Regeling vervallen per 10-07-2015

Beleidsregel evenementen in de openlucht 2012

Geldend van 19-07-2012 t/m 09-07-2015

Intitulé

Beleidsregel evenementen in de openlucht 2012

BELEIDSREGEL EVENEMENTEN IN DE OPEN LUCHT 2012

Artikel 1 Begripsbepaling

In deze beleidsregel wordt verstaan onder

  • a.

    Evenement of gebeurtenis in de open lucht: elke voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak in de open lucht.

  • b.

    Muziek als achtergrondgeluid: achtergrondgeluid dat middels geluidsversterkende apparatuur ten gehore wordt gebracht. Het geluidsniveau is lager of gelijk aan het omgevingslawaai van de stad.

  • c.

    Muziek als inhoud: geluid dat middels geluidsversterkende apparatuur ten gehore wordt gebracht, niet zijnde muziek als achtergrondgeluid. Het geluidsniveau is boven het omgevingslawaai van de stad

  • d.

    geluidsgevoelige objecten: woningen, onderwijsgebouwen, ziekenhuizen, verpleeghuizen en andere gezondheidsgebouwen.

  • e.

    LAeq = equivalent geluidsniveau in dB(A), het energetisch gemiddeld geluidniveau gedurende een bepaalde beoordelingstijd, uitgedrukt in dB(A);

  • f.

    fysieke maatregelen: het plaatsen van afzettingen, bebording etc.

  • g.

    schenkpunt: afgeschermde locatie met één of meerdere tapkranen

  • h.

    vergunning: een vergunning voor het houden van een evenement.

  • i.

    dB(A): geluidsniveau in decibellen, gemeten met een genormeerd (A)filter dat corrigeert voor het menselijk gehoor

  • j.

    dB(C): geluidsniveau in decibellen, gemeten met een genormeerd (C)filter dat speciaal geschikt is voor hoge geluidsniveaus in lage frequenties (bass-tonen)

  • k.

    Referentiepunt: meet- of rekenpunt gebruikt als positie om van daaruit voor extrapolatie het geluidniveau op een beoordelingslocatie te bepalen.

Artikel 2 Toepassingsbereik

Deze beleidsregel geeft een nadere invulling aan artikel 1.3 tot en met 1.8, artikel 2.2.2 en artikel 4.1.6 van de Algemene Plaatselijk Verordening Zwolle.

Artikel 3 Evenementenkalender

  • 1. (Terugkerende) evenementen dienen jaarlijks uiterlijk 1 november bij de gemeente aangemeld te worden.

  • 2. Evenementen kunnen uitsluitend voor het komende kalenderjaar aangemeld of aangevraagd worden.

  • 3. Uiterlijk 1 januari stelt de burgemeester de evenementenkalender voor het komende jaar vast. Daarmee wordt de datum voor de aangemelde en vastgestelde evenementen gereserveerd. Het evenement kan echter pas plaatsvinden verlening van de benodigde vergunningen.

  • 4. Artikel 9, lid 2 van deze beleidsregel is hier onverminderd van toepassing. Indien niet tijdig een ontvankelijke vergunningaanvraag is ingediend, kan de burgemeester besluiten dat de reservering zoals bedoeld in lid 3 van dit artikel, wordt ingetrokken.

  • 5. Voor niet (tijdig) aangemelde evenementen geldt dat vergunningverlening, onder andere voor wat betreft datum en locatie, afhankelijk is van de mogelijkheden die deze beleidsregel en de evenementenkalender bieden op het moment van ontvangst van een ontvankelijke vergunningaanvraag.

Artikel 4 Categorie-indeling

Evenementen worden verdeeld in twee categorieën:

  • a.

    grootschalige evenementen:

    • -

      evenementen voor meer dan 5.000 bezoekers, die pas gehouden kunnen worden na het treffen van fysieke maatregelen en waarbij doorgaans het risico met betrekking tot de openbare orde en veiligheid groot is, en/of:

    • -

      evenementen waarbij op basis van het bepaalde in artikel 8 van deze beleidsregel een maximale geluidsbelasting van 85 dB(A)/95 dB(C) is toegestaan.

  • b.

    overige evenementen:

    • -

      evenementen die geen grootschalige evenementen zijn.

Artikel 5 Locaties

  • 1. Voor het houden van grootschalige evenementen zijn de volgende locaties aangewezen: Grote Markt, Grote Kerkplein, Melkmarkt, Rodetorenplein, manifestatieterrein Park de Wezenlanden en de locatie op of nabij de Wijthmenerplas.

  • 2. Voor het manifestatieterrein Park de Wezenlanden geldt voor het houden van grootschalige evenementen een minimale tussenperiode van twee weken. De handleiding Gebruik Manifestatieveld park de Wezenlanden is hier van toepassing.

  • 3. Voor het houden van overige evenementen zijn naast de locaties als bedoeld in het eerste lid alle straten, parken en singels binnen de stadsgrachten van de binnenstad, alsmede park Eekhout, park de Hogenkamp en de stadsgrachten, en de omgeving van winkelcentra in de wijken aangewezen.

  • 4. Ter ondersteuning van grootschalige evenementen kunnen de locaties zoals genoemd in het derde lid eveneens worden gebruikt. Deze locaties dienen dan een ondergeschikte rol te vervullen binnen het evenement.

  • 5. Naast de in het eerste en derde lid genoemde locaties zijn voor het houden van evenementen tevens aangewezen de locaties op en nabij de Agnietenplas en de Milligerplas. Op deze locaties zijn slechts overige evenementen toegestaan indien deze niet strijdig zijn met de in het gebied voorkomende natuurwaarden.

Artikel 6 Maximum aantal evenementen

  • 1. Voor de locaties als bedoeld in artikel 5, eerste lid (behalve de locatie op of nabij de Wijthmenerplas), geldt dat per locatie maximaal acht grootschalige evenementen per jaar zijn toegestaan. Hierbij geldt voor meerdaagse evenementen dat elke evenementendag telt als één evenement.

  • 2. Voor de locatie op of nabij de Wijthmenerplas geldt dat maximaal acht, waarvan maximaal drie grootschalige, evenementen per locatie per jaar zijn toegestaan. Hierbij geldt voor meerdaagse evenementen dat elke evenementendag telt als één evenement. Evenementen op of nabij de Wijthmenerplas mogen niet plaatsvinden gedurende de zomervakantie voor het voortgezet onderwijs in de regio Noord.

  • 3. Voor de locaties op of nabij de Agnietenplas en Milligerplas geldt dat maximaal acht overige evenementen per jaar zijn toegestaan.

  • 4. De zomerkermis, de Blauwvingerdagen en het IJsbeeldenfestival worden beschouwd als afzonderlijke evenementen die niet meetellen in het maximum aantal evenementen zoals bedoeld in het eerste lid, zolang deze evenementen worden gehouden zonder muziek als inhoud. Op deze evenementen zijn de bepalingen, zoals genoemd in artikel 7 en artikel 8, eerste lid van deze beleidsregel van toepassing. De zomerkermis duurt maximaal tien dagen (exclusief op- en afbouw), de Blauwvingerdagen duren maximaal vier dagen.

Artikel 7 Eindtijden

  • 1. Van zondag tot en met donderdag dient het gebruik van geluidsversterkende apparatuur om 23.00 uur beëindigd te zijn. Uiterlijk 23.30 uur dient het evenement afgelopen te zijn en dienen de schenkpunten gesloten te zijn.

  • 2. Op vrijdag en zaterdag dient het gebruik van geluidsversterkende apparatuur om 0.00 uur beëindigd te zijn. Uiterlijk 0.30 uur dient het evenement afgelopen te zijn en dienen de schenkpunten gesloten te zijn.

  • 3. Tijdens Carnaval, Koninginnenacht, Koninginnedag, Bevrijdingsdag in de binnenstad en het Stratenfestival dient het gebruik van geluidsversterkende apparatuur om 1.00 uur beëindigd te zijn. Uiterlijk 1.30 uur dient het evenement afgelopen te zijn en dienen de schenkpunten gesloten te zijn.

Artikel 8 Geluid

  • 1. Voor alle evenementen geldt voor muziek als achtergrondgeluid een maximale geluidsbelasting van 75 dB(A) / 85dB(C).

  • 2. Voor alle evenementen geldt voor muziek als inhoud een maximale geluidsbelasting van 85dB(A) / 95dB(C).

  • 3. De geluidsbelasting wordt gemeten op de gevels van de dichtstbijzijnde geluidsgevoelige objecten of op de in de vergunning vastgestelde referentiepunten.

  • 4. Een geluidsontwerp kan worden gevraagd als deel uit van de vergunningaanvraag.

Artikel 9 Vergunningaanvraag

  • 1.

    De aanvraag voor een vergunning moet worden gedaan aan de hand van het door de burgemeester vastgesteldeaanvraagformulier.

  • 2.

    Onverminderd de toepasselijkheid van artikel 3, moet een aanvraag voor een vergunning voor een grootschalig evenement ten minste twaalf weken voorafgaand aan het evenement worden ingediend. Een aanvraag voor een vergunning voor een overig evenement moet ten minste acht weken voorafgaand aan het evenement worden ingediend.

Artikel 10 Voorschriften vergunning

  • 1.

    In de vergunning kunnen onder meer nadere voorschriften worden gesteld met betrekking tot:

    • a.

      Het inzetten van beveiliging

    • b.

      Het aantal toegestane schenkpunten

    • c.

      Het aanleveren van een afvalplan voor de locatie en directe omgeving

    • d.

      Het voorkomen van (verkeer-)overlast

    • e.

      Gezondheidsmaatregelen (Toiletplan, watervoorzieningen, etc.)

    • f.

      De fysieke mogelijkheden van het terrein waarop het evenement wordt gehouden.

    • g.

      Het informeren van direct omwonenden van een evenementenlocatie

    • h.

      De situering van podia, geluidsinstallaties en de inrichting van het evenemententerrein in het algemeen.

  • 2.

    Indien tijdens een evenement zwakalcoholhoudende dranken worden geschonken worden in de vergunning tenminste de volgende voorschriften gesteld: tijdens het evenement mogen door de (mede-)organisator(en) van het evenement uitsluitend plastic bekers worden gebruikt.

Artikel 11 Hardheidsclausule

In bijzondere gevallen kan de burgemeester afwijken van de bepalingen van deze beleidsregel. De burgemeester houdt daarbij zoveel mogelijk rekening met de bepalingen van deze beleidsregel evenementen

Artikel 12 Beleidsregel Crowd Management

Voor evenementen die door de burgemeester als zodanig worden aangewezen, gelden, naast de bepalingen die voortvloeien uit de beleidsregel Evenementen in de open lucht, de Beleidsregels Crowd Management, zoals vastgesteld door de burgemeester op 29 maart 2010.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1. Deze beleidsregel treedt 1 dag na bekendmaking in werking.

  • 2. De beleidsregel van 13 februari 2007 wordt hierbij ingetrokken.

Toelichting

Algemene toelichting

In artikel 3:20, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht is geregeld dat een bestuursorgaan bevordert dat een aanvrager van een vergunning in kennis wordt gesteld van andere op aanvraag te nemen besluiten, waarvan het bestuursorgaan redelijkerwijs kan aannemen dat deze nodig zijn voor de door de aanvrager te verrichten activiteit. Dit heeft het karakter van een inspanningsverplichting.

Artikel 3: 20 Awb, eerste lid, geldt natuurlijk ook voor evenementen waarvoor soms naast de evenementenvergunning ook andere vergunningen of toestemmingen nodig zijn. Van bijzonder belang is de Flora- en Faunawet die voor evenementen aan onder andere de Wijthmenerplas van toepassing kan zijn. Artikel 2 van deze wet ziet op de zogenaamde zorgplicht.

De gemeente zal aanvragers kort na indiening van de vergunningaanvraag dan ook wijzen op andere relevante wetgeving, vergunningen of andere vereiste toestemmingen en zal hierbij speciale aandacht geven aan de Flora- en Faunawet.

Toelichting artikel 1

Dit artikel geeft de definities van verscheidene termen.

Toelichting artikel 2

De beleidsregel evenementen 2011 heeft tot doel het creëren van kaders waarbinnen vergunningverlening mogelijk is. Dat geeft duidelijkheid aan organisatoren maar ook aan de inwoners van Zwolle.Deze beleidsregel is van toepassing op evenementen die in de open lucht plaatsvinden. Evenementen die in een gebouw plaatsvinden worden in deze regel niet meegenomen. Deze activiteiten worden gereguleerd door de Wet Milieubeheer, Bouwregelgeving en de APV wanneer sprake is van openbare orde.

Toelichting artikel 3

Jaarlijks moeten de organisatoren van terugkerende evenementen een opgave per brief doen, waarin zij de datum van het evenement het jaar daarop aangeven. Dat geldt natuurlijk ook voor nieuwe evenementen. Doel is om in een vroegtijdig stadium een overzicht van evenementen te kunnen publiceren en ook vroegtijdig te kunnen sturen op de evenementenplanning voor het komende kalenderjaar . De evenementenkalender wordt uiterlijk 1 januari vastgesteld door de burgemeester.

Na vaststelling van de evenementenkalender is de datum voor het betreffende evenement in principe gereserveerd. Wel moeten de aanvragen voor de vergunningen door de aanvragers tijdig gedaan worden (zie artikel 9) en deze aanvragen moeten natuurlijk ook ontvankelijk zijn en nog getoetst worden. Met andere woorden: de plaatsing van een evenement op de evenementenkalender betreft alleen de reservering van dat evenement voor die specifieke datum. Indien niet tijdig een ontvankelijke vergunningaanvraag is ingediend, kan de burgemeester besluiten dat de reservering zoals bedoeld in lid 3 van dit artikel, wordt ingetrokken. De vaststelling van de evenementenkalender houdt niet in dat nieuwe aanvragen om vergunning niet verleend kunnen worden. Van verlening voor deze “nieuwe “aanvragen kan echter pas sprake zijn als de aanvraag toch voldoet aan de bepalingen van deze beleidsregel.

Toelichting artikel 4

De beleidsregel spreekt over twee categorieën evenementen:

  • -

    Grootschalig

  • -

    Overige

Grootschalige evenementen zijn evenementen voor meer dan 5.000 bezoekers, die pas gehouden kunnen worden na het treffen van fysieke maatregelen en waarbij doorgaans het risico van met betrekking tot de openbare orde en veiligheid groot is. Nieuw in deze beleidsregel is dat als grootschalige evenementen ook worden aangeduid die evenementen waarbij op basis van het bepaalde in artikel 8 van deze beleidsregel een maximale geluidsbelasting van 85 dB(A)/95 dB(C) is toegestaan. Dit staat dus los van het bezoekersaantal dan wel de te treffen fysieke maatregelen.

Toelichting artikel 5

Deze beleidsregel is van toepassing op alle buitenlocaties in de gemeente Zwolle. In dit artikel worden de locaties benoemd waar evenementen mogen plaatsvinden. Locaties waar grootschalige evenementen (evenementen voor meer dan 5000 bezoekers of evenementen met een toegestane geluidsbelasting van 85 dB(A)/95 dB(C)) kunnen worden gehouden zijn de Grote Markt, het Grote Kerkplein, de Melkmarkt en het Rodetorenplein in de binnenstad, het manifestatieterrein park de Wezenlanden en in het buitengebied de locatie op en nabij de Wijthmenerplas. Op de locaties Agnietenplas en Milligerplas zijn slechts overige evenementen toegestaan. Deze mogen niet strijdig zijn met de in het gebied voorkomende natuurwaarden. Dit zal per vergunningaanvraag getoetst worden.

Toelichting artikel 6

Deze bepaling geeft aan dat een locatie in de binnenstad maximaal 8 keer per jaar gebruikt mag worden ten behoeve van een grootschalig evenement. Op de locatie op of nabij de Wijthmenerplas zijn per jaar per locatie acht evenementen toegestaan, waarvan maximaal drie grootschalige evenementen. Evenementen zijn niet toegestaan in de zomervakantie van het voortgezet onderwijs in de regio Noord, zoals vastgesteld door de Rijksoverheid.

Voor de locatie op en nabij de Agnietenplas en Milligerrplas geldt dat per jaar maximaal acht overige evenemententen zijn toegestaan.

Toelichting artikel 7

  • Het benoemen van eindtijden geeft duidelijkheid voor bewoners en organisatoren.

  • Voor zondag tot en met donderdag geldt als eindtijd van het evenement 23:30 uur. De geluidsinstallatie moet om 23.00 uur uitgeschakeld zijn, de schenkpunten moeten om 23:30 uur gesloten zijn. Op vrijdag en zaterdag geldt als eindtijd van het evenement 00:30 uur. De geluidsinstallatie moet om 0:00 uur uitgeschakeld zijn, de schenkpunten moeten om 0:30 uur gesloten zijn. Uitzonderingen worden er gemaakt, vanwege de bijzondere aard en het traditionele karakter van die evenementen, voor carnaval, koninginnenacht en –dag, Bevrijdingsdag en het Stratenfestival. Voor de uitzonderingen geldt als eindtijd van het evenement 01:30 uur. De geluidsinstallatie moet om 01:00 uur uitgeschakeld zijn, de schenkpunten moeten om 01:30 uur gesloten zijn.

  • Ten opzichte van het beleid van 2007 betekent dit dat de eindtijden van de evenementen vervroegd worden. De reden hiervoor is gelegen in de wens van de gemeente om, gezien ook het toegenomen aantal evenementen, de (geluids)overlast voor bewoners te verminderen. Verder is het natuurlijk zo dat de cafés geopend zijn tot diep in de nacht, zodat er na afloop van het evenement nog vertier gezocht kan worden in de Zwolse horeca.

Toelichting artikel 8

Bij de evenementen in Zwolle wordt een onderscheid gemaakt tussen evenementen waarbij geluid (muziek) een bepalend aspect is van dat evenement (“muziek als inhoud”) en evenementen waarbij geluid (muziek) ondergeschikt is (“muziek als achtergrondgeluid”). Voor muziek als inhoud geldt dat de maximale geluidsbelasting 85 dB(A) is, voor muziek als achtergrondgeluid is die norm 75 dB(A). De geluidsbelasting wordt gemeten op de gevels van de dichtstbijzijnde geluidsgevoelige objecten (veelal woningen) of op de in de vergunning vastgestelde referentiepunten. Zo kan per evenement worden bepaald wat de beste oplossing is voor de toegestane geluidsbelasting.

De norm van 85 dB(A) voor grootschalige evenementen wordt al een aantal jaren in Zwolle toegepast. Deskundigen geven aan dat dit een redelijke norm is, die een redelijk evenwicht vormt tussen de beleving van de muziek door de bezoekers van het evenement en de beleving van de omwonenden. Dit moet worden gezien in samenhang met maximum stelsel van evenementen, de spreiding van evenementen en het reguleren van de lage tonen. Het lager stellen van de norm bij de muziekevenementen is niet realistisch vanwege het achtergrondniveau van het aanwezige publiek.

Al een ruim een aantal jaren wordt vóór aanvang van het evenement door de geluidsmedewerkers van de gemeente Zwolle voor aanvang van het evenement het geluid “ingeregeld”, dat wil zeggen dat in samenwerking tussen de organisator en de gemeente het niveau van het geluid wordt ingesteld, zodanig dat de gestelde geluidsnormen niet worden overschreden

Nieuw is dat de lage tonen, gemeten in dB(C), ook als norm worden opgenomen. De laatste jaren is namelijk gebleken dat juist deze lage tonen tot veel overlast hebben geleid. Medio 2010 zijn er onderzoeken gedaan naar het gebruik van geluid in openbare ruimtes. Hierbij is nadrukkelijk naar voren gekomen dat het van belang is dat er niet alleen een restrictie komt op dB(A), maar ook voor de lagere muziektonen, die worden uitgedrukt in dB(C).

Bij de hinderbeleving van muziekgeluid blijken de lage frequenties (bastonen of het dreunend geluid) namelijk veelal belangrijker dan in de meetwaarden in dB(A) tot uitdrukking komt. Ook dragen de lage frequenties in de buitenlucht veelal verder en dringen ze gemakkelijker door de gevels van woningen naar binnen. Het dreunende lawaai van de lage tonen is hoorbaar tot op meerdere kilometers afstand van een evenement.

Omdat er nu geen norm is opgenomen voor de lage tonen, voldoet de organisatie in dergelijke gevallen vaak toch aan de gestelde dB(A) norm en kan er in handhavende zin dus niet worden ingegrepen. Het is reëel om de norm voor de lage tonen, uitgedrukt in dB(C), bij muziek als inhoud te stellen op 95 en bij muziek als achtergrondgeluid op 85. Via deze normering wordt er voor gezorgd dat de geluidsoverlast wordt beheerst en verminderd.

Op het gebied van geluid bij openluchtevenementen vinden landelijk en Europees ontwikkelingen plaats. De gemeente Zwolle volgt deze ontwikkelingen nauwlettend. Bijvoorbeeld het convenant Geluidsbescherming dat is gesloten tussen de Nationale Hoorstichting en evenementenbranche. Indien daar aanleiding toe is, zal de nu geldende normering worden aangepast.

Er zijn nieuwe, veelbelovende ontwikkelingen op het gebied van geluid, die inhouden dat het geproduceerde geluid heel specifiek op een bepaalde locatie gericht kan worden, zodat de omgeving hiervan veel minder last ondervindt. De gemeente Zwolle gaat hiermee het komende jaar werken en experimenteren. Daarom is in lid 4 van dit artikel opgenomen dat een geluidsontwerp kan worden gevraagd als deel van de vergunningaanvraag.

Bij het bepalen van maximaal toegestane geluidsbelasting is rekening gehouden met de richtlijnen voor gezondheidsklachten door geluid. Het gemiddeld geluidsniveau (LAeq) wordt berekend over drie geluidsmetingen van minimaal één minuut. De metingen worden uitgevoerd op geluidsgevoelige objecten in de directe omgeving of op de in de vergunning aangegeven referentiepunten.

Toelichting artikel 9

De behandeling van aanvragen om een evenementenvergunning dient zorgvuldig te gebeuren. Daarvoor is tijd nodig. Tijd voor de gemeente om de aanvraag adequaat af te af te handelen, maar ook om aanvragen én verleende vergunningen tijdig te publiceren. Tijdige publicatie is belangrijk om derdebelanghebbenden op een juiste manier te kunnen betrekken in het vergunningverleningproces. Om deze reden moeten aanvragen om grootschalige evenementen ten minste twaalf weken voorafgaand aan het evenement worden gedaan en aanvragen voor overige vergunningen ten minste acht weken voorafgaand aan het evenement. Deze bepaling regelt hoe een aanvraag voor een vergunning moet worden ingediend (middels een aanvraagformulier) en binnen welke termijn de aanvraag moet worden ingediend.Met deze bepaling wordt gebruik gemaakt van de mogelijkheid om ingevolge artikel 1.3, tweede lid, vergunningaanvragen aan te wijzen waarvoor de termijn voor de indiening van een aanvraag wordt verlengd. De reden hiervoor is dat de gebruikelijke voorgeschreven termijn uit de APV (artikel 1.3, eerste lid) van vier weken in sommige gevallen te kort is gebleken voor een juiste beoordeling van een aanvraag. Daarnaast speelt mee dat de termijn van vier weken ook te kort is gebleken om de belanghebbenden tijdig te kunnen informeren.Jaarlijks moeten de organisatoren van terugkerende evenementen een opgave per brief doen, waarin zij de datum van het evenement het jaar daarop reserveren. Zie de toelichting op artikel 3 van deze beleidsregel. De definitieve aanvraag kan op een later tijdstip ingediend worden, te weten twaalf weken voorafgaand aan het evenement als het een grootschalig evenement betreft en acht weken indien het een overig evenement betreft.

Toelichting artikel 10

Deze bepaling geeft aan welke voorschriften aan een vergunning kunnen worden verbonden. Per evenement zal gekeken worden welke fysieke maatregelen op de locatie nodig zijn. De verantwoordelijkheid voor het uitvoeren van deze fysieke maatregelen ligt bij de organisator. De maatregelen zullen als voorschrift in de vergunning opgenomen worden. Verder wordt in dit artikel de mogelijkheid geschapen om voor evenement specifieke inrichtingseisen te stellen. Denk daarbij bijvoorbeeld aan de situering van het podium of de podia, de situering van de geluidsinstallatie en de situering van de toiletunits. Met behulp van deze mogelijkheid kan per evenement de meeste optimale opstelling gekozen worden waarbij wordt aangesloten op de technische mogelijkheden.In het tweede lid zijn voorschriften opgenomen voor het schenken van zwakalcoholhoudende dranken. Vanuit het oogpunt van openbare orde en veiligheid mogen, indien tijdens een evenement zwakalcoholhoudende dranken worden geschonken worden, tijdens het evenement door de (mede-)organisator(en) van het evenement uitsluitend plastic bekers worden gebruikt. Hierbij moet men rekening houden met het feit dat voor het schenken van zwakalcoholhoudende dranken, naast de evenementenvergunning, tevens een ontheffing op grond van artikel 35 van de Drank- en horecawet is vereist.

Toelichting artikel 11

Deze bepaling is opgenomen om speciale gelegenheden met een zeer bijzonder karakter, die eenmalig zijn mogelijk te maken. Voor dergelijke evenementen moet ruimte (qua aantallen, bezoekers, geluidsbelasting en locatiekeuze) blijven in Zwolle.Het gaat hierbij om gebeurtenissen zoals bijvoorbeeld een huldigingfeest van een plaatselijke sportheld of sportclub of het houden van een evenement in Zwolle met grote landelijke bekendheid zoals bijvoorbeeld het optreden van een bekende popartiest in het kader van een inzamelingsactie voor een goed doel.

Toelichting artikel 12

Evenementen die vallen onder het regime van de werkgroep Crowd Management zijn hele grote publieksevenementen die door de burgemeester als zodanig zijn aangewezen. De evenementen die door de burgemeester zijn aangewezen, zijn het Bevrijdingsfestival en het Stratenfestival. Voor deze werkgroep en de aangewezen evenementen is door de burgemeester een specifieke beleidsregel vastgesteld. De bepalingen uit de beleidsregel evenementen in de open lucht zijn ook van toepassing op de evenementen die onder het regime van Crowd Management vallen.

Toelichting artikel 13

Deze bepaling voorziet in de inwerkingtreding van de beleidsregel en de intrekking van de oude beleidsregel. Met andere woorden, deze beleidsregel treedt in de plaats van de beleidsregel die op 2007 is vastgesteld.