Regeling vervallen per 01-01-2018

Uitvoeringsbesluit marktverordening gemeente Zwolle 2015

Geldend van 22-09-2015 t/m 31-12-2017

Intitulé

Uitvoeringsbesluit marktverordening gemeente Zwolle 2015

Uitvoeringsbesluit Marktverordening gemeente Zwolle 2015

Gelet op artikel 160 lid 1 onder h van de Gemeentewet en artikel 4 van de Marktverordening gemeente Zwolle 2015,

Artikel 1 Begripsomschrijving

De in artikel 1 van de Marktverordening gemeente Zwolle 2015 gegeven begripsomschrijvingen zijn van overeenkomstige toepassing op deze nadere regels.

Artikel 2 Dag, tijd en plaats van de markt

  • 1. De markten vinden plaats:

    • a.

      op dinsdag in de Aa-landen op een gedeelte van de parkeerplaats en het trottoir van winkelcentrum De Dobbe, zoals aangegeven op bijbehorende kaart;

    • b.

      op woensdag in Zwolle-zuid op de parkeerplaats aan de Van der Capellenstraat, zoals aangegeven op bijbehorende kaart;

    • c.

      op donderdag in Stadshagen, op de Belvédèrelaan, zoals aangegeven op bijbehorende kaart;

    • d.

      op vrijdag in Zwolle centrum, zoals aangegeven op bijbehorende kaart;

    • e.

      op vrijdag in Westenholte op het Petuniaplein, zoals aangegeven op bijbehorende kaart;

    • f.

      op zaterdag in Zwolle centrum, zoals aangegeven op bijbehorende kaart.

  • 2. De openingstijden van de markten zijn:

    • a.

      in Aa-landen, bij winkelcentrum De Dobbe iedere dinsdag van 12.00 tot 17.00 uur;

    • b.

      in Zwolle-zuid in de Van der Capellenstraat iedere woensdag van 08.30 tot 12.30 uur;

    • c.

      in Stadshagen iedere aan de Belvédèrelaan iedere donderdag van 13.00 tot 20.00 uur;

    • d.

      in Zwolle centrum iedere vrijdag van 08.00 tot 13.00 uur;

    • e.

      in Westenholte op het Petuniaplein iedere vrijdag van 9.00 tot 18.00 uur;

    • f.

      in Zwolle centrum iedere zaterdag van 08.30 tot 17.00 uur.

  • 3. Het college kan op grond van dringende redenen, in afwijking van het eerste lid, bepalen dat de markt tijdelijk zal plaatsvinden:

    • a.

      op een andere dag;

    • b.

      op een andere tijd;

    • c.

      op een andere plaats.

  • 4. Het college is bevoegd te bepalen dat de markt tijdelijk zal plaatsvinden op een andere dag, indien de in het eerste lid bedoelde dag samenvalt met één van de in artikel 2, eerste lid, onder b van de Winkeltijdenwet genoemde dagen of delen daarvan.

  • 5. Het college is bevoegd te bepalen dat geen markt wordt gehouden, indien één van de in het eerste lid bedoelde dagen samenvalt met:

    • a.

      Koningsdag;

    • b.

      Bevrijdingsdag;

  • 6. Het college is voorts bevoegd te bepalen dat geen markt wordt gehouden indien:

    • a.

      zich uitzonderlijke situaties en omstandigheden voordoen die het houden van een markt niet meer mogelijk maken zoals grootschalige evenementen, extreme weersomstandigheden of vrees voor verstoring van de openbare orde;

    • b.

      bij uitvoering van het tweede lid, het verwachte aantal kooplieden minder is dan 70% van het reguliere aantal aanwezige kooplieden.

  • 7. Plaatstoewijzing voor de markten, als bedoeld in het derde lid, geschiedt door het verlenen van een vergunning voor een dagplaats.

Artikel 3 De inrichting van de markten en de branche-indeling

  • 1. Voor de dinsdagmarkt als bedoeld in artikel 2, lid 1 onder a. geldt:

    • a.

      het aantal standplaatsen op deze markt bedraagt maximaal 26;

    • b.

      op deze markt mogen de in bijlage I aangegeven artikelen(groepen) worden verhandeld;

    • c.

      op deze markt kunnen voor elke van de in de bijlage I genoemde artikelen(groepen) niet meer standplaatsen worden toegewezen dan aangegeven in bijlage I onder aantal kooplieden.

  • 2. Voor de woensdagmarkt als bedoeld in artikel 2, lid 1 onder b. geldt:

    • a.

      het aantal standplaatsen op deze markt bedraagt maximaal 43;

    • b.

      op deze markt mogen de in bijlage II aangegeven artikelen(groepen) worden verhandeld;

    • c.

      op deze markt kunnen voor elke van de in de bijlage II genoemde artikelen(groepen) niet meer standplaatsen worden toegewezen dan aangegeven in bijlage II onder aantal kooplieden.

  • 3. Voor de donderdagmarkt als bedoeld in artikel 2, lid 1 onder c geldt:

    • a.

      het aantal standplaatsen op deze markt bedraagt maximaal 35;

    • b.

      op deze markt mogen de in bijlage Ill aangegeven artikelen(groepen) worden verhandeld;

    • c.

      op deze markt kunnen voor elke van de in de bijlage Ill genoemde artikelen(groepen) niet meer standplaatsen worden toegewezen dan aangegeven in bijlage Ill onder aantal kooplieden.

  • 4. Voor de vrijdagmarkt als bedoeld in artikel 2, lid 1 onder d geldt:

    • a.

      het aantal standplaatsen op deze markt bedraagt maximaal 105;

    • b.

      op deze markt mogen de in bijlage V aangegeven artikelen(groepen) worden verhandeld;

    • c.

      op deze markt kunnen voor elke van de in de bijlage V genoemde artikelen(groepen) niet meer standplaatsen worden toegewezen dan aangegeven in bijlage V onder streefaantal

  • 5. Voor de vrijdagmiddagmarkt als bedoeld in artikel 2, lid 1 onder e geldt:

    • a.

      het aantal standplaatsen op deze markt bedraagt maximaal 7;

    • b.

      op deze markt mogen de in bijlage IV aangegeven artikelen(groepen) worden verhandeld;

    • c.

      op deze markt kunnen voor elke van de in de bijlage IV genoemde artikelen(groepen) niet meer standplaatsen worden toegewezen dan aangegeven in bijlage IV onder aantal kooplieden.

  • 6. Voor de zaterdagmarkt als bedoeld in artikel 2, lid 1 onder f geldt:

    • a.

      het aantal standplaatsen op deze markt bedraagt maximaal 75;

    • b.

      op deze markt mogen de in bijlage V aangegeven artikelen(groepen) mogen worden verhandeld;

    • c.

      op deze markt kunnen voor elke van de in de bijlage V genoemde artikelen(groepen) niet meer standplaatsen worden toegewezen dan aangegeven in bijlage V onder streefaantal.

Artikel 4 Inhoud vergunning vaste plaats

De vergunning die wordt verleend voor het innemen van een vaste plaats vermeldt in ieder geval:

  • a.

    naam en voorna(a)m(en), geboortedatum en –plaats, het adres en de woonplaats van de vergunninghouder;

  • b.

    de afmetingen van de toegewezen standplaats;

  • c.

    de verkoopmaterialen die de vergunninghouder bij het innemen van de plaats mag gebruiken;

  • d.

    het soort artikelen dat de vergunninghouder mag verhandelen of de branche waartoe de vergunninghouder behoort;

  • e.

    de datum waarop aan de vergunninghouder voor het eerst vergunning is verleend en zijn daaraan gekoppelde plaats op de anciënniteitlijst.

Artikel 5 Inschrijving op de anciënniteitlijst

Vergunninghouders van vaste standplaatsen worden ingeschreven op een doorlopend genummerde lijst met vermelding van en in volgorde van de datum waarop aan hen voor het eerst een vaste plaats is toegewezen. Bij deze inschrijving wordt tevens vermeld het soort artikelen die de vergunninghouder mag verhandelen of de branche waartoe hij behoort.

Artikel 6 Persoonlijk innemen standplaats

  • 1. De vergunninghouder neemt persoonlijk de standplaats in waarvoor hem vergunning is verleend. Hij mag de standplaats niet aan een ander afstaan of in gebruik geven als hem daarvoor geen vergunning of ontheffing is verleend door het college.

  • 2. De vergunninghouder mag zich op de standplaats doen bijstaan door één of meer andere personen.

Artikel 7 Legitimatie en identiteit

Degene die een standplaats op de markt inneemt of wenst in te nemen, dient op eerste aanvraag van de marktmeester aan te tonen dat hij daartoe gerechtigd is.

Artikel 8 Overschrijving vaste plaats

  • 1. In geval van overlijden dan wel blijvende arbeidsongeschiktheid van de vergunninghouder kan de vergunning voor het innemen van een vaste plaats worden overgeschreven op de echtgenoot, de geregistreerde partner of de levenspartner van de vergunninghouder.

  • 2. Van een vergunninghouder die zich heeft laten vervangen kan de vaste plaats niet worden overgeschreven op de vervanger.

  • 3. Indien de vaste plaats niet kan worden overgeschreven op grond van het eerste lid, dan kan een vaste plaats worden overgeschreven op

    • a.

      één kind van de vergunninghouder dat, direct daaraan voorafgaand, gedurende een aaneengesloten periode van 4 jaar de vergunninghouder heeft bijgestaan;

    • b.

      een broer, zuster of medewerk(st)er van de vergunninghouder die, direct daaraan voorafgaand, gedurende een aaneengesloten periode van 4 jaar de vergunninghouder heeft bijgestaan.

  • 4. Een aanvraag tot overschrijving wordt ingediend binnen 12 weken na het overlijden van de vergunninghouder, of nadat de blijvende arbeidsongeschiktheid is vastgesteld.

Artikel 9 Aantal keren innemen standplaats door een vergunninghouder van een vaste plaats

  • 1. De vergunninghouder van een vaste plaats dient er voor te zorgen dat deze plaats tenminste 11 keer per kwartaal wordt ingenomen.

  • 2. In geval van ziekte, vakantie of bijzondere omstandigheden kan het college op aanvraag van de vergunninghouder tijdelijk ontheffing verlenen van de verplichting als bedoeld in het eerste lid.

Artikel 10 Vervanging van de vergunninghouder van een vaste plaats wegens ziekte, bijzondere omstandigheden of vakantie

  • 1. De vergunninghouder van een vaste plaats die plotseling is verhinderd zijn vaste plaats in te nemen wegens ziekte of bijzondere omstandigheden deelt dit voorafgaand aan de betreffende marktdag mondeling mee aan de marktmeester. De vergunninghouder bevestigt deze mededeling schriftelijk aan het college.

  • 2. Indien een vergunninghouder langer dan twee weken zijn vaste plaats niet kan innemen wegens ziekte of bijzondere omstandigheden, dient hij een aanvraag tot ontheffing in. Bij de aanvraag dient hij aan te geven of, en zo ja, hoe zijn vervanging zal worden geregeld.

  • 3. Het college verleent de ontheffing als bedoeld in het artikel 9, tweede lid, voor een termijn van maximaal dertien weken.

  • 4. De ontheffing kan op aanvraag worden verlengd met telkens een termijn van maximaal 13 weken, tot een totale termijn van maximaal 2 jaar.

  • 5. Bij vakantie meldt de vergunninghouder vooraf hoe lang zijn afwezigheid duurt. Het is geoorloofd om in verband met vakantie afwezig te zijn voor een periode van maximaal 4 aaneengesloten weken per kalenderjaar.

  • 6. Aan een vergunninghouder kan tevens vervanging voor 1 marktdag worden toegestaan na mondelinge toestemming van de marktmeester, gevolgd door een schriftelijke bevestiging van het college. Dit is maximaal 4 marktdagen per jaar mogelijk.

Artikel 11 Standwerkersplaats

  • 1. Per markt wordt het navolgend aantal standwerkersplaatsen vastgesteld waarvoor aan standwerkers die voldoen aan de vereisten van artikel 6, tweede lid van de Marktverordening gemeente Zwolle 2015 een kan worden verleend:

    • a.

      voor de vrijdagmarkt als bedoeld in artikel 2, lid 1 onder d: 2 standwerkersplaatsen;

    • b.

      voor de zaterdagmarkt als bedoeld in artikel 2, lid 1 onder f: 2 standwerkersplaatsen.

  • 2. De verlening van een vergunning voor een standwerkersplaats geschiedt bij loting door of namens het college op vrijdag om 8.30 uur en op zaterdag om 9.00 uur. Aanmelding dient een half uur voor de loting te geschieden bij de marktmeester.

  • 3. Een vergunning voor een standwerkersplaats geldt voor de in de vergunning vermelde dag en plaats en voor de in de vergunning omschreven artikelen.

  • 4. Een vergunning voor een standwerkersplaats kan niet worden overgedragen. De vergunninghouder kan zich niet laten vervangen.

Artikel 12 Dagplaats centrummarkten

  • 1.

    Een vergunning voor een dagplaats kan worden verleend op standplaatsen op de markten zoals bedoeld in artikel 2, lid 1 d en f die niet zullen worden ingenomen door de vergunninghouder van een vaste plaats vanwege een omstandigheid als bedoeld in artikel 9, lid 2 tenzij voorzien is in een vervanger.

  • 2.

    De verlening van een vergunning voor een dagplaats geschiedt bij loting door of namens het college uitsluitend op vrijdag (centrummarkt) om 8.00 uur en op zaterdag om 8.30 uur aan personen die voldoen aan artikel 6, tweede lid van de Marktverordening gemeente Zwolle 2015. Aanmelding dient een half uur voor de loting te geschieden bij de marktmeester.

  • 3.

    Per artikelgroep wordt maximaal één dagplaats toegewezen. Indien op een markt een branche-indeling geldt, wordt voor de artikelen waarop deze branche-indeling van toepassing is slechts eenmaal per vier weken een dagplaats toegewezen.

  • 4.

    Ter bevordering van productdifferentiatie en een divers marktaanzicht, is het niet toegestaan om een dagplaats in te nemen met een product dat verhandeld wordt op één van de aangrenzende standplaatsen.

  • 5.

    Een vergunning voor een dagplaats geldt voor de in de vergunning vermelde dag en plaats en voor de in de vergunning omschreven artikelen.

  • 6.

    Een vergunning voor een dagplaats kan niet worden overgedragen. De vergunninghouder kan zich niet laten vervangen.

.

Artikel 13 Het tijdstip van het innemen van de standplaats en de aan- en afvoer van goederen

  • 1. Het is vergunninghouders verboden om op het marktterrein meer dan 3 uur voor aanvang en meer dan 2 uur na afloop van de markt met een voertuig, goederen of anderszins ruimte in te nemen dan wel goederen aan of af te voeren.

  • 2. De vergunninghouder is verplicht zijn standplaats tot de sluitingstijd van de markt in te nemen. Het college kan van deze verplichting ontheffing verlenen.

  • 3. Indien de vergunninghouder van een vaste plaats niet uiterlijk een half uur voor de openingstijd van de betreffende markt, als bedoeld in artikel 2 lid 2, de standplaats heeft ingenomen, wordt de betreffende plaats voor die dag als dagplaats aangemerkt.

  • 4. Vergunninghouders van een dagplaats moeten hun standplaats uiterlijk een half uur na openingstijd van de markt hebben ingenomen.

  • 5. Vergunninghouders van een standwerkersplaats moeten hun standplaats uiterlijk een uur na openingstijd van de markt hebben ingenomen.

  • 6. Het bepaalde in het derde lid, is niet van toepassing indien de vergunninghouder de marktmeester voor dit tijdstip, onder opgave van dwingende redenen die hem beletten tijdig aanwezig te zijn, heeft verzocht de plaats vrij te houden, zulks ter beoordeling van de marktmeester.

  • 7. Voertuigen van vergunninghouders van vaste plaatsen en dagplaatsen moeten een half uur na de openingstijd als bedoeld in artikel 2, lid 2 van het marktterrein zijn verwijderd en mogen niet eerder dan na de sluitingstijd als bedoeld in artikel 2, lid 2 het marktterrein oprijden.

  • 8. Voertuigen van vergunninghouders van standwerkersplaatsen moeten een uur na de openingstijd als bedoeld in artikel 2, lid 2 van het marktterrein zijn verwijderd en mogen niet eerder dan na de sluitingstijd als bedoeld in artikel 2, lid 2 het marktterrein oprijden.

  • 9. Van het bepaalde in het zevende en achtste lid kan, in verband met logistieke redenen, ontheffing worden verleend door het college.

Artikel 14 Parkeren voertuigen op de markt

  • 1. Het is vergunninghouders verboden voertuigen op de markt te parkeren tenzij het voertuigen betreft van kooplieden die volledig aan het zicht zijn onttrokken.

  • 2. Het college kan, gelet op de aard van de verkochte producten, ontheffing verlenen van het verbod zoals bedoeld in het eerste lid.

  • 3. Het verbod in het eerste lid geldt niet voor de markten als bedoeld in artikel 2, lid 1, onder a, b c en e waar dit markttechnisch mogelijk is, zulks ter beoordeling van het college.

  • 4. Indien het voertuig onderdeel vormt van de verkoopruimte wordt het voertuig per m2 ingemeten als standplaats

Artikel 15 Volgorde toewijzing standplaatsen wijkmarkten

  • 1. De volgorde van toewijzing van standplaatsen op de markten zoals bedoeld in artikel 2, lid 1 d en f geschiedt op de volgende wijze:

  • a. Indien een of meerdere vaste plaatsen vrijkomen worden eerst de vergunninghouders van een vaste plaats (door middel van een “nieuwsbrief”) in de gelegenheid gesteld om op deze vacante plaats(en) te reageren. Bij meerdere reacties op eenzelfde plaats wordt in volgorde van de aanwezigheid gedurende de afgelopen twee jaren zoals bedoeld in artikel 9 en de plaats op de anciënniteitslijst de vrijgekomen vaste plaats toegekend; Hierbij geldt dat plaatsverbetering voor plaatsuitbreiding gaat.

  • b. indien een vrijgekomen vaste plaats niet wordt ingenomen door een andere vergunninghouder van een vaste plaats, maakt het college door middel van een openbare publicatie bekend, voor welke branche(s) of artikelgroepen vergunning voor één of meerdere vaste plaatsen kan worden verleend en dat gegadigden voor een vergunning voor de daarbij genoemde datum daarvoor een aanvraag kunnen doen;

  • c. indien per vrijgekomen plaats meerdere aanvragen worden ontvangen, geldt dat de gegadigde die artikelen wil verkopen die nog niet op de betreffende markt vertegenwoordigd zijn voorrang krijgt. Bij twee of meer gegadigden geschiedt vergunningverlening vervolgens bij loting door of namens het college.

Artikel 16 Volgorde toewijzing standplaatsen centrummarkten

  • 1. De volgorde van toewijzing van standplaatsen op de markten zoals bedoeld in artikel 2, lid 1 d en f geschiedt op de volgende wijze:

    • a.

      Indien een of meerdere vaste plaatsen vrijkomen worden eerst de vergunninghouders van een vaste plaats (door middel van een “nieuwsbrief”) in de gelegenheid gesteld om op deze vacante plaats(en) te reageren. Bij meerdere reacties op eenzelfde plaats wordt in volgorde van de aanwezigheid gedurende de afgelopen twee jaren zoals bedoeld in artikel 9 en de plaats op de anciënniteitslijst de vrijgekomen vaste plaats toegekend. Hierbij geldt dat plaatsverbetering voor plaatsuitbreiding gaat.

    • b.

      indien een vrijgekomen vaste plaats niet wordt ingenomen door een andere vergunninghouder van een vaste plaats, maakt het college door middel van een publicatie in “de koopman” en/of op de gemeentelijke website bekend, voor welke branche(s) of artikelgroepen vergunning voor één of meerdere vaste plaatsen kan worden verleend en dat gegadigden voor een vergunning voor de daarbij genoemde datum daarvoor een aanvraag kunnen doen;

    • c.

      Bij de beoordeling van de aanvragen kent het college punten toe aan de hand van de volgende aspecten en tot het daarbij vermelde maximum aantal van 90 punten:

      • -

        Of het assortiment van de gegadigde een gewenste toevoeging aan het marktassortiment vormt; (20)

      • -

        De algemene uitstraling van uitstalling en het gebruikte verkoopmateriaal; (35)

      • -

        Het marktverleden van de gegadigde en de indruk die hij maakt (35)

  • 2. Indien twee of meer gegadigden elk 60 punten of meer behalen, geschiedt verlening van de vergunning bij loting door of namens het college;

  • 3. Indien geen van de gegadigden meer dan 50 punten behalen kan het college besluiten om de vaste plaats voor bepaalde tijd vacant te laten.

  • 4. Het college stelt een commissie in die advies uitbrengt over het bepaalde in dit artikel en stelt daartoe een reglement vast.

Artikel 17 Algemene veiligheidsnormen

In het kader van brandpreventie gelden voor alle standplaatsen de volgende regels:

  • a.

    elektrische gloeilampen dienen zo te worden gemonteerd dat zij niet in aanraking kunnen komen met gemakkelijk brandbare stoffen;

  • b.

    losse kabels moeten zich op een hoogte van tenminste 2,5 meter boven de grond bevinden of kabels, die in de looppaden op de grond liggen, moeten afgedekt worden met afdekmatten, zulks ter goedkeuring van de marktmeester;

  • c.

    bij elke standplaats waar gebakken of gebraden wordt moet een doelmatig blusapparaat (bijvoorbeeld een koolzuursneeuwblusser met een vulling van tenminste 4 kg. of een poederblusser met een vulling van tenminste 6 kg.), alsmede een deksel voor afsluiting van de pan(nen) aanwezig zijn;

  • d.

    een gaskomfoor of een elektrisch komfoor moet zijn opgesteld op een plaats van onbrandbaar materiaal, dat de warmte slecht geleidt;

  • e.

    een gaskomfoor moet door middel van een speciaal daarvoor geconstrueerde rubberslang met metalen klemmen of koppelingen aan de gasfles(sen) zijn verbonden;

  • f.

    lege of niet in gebruik zijnde gasflessen moeten buiten een kraam of wagen zijn opgesteld. In gebruik zijnde flessen moeten op een goed geventileerde plaats zijn opgesteld;

  • g.

    emballage en verpakkingsmateriaal mag niet in of nabij open vuur aanwezig zijn;

  • h.

    ballons, met brandbaar gas gevuld, mogen niet aanwezig zijn;

  • i.

    het gebruik van LPG anders dan brandstof voor motorvoertuigen is niet toegestaan.

  • j.

    Het is niet toegestaan dat gasflessen in het zicht van het publiek worden geplaatst

Artikel 18 Gebruik van elektra

Het is de vergunninghouder niet toegestaan zonder toestemming van de marktmeester voor de verlichting van een standplaats gebruik te maken van andere dan elektrische verlichting alsmede elektrische stroom van een ander te betrekken dan degene die door het college voor het leveren van elektriciteit is aangewezen, dan wel hierin zelf te voorzien.

Artikel 19 Schoon opleveren van de standplaats

Met betrekking tot het schoon opleveren van de standplaats gelden de volgende regels:

  • 1.

    de ondergrond en omgeving van de standplaats dienen schoon te worden opgeleverd, zulks ter goedkeuring van de marktmeester;

  • 2.

    alle afval van de vergunninghouder dient door hem zelf ingezameld en afgevoerd te worden van het marktterrein.

  • 3.

    een vergunninghouder die opdracht krijgt om aan de voorzijde van zijn kraam of verkoopgelegenheid afvalbakken te plaatsen, dient hieraan te voldoen, zulks ter goedkeuring van de marktmeester;

  • 4.

    een vergunninghouder die handel drijft in artikelen van een branche waaruit mogelijkerwijs zou kunnen voortvloeien dat de ondergrond en omgeving van zijn standplaats vervuild raken, dient maatregelen te treffen om dit te voorkomen. De te treffen maatregelen dienen ter goedkeuring van de marktmeester, en zonodig op zijn aanwijzingen, te geschieden.

Artikel 20 Gebruik van geluidsapparatuur

  • 1. Het gebruik van geluidsapparatuur is alleen toegestaan indien hiervoor in de vergunning voor het innemen van een standplaats een voorschrift is opgenomen

  • 2. Standplaatshouders of bezoekers van de markt mogen van het gebruik van de geluidsapparatuur geen enkele hinder ondervinden, zulks ter beoordeling van de marktmeester.

Artikel 21 Uitstallingen

  • 1. Uitstallingen zijn alleen toegestaan indien hiervoor in de vergunning voor het innemen van een standplaats een voorschrift is opgenomen.

  • 2. Toestemming voor uitstallingen kan alleen worden verleend indien er sprake is van een vrije doorgang voor het publiek van 3 meter. Deze uitstallingen mogen geplaatst worden tot tafelhoogte.

  • 3. Op de aanrijroute voor hulpverleningsdiensten kan alleen toestemming worden verleend voor uitstallingen indien er sprake is van een vrije doorgang van 4 meter breed en 4,5 meter hoog.

  • 4. Uitstallingen waarvoor geen toestemming is verleend, moeten onmiddellijk worden verwijderd.

  • 5. In verband met het zicht op naastgelegen kramen mogen reclame-uitingen en producten die aan de luifel van de kraam hangen zich niet bevinden niet binnen een afstand van 2 meter tot de naastgelegen kraam.

    Artikel 22 Koken/bakken/verwarmen

    Het gebruik van kook- en bakinstallaties en van verwarmingsapparatuur is alleen toegestaan indien hiervoor in de vergunning voor het innemen van een standplaats een voorschrift is opgenomen.

    Artikel 23 Inwerkingtreding

    Deze nadere regels treden in werking op de dag dat de Marktverordening gemeente Zwolle 2015 in werking is getreden.

    Artikel 24 Citeertitel

    Deze nadere regels worden aangehaald als Uitvoeringsbesluit Marktverordening gemeente Zwolle 2015.

Bijlage A: Marktterrein Aa-landen

Bijlage C: Marktterrein Stadshagen

Bijlage D: Marktterrein centrummarkt vrijdag

Bijlage E: Marktterrein Westenholte

Bijlage F: Marktterrein centrummarkt zaterdag

Bijlage B: Marktterrein Zwolle - Zuid

Branchelijst Zwolle - Zuid

Branchelijst Aa-landen

Branchelijst Stadshagen

Branchelijst centrummarkten