Regeling vervallen per 14-04-2016

Verordening op de vertrouwenscommissie tot vervulling van de vacature ter benoeming van de burgemeester

Geldend van 10-02-2005 t/m 13-04-2016

Intitulé

Verordening op de vertrouwenscommissie tot vervulling van de vacature ter benoeming van de burgemeester

De raad van de gemeente Zutphen,

gelezen het voorstel van het presidium van 14 januari 2005 met nummer Griffie 357;

overwegende dat het noodzakelijk is een vertrouwenscommissie in te stellen inzake de benoeming van een burgemeester voor de gemeente Zutphen;

gelet op artikel 61 van de Gemeentewet en de daarop gebaseerde Procedureregels bij burgemeestersbenoemingen, ingegaan op 16 augustus 2004;

besluit:

vast te stellen de hierna volgende:

Verordening op de vertrouwenscommissie tot vervulling van de vacature ter benoeming van de burgemeester

Begripsomschrijving

Artikel 1

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    commissie: de commissie als bedoeld in artikel 2;

  • b.

    commissaris: de Commissaris der Koningin in de provincie Gelderland;

  • c.

    benoeming: de benoeming van de burgemeester;

  • d.

    raad: de raad van de gemeente Zutphen;

  • f.

    aanbeveling: de schriftelijke verklaring van de raad over de benoeming van de burgemeester.

Taak

Artikel 2

Een commissie wordt ingesteld die in verband met de benoeming van de burgemeester tot taak heeft de aanbeveling door de raad voor te bereiden door daartoe een verslag op te maken en dat verslag vervolgens vast te stellen.

Samenstelling

Artikel 3

  • 1. De commissie bestaat uit de fractievoorzitters van alle in de raad vertegenwoordigde partijen.

  • 2. De commissie benoemt uit haar midden een voorzitter en een waarnemend voorzitter.

  • 3. De commissie kent geen plaatsvervangende leden.

  • 4. Een lid van het college van burgemeester en wethouders wordt als adviseur aan de commissie toegevoegd.

  • 5. De (loco-)griffier ondersteunt de commissie en voert het secretariaat.

Werkwijze

Artikel 4

  • 1. De commissie vergadert zo dikwijls als de voorzitter of tenminste twee leden dit noodzakelijk achten.

  • 2. De commissie voert gesprekken met door de commissaris geselecteerde kandidaten en eventueel met andere op de lijst van sollicitanten voorkomende kandidaten die, hetzij zich uit eigener beweging tot de commissie hebben gewend, hetzij door de commissie worden uitgenodigd.

  • 3. Over de kandidaten worden geen inlichtingen – schriftelijk of mondeling – ingewonnen dan door tussenkomst van de commissaris. Overleg met derden – met uitzondering van de commissaris – is uitgesloten.

  • 4. Stemmingen geschieden bij meerderheid van stemmen.

  • 5. Bij stemmingen geldt dat iedere fractievoorzitter het aantal stemmen vertegenwoordigt dat correspondeert met het aantal zetels dat zijn fractie in de raad heeft.

Artikel 5

De commissie vergadert alleen wanneer de aanwezige fractievoorzitters meer dan de helft van het aantal leden van de raad vertegenwoordigen.

Artikel 6

De voorzitter treedt als contactpersoon van de commissie naar buiten toe op.

Artikel 7

De commissie beoordeelt de sollicitanten aan de hand van de profielschets, zoals die is opgesteld ten behoeve van de benoeming.

Geheimhouding

Artikel 8

  • 1. De vergaderingen van de commissie zijn besloten.

  • 2. De commissie legt in elke vergadering geheimhouding aan de leden, de adviseur en de (loco-)griffier op omtrent de inhoud van de stukken en het tijdens de vergadering behandelde.

  • 3. Ten aanzien van de stukken die door de commissie aan de raad worden gezonden, de beraadslagingen die daarover in beslotenheid in de raad zijn gevoerd en de stukken die door de raad aan de minister worden gezonden geldt een geheimhoudingsplicht.

  • 4. Noch de commissie, noch de raad zal de geheimhouding waartoe de leden 2 en 3 verplichten, opheffen.

  • 5. De voorzitter ziet er op toe dat aan het gestelde in lid 1 wordt voldaan.

  • 6. De geheimhoudingsplicht blijft na ontbinding van de commissie van kracht.

Verslag

Artikel 9

  • 1. De commissie stelt een verslag op omtrent het beoordelen van de kandidaten.

  • 2. De commissie stelt met inachtneming van het bepaalde in artikel 10 het verslag vast.

  • 3. Het oordeel van de minderheid wordt in het verslag opgenomen.

  • 4. Bij het staken van de stemmen wordt het nemen van een beslissing uitgesteld tot de volgende vergadering; is uitstel niet mogelijk of staken de stemmen in de volgende vergadering wederom, dan worden in het verslag van de commissie, de verschillende meningen binnen de commissie gemotiveerd ter kennis gebracht van de raad.

  • 5. De commissie bepaalt haar standpunt over de geschiktheid van de door haar ontvangen kandidaten. Zij brengt schriftelijk verslag uit aan de commissaris.

Hoor en wederhoor

Artikel 10

  • 1. Alvorens het verslag aan de raad te zenden bespreekt de commissie het verslag met de kandidaten.

  • 2. Indien in het gesprek, als bedoeld in lid 1, afspraken met kandidaten worden gemaakt, worden deze in het verslag aan de raad vermeld.

Ontbinding commissie

Artikel 11

De commissie wordt geacht te zijn ontbonden met ingang van de dag volgende op die waarop het besluit omtrent de benoeming aan de raad is bekendgemaakt.

Archivering/vernietiging

Artikel 12

De voorzitter en de griffier van de commissie dragen er zorg voor dat:

  • a.

    op het in artikel 11 bedoelde tijdstip alle archiefbescheiden die de commissie zelf heeft opgemaakt onverwijld in verzegelde envelop en gerubriceerd als ‘geheim’ worden overgebracht naar de krachtens de wet door de raad aangewezen archiefbewaarplaats;

  • b.

    van de onder a. bedoelde overbrenging een verklaring van overbrenging als bedoeld in artikel 10, lid 3 van het Archiefbesluit 1995 wordt opgemaakt, waarin melding wordt gemaakt van de met toepassing van artikel 15, lid 1, sub a. en c. van de Archiefwet 1995 gestelde beperkingen aan de openbaarheid, geldende voor een periode van 75 jaar;

  • c.

    originele bescheiden die de commissie van derden heeft ontvangen onmiddellijk worden teruggezonden;

  • d.

    alle overige bescheiden van de commissie en alle kopieën van de in dit artikel bedoelde bescheiden onmiddellijk worden vernietigd.

Slotartikelen

Artikel 13

In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet beslist de commissie.

Artikel 14

Deze verordening treedt in werking de dag nadat zij is bekendgemaakt.

Artikel 15

Deze verordening kan worden aangehaald als: Verordening op de vertrouwenscommissie tot vervulling van de vacature ter benoeming van de burgemeester.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Zutphen,
gehouden op: 31 januari 2005
De voorzitter, de griffier,