Regeling vervallen per 06-04-2019

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Zeewolde houdende regels omtrent de rechtspositie van wethouders, raads- en commissieleden Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Zeewolde 2014

Geldend van 11-02-2017 t/m 05-04-2019 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2014

Intitulé

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Zeewolde 2014

De raad van de gemeente Zeewolde,

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 19 augustus 2014;

gelet op:

de artikelen 44, tweede en derde lid, 95 tot en met 99 en 147 van de Gemeentewet;

het Rechtspositiebesluit wethouders en

het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden,

gezien het advies van het Beraad d.d. 9 september 2014;

B E S L U I T

vast te stellen de volgende Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Zeewolde 2014:

Hoofdstuk I Begripsomschrijvingen

Artikel 1

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    commissie: een commissie als bedoeld in hoofdstuk V van de Gemeentewet, die vermeld is op de bij deze verordening behorende, door de raad vastgestelde, lijst;

  • b.

    Rechtspositiebesluit wethouders: het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994, Stb. 243, laatstelijk gewijzigd bij Besluit harmonisering en modernisering rechtspositie decentrale politieke ambtsdragers van 20 juni 2014;

  • c.

    Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden: het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994, Stb. 244, laatstelijk gewijzigd bij Besluit harmonisering en modernisering rechtspositie decentrale politieke ambtsdragers van 20 juni 2014;

  • d.

    Regeling rechtspositie wethouders: de ministeriële regeling van 20 februari 2004, Stcrt. 41 als bedoeld in artikel 23 van het Rechtspositiebesluit wethouders;

  • e.

    raadslid: lid van de gemeenteraad;

  • f.

    commissielid: lid van een commissie als hiervoor bedoeld onder a;

  • g.

    griffier: de griffier, bedoeld in artikel 107 van de Gemeentewet;

  • h.

    gemeentesecretaris: de secretaris, bedoeld in artikel 102 van de Gemeentewet.

Hoofdstuk II Voorzieningen voor raads- en commissieleden

Artikel 2 Vergoeding voor de werkzaamheden voor raadsleden

De vergoeding voor de werkzaamheden voor raadsleden bedoeld in artikel 2, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, is gelijk aan het door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor gemeenteklasse 3 vastgestelde maximum.

Artikel 3 Vergoeding voor het bijwonen van commissievergaderingen

  • 1. De vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van een commissie en haar subcommissies bedoeld in artikel 14 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden is gelijk aan het door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor gemeenteklasse 3 vastgestelde maximum.

  • 2. Het bepaalde in het eerste lid is niet van toepassing op degene, die als lid van een commissie een vaste vergoeding voor de werkzaamheden als bedoeld in artikel 96 van de Gemeentewet ontvangt.

  • 3. Geen vergoeding ontvangt degene die zitting heeft in een commissie

    • a.

      als raadslid of wethouder;

    • b.

      uit hoofde van dan wel als rechtstreeks uitvloeisel van een ambtelijke of bestuurlijke hoedanigheid dan wel van een functie bij een instelling die grotendeels van overheidswege wordt gesubsidieerd;

    • c.

      als vertegenwoordiger van een belanghebbende instelling, organisatie of groepering, tenzij zijn lidmaatschap van de commissie tevens in belangrijke mate het gemeentelijk belang dient.

  • 4. Het college kan in afwijking van het bepaalde in het eerste lid een hogere vergoeding vaststellen ten aanzien van

    • a.

      een lid van een commissie die op grond van zijn bijzondere beroepsmatige deskundigheid op het taakgebied van de commissie voor deelname aan haar werkzaamheden is aangetrokken, tot ten hoogste € 140,00 per bijgewoonde vergadering en ten aanzien van

    • b.

      een lid of voorzitter van een commissie ten aanzien waarvan de vergoeding niet geacht kan worden in een redelijke verhouding te staan tot de zwaarte van zijn taak en de omvang van de door hem te verrichten arbeid, tot ten hoogste € 230,00 per bijgewoonde vergadering en ten aanzien van

    • c.

      een lid of voorzitter van de Welstandscommissie tot ten hoogste het jaarlijks geadviseerde BNA-uurtarief per vergaderuur.

Artikel 4 Reis- en verblijfkosten

  • 1. Aan raadsleden worden de ten behoeve van de gemeente gemaakte reis- en verblijfkosten in verband met reizen buiten het grondgebied van de gemeente ter uitvoering van een beslissing van het gemeentebestuur vergoed.

  • 2. Aan commissieleden worden de reis- en verblijfkosten voor het bijwonen van de vergaderingen van de commissie vergoed.

  • 3. De vergoeding als bedoeld in het eerste en tweede lid is:

    • a.

      voor wat betreft de verblijfkosten gelijk aan het overeenkomstig in artikel 4, onderdeel c, van de Regeling rechtspositie wethouders bepaalde;

    • b.

      voor wat betreft de reiskosten gelijk aan het overeenkomstig in artikel 4, onderdeel a en b, van de Regeling rechtspositie wethouders bepaalde.

  • 4. De reiskosten worden alleen vergoed voor zover de afstand tussen woning en vergaderlocatie ten minste 4 kilometer bedraagt en voor ten hoogste één vergadering per dag.

  • 5. In afwijking van het eerste lid ontvangt geen vergoeding degene die zitting heeft in een commissie uit hoofde van dan wel als rechtstreeks uitvloeisel van een functie bij een instelling die grotendeels van overheidswege wordt gesubsidieerd.

  • 6. De reis- en verblijfkosten worden alleen vergoed als deze gedeclareerd worden overeenkomstig de bepalingen in deze verordening.

Artikel 5 Buitenlandse excursie of reis

  • 1. De gemeenteraad kan een delegatie uit de gemeenteraad of een raadscommissie toestemming verlenen voor een excursie of reis naar het buitenland als deze door of vanwege de gemeente wordt georganiseerd. De gemeenteraad kan aan de toestemming voorwaarden verbinden.

  • 2. De in redelijkheid gemaakte reis- en verblijfkosten komen voor rekening van de gemeente.

Artikel 6 Cursus, congres, seminar of symposium

  • 1. De kosten van deelname van een raads- of commissielid aan cursussen, congressen, seminars en symposia, die in het gemeentelijk belang door of namens de gemeente worden aangeboden of verzorgd, komen voor rekening van de gemeente.

  • 2. Het raads- of commissielid dat wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium, dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in bij de griffier. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van algemeen belang is in verband met de vervulling van het raads- of commissielidmaatschap.

  • 3. Indien een raads- of commissielid in verband met de uitoefening van de functie lid is van een beroepsvereniging, vergoedt de gemeente de contributie van de beroepsvereniging.

Artikel 7 Beschikbaarstelling tablet

  • 1. In het belang van de uitoefening van zijn functie wordt aan een raads- of commissielid op aanvraag óf een tablet inclusief de noodzakelijke software/applicaties in bruikleen ter beschikking gesteld óf een vergoeding voor het zakelijke gebruik van een eigen tablet toegekend. Op een tablet dient Internet toegankelijk te zijn via Wi-Fi.

  • 2. Het college stelt regels vast voor het aanvragen en het vergoeden van het zakelijke gebruik van een eigen tablet. In deze regels worden in elk geval technische vereisten/specificaties opgenomen, waaraan eigen tablets dienen te voldoen om voor vergoeding in aanmerking te komen.

  • 3. De vergoeding voor het zakelijke gebruik van een eigen tablet overeenkomstig de door het college vastgestelde regels bedraagt maximaal 50% van de aanschafwaarde van de tablet, die op aanvraag aan raads- en commissieleden beschikbaar wordt gesteld.

  • 4. Het college stelt een bruikleenovereenkomst vast waarvan de duur overeenkomt met de duur van het raads- of commissielidmaatschap.

  • 5. Het raads- of commissielid wiens raads- of commissielidmaatschap tussentijds wordt beëindigd, is verplicht de tablet binnen veertien dagen na de beëindiging te retourneren.

  • 6. Het raads- of commissielid ondertekent voor de bruikleen een bruikleenovereenkomst met de gemeente.

  • 7. Een aanvraag om een vergoeding als bedoeld in dit artikel wordt gedaan bij de griffier.

Artikel 8 Werkkostenregeling

Gezien de Wet op de loonbelasting 1964 wijst de gemeente als eindheffingsbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van die wet aan de vergoedingen en verstrekkingen als bedoeld in artikel 13a van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

Hoofdstuk III Voorzieningen voor wethouders

Artikel 9 Reiskosten woon-werkverkeer

  • 1. Wethouders hebben recht op een vergoeding van de kosten voor woon-werkverkeer, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3 van de Regeling rechtspositie wethouders.

  • 2. Er bestaat maximaal twee keer per dag recht op een enkele reis vergoeding woon-werkverkeer.

  • 3. De reiskosten als bedoeld in het eerste lid worden alleen vergoed als deze gedeclareerd worden overeenkomstig de bepalingen in deze verordening.

Artikel 10 Zakelijke reiskosten

  • 1. Wethouders hebben recht op een vergoeding voor reis- en verblijfkosten voor reizen gemaakt voor de uitoefening van het ambt overeenkomstig het bepaalde in artikel 4 van de Regeling rechtspositie wethouders.

  • 2. De reiskosten als bedoeld in het eerste lid worden alleen vergoed als deze gedeclareerd worden overeenkomstig de bepalingen in deze verordening.

Artikel 11 Dienstauto

P.M.

Artikel 12 Buitenlandse dienstreis

  • 1. Als de wethouders in het gemeentelijk belang een reis buiten Nederland maken worden de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reis- en verblijfkosten vergoed.

  • 2. Voor een reis in het gemeentelijk belang buiten Nederland, niet zijnde een reis naar een Europese instelling, is vooraf toestemming van het college vereist. De gemeenteraad kan aan deze toestemming voorwaarden verbinden.

Artikel 13 Beschikbaarstelling tablet

  • 1. In het belang van de uitoefening van zijn functie wordt aan een wethouder óf een tablet inclusief de noodzakelijke software/applicaties in bruikleen ter beschikking gesteld óf een vergoeding voor het zakelijke gebruik van een eigen tablet toegekend. Op een tablet dient Internet toegankelijk te zijn via Wi-Fi.

  • 2. Het college stelt regels vast voor het vergoeden van het zakelijke gebruik van een eigen tablet. In deze regels worden in elk geval technische vereisten/specificaties opgenomen, waaraan eigen tablets dienen te voldoen om voor vergoeding in aanmerking te komen.

  • 3. De vergoeding voor het zakelijke gebruik van een eigen tablet overeenkomstig de door het college vastgestelde regels bedraagt maximaal 50% van de aanschafwaarde van de tablet, die aan een wethouder in bruikleen wordt gegeven.

  • 4. Het college stelt een bruikleenovereenkomst vast waarvan de duur overeenkomt met de duur van het lidmaatschap van het college.

  • 5. De wethouder wiens wethouderschap tussentijds wordt beëindigd, is verplicht de in bruikleen beschikbaar gestelde tablet binnen veertien dagen na de beëindiging te retourneren.

  • 6. De wethouder ondertekent voor de bruikleen een bruikleenovereenkomst met de gemeente.

  • 7. Een aanvraag om een vergoeding als bedoeld in dit artikel wordt gedaan bij de secretaris.

Artikel 14 Communicatieapparatuur

De wethouders aan wie communicatieapparatuur in bruikleen ter beschikking wordt gesteld, tekenen hiervoor een bruikleenovereenkomst met de gemeente.

Artikel 15 Reis- en pensionkosten en verhuiskosten bij benoeming

P.M.

Artikel 16 Werkkostenregeling

Gezien de Wet op de loonbelasting 1964 wijst de gemeente als eindheffingsbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van die wet aan de vergoedingen en verstrekkingen als bedoeld in artikel 13a van het Rechtspositiebesluit wethouders.

Hoofdstuk IV De procedure van declaratie

Artikel 17 Betaling vaste vergoedingen

De betaling van de vergoeding voor werkzaamheden, de bezoldiging voor wethouders op grond van het Rechtspositiebesluit wethouders, de onkostenvergoedingen en declaraties geschiedt maandelijks of in maandelijkse termijnen als er sprake is van een vergoeding op jaarbasis tenzij het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, het Rechtspositiebesluit wethouders of de Regeling rechtspositie wethouders anders bepalen.

Artikel 18 Rechtstreekse facturering bij de gemeente

  • 1. Raads- en commissieleden en wethouders dragen ten behoeven van het vergoeden van kosten zorgen voor rechtstreekse toezending van de factuur aan de gemeente.

  • 2. Verantwoording van de vergoeding door het raadslid, het commissielid respectievelijk de wethouder vindt plaats door een door het college vastgesteld formulier volledig in te vullen en te ondertekenen.

  • 3. Facturen komen alleen voor vergoeding in aanmerking als voldaan wordt aan de bepalingen in deze verordening.

  • 4. Het formulier wordt ter goedkeuring ingediend bij de griffier, respectievelijk de gemeentesecretaris, of een daartoe aangewezen ambtenaar.

Artikel 19 Declaratie van vooruit betaalde kosten

  • 1. De declaratie van de kosten die uit eigen middelen vooruit zijn betaald en de vergoeding van reiskosten met de eigen auto vindt plaats door gebruikmaking van een door het college vastgesteld formulier.

  • 2. Het formulier wordt binnen twee maanden na de betaling cq de datum van de gemaakte rit volledig ingevuld en ondertekend door het raads- of het commissielid respectievelijk de wethouder en ter goedkeuring ingediend bij de griffier, respectievelijk de gemeentesecretaris, of een daartoe aangewezen ambtenaar, onder bijvoeging van de bewijsstukken.

Artikel 20 Gebruik creditcard

  • 1. Er is een gemeentelijke creditcard in bezit en beheer van de gemeentesecretaris voor het doen van uitgaven die voor vergoeding of tegemoetkoming ten laste van de gemeente in aanmerking komen.

  • 2. De vergoeding van reis- en verblijfkosten in het buitenland kan plaatsvinden door gebruikmaking van de gemeentelijke creditcard.

  • 3. Verantwoording van de betaling met de creditcard vindt plaats door gebruikmaking van een door het college vastgesteld formulier, volledig in te vullen en te ondertekenen door de wethouder voor wie de kosten zijn gemaakt. Het formulier wordt binnen één maand na afloop van de kalendermaand van inhouding door de creditcardmaatschappij ter goedkeuring ingediend bij de gemeentesecretaris.

  • 4. Niet tijdige inlevering van het formulier heeft, tenzij er sprake is overmacht, tot gevolg dat de gemaakte kosten voor rekening van de wethouder komen.

  • 5. Bij beëindiging van het ambt van wethouder wordt de creditcard onverwijld ingeleverd.

  • 6. Verlies of diefstal van de creditcard wordt onverwijld gemeld bij de betreffende creditcardmaatschappij en de gemeente. Het eigen risico bij verlies en diefstal komt voor rekening van de gemeente, mits is voldaan aan de daarvoor geldende regels.

Hoofdstuk V Overgangsbepalingen

Artikel 21 Brutering vergoedingen

P.M.

Hoofdstuk VI Citeertitel en inwerkingtreding

Artikel 22 Intrekking bestaande regeling

De Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2007 wordt ingetrokken.

Artikel 23 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op 3 oktober 2014 en werkt terug tot 1 januari 2014.

Artikel 24 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Zeewolde 2014.

Ondertekening

Aldus besloten door de raad van de gemeente Zeewolde in zijn openbare vergadering van 25 september 2014.
de griffier, de voorzitter,
B.J. Schouten G.J. Gorter