Besluit van de werkgeverscommissie van de gemeente Gennep houdende vaststelling van regels rond de werkkostenregeling [Werkkostenregeling griffie]

Geldend van 16-01-2018 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-10-2017

Intitulé

Besluit van de werkgeverscommissie van de gemeente Gennep houdende vaststelling van regels rond de werkkostenregeling [Werkkostenregeling griffie]

De werkgeverscommissie van de gemeente Gennep;

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van <datum>;

Gelet op:

a. artikel 107 e.v. van de Gemeentewet;

b. de Verordening werkgeverscommissie raadsgriffie 2017 van 18 april 2017 (Gemeenteblad 2017, nr 66902);

c. het Delegatiebesluit werkgeverschap raad van 18 april 2017 (Gemeenteblad 2017, nr 73423);

d. artikel 3.1 van de Rechtspositieregeling griffie, vastgesteld op <datum>

besluit vast te stellen de Werkkostenregeling griffie

1. BEGRIPSBEPALINGEN

Artikel 1. Begripsbepalingen

  • a.

    medewerker: de ambtenaar in de zin van de CAR-UWO; de werknemer waarmee een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht is afgesloten als bedoeld in artikel 2:5:1 van de CAR-UWO.

  • b.

    werkgever: de gemeente Gennep.

  • c.

    reiskosten woon-werk: de reiskosten die een medewerker, die een afstand woon-werk moet overbruggen, fiscaal gezien als onbelaste vergoeding mag ontvangen.

  • d.

    vergoeding woon-werk: de bruto vergoeding voor woon-werk die door de gemeente Gennep ter beschikking wordt gesteld en ingezet kan worden voor de uitruil van netto reiskosten woon-werk.

  • e.

    bronnen voor uitruil: bruto inkomensbestanddelen die de werknemer kan inzetten als uitruil voor de netto reiskosten woon-werk.

  • f.

    individueel keuzebudget werkkosten: jaarlijks vastgesteld netto budget dat de medewerker rechtstreeks kan gebruiken voor netto bestedingen die behoren tot het arbeidskostenforfait.

2. KEUZEMODEL UITRUIL WOON-WERK VERKEER

Artikel 2 Recht op uitruil

  • 1.

    Iedere medewerker heeft recht op de keuzemogelijkheden voor uitruil van netto kilometervergoeding zoals die in het kader van deze regeling worden aangeboden.

  • 2.

    Deelname van de medewerker geschiedt op basis van vrijwilligheid.

  • 3.

    Aanvragen moeten uiterlijk 1 april en/of 1 november van het betreffende kalenderjaar zijn ingediend middels het daarvoor vastgestelde formulier.

  • 4.

    Het recht op uitruil wordt jaarlijks berekend. Indien een medewerker niet een volledig jaar heeft gewerkt, gelden de uitruilmogelijkheden naar rato van het dienstverband

Artikel 3 Bronnen voor uitruil

  • 1.

    De medewerker geeft op het aanvraagformulier aan welke bronnen hij/zij wil inzetten voor de uitruil van zijn/haar reiskosten voor woon-werk verkeer.

  • 2.

    De medewerker heeft daarbij de keuze uit de volgende bronnen:

    a. Een persoonsgebonden budget van 90,00 per jaar.

    b. Een bruto budget ter compensatie van reiskosten woon-werk.

    De uiteindelijke vergoeding is afhankelijk van het aantal kilometers woon-werk (ANWB Routeplanner) en het aantal dagen dat een medewerker per week werkzaam is in Gennep. De vergoeding per woon-werk afstandper maand is:

Woonwerkafstand

Vergoeding bij een 5 daagse werkweek

tot 5 kilometer

19,--

5 tot 10 kilometer

59,--

10 tot 20 kilometer

96,--

20 en hoger

130,--

c. Uitruil van (een deel van) de uitkering als bedoeld in 3:18A van de CAR/UWO (eindejaarsuitkering).

d. Uitruil van (een deel van) de vakantie-uitkering als bedoeld in 6:3 van de CAR/UWO, met uitzondering van het vakantiegeld op basis van het wettelijk minimum loon(naar rato van de weektaak).

e. De hoogte van het onder 2.2.a genoemde persoonlijke budget en de onder 2.2.b genoemde jaarlijkse vergoeding woon-werk blijven onveranderd tenzij de werkgeverscommissie een ander bedrag vaststelt.

Artikel 4 Verrekening en fiscale verantwoording

  • 1.

    De door de medewerker gemaakte keuze voor de in artikel 2 bedoelde doelen en bronnen, worden binnen het desbetreffende kalenderjaar uitgevoerd. Hierbij zijn de mogelijkheden voor uitruil beperkt tot de bronnen, er kan geen overschrijding plaatsvinden.

  • 2.

    De medewerker kan aangeven hoe het betreffende doel betaalbaar wordt gesteld. Hiervoor zijn de volgende 2 mogelijkheden:

    • a.

      Vergoeding van het betreffende doel wordt betaalbaar gesteld op het moment waarop normaal ook de aangegeven bron zou zijn uitbetaald.

    • b.

      Er wordt een maandelijkse netto vergoeding uitbetaald die gerelateerd is aan de hoogte van de feitelijke uitruil in het betreffende kalenderjaar.

  • 3.

    Niet uitgeruilde bronnen worden op de reguliere wijze dan wel op het einde van het kalenderjaar uitbetaald.

  • 4.

    Na een volledige afwezigheid van twee aaneensluitende kalendermaanden door ziekte, bijzonder verlof of anderzijds, stopt de vergoeding voor reiskosten woon-werk. Daarna zal de betaling van een onbelaste vaste reiskostenvergoeding pas weer plaatsvinden vanaf de eerste van de maand volgende op de maand van herstel of hervatting van de werkzaamheden.

3. INDIVIDUEEL KEUZEBUDGET WERKKOSTEN

Artikel 5 Recht op individueel keuzebudget werkkosten

  • 1.

    Iedere medewerker heeft recht op een individueel keuzebudget werkkosten dat jaarlijks door het college wordt vastgesteld.

  • 2.

    Het individuele keuzebudget werkkosten voor 2016 is vastgesteld op € 350,= netto, en wordt uitgekeerd in december van dat jaar na overhandiging van bewijsstukken met betrekking tot de besteding.

  • 3.

    Het keuzebudget moet besteed worden aan de netto verstrekkingen die toebehoren aan het arbeidskostenforfait (vrije ruimte) van de Werkkostenregeling, zoals:a. Een fiets.b. Vakbondscontributie.c. Verbetering gezondheid: afslankcursus, cursus stoppen met roken, fitness abonnement.d. Elektronica en computerapparatuur voor privégebruik.

4. OVERIGE BEPALINGEN

Artikel 6

Voor gevallen waarin deze regeling niet of niet naar billijkheid voorziet, treft de werkgeverscommissie een bijzondere regeling.

Artikel 7

Deze regeling treedt in werking op 1 oktober 2017 en kan worden aangehaald als de Regeling Werkkosten griffie.

Ondertekening

Aldus vastgesteld op 19 december 2017

De werkgeverscommissie voornoemd,

De voorzitter

De heer J.W.G. van Bergen