Regeling vervallen per 01-10-2018

BURGEMEESTERSBELEID GEBIEDSONTZEGGINGEN

Geldend van 25-06-2010 t/m 30-09-2018

Intitulé

BURGEMEESTERSBELEID GEBIEDSONTZEGGINGEN

BURGEMEESTERSBELEID GEBIEDSONTZEGGINGEN

Hoe wordt van artikel 2:78 Algemene plaatselijke verordening Zandvoort 2010 gebruikgemaakt?

1 INLEIDING

De gemeenteraad van Zandvoort heeft op 16 februari 2010 de Algemene plaatselijke verordening Zandvoort 2010 vastgesteld. Hierin is artikel 2:78 opgenomen. Dit artikel heeft tot gevolg dat aan degene die strafbare feiten of openbare orde verstorende handelingen verricht, in het belang van de openbare orde, het voorkomen of beperken van overlast, het voorkomen of beperken van aantastingen van het woon- of leefklimaat, de veiligheid van personen of goederen, de gezondheid of de zedelijkheid, een verbod kan worden opgelegd om zich te bevinden op in het verbod aangewezen plaatsen, waar of in de nabijheid waarvan de gedragingen hebben plaatsgehad. De burgemeester geeft de aanwijzing betreffende het gebied en de periode. Deze verboden staan bekend onder de naam ‘gebiedsontzeggingen’ of ‘gebiedsverboden’.

In dit beleidsstuk wordt aangegeven hoe de burgemeester van die bevoegdheid gebruik zal maken. Bij het opleggen van gebiedsontzeggingen wordt een onderscheid gemaakt tussen lichte en zware feiten. Van lichte feiten gaat in verhouding een geringere impact uit op de openbare orde dan van de zware feiten. Voor zware feiten geldt dan ook een langere gebiedsontzegging.

De in dit beleidsstuk gebruikte afkortingen zijn de volgende:

  • -

    Apv: Algemene Plaatselijke Verordening;

  • -

    Sr: Wetboek van Strafrecht;

  • -

    WWM: Wet wapens en munitie.

2 VOORWAARDEN INDIVIDUELE GEBIEDSONTZEGGINGEN

  • 1. Degene die een overtreding, misdrijf of openbare orde verstorende handeling pleegt als hierna in hoofdstuk 3 bedoeld (hierna: de overtreder), moet bij de politie bekend zijn als overlastgever. Een ‘overlastgever’ wordt gedefinieerd als iemand die in de voorafgaande 24 maanden eerder minstens tweemaal 1 of meerdere strafbare feiten dan wel openbare orde verstorende handelingen heeft verricht of de voorafgaande 24 maanden een tijdelijke gebiedsontzegging conform artikel 2.78 Apv heeft gehad.

  • 2.

    • a.

      De overtreder wordt gehoord over zijn belang om in het aangewezen gebied aanwezig te zijn. Zijn verklaring wordt schriftelijk vastgelegd en toegevoegd aan het proces-verbaal.

    • b.

      Indien de overtreder kan aantonen dat hij een zwaarwegend belang heeft om zich in het gebied op te houden, worden het gebied of de tijden waarop het verbod van toepassing is dienovereenkomstig aangepast. In principe wordt het hele gebied aangewezen. Of iemand een zwaarwegend belang heeft om zich in het gebied op te houden, zal door betrokkene zelf moeten worden aangetoond. Doorgaans zal het daarbij gaan om belangen in de persoonlijke sfeer, zoals wonen, werken, het bezoek aan een huisarts, advocaat of hulpverleningsinstanties.

  • 3. In het besluit tot opleggen van een gebiedsontzegging wordt aangegeven op welk feit of feiten de gebiedsontzegging is gebaseerd, alsmede voor welk tijdvak en gebied de ontzegging geldt.

3 STRAFBARE FEITEN EN OPENBARE ORDE VERSTORENDE HANDELINGEN

Onder andere bij de volgende strafbare feiten en openbare orde verstorende handelingen binnen de gemeentegrenzen wordt een gebiedsontzegging gegeven, mits dit in het belang is van de openbare orde, het voorkomen of beperken van overlast, het voorkomen of beperken van aantastingen van het woon- of leefklimaat, de veiligheid van personen of goederen, de gezondheid of de zedelijkheid. Uitdrukkelijk wordt gesteld dat het hier gaat om een niet-limitatieve opsomming van lichte en zware feiten.

  • a- lichte feiten

    Overtreding van o.a. (niet-limitatief):

    • -

      artikel 2:1 Apv: samenscholing en ongeregeldheden

    • -

      artikel 2.41 Apv: betreden gesloten woning of lokaal

    • -

      artikel 2:46 Apv: rijden over bermen e.d.

    • -

      artikel 2:47 Apv: hinderlijk gedrag op openbare plaatsen

    • -

      artikel 2:48 Apv: verboden drankgebruik

    • -

      artikel 2:49 Apv: verboden gedrag bij of in gebouwen

    • -

      artikel 2.65 Apv: overnachten op of aan de weg

    • -

      artikel 424 lid 1 Sr: straatschenderij

    • -

      artikel 453 Sr: openbare dronkenschap

    • -

      artikel 461 Sr: verboden toegang onbevoegden

    Daarnaast: handelingen die de orde, rust, veiligheid of goede bedrijfsgang verstoren op het NS-station te Zandvoort als bepaald in of krachtens de Spoorwegwet en/of het Algemeen Reglement Vervoer.

    Onder ‘overtreding’ wordt ook poging tot overtreding verstaan indien hierdoor de openbare orde is of kan worden verstoord.

  • b- zware feiten: mogelijkheid tot voorlopige hechtenis

    Overtreding van o.a. (niet-limitatief):

    • -

      artikel 274 Apv: drugshandel op straat

    • -

      artikel 2 Opiumwet: verkopen enz. van harddrugs

    • -

      artikel 3 Opiumwet: verkopen enz. van softdrugs

    • -

      artikel 10a Opiumwet: voorbereidingshandelingen verkoop harddrugs

    • -

      artikel 141 Sr: openlijk geweldpleging

    • -

      artikel 180 Sr: wederspanningheid tegen ambtenaar

    • -

      artikel 184 Sr: negeren bevoegd gegeven ambtelijk bevel

    • -

      artikel 267 Sr: belediging ambtenaar in functie

    • -

      artikel 285 Sr: bedreiging

    • -

      artikel 300 Sr: eenvoudige mishandeling

    • -

      artikel 310 Sr: eenvoudige diefstal

    • -

      artikel 312 Sr: diefstal d.m.v. geweld

    • -

      artikel 350 Sr: vernieling

    • -

      artikel 13 en 27 WWM: dragen verboden wapens

    Het gaat hierbij om alle strafbare feiten waarbij er een mogelijkheid tot voorlopige hechtenis bestaat.

    Onder ‘overtreding’ wordt ook poging tot overtreding verstaan indien hierdoor de openbare orde is of kan worden verstoord.

4 DUUR VAN DE GEBIEDSONTZEGGING

  • a.

    De gebiedsontzegging duurt ingeval van een licht feit:

    • -

      bij de eerste constatering 14 x 24 uur

    • -

      bij een volgende constatering en 1 eerdere gebiedsontzegging in de voorafgaande 24 maanden wegens een licht feit 28 x 24 uur (= 2 x 14)

    • -

      bij een volgende constatering en 2 eerdere gebiedsontzeggingen in de voorafgaande 24 maanden wegens een licht feit  42 x 24 uur (= 3 x 14)

    • -

      bij een volgende constatering en 3 eerdere gebiedsontzeggingen in de voorafgaande 24 maanden wegens een licht feit 56 x 24 uur (= 4 x 14)

    • -

      bij een volgende constatering en 4 eerdere gebiedsontzeggingen in de voorafgaande 24 maanden wegens een licht feit 70 x 24 uur (= 5 x 14)

    • -

      bij een volgende constatering en 5 of meer eerdere gebiedsontzeggingen in de voorafgaande 24 maanden wegens een licht feit 84 x 24 uur (= 6 x 14)

    De gebiedsontzegging duurt bij constatering van 1 of meerdere lichte feiten en eerdere gebiedsontzegging(en) in de voorafgaande 24 maanden wegens minimaal 1 zwaar feit:

    (het aantal geconstateerde lichte feiten x 14 x 24 uur) + de duur van de meest recente eerdere gebiedsontzegging voor hetzelfde dan wel een ander gebied.

    Conform artikel 2:78 lid 2 Apv kan de gebiedsontzegging ten hoogste 12 weken, oftewel 84 dagen, bedragen.

  • b.

    De gebiedsontzegging duurt ingeval van een zwaar feit:

    • -

      bij de eerste constatering 28 x 24 uur

    • -

      bij een volgende constatering en 1 eerdere gebiedsontzegging in de voorafgaande 24 maanden wegens een zwaar feit 56 x 24 uur (= 2 x 28)  

    • -

      bij een volgende constatering en 2 of meer eerdere gebiedsontzeggingen in de voorafgaande 24 maanden wegens een zwaar feit 84 x 24 uur (= 3 x 28)

     

    De gebiedsontzegging duurt bij constatering van 1 of meerdere zware feiten en eerdere gebiedsontzegging(en) in de voorafgaande 24 maanden wegens minimaal 1 licht feit:

    (het aantal geconstateerde zware feiten x 28 x 24 uur) + de duur van de meest recente eerdere gebiedsontzegging voor hetzelfde dan wel een ander gebied.

    Conform artikel 2:78 lid 2 Apv kan de gebiedsontzegging ten hoogste 12 weken, oftewel 84 dagen, bedragen.

  • c.

    De gebiedsontzegging duurt ingeval van een combinatie van geconstateerde zware en lichte feiten zonder eerdere gebiedsontzegging(en) in de voorafgaande 24 maanden:

    (het aantal geconstateerde lichte feiten x 14 x 24 uur) + (het aantal geconstateerde zware feiten x 28 x 24 uur)

    Conform artikel 2:78 lid 2 Apv kan de gebiedsontzegging ten hoogste 12 weken, oftewel 84 dagen, bedragen.

  • d.

    De gebiedsontzegging duurt ingeval van een combinatie van geconstateerde zware en lichte feiten met eerdere gebiedsontzegging(en) in de voorafgaande 24 maanden: 

    (het aantal geconstateerde lichte feiten x 14 x 24 uur) + (het aantal geconstateerde zware feiten x 28 x 24 uur) + de duur van de meest recente eerdere gebiedsontzegging voor hetzelfde dan wel een ander gebied

    Conform artikel 2:78 lid 2 Apv kan de gebiedsontzegging ten hoogste 12 weken, oftewel 84 dagen, bedragen.

Als aan een persoon een gebiedsontzegging wordt opgelegd terwijl er voor hem al een gebiedsontzegging voor (een gedeelte van) datzelfde gebied geldt, gaat de nieuwe gebiedsontzegging in na afloop van de eerder opgelegde gebiedsontzegging.

Discretionaire bevoegdheid

Deze gebruiksinstructie is een beleidsregel in de zin van artikel 1:3 Algemene wet bestuursrecht. Het kan in bepaalde gevallen noodzakelijk zijn dat de burgemeester bij het toepassen van de bevoegdheden moet afwijken van het beleid. Hiervoor heeft hij dan ook een discretionaire bevoegdheid. In gevallen dat de aard en de omstandigheden dat vereisen, kan hij dan ook gemotiveerd het beleid ter zijde stellen, stappen overslaan of samenvoegen om zo als het ware maatwerk te leveren.

5 REGISTRATIE

De beleidsadviseur Openbare Orde & Veiligheid van de gemeente Zandvoort houdt van de toepassing van de gebiedsontzeggingen een adequate registratie bij.

6 STRAFBEPALING

Conform artikel 6:1 Apv 2010 wordt overtreding van een gebiedsontzegging, voor zover niet reeds bij of krachtens de wet strafbaar gesteld, gestraft met hechtenis van ten hoogste 3 maanden of een geldboete van de tweede categorie en kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.

7 INWERKINGTREDING

Dit beleid treedt in werking op de dag na bekendmaking.