Verordening op de rekenkamercommissie Wormerland 2015

Geldend van 01-04-2016 t/m heden

Intitulé

Verordening op de rekenkamercommissie van de gemeente Wormerland

De raad van de gemeente Wormerland;

gelet op artikel 81oa van de Gemeentewet;

besluit vast te stellen de

“verordening op de rekenkamercommissie gemeente Wormerland”:

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

-Wet: Gemeentewet;

-commissie: rekenkamercommissie;

-voorzitter: voorzitter van de rekenkamercommissie;

-college: college van burgemeester en wethouders;

-rekenkamercommissie: de rekenkamercommissie van de gemeente Wormerland

Artikel 2 Rekenkamercommissie

  • 1. Er is een commissie die door de raad wordt ingesteld en wordt aangeduid als de rekenkamercommissie.

  • 2. De rekenkamercommissie bestaat uit een externe voorzitter en twee externe leden.

Artikel 3 Benoeming leden

  • 1. De raad benoemt uit zijn midden een selectiecommissie van 3 raadsleden die gesprekken voert met de kandidaten en een voordracht opstelt voor de raad.

  • 2. De raad benoemt de voorzitter van de rekenkamercommissie voor een periode van 5 jaar en de leden van de rekenkamercommissie voor een periode van 4 jaar

  • 3. De voorzitter en de leden kunnen voor maximaal één periode (respectievelijk 5 en 4 jaar) herbenoemd worden.

  • 4. De voorzitter draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van de commissie, het leiden van de vergaderingen, het bewaken van de uitgangspunten en de werkwijze en het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming. De voorzitter voert hiertoe regelmatig overleg met de onderzoekers en met het secretariaat. Bij ontstentenis van de voorzitter treedt het langst zittende lid op als voorzitter dan wel, als de overige leden een gelijke periode zitting hebben gehad, het oudste lid in jaren.

Artikel 4 Eed

Ten aanzien van de leden is artikel 81g van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.

Artikel 5 Ontslag en non-activiteit

  • 1. De raad ontslaat de voorzitter en de leden of stelt hen op non-activiteit.

  • 2. Het lidmaatschap van de voorzitter dan wel een lid eindigt:

    • a.

      op eigen verzoek;

    • b.

      bij de aanvaarding van een functie die onverenigbaar is met het lidmaatschap van de rekenkamercommissie;

    • c.

      wanneer de voorzitter of het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel bij zulk een uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;

    • d.

      indien de voorzitter of het lid bij onherroepelijk geworden rechtelijke uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld.

  • 3. De leden van de rekenkamercommissie kunnen door de raad worden ontslagen wanneer zij door ziekte of gebreken blijvend ongeschikt zijn hun functie te vervullen of indien zij onvoldoende functioneren.

Artikel 6 Vergoeding voor werkzaamheden van de leden van de rekenkamercommissie

  • 1. De voorzitter en de leden ontvangen een presentievergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van de rekenkamercommissie

  • 2. De voorzitter ontvangt 125 euro (€ 125,--) per bijgewoonde vergadering en de leden ontvangen 115 euro (€ 115,--) per bijgewoonde vergadering.

  • 3. Naast de presentievergoeding wordt een onkostenvergoeding verstrekt voor eventuele reis- en verblijfkosten.

  • 4. De presentievergoeding en de onkostenvergoeding komen ten laste van het budget van de rekenkamercommissie.

Artikel 7 Ambtelijksecretaris

  • 1. De raad benoemt de ambtelijk secretaris.

  • 2. De secretaris staat de rekenkamercommissie bij de uitvoering van haar taken terzijde.

  • 3. De secretaris legt rechtstreeks verantwoording af aan de rekenkamercommissie over de wijze waarop de ondersteunende taken worden verricht.

  • 4. De secretaris draagt zorg voor de agendaplanning, de verslaglegging en de vorming van dossiers.

Artikel 8 Reglement van orde

De commissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement na vaststelling onverwijld ter kennisneming naar de raad.

Artikel 9 Onderwerpselectie en opdrachtverlening

  • 1. De commissie bepaalt de onderwerpen die zij onderzoekt, formuleert de probleemstelling en stelt de onderzoeksopzet vast.

  • 2. De in het eerste lid bedoelde onderzoeksopzet wordt door de commissie ter kennisneming aan de raad verstuurd.

  • 3. De commissie consulteert de raad éénmaal per twee jaar in de voorronde over de mogelijk in te stellen onderzoeken.

  • 4. De raad kan de commissie een gemotiveerd verzoek doen tot het instellen van een onderzoek. De rekenkamer bericht de raad binnen een maand in hoeverre aan dat verzoek wordt voldaan. Indien de commissie niet aan het verzoek van de raad voldoet, zal zij daarvoor goede gronden aanvoeren.

Artikel 10 Werkwijze

  • 1. De commissie is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering, begeleiding en sturing van het onderzoek volgens de door haar vastgestelde onderzoeksopzet.

  • 2. De commissie beoordeelt of het wenselijk is de raad tussentijds te informeren.

  • 3. De commissie is bevoegd bij alle leden van het gemeentebestuur en bij alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig acht voor de uitvoering van de onderzoeken. De leden van het gemeentebestuur en de ambtenaren van de gemeente zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de commissie gestelde termijn te verstrekken.

  • 4. De commissie vergadert zoveel als zij nodig acht, ter bespreking van procedurele en inhoudelijke aspecten van het onderzoek, met in achtneming van de budgettaire kaders.

  • 5. De commissie vergadert in beginsel in beslotenheid, haar rapporten zijn openbaar. Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet Openbaarheid van Bestuur kan de commissie rapporten die aan de raad worden voorgelegd of gedeelten daarvan als geheim aanmerken.

  • 6. De commissie kan openbare informatieve vergaderingen beleggen.

  • 7. Voor de uitvoering van het onderzoek kan de commissie, met inachtneming van het beschikbare budget, externe personen of bureaus inschakelen.

  • 8. De commissie stelt de betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn, die tenminste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het conceptonderzoeksrapport aan de commissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De commissie bepaalt verder wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.

  • 9. Na vaststelling door de commissie worden het onderzoeksrapport en de nota met conclusies en aanbevelingen en de zienswijze van betrokkenen op het rapport zo spoedig mogelijk, onder toezending van een afschrift aan het college en betrokkenen, aan de raad aangeboden.

Artikel 11 Budget

  • 1. De rekenkamercommissie is bevoegd binnen een aan haar bij de begroting beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve van de uitvoering van haar taken.

  • 2. Ten laste van het in het voorgaande lid bedoelde budget worden de kosten gebracht van:

    • a.

      de vergoedingen aan de leden;

    • b.

      de ambtelijk secretaris;

    • c.

      interne onderzoeksmedewerkers;

    • d.

      externe deskundigen die eventueel door de rekenkamercommissie zijn ingeschakeld;

    • e.

      eventuele overige uitgaven die de commissie nodig acht voor de uitoefening van haar taak.

  • 3. De rekenkamercommissie is voor de besteding van het budget uitsluitend verantwoording verschuldigd aan de raad.

Artikel 12 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 december 2015

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als

Verordening op de rekenkamercommissie Wormerland 2015

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van 27 oktober 2015
de griffier, de burgemeester,
Mr I.P. Vrolijk P.C. Tange