Verordening gemeentelijke Rekenkamer Zandvoort 2018

Geldend van 12-01-2024 t/m heden

Intitulé

Verordening gemeentelijke Rekenkamer Zandvoort 2018

De raad van de gemeente Zandvoort:

gelezen het initiatief raadsvoorstel van de voorzitter van de raad, nr. 2017/06/001086; Wijziging verordeningen voor ambtelijke samenwerking;

overwegende dat de verordening toepasbaar moet zijn na ambtelijke samenwerking van de gemeenten Zandvoort en Haarlem;

gelet op de artikelen 147 lid 1 en 81k van de Gemeentewet;

besluit de volgende verordening, inclusief toelichting, vast te stellen:

VERORDENING GEMEENTELIJKE REKENKAMER ZANDVOORT 2018

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Wet: Gemeentewet;

  • b.

    voorzitter: voorzitter tevens lid van de rekenkamer;

  • c.

    raad: de raad van Zandvoort;

  • d.

    college: college van burgemeester en wethouders;

  • e.

    rekenkamer: de rekenkamer van de gemeente Zandvoort als bedoeld in artikel 81a van de Gemeentewet;

  • f.

    commissie: raadscommissie.

Artikel 2 Rekenkamer

  • 1. Er is een rekenkamer.

  • 2. De rekenkamer bestaat uit drie leden.

  • 3. Benoembaar als leden van de rekenkamer zijn inwoners van buiten de gemeente Zandvoort, die het actieve kiesrecht genieten.

  • 4. De werving van de leden geschiedt door openbare kennisgeving van de vacatures van leden van de rekenkamer.

Artikel 3 Selectiecommissie

  • 1. Voor het werven van de leden wordt uit de raad en rekenkamer tijdelijk een selectiecommissie samengesteld.

  • 2. De voorzitter van de raad kan deel uitmaken van de selectiecommissie.

  • 3. De selectiecommissie wordt ondersteund door de griffie.

Artikel 4 Agendering in raadsvergadering

  • 1. De onderzoeksrapporten van de rekenkamer worden geagendeerd voor de vergaderingen van de raadscommissie en raad.

  • 2. De vergaderingen van de raadscommissie zijn bedoeld voor:

    • a.

      het bespreken van de onderzoeksrapporten van de rekenkamer als genoemd in artikel 10;

    • b.

      het bespreken van alle aangelegenheden aangaande de inrichting en het functioneren van de rekenkamer;

    • c.

      het onderhouden van de contacten van de raad met de rekenkamer.

Artikel 5 Benoeming leden

  • 1. De raad benoemt de leden van de rekenkamer op aanbeveling van de selectiecommissie.

  • 2. De selectiecommissie doet de aanbeveling vergezeld gaan van een verklaring van elke kandidaat bevattende:

    • a.

      de mededeling dat hij een benoeming als lid of voorzitter zal aanvaarden, en

    • b.

      een overzicht van de openbare betrekkingen die hij bekleedt.

  • 3. Bij ontstentenis van de voorzitter treedt het langstzittende lid op als voorzitter dan wel, als de overige leden een gelijke periode zitting hebben gehad, het oudste lid in jaren.

  • 4. Voorafgaand aan de benoeming van de voorzitter en de overige leden van de rekenkamer pleegt de selectiecommissie overleg met de rekenkamer.

  • 5. De leden van de rekenkamer, waaronder de voorzitter, kunnen voor een periode van zes jaar worden herbenoemd.

Artikel 6 Ontslag en non-activiteit

  • 1. De griffier bericht de raad als een van de ontslaggronden zich voordoet, bedoeld in artikel 81c, zesde of zevende lid, of van artikel 81d, eerste of tweede lid, van de wet.

  • 2. In de gevallen, bedoeld in artikel 81c, zevende lid, en in artikel 81d, tweede lid, van de wet adviseert de griffier de raad over de vraag of al dan niet moet worden overgegaan tot ontslag, respectievelijk het op non-activiteit stellen van het desbetreffende lid.

  • 3. De griffier adviseert de raad tevens met betrekking tot een beslissing tot verlenging of beëindiging van een maatregel als bedoeld in artikel 81 d, eerste of tweede lid van de wet.

Artikel 7 Budget

  • 1. De rekenkamer is bevoegd binnen een aan haar bij de begroting beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve van de uitvoering van haar taken.

  • 2. De rekenkamer verantwoordt de baten en lasten van het vorig begrotingsjaar in het jaarverslag aan de raad, als bedoeld in artikel 185, vierde lid van de wet.

  • 3. De voorzitter doet jaarlijks vóór 1 juni een voorstel aan de raad voor de nodige middelen voor een goede uitoefening van de taken.

Artikel 8 Vergoeding voor de werkzaamheden van de leden van de rekenkamer

  • 1. De leden van de rekenkamer ontvangen als vergoeding voor hun werkzaamheden een bedrag van € 247,60 per maand, alsmede de door de gemeente Zandvoort gehanteerde tegemoetkoming in de reis- en verblijfskosten, zoals geregeld in artikel 2 van de Verordening rechtspositie raads- en commissieleden Zandvoort 2019.

  • 2. De voorzitter van de rekenkamer ontvangt als vergoeding voor zijn werkzaamheden een bedrag van € 309,51 per maand alsmede de door de gemeente Zandvoort gehanteerde tegemoetkoming in de reis- en verblijfskosten, zoals geregeld in artikel 2 van de Verordening rechtspositie raads- en commissieleden Zandvoort 2019.

  • 3. De in het eerste en tweede lid genoemde bedragen worden jaarlijks geïndexeerd met dezelfde indexering die geldt voor een vergoeding voor raadsleden.

Artikel 9 Verzoek

De raad kan de rekenkamer een gemotiveerd verzoek doen tot het instellen van een onderzoek. De rekenkamer bericht de raad binnen een maand of en in hoeverre aan dat verzoek zal worden voldaan. Indien de rekenkamer niet aan het verzoek van de raad voldoet, zal zij daarvoor goede gronden aanvoeren.

Artikel 10 Rapportage en terugkoppeling

  • 1. De rekenkamer stelt de onderzochte partij schriftelijk op de hoogte van het (nog niet gepubliceerde) ontwerponderzoeksrapport. Indien de bevindingen daartoe aanleiding geven kan de rekenkamer ter zake conceptaanbevelingen aan de betrokken partij opnemen.

  • 2. De rekenkamer stelt de betrokken partij in de gelegenheid om binnen zes weken schriftelijk te reageren op het conceptonderzoeksrapport en, indien van toepassing, de conceptaanbevelingen.

  • 3. Na ontvangst van de reactie(s) sluit de rekenkamer haar onderzoek af en stelt een definitief rapport op waarin de bevindingen, conclusies en, indien van toepassing, aanbevelingen, alsmede de reacties hierop zijn opgenomen.

  • 4. De rekenkamer brengt minimaal één onderzoeksrapport uit per kalenderjaar.

Artikel 11 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als de “Verordening gemeentelijke Rekenkamer Zandvoort 2018”.

Artikel 12 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2018.

  • 2. De “Verordening gemeentelijke rekenkamer Zandvoort 2012” wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2018.

Ondertekening

Zandvoort, 21 november 2017

de griffier,

de voorzitter,

Toelichting

Artikel 1 Begripsbepalingen 

Dit artikel bevat enkele definities om te voorkomen dat bepaalde begrippen telkens in hun geheel moeten worden uitgeschreven.

Artikel 2 Rekenkamer 

De raad dient op grond van de Gemeentewet een gemeentelijke rekenkamer in te stellen.

Bij brief van 4 juni 2012 heeft de rekenkamer voorgesteld te gaan werken met een roulerend voorzitterschap. Dit is tot heden het geval.

De wetgever heeft de benoeming van de voorzitter bij de raad neergelegd in artikel 81c, tweede lid van de Gemeentewet. Ingevolge dit artikel, vijfde lid, pleegt de raad voorafgaand aan de benoeming overleg met de rekenkamer.

De rekenkamer heeft te kennen met drie leden, inclusief voorzitter te willen werken. “Ervaring leert de rekenkamer dat dit een voldoende grootte en voldoende diverse bezetting van de rekenkamer oplevert.”

Artikel 3 Selectiecommissie 

De selectiecommissie wordt ad hoc ingesteld als sprake is van een vacature voor de rekenkamer. De selectiecommissie kan alleen bestaan uit de voorzitter van de raad, raadsleden en/of leden van de rekenkamer en wordt ondersteund door de griffier of een griffiemedewerker. Zij doen het voorbereidende werk, dat leidt tot een voorstel aan de raad tot benoeming van de voorzitter en leden van de rekenkamer.

Artikel 4 Agendering in raadsvergadering 

De onderzoeksrapporten van de rekenkamer worden voor behandeling in de raadscommissie en raad door de rekenkamer voorzien van een raadsstuk met daarin een voorstel voor een besluit naar aanleiding van het uitgevoerde onderzoek. Het is de bedoeling dat de raad een beslissing neemt over de aanbevelingen die de rekenkamer geeft.

Artikel 5 Benoeming leden 

Het eerste lid bevat de bepaling dat de leden van de rekenkamer worden benoemd op de voordracht van een selectiecommissie. Gezien het belang van de rekenkamer is het zaak dat dergelijke belangrijke beslissingen door de raad zelf worden genomen.

Herbenoeming is steeds mogelijk met zes jaar. Het is aan de raad om hierin een keuze te maken.

Artikel 6 Ontslag en non-activiteit

Dit artikel handelt over het ontslag van de leden en over de mogelijkheid (of soms verplichting) hen op non-activiteit te stellen in bepaalde situaties die genoemd zijn in de Gemeentewet.

Artikel 7 Budget

De rekenkamer is zelfstandig verantwoordelijk voor de besteding van het aan haar ter beschikking gestelde budget dat noodzakelijk is voor de uitvoering van haar taak. Deze zelfstandigheid van de rekenkamer ten opzichte van de raad is een borg voor een behoorlijke uitvoering van haar taak. De rekenkamer is voor de besteding van het budget uitsluitend verantwoording verschuldigd aan de raad.

Artikel 8 Vergoeding voor de werkzaamheden van de leden van de rekenkamer

De raad dient bij verordening voor de leden de vergoeding voor de werkzaamheden en een tegemoetkoming in de kosten vast te stellen (artikel 81 k Gemeentewet).

In de verordening staat er voor de vergoeding een bedrag vermeld van € 226,70 voor de leden en € 283,39 voor de voorzitter. Deze bedragen zijn door indexering opgelopen naar respectievelijk € 247,60 en € 309,51. Deze laatst genoemde bedragen zijn opgenomen in de wijzigingsverordening.

Artikel 9 Verzoek

De onafhankelijkheid van de rekenkamer blijkt onder andere uit het feit dat zij zelfstandig bepaalt welke onderzoeken zullen worden ingesteld. De rekenkamer kan op verzoek van de raad een onderzoek instellen maar is niet verplicht het verzoek van de raad in te willigen. Dit verzoek van de raad wordt in artikel 182, tweede lid van de wet expliciet genoemd. Doordat deze mogelijkheid uitdrukkelijk in de wet is genoemd, wordt een bepaald gewicht toegekend aan het verzoek van de raad.

Indien de rekenkamer niet voldoet aan een goed gemotiveerd verzoek van de raad zal zij daarvoor goede gronden aanvoeren.

Artikel 10 Rapportage en terugkoppeling

Uit oogpunt van zorgvuldigheid is het van groot belang dat de onderzochte partij de kans krijgt om te reageren op het (nog niet gepubliceerde) ontwerponderzoeksrapport. Er vindt dan wederhoor plaats waarbij de feitelijke bevindingen die uit het onderzoek voortvloeien aan de betreffende ambtenaren worden voorgelegd met de vraag eventuele onjuistheden uit te halen en te corrigeren. Indien van toepassing wordt de verantwoordelijke wethouder of het college de gelegenheid geboden om te reageren op de conceptaanbevelingen die de rekenkamer verbindt aan de (gecorrigeerde) bevindingen. Tot slot brengt de rekenkamer een definitief rapport naar buiten met bevindingen, conclusies en eventueel aanbevelingen.

De leden van de rekenkamer krijgen een maandelijkse vergoeding. Het lijkt op zijn plaats dat de rekenkamer minimaal één rapport per kalenderjaar uitbrengt.

Artikelen 11 en 12 Citeertitel en Inwerkingtreding

Deze bepalingen behoeven geen toelichting.