Beleidsregels Meldingsplicht vakantie/verblijf in het buitenland

Geldend van 01-07-2016 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels Meldingsplicht vakantie/verblijf in het buitenland 

Vakanties kunnen nadelige gevolgen hebben voor alle geldende en opgelegde verplichtingen, zoals sollicitatiemogelijkheden, het behoud, verkrijging, aanvaarding of vervulling van een baan, of het volgen van een opleiding, cursus, reïntegratietraject, controlemogelijkheden e.d. Om die redenen dient toestemming gevraagd te worden en indien van toepassing melding te worden gemaakt aan het CWI, het opleidingsinstituut dan wel het Reïntegratiebedrijf. Voorts kan het van belang zijn dat opgegeven wordt op welke wijze contact met de cliënt opgenomen kan worden.

* Hoofdregels: 

  • Cliënt dient voor vakanties naar het buitenland, ongeacht de duur daarvan, altijd ruimschoots vooraf dit door te geven via het mutatieformulier dan wel persoonlijk bij de bijstands- en/of werkconsulent. De belanghebbende moet melden wanneer en hoe lang hij op vakantie gaat. De reden van de meldingsplicht met betrekking tot het verblijf in het buitenland is gelegen in de bepaling van artikel 13 lid 1 onderdeel d PW én de vier/dertien-wekentermijn.

  • Betrokkene ontvangt een beschikking van de toestemming, incl. algemene informatie over vakantie o.g.v. de Participatiewet.

  • Op het eerstvolgende mutatieformulier dient betrokkene bewijsstukken in te leveren van de vakantieperiode.

  • Vorenstaande regels kunnen worden bewaakt door de administratie.

  • Ingeval de maximale vakantieperiode wordt overschreden, dient de inkomens-/werkconsulent te rapporteren, een eventuele maatregel op te leggen etc..

  • Binnenland: O.g.v. art. 17 lid 1 PW moet ook een periode waarin iemand 14 dagen of langer buiten de eigen gemeente verblijft gemeld worden. Een dergelijk lang verblijf buiten de eigen gemeente wordt aangemerkt als vakantie in Nederland.

  • De wettelijke vakantieduur/verblijf in het buitenland geldt per individu.

Bij langer verblijf in het buitenland dan de wettelijk toegestane periode van 4 respectievelijk 13 weken, bestaat geen recht op bijstand. Onder genoemde voorwaarden kan de beëindigde uitkering per datum terugkeer wordt voortgezet en hoeft er geen nieuw aanvraagtraject te worden gestart. Er wordt, om administratieve redenen, gehandeld als ware de uitkering opgeschort. Eventueel ten onrechte betaalde bijstand vanwege te lang verblijf in het buitenland wordt teruggevorderd.

* Ziekte tijdens vakantie

Als een cliënt tijdens zijn vakantie (in het buitenland) ziek wordt en als gevolg daarvan aldaar verzorging en/of verpleging behoefd en niet in staat is tijdig naar Nederland/huis terug te keren, dient de uitkering na de 4-weken periode of de 13 wekenperiode te worden beëindigd. Cliënt dient in dergelijke situaties – zodra mogelijk - de afdeling MD in te lichten over ziekte en eventueel niet tijdige terugkeer. Bij terugkeer zal betrokkene bewijsstukken moeten inleveren van de ziekte en ziekteperiode.

* Ziekte en ziektekostenverzekering 

Als cliënt langer dan 4 weken dan wel 13 weken met vakantie naar het buitenland gaat, wordt de uitkering beëindigd. Op dat moment eindigt ook de premiebetaling voor de verplichte ziekenfondsverzekering. Client dient zich na 4 weken (c.q. 13 weken) particulier te verzekeren. Omdat het ziekenfonds niet alle ziektekosten in het buitenland vergoedt, wordt aangeraden een (aanvullende) vrijwillige verzekering af te sluiten.