Verordening van de raad van Gennep houdende de verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning gemeente Gennep 2018 [Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning gemeente Gennep 2018]

Paragraaf I Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

• 1.

  voorbereidende raad: commissie ingesteld op grond van de artikelen 82, 83 of 84 van de Gemeentewet;

• 2.

  burgerraadslid: lid van een voorbereidende raad, bedoeld in artikel 1, onderdeel e, van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden;

• 3.

  het presidium: het dagelijks bestuur van de gemeenteraad dat zich voornamelijk bezighoudt met de procedures en het functioneren van de gemeenteraad en waarin alle fracties zijn vertegenwoordigd.

Paragraaf 2: Ambtelijke bijstand

Artikel 1 Verzoek om informatie

• 1.

  Een fractie, raadslid of burgerraadslid wendt zich tot de ambtelijke coördinatoren van de organisatie dan wel de griffier met een verzoek om:

  • a.

    feitelijke informatie van geringe omvang;

  • b.

    inzage in of afschrift van documenten die openbaar zijn.

• 2.

  Een fractie, raadslid of burgerraadslid wendt zich tot de griffier met een verzoek om bijstand bij het opstellen van voorstellen, amendementen of moties.

• 3.

  De informatie, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a of b, wordt door een ambtenaar gegeven.

• 4.

  Indien een ambtenaar twijfelt of het verzoek betrekking heeft op informatie bedoeld in het eerste lid, onderdeel a of b, stelt hij de gemeentesecretaris daarvan in kennis. De gemeentesecretaris beslist.

• 5.

  De bijstand, bedoeld in het tweede lid wordt verleend door de griffier of een medewerker van de griffie.

• 6.

  Indien de gevraagde bijstand bedoeld in het tweede lid niet door de griffier of een medewerker van de griffie kan worden verleend, verzoekt de griffier de gemeentesecretaris één of meer ambtenaren aan te wijzen, die de gevraagde ambtelijke bijstand zo spoedig mogelijk verlenen.

Artikel 2 Verlenen van ambtelijke bijstand

• 1.

  Een ambtenaar van de gemeente Gennep verleent op verzoek ambtelijke bijstand als bedoeld in artikel 1, tenzij:

  • a.

    de fractie, het raadslid of burgerraadslid niet aannemelijk heeft gemaakt dat de bijstand betrekking heeft op de werkzaamheden van de (voorbereidende) raad;

  • b.

    dit het belang van de gemeente kan schaden;

  • c.

    het raadslid reeds volledig gebruik heeft gemaakt van het hem op grond van artikel 5, tweede lid, beschikbaar gestelde aantal uren ambtelijke bijstand.

• 2.

  De gemeentesecretaris beoordeelt of ambtelijke bijstand op grond van het eerste lid geweigerd wordt.

• 3.

  Indien de bijstand op grond van het eerste lid wordt geweigerd deelt de gemeentesecretaris dit met redenen omkleed mee aan de griffier en aan de indiener.

Artikel 3 Weigering verzoek ambtelijke bijstand

Indien het verzoek om bijstand van een ambtenaar door de griffier of gemeentesecretaris wordt geweigerd kan de betrokken fractie, het betrokken raadslid of burgerraadslid het verzoek voorleggen aan de burgemeester. De burgemeester beslist zo spoedig mogelijk met reden omkleed over het verzoek.

Artikel 4 Geschil over ambtelijke bijstand

• 1.

  Indien een fractie, raadslid of burgerraadslid niet tevreden is over door een ambtenaar verleende bijstand, doet de fractie, het raadslid of het burgerraadslid of de griffier hiervan mededeling aan de gemeentesecretaris.

• 2.

  Indien overleg met de secretaris niet leidt tot een voor beide partijen bevredigende oplossing leggen zij de zaak voor aan de burgemeester. De burgemeester beslist zo spoedig mogelijk met reden omkleed over de zaak.

Artikel 5 Hoeveelheid ambtelijke bijstand

• 1.

  Elke fractie en/of individueel raadslid en/of burgerraadslid heeft recht op ambtelijke bijstand.

• 2.

  Burgemeester en wethouders kunnen – mede om bedrijfseconomische redenen - per kalenderjaar een maximum stellen aan de te verlenen ambtelijke bijstand als bedoeld in artikel 2, eerste lid.

• 3.

  Indien burgemeester en wethouders toepassing wensen te geven aan het gestelde in lid 2 pleegt de burgemeester hierover overleg in het presidium.

Paragraaf 2: Fractieondersteuning

Artikel 7. Recht op financiële vergoeding

• 1.

  De fracties, zoals bedoeld in artikel 5 van het reglement van orde, kunnen de kosten voor het functioneren van de fractie op basis van gespecificeerde nota’s betalen uit de vergoeding die zij ontvangen van € 1.500,-- per fractie per kalenderjaar, plus een bedrag van € 150,-- per raadslid per kalenderjaar.

• 2.

  De fracties verantwoorden hun bestedingen uit de fractievergoeding op de website van de betreffende fractie c.q. politieke partij.

• 3.

  De fracties vertrekken een afschrift van hun verantwoording over enig jaar uiterlijk een maand na verstrijken van dat jaar aan de griffier die zorgdraagt voor plaatsing op de gemeentelijke website.

• 4.

  In afwijking van het bepaalde in lid 1 van dit artikel wordt in een jaar waarin verkiezingen plaatsvinden het fractiebudget toegekend naar rato van het aantal dagen gerekend vanaf 1 januari van het betreffende jaar tot de eerste dag van de maand na de maand waarin de eerste vergadering van de nieuw gekozen raad plaatsvindt, dan wel gerekend vanaf de eerste dag van de maand na de maand waarin de eerste vergadering van de nieuw gekozen raad plaatsvindt tot 31 december van het betreffende jaar.

• 5.

  De verantwoording op de besteding van fracties die niet terugkeren in de gemeenteraad vindt plaats binnen één maand na het vervallen van de raadszetel(s) door toezending van de verantwoording aan de griffier. Deze draagt zorg voor plaatsing op de gemeentelijke website.

Artikel 8 Besteding financiële vergoeding

• 1.

  Fracties besteden de bijdrage om hun volksvertegenwoordigende, kaderstellende en controlerende rol te versterken.

• 2.

  De bijdrage mag niet gebruikt worden ter bekostiging van:

  • a.

    uitgaven die in strijd zijn met wettelijke bepalingen en overige regelingen;

  • b.

    betalingen aan politieke partijen, met politieke partijen verbonden instellingen of natuurlijke personen anders dan ter vergoeding van prestaties (diensten of goederen) geleverd ten behoeve van de fractie op basis van een gespecificeerde, reële declaratie;

  • c.

    giften;

  • d.

    uitgaven welke bestreden dienen te worden uit vergoedingen die de leden ingevolge het rechtspositiebesluit raads- en commissieleden toekomen.

Artikel 9 Gevolgen wijziging fractie bij verkiezingen of splitsing

• 1.

  Indien het zeteltal van een fractie ten gevolge van verkiezingen verandert, wijzigt de bijdrage:

  • a.

    bij vermindering van het zeteltal: op de eerste dag van de maand na de maand waarin de eerste vergadering van de nieuw gekozen raad plaatsvindt;

  • b.

    bij vermeerdering van het zeteltal: op de eerste dag van de maand waarin de eerste vergadering van de nieuw gekozen raad plaatsvindt.

• 2.

  Bij splitsing van een fractie wordt de op grond van artikel 7, eerste lid, vastgestelde bijdrage voor de oorspronkelijke fractie verdeeld over de betrokken fracties naar evenredigheid van het aantal bij de splitsing betrokken leden.

• 3.

  Bij splitsing van een fractie wordt het aan de oorspronkelijke fractie verstrekte voorschot verrekend overeenkomstig de verdeling die volgt uit het tweede lid.

Artikel 10 Reserve

• 1.

  De fractie kan het in enig jaar niet gebruikte gedeelte van de bijdrage reserveren ter besteding door die fractie in volgende jaren.

• 2.

  De reserve is niet groter dan 30% van de bijdrage die de fractie in het voorgaande kalenderjaar toekwam ingevolge artikel 7.

• 3.

  De fractie maakt in haar overzicht van bestedingen melding van het bestaan en de hoogte van de reserve.

• 4.

  De reserve blijft na verkiezingen beschikbaar voor de fractie die onder dezelfde naam terugkeert, dan wel voor de fractie die naar het oordeel van de raad als rechtsopvolger daarvan kan worden beschouwd.

• 5.

  Als bij zetelverlies de reserve voor een fractie hoger zou worden dan aangegeven in het tweede lid, vervalt het recht op dat meerdere en stort de fractie dit voor de eerste dag van de maand waarin de nieuwe verdeling ingaat terug aan de gemeente.

• 6.

  Bij splitsing van een fractie wordt de reserve, zoals bedoeld in artikel 2, verdeeld over de betrokken fracties naar evenredigheid van het aantal bij de splitsing betrokken leden.

Paragraaf 3: Overige bepalingen

Artikel 11 Toepassing Algemene Wet Bestuursrecht

Titel 4.2 van de Algemene Wet Bestuursrecht is van toepassing op de financiële middelen die een fractie ontvangt.

Artikel 12 Intrekking oude verordening

De verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning, vastgesteld bij raadsbesluit van 18 april 2017 wordt ingetrokken.

Artikel 13 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 augustus 2018.

Artikel 14 Citeertitel.

Deze verordening wordt aangehaald als de: ‘Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning gemeente Gennep 2018’.