Regeling vervallen per 01-01-2013

Beleidsregel subsidiëring instellingen op het terrein van evenementen Berkelland 2010

Geldend van 16-03-2010 t/m 31-12-2012 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2010

Intitulé

Beleidsregel subsidiëring instellingen op het terrein van evenementen Berkelland 2010

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Berkelland, besluit ter uitvoering van de Algemene Subsidieverordening Berkelland 2006 (ASV), evenals op grond van artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht vast te stellen de:

Beleidsregel subsidiëring instellingen op het terrein van evenementen Berkelland 2010

Artikel 1

Deze beleidsregel verstaat onder:

  • a.

    evenement: een belangrijke of opmerkelijke gebeurtenis gericht op vermaak voor een algemeen publiek op het gebied van kunst, cultuur, erfgoed of maatschappelijke thema’s in Berkelland. Een evenement is een toeristische trekker voor de gemeente en van belang voor heel Berkelland.

  • b.

    directe subsidievaststelling: het vaststellen van de subsidie vóór de aanvang van het subsidietijdvak zonder voorafgaande verleningsbeschikking;

  • c.

    subsidieverstrekking: de verzamelterm voor het toekennen van subsidie in de vorm van subsidieverlening of van subsidievaststelling;

  • d.

    activiteitenplan: een overzicht dat de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd, aangeeft met omschrijving van de daarmee nagestreefde doelstellingen en de beoogde effecten en de relatie met het gemeentelijk beleid;

  • e.

    reserve: het eigen vermogen van de aanvrager, niet zijnde een voorziening;

Artikel 2

Voor een subsidie komen in aanmerking instellingen die zich bezighouden met het organiseren van evenementen. De instellingen zijn niet-commercieel, niet uit op winstbejag.

Artikel 3

Een subsidie voor hetzelfde evenement wordt in principe niet meer dan drie jaar achtereen verleend.

Artikel 4

Voor de berekening van de subsidie gelden de volgende grondslagen:

  • 1.

    Een subsidie als bedoeld bij deze beleidsregel bedraagt niet meer dan 25% van de totale exploitatie van het evenement blijkende uit de bij de aanvraag gevoegde begroting van inkomsten en uitgaven;

  • 2.

    Aanwezigheid van een naar het oordeel van burgemeester en wethouder acceptabele kosten/baten verhouding is van doorslaggevende betekenis bij de beoordeling van een subsidieaanvraag; kortom - is de activiteit wat betreft de uitkomsten het benodigde subsidiebedrag waard.

  • 3.

    De aanvrager moet aannemelijk maken dat de aanvraag voldoet aan de gestelde criteria.

  • 4.

    Waar gezien de aard van de activiteiten er mogelijkheden zijn, moet gebruik worden gemaakt van voorliggende voorzieningen (sponsoring, fondsen en/of andere subsidiemogelijkheden). De aanvrager moet dan daarop gerichte inspanning aantonen.

  • 5.

    Per jaarlijks terugkerend evenement is een maximum bedrag beschikbaar van € 5000,00.

  • 6.

    Voor evenementen die in regionaal verband worden georganiseerd, van bijzondere betekenis zijn voor de gemeente Berkelland, is een bedrag beschikbaar van maximaal van € 15.000,00.

  • 7.

    Het college toetst tenminste op de mate waarin een evenement bijdraagt aan:

    • a.

      de versterking van de identiteit van Berkelland of de toeristische aantrekkingskracht van Berkelland.

    • b.

      een positieve regionale uitstraling;

    • c.

      vernieuwing van het aanbod

    • d.

      de bevordering van de onderlinge samenwerking;

  • 8.

    In alle gevallen waarin de beleidsregels niet voorzien of onduidelijk zijn, beslist het college. In bijzondere gevallen kan het college gemotiveerd van de algemene beleidsregels afwijken.

Artikel 5

Het subsidieplafond voor de in artikel 4 genoemde evenementen wordt jaarlijks vastgesteld.

Indien het subsidieplafond over enig jaar wordt overschreden, zal de toe te kennen subsidie naar evenredigheid worden toegekend.

Artikel 6

Bij een eerste aanvraag om subsidie dient de aanvrager de volgende stukken te overleggen:

a.een exemplaar van de oprichtings- of stichtingsakte, de statuten en/of een exemplaar van het huishoudelijke reglement;

b.een opgave van de bestuurssamenstelling.

Artikel 7

  • 1.

    Instellingen en organisaties die in aanmerking willen komen voor een subsidie als bedoeld bij deze beleidsregel, moeten vóór 1 januari van het jaar waarvoor het subsidie is bestemd een aanvraag indienen bij het college van burgemeester en wethouders. Voor het jaar 2010 geldt dat aanvragen vóór 1 mei 2010 ingediend moeten worden.

  • 2.

    Bij de subsidieaanvraag moet een begroting met activiteitenplan worden gevoegd waarin alle kosten/uitgaven gespecificeerd vermeld zijn, die direct verband houden met de activiteit waarvoor de subsidie wordt aangevraagd. Aan de hand van deze begroting wordt het subsidiebedrag berekend.

  • 3.

    Bij de aanvraag moet een balans worden gevoegd waaruit de vermogenspositie van de aanvrager kan worden bepaald.

  • 4.

    Bij de subsidieberekening blijven de volgende kostencategorieën buiten beschouwing:

  • -

    onvoorzien;

  • -

    verblijfskosten;

  • -

    kinderopvang;

  • -

    reiskosten (uitgezonderd deskundigheidsvordering voor vrijwilligers);

  • -

    bloemen/aankleding;

  • -

    prijzen voor loterij/presentjes;

  • -

    uitgaven waar directe inkomsten aan verbonden zijn (bijvoorbeeld

programmaboekjes die worden verkocht);

-catering/maaltijden voor deelnemers en gasten.

Artikel 8

Een instelling of organisatie komt niet in aanmerking voor een subsidie als bedoeld bij deze beleidsregel als het reserve (de reserves) van de instelling in het jaar voorafgaande aan het jaar waarvoor het subsidie is bedoeld hoger is / zijn dan 25% van de totale exploitatie van het evenement waarvoor het subsidie is aangevraagd.

Artikel 9

Het college stelt de subsidie vast zonder voorafgaande beschikking tot verlening van de subsidie.

Artikel 10

Instellingen die op basis van deze beleidsregel in 2010 recht hebben op een subsidie waarvan de hoogte van het subsidiebedrag lager is dan de subsidie die in 2009 is toegekend, worden voor de jaren 2011, 2012 en 2013 in een afbouwende reeks gecompenseerd. De compensatie bestaat uit respectievelijk 75%, 50% en 25% van het verschil.

Artikel 12

Deze beleidsregel treedt in werking op 16 maart 2010 en werkt terug tot en met 1 januari 2010.

Artikel 13

  • 1.

    Deze beleidsregel kan aangehaald worden als “Beleidsregel subsidiëring instellingen op het terrein van evenementen Berkelland 2010”.

  • 2.

    De Beleidsregel subsidiëring voor (incidentele) activiteiten in Berkelland, vastgesteld op 19 december 2006, wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2010.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Berkelland d.d. 16 maart 2010.

De secretaris, De burgemeester,

Drs. A.G. Dekker. Mr. H.L.M. Bloemen.

Toelichting

Het college heeft zich een beeld gevormd van het doel van evenementen en hoe die te waarderen. Bij alles geldt het uitgangspunt ‘De burger voorop’. De gemeente ontwikkelt zelf geen evenementen, maar wil wel de waardering voor de organisatoren duidelijk laten blijken. Evenementen kunnen bijdragen aan de identiteit van de gemeente. Het college wil die evenementen die bijdragen aan de identiteit van Berkelland stimuleren. Dit zijn evenementen die het “gezicht van Berkelland” mede bepalen, die het “verhaal van Berkelland” vertellen en daardoor op een positieve manier bijdragen aan het imago van de gemeente. Daarnaast wil het college de samenwerking tussen instellingen stimuleren om zodoende nieuwe evenementen in Berkelland te laten plaatsvinden.

Daarom wil het college duidelijkheid scheppen over de mogelijkheid tot subsidieverlening en ondersteuning voor evenementen en openbare activiteiten. Daarom heeft het college een tweetal nieuwe beleidsregels gemaakt. Eén beleidsregel voor activiteiten van instellingen die door programmering en organisatie bijdragen aan de gemeenschapszin van de totale bevolking van een kern of buurtschap. En één voor evenementen die toeristische trekker zijn voor de gemeente en van belang voor heel Berkelland. De gemeente Berkelland heeft het uitvoerend evenementenbeleid vastgesteld. Hierin zijn de regels over vergunningen en openbare orde en veiligheid vastgelegd.

Bij kleinschalige activiteiten staat het sociale, vaak lokaal belang voorop. De kleinschalige festiviteiten zijn gericht op de gemeenschapszin in een buurtschap of kern. Deze zijn niet bij uitstek een toeristische trekker voor de gemeente. Dit geldt met name voor de volgende kleinschalige activiteiten: bijvoorbeeld volksfeesten, Oranjefeesten, 4- en 5 mei-vieringen, herdenkingsdagen, optochten zoals carnaval, taptoe. Organisaties met een commerciële doelstelling en straat- en buurtfeesten en braderieën komen niet in aanmerking voor subsidie.

Onder evenement wordt in deze beleidsregel verstaan: een belangrijke of opmerkelijke gebeurtenis gericht op vermaak voor een algemeen publiek op het gebied van kunst, cultuur, erfgoed of maatschappelijke thema’s in Berkelland. Een evenement is een toeristische trekker voor de gemeente en van belang voor heel Berkelland. Te denken valt aan de Jammarkt Neede, bloemencorso’s, kasteeltuinconcert Ruurlo, Barticamp, Achterhoek Spektakel Toer. De gemeente stimuleert dat er nieuwe evenementen plaats kunnen vinden in Berkelland. Daarom komen dezelfde evenementen in principe maximaal drie jaar in aanmerking voor een subsidie. Dit geldt niet voor de bloemencorso in Rekken en Beltrum en de jammarkt te Neede. Als deze evenementen elke drie jaar voldoende vernieuwende elementen bevatten, dan blijven ze in aanmerking komen voor een evenementensubsidie voor de volgende periode van drie jaar. Het college toetst op de mate waarin evenementen bijdragen aan (het):

  • ·

    inhoudelijk de identiteit van Berkelland of de toeristische aantrekkingskracht van Berkelland versterken. Bijvoorbeeld door een aspect dat specifiek is voor Berkelland te verbeelden. Dit kan een historisch, cultureel of een geografisch gegeven zijn. Hiermee wordt het verhaal van Berkelland verteld.

  • ·

    een positieve regionale uitstraling;

  • ·

    vernieuwend zijn, bijvoorbeeld omdat ze ten opzichte van bestaande evenementen in Berkelland nieuw zijn;

  • ·

    aan de bevordering van de onderlinge samenwerking, bijvoorbeeld samenwerking tussen verschillende kernen en verschillende disciplines;

Het ontbreken van een vorm van samenwerking bij de organisatie van een evenement hoeft geen beletsel te zijn voor het verkrijgen van subsidie. Echter, indien gekozen moet worden welk evenement te subsidiëren, zal dàt evenement, waarbij er wél sprake is van samenwerking tussen partijen, voorrang krijgen bij de subsidiëring.

Evenementen ontvangen een subsidie van maximaal € 5.000,00 op basis van de exploitatiebegroting, indien zij bijdragen aan de beleidsdoelstellingen en voldoen aan de randvoorwaarden. Een evenement dat van regionaal belang is (door zijn uitstraling en omvang), kan maximaal € 15.000,00 subsidie ontvangen. Na drie jaar komt hetzelfde, terugkerend evenement in aanmerking voor een waarderingssubsidie. (€ 450,00).