 1 Inleidende bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. college: college van burgemeester en wethouders;

b. elektronisch communicatienetwerk: elektronisch communicatienetwerk als genoemd in artikel 1.1 onder e van de Telecommunicatiewet;

c. openbaar elektronisch communicatienetwerk: elektronisch communicatienetwerk als genoemd in artikel 1.1 onder h van de Telecommunicatiewet;

d. niet-openbaar elektronisch communicatienetwerk: een elektronisch communicatienetwerk dat in hoofdzaak wordt gebruikt om openbare elektronische communicatiediensten aan te bieden voor zover dit niet aan het publiek geschiedt;

e. openbare elektronische communicatiedienst: elektronische communicatiedienst als genoemd in artikel 1.1 onder f van de Telecommunicatiewet;

f. kabels: kabels, genoemd in artikel 1.1 onder z van de Telecommunicatiewet ten dienste van een openbaar elektronisch communicatienetwerk;

g. niet-openbare kabels: kabels, zoals genoemd in artikel 1.1 onder z van de Telecommunicatiewet ten dienste van een niet-openbaar elektronisch communicatienetwerk;

h. openbare gronden: openbare gronden als genoemd in artikel 1.1 onder aa van de Telecommunicatiewet;

i. netwerkaanbieder: aanbieder van een openbaar elektronisch communicatienetwerk, een niet-openbaar elektronisch communicatienetwerk of een netwerk ten behoeve van nutsvoorzieningen;

j. aanvrager: netwerkaanbieder, als genoemd in artikel 1 onder i van de verordening;

k. aanvraag: een melding als bedoeld in artikel 5.4 lid 1 onder a van de wet, evenals een aanvraag om een instemmingsbesluit voor een niet-openbaar elektronisch communicatienetwerk en een netwerk ten behoeve van nutsvoorzieningen;

l. werkzaamheden: werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en leidingen in en op openbare gronden en daarnaast alle werkzaamheden die de gemeente uit hoofde van haar functie als beheerder van openbare grond in het kader van kabels en leidingen dient uit te voeren;

m. gedoogplichtige: degene op wie een gedoogplicht rust als bedoeld in artikel 5.2, eerste lid van de Telecommunicatiewet, of als bedoeld in artikel 1 van de Belemmeringenwet Privaatrecht;

n. instemmingsbesluit: besluit van het college op een aanvraag;

o. aansluiting: het gedeelte van de kabel of leiding door openbare grond dat een openbaar elektronisch communicatienetwerk of een netwerk ten behoeve van nutsvoorzieningen verbindt met een netwerkaansluitpunt;

p. netwerkaansluitpunt: het geheel van verbindingen, met hun technische toegangsspecificaties, die deel uitmaken van een openbaar elektronisch communicatienetwerk of een netwerk ten behoeve van nutsvoorzieningen, en nodig zijn om toegang te verkrijgen tot deze netwerken;

q. werken: een constructie, of werkzaamheden, niet zijnde een gebouw, die op de plaats van bestemming hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;

r. werkzaamheden van niet-ingrijpende aard:

- het aanbrengen of verwijderen van kabels in reeds aangebrachte voorzieningen;

- reparaties aan het openbare elektronische communicatienetwerk met een lengte van minder dan 1,5 m2;

- het realiseren van incidentele (huis-)aansluitingen met een gezamenlijke lengte korter dan vijfentwintig meter.

s. leidingen: ondergrondse kabels of buizen, die dienen of kunnen dienen tot transport van vaste, vloeibare of gasvormige stoffen dan wel van energie of informatie;

t. nutsvoorzieningen: voorzieningen van openbaar nut ten behoeve van de levering en afvoer van bijvoorbeeld energie, water en warmte;

u. verordening: Algemene verordening ondergrondse infrastructuren gemeente Woerden.

Artikel 2 Toepassing

Deze verordening is van toepassing op het aanleggen, houden, onderhouden, exploiteren en verwijderen van kabels en leidingen in openbare gronden.

Artikel 3 Nadere regels

Het college kan ter uitvoering van deze verordening nadere regels vaststellen.

Paragraaf 2 Het aanvragen en verlenen van een instemmingsbesluit

Artikel 4 Verbodsbepaling

1. Het is verboden zonder of in afwijking van een instemmingsbesluit kabels of leidingen in of op openbare gronden aan te leggen of te houden, te onderhouden of te exploiteren.

2. Het is verboden zonder of in afwijking van een instemmingsbesluit bestaande kabels of leidingen te wijzigen of te verplaatsen.

3. Voor werkzaamheden van niet-ingrijpende aard in of op openbare gronden, waarbij geen verhardingen of groenvoorzieningen worden gekruist, is geen instemming van het college noodzakelijk. Deze werkzaamheden dienen vijf werkdagen voor de uitvoering schriftelijk bij de gemeente te worden gemeld.

4. In geval van spoedeisende werkzaamheden ten gevolge van ernstige belemmering of storing van de communicatie als bedoeld in artikel 5.6 van de wet, waarvoor uitstel van het verhelpen van de storing niet mogelijk is en de storing buiten de normale werktijden plaatsvindt, dient de melding bij het college achteraf, doch uiterlijk binnen één werkdag te worden gedaan.

Artikel 5 Voorschriften instemmingsbesluit

1. Een instemmingsbesluit wordt door het college op aanvraag van de netwerkaanbieder verleend, mits wordt voldaan aan het bepaalde bij of krachtens deze verordening.

2. Voor de aanvraag dient gebruik te worden gemaakt van een daartoe door het college vastgesteld formulier.

3. Bij de aanvraag dienen de gegevens te worden verstrekt conform hetgeen is bepaald in het “Handboek Leidingen”.

4. Het college kan nadere regels stellen inzake de gegevens die bij de aanvraag moeten worden verstrekt.

Artikel 6 Beslistermijnen en inlichting

1. Een netwerkaanbieder die werkzaamheden wil verrichten, meldt in ieder geval acht weken voor de aanvang van de werkzaamheden het voornemen daartoe bij het college. Betreft het een melding waarbij meerdere gedoogplichtigen zijn betrokken, dan worden de voorgenomen werkzaamheden in ieder geval twaalf weken voor aanvang van de werkzaamheden gemeld.

2. Het college beslist binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag. Betreft het een aanvraag waarbij meerdere gedoogplichtigen zijn betrokken dan beslist het college binnen twaalf weken na ontvangst van de aanvraag.

3. De termijn bedoeld in het tweede lid kan met acht weken worden verlengd. Betreft het een aanvraag waarbij meerdere gedoogplichtigen zijn betrokken, dan kan deze termijn met twaalf weken worden verlengd.

4. Indien van de bevoegdheid tot verlenging gebruik wordt gemaakt, doet het college daarvan voor afloop van de termijnen zoals genoemd in lid 2, een schriftelijke bevestiging met motivatie toekomen aan de aanvrager.

5. Bij werkzaamheden waarbij meerdere gedoogplichtigen betrokken zijn dient de aanvrager een vooroverleg te organiseren waarvoor alle betrokkenen worden uitgenodigd.

6. De aanvrager dient omwonenden ter plaatse van de uit te voeren werkzaamheden minimaal vijf werkdagen voor de start van de werkzaamheden schriftelijk te informeren over aanvang, duur, aard en plaats van de werkzaamheden.

Artikel 7 Voorschriften en beperkingen bij instemming

1. Het college kan aan het instemmingsbesluit voorschriften en beperkingen verbinden onder andere in het belang van:

a) de openbare orde;

b) het waarborgen van de veiligheid van burgers;

c) het voorkomen of beperken van schade of overlast;

d) het veilig en doelmatig gebruik van de openbare gronden;

e) het doelmatig beheer en onderhoud van de openbare gronden;

f) de bescherming van het uiterlijk aanzien van de omgeving;

g) de bescherming van de bodem;

h) de bescherming van groenvoorzieningen;

i) de bescherming en ongestoorde exploitatie van naburige leidingen;

j) de afstemming met andere werken;

k) de bepaling van het tijdstip waarop de feitelijke werkzaamheden aan de leiding mogen of moeten beginnen;

l) de bepaling van onderhoudsverplichtingen;

m) het tracé waar de leiding mag of moet worden gelegd en gehouden;

n) archeologische bevindingen;

o) de verkeersveiligheid of een goede doorstroming van het verkeer;

p) evenementen.

2. Ter bescherming van de belangen als genoemd in het eerste lid, kan het college aan het instemmingsbesluit voorschriften en beperkingen verbinden over het medegebruik van voorzieningen.

3. Het college kan met inachtneming van het eerste lid bepalen dat de realisatie van werkzaamheden op een later tijdstip dient plaats te vinden.

4. De wijze van uitvoering bij aanleg, instandhouding, verplaatsing en opruiming van kabels en leidingen en medegebruik van voorzieningen dient te geschieden conform het “Handboek Leidingen”.

Artikel 8 (Mede)gebruik van voorzieningen

1. Een aanbieder is verplicht om bij de aanleg van kabels in openbare gronden zoveel mogelijk (mede)gebruik te maken van bestaande, hetzij door andere aanbieders dan wel door of in opdracht van het college aangelegde voorzieningen.

2. Het vooroverleg als bedoeld in artikel 6, vijfde lid, dan wel een door het college geëntameerd overleg naar aanleiding van een melding is er mede op gericht te bepalen of en zo ja langs welke delen van het tracé gebruik kan worden gemaakt van bestaande voorzieningen als bedoeld in het eerste lid.

3. Indien de aanbieder een redelijk aanbod wordt gedaan om gebruik te maken van de vooraangelegde voorzieningen, zoals mantelbuizen, kabelgoten, of kabel- en leidingentunnels, is de aanbieder verplicht om voor de aanleg of uitbreiding van zijn netwerk van deze voorzieningen gebruik te maken.

4. Indien de openbare gronden geen ruimte bieden voor de aanleg van nieuwe kabels, dient de aanbieder een alternatief tracé te kiezen, of aan andere aanbieders een billijk verzoek tot medegebruik van kabels te doen, op grond van artikel 5.12 van de wet.

Paragraaf 3 Overige bepalingen

Artikel 9 Overdracht kabels en leidingen

1. Indien de kabel of leiding wordt overgedragen aan een nieuwe netwerkaanbieder gaan de rechten en plichten die betrekking hebben op de kabel of leiding van de oude netwerkaanbieder over op de nieuwe netwerkaanbieder.

2. De netwerkaanbieder stelt het college onverwijld in kennis van het feit dat het eigendom, de exploitatie of het beheer van de kabel of leiding verandert en het feit dat de kabel of leiding niet langer ten dienste staat van een openbaar elektronisch communicatienetwerk, van een niet-openbaar elektronisch communicatienetwerk of van een netwerk ten behoeve van nutsvoorzieningen in of op openbare gronden. In dit kader wordt van de netwerkaanbieder jaarlijks een overzicht van alle mutaties van (niet) in gebruik zijnde kabels en leidingen verlangd.

3. Het college kan van de netwerkaanbieder verlangen dat deze de in het vorige lid genoemde gegevens in nader te bepalen digitale vorm verstrekt.

Artikel 10 Bepalingen omtrent niet-openbare kabels

1. Bij werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van niet openbare kabels in openbare wegen en wateren is het bepaalde in de artikelen 1 tot en met 9 van overeenkomstige toepassing;

2. Het opnemen van lid 1 in deze verordening houdt geen gedoogplicht in voor de gemeente met betrekking tot niet-openbare kabels.

3. Met betrekking tot verzoeken voor het verleggen van niet-openbare kabels geldt dat deze op verzoek van de gemeente, op kosten van de eigenaar van de kabels, uitgevoerd dienen te worden.

Artikel 11 Verplaatsing kabels en leidingen

1. De aanbieder van een netwerk ten behoeve van nutsvoorzieningen is verplicht op eigen kosten tot verplaatsing van kabels en leidingen ten dienste van het netwerk over te gaan, indien de verplaatsing nodig is voor de oprichting van gebouwen of de uitvoering van werken.

2. In andere gevallen dan bedoeld in lid 1, gaat de aanvrager slechts over tot verplaatsing van de kabels en leidingen indien de verzoeker hem de kosten daarvan vergoedt.

3. Indien een aanbieder zich beroept op lid 2 dient hij de volledige specificatie van de kosten aan de verzoeker op te leveren.

4. Ook voordat omtrent de schadevergoeding overeenstemming verkregen of uitspraak gedaan is, dient tot de uitvoering van de werkzaamheden te worden overgegaan.

Artikel 12 Werkzaamheden aan leidingen

Indien door de leidingexploitant werkzaamheden aan leidingen in de openbare ruimte worden uitgevoerd, brengt het college de kosten voor herstel, beheer, onderhoud en degeneratie van die openbare ruimte die het rechtstreekse gevolg zijn van de uitgevoerde werkzaamheden bij de leidingexploitant in rekening.

Paragraaf 4 Strafbepalingen

Artikel 13 Strafbepaling

Overtreding van de bij of krachtens deze verordening gegeven voorschriften en beperkingen wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of geldboete van de tweede categorie en kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechtelijke uitspraak.

Artikel 14 Intrekken instemming

1. Indien de vergunninghouder zich niet houdt aan de voorschriften uit het instemmingsbesluit, dan kan het college een instemmingsbesluit intrekken en de openbare grond in oorspronkelijke toestand terugbrengen voor rekening van vergunninghouder.

2. Indien de werkzaamheden niet op de overeengekomen data worden gestart respectievelijk uitgevoerd, vervalt de instemming, tenzij aantoonbaar sprake is van overmacht, zulks ter beoordeling van de gemeente.

Artikel 15 Stilleggen werkzaamheden

Het college is bevoegd de werkzaamheden stil te leggen, indien er wordt gewerkt:

a. zonder instemmingsbesluit;

b. in afwijking van het instemmingsbesluit;

c. in strijd met de in het instemmingsbesluit opgenomen tijdstip van aanvang of voltooiing en de wijze van uitvoering.

Artikel 16 Toezicht

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de bij besluit van het college aangewezen personen.

Paragraaf 5 Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 17 Intrekking oude regeling

De “Telecommunicatieverordening gemeente Woerden” wordt ingetrokken.

Artikel 18 Overgangsbepalingen

1. De instemmingsbesluiten die zijn verleend onder de werking van de Telecommunicatieverordening gemeente Woerden en die van kracht zijn op het moment van de inwerkingtreding van deze verordening, worden aangemerkt als instemmingsbesluiten krachtens deze verordening.

2. Indien vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om instemming op grond van de Telecommunicatieverordening gemeente Woerden is ingediend waarop nog niet is beslist, wordt daarop deze verordening toegepast.

3. Op bezwaarschriften gericht tegen een beschikking op een aanvraag instemming krachtens de Telecommunicatieverordening gemeente Woerden wordt beslist met toepassing van deze verordening.

Artikel 19 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: “Avoi gemeente Woerden”.

Artikel 20 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na de dag van bekendmaking.

Ondertekening

Aldus vastgestel in de openbare raadsvergadering van 24 september 2009,
de griffier,                                                       de voorzitter,
mr. G.A. Karssenberg                                  mr. H.W. Schmidt

Nota-toelichting Avoi

Grondslag en belang verordening

Om de coördinatie- en gedoogplicht van de gemeente nader in te vullen ten aanzien van werkzaamheden die verband houden met telecommunicatie- of omroepnetwerken moet er een verordening worden vastgesteld. De gemeente Woerden is in het bezit van een Telecommunicatieverordening, maar voor kabels en leidingen ten behoeve van nutsvoorzieningen ontbreekt formele wetgeving. Teneinde aan deze situatie een einde te maken heeft de gemeente besloten om een algemene verordening (Avoi) op te stellen waarin de coördinatie van kabels en leidingen in en op openbare gronden wordt omschreven. Op deze wijze gelden voor alle aanbieders dezelfde uniforme regels met betrekking tot de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en leidingen. In deze verordening worden alle zaken beschreven die bij de aanleg van kabels en leidingen een rol spelen; de melding, beslistermijnen, meldingsformulier, extra voorwaarden, verleggingen en legeskosten.

Inhoud

Paragraaf 1 bevat een aantal inleidende bepalingen die betrekking hebben op de werkzaamheden inzake kabels en leidingen in openbare gronden binnen gemeentelijk gebied. Paragraaf 2 bevat de regelingen die van belang zijn voor de vergunningaanvraag en de vergunningverlening. In paragraaf 3 wordt ingegaan op de overige bepalingen die van belang kunnen zijn in het kader van kabels en leidingen. De strafbepalingen zijn opgenomen in paragraaf 4. Ten slotte worden in paragraaf 5 de overgangs- en slotbepalingen genoemd.

Toepassing

De Avoi is van toepassing op alle werkzaamheden met betrekking tot kabels en leidingen binnen de gemeente Woerden.

Artikelsgewijze toelichting

Er is voor gekozen om niet alle artikelen automatisch van een toelichting te voorzien. Er wordt slechts een toelichting gegeven indien een nadere uitleg noodzakelijk wordt geacht.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In de begripsomschrijvingen wordt meerdere malen verwezen naar de Telecommunicatiewet. Omdat de artikelen waarnaar verwezen wordt bestaan uit een grote hoeveelheid tekst is besloten om deze hier niet over te nemen. Zie voor meer informatie de Telecommunicatiewet.

Artikel 4  Verbodsbepaling

1. Met het instemmingsbesluit wordt de ‘vergunning’ bedoeld die de gemeente afgeeft aan de telecomaanbieders en nutsbedrijven op basis van een aanvraag die gedaan is. Officieel gaat het hier niet om een vergunning omdat de gemeente een telecomaanbieder niet mag weigeren om in openbare grond aan het werk te gaan. Maar in verband met de coördinatieplicht die de gemeente aan de hand van de Telecommunicatiewet heeft moet deze wel op de hoogte zijn van de plannen die een telecomaanbieder wil gaan uitvoeren. Deze plannen dienen ook goed gekeurd te worden. Vandaar het instemmingsbesluit.

Artikel 5  Voorschriften instemmingsbesluit

2. Met het formulier wordt hier bedoeld het Meldingsformulier.

Artikel 6  Beslistermijnen en inlichting

2. Met gedoogplichtige wordt bedoeld de persoon of organisatie die verplicht is iets toe te laten of te dulden. In dit geval betekent dit voor de gemeente dat zij verplicht zijn om een aanbieder van een openbaar telecommunicatienetwerk toe te staan dit netwerk in openbare grond te leggen.

5. Met betrokkenen wordt hier bedoeld een ieder die op enigerlei manier met de werkzaamheden gemoeid is. Dus gemeente, kabelbeheerders, omwonenden etc.

Artikel 7 Voorschriften en beperkingen bij instemming

2. Hiermee wordt bedoeld dat burgemeester en wethouders aan het instemmingsbesluit voorschriften en beperkingen kan verbinden. Een van deze voorschriften is het medegebruik van voorzieningen. Het komt voor dat een aanbieder loze (lege) mantelbuizen legt in de grond. Voor overige aanbieders bestaat er dan de mogelijkheid om deze buizen te kopen en zo hun kabel in de grond te krijgen zonder dat er gegraven dient te worden. De gemeente kan een aanbieder verzoeken gebruik te maken van loze mantelbuizen, dit wordt bedoeld met het medegebruik van voorzieningen.

4. In het Handboek Leidingen neemt het college nadere uitvoeringsvoorschriften op.

Artikel 13  Strafbepaling

Met een geldboete in de tweede categorie wordt bedoeld een geldboete van € 2250,--.

Artikel 14  Intrekken instemming of vergunning

2. Met overmacht wordt bedoeld een voorval of iets dergelijks waardoor de aansprakelijkheid voor iemands doen of laten wordt opgeheven.