Regeling vervallen per 01-01-2020

Verordening Participatieraad gemeente Montfoort

Geldend van 01-04-2014 t/m 31-12-2019 met terugwerkende kracht vanaf 25-02-2014

Intitulé

Verordening Participatieraad gemeente Montfoort

De raad van de gemeente Montfoort;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 januari 2014;

overwegende dat het wenselijk is de vorm van cliëntenparticipatie voor het sociale domein vast te leggen;

gelet op de artikelen 11 en 12 van de Wet maatschappelijke ondersteuning en bepalingen voor cliëntenparticipatie en adviesraden in de bestaande en nog vast te stellen in artikel 1 genoemde wetten;

besluit de navolgende verordening vast te stellen:

Artikel 1 Begrippen.

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a)

    Sociaal domein: jeugd, gezin en welzijn, zorg en wonen, werk en inkomen;

  • b)

    College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Montfoort;

  • c)

    Gemeenteraad: de gemeenteraad van de gemeente Montfoort;

  • d)

    De Participatieraad: een groep personen die vanuit de belangen en ervaringen van de verschillende doelgroepen het college adviseert over de voorbereiding en uitvoering van het beleid op het sociaal domein;

  • e)

    Overlegvergadering: het overleg met de verantwoordelijk wethouder;

  • f)

    Contactambtenaar: de ambtenaar die deskundig is op een of meerdere domeinen waarop de Participatieraad adviseert en voor deze domeinen fungeert als aanspreekpunt voor de Participatieraad;

  • g)

    Adviseren: het uitbrengen van een niet bindend advies;

  • h)

    WWB: Wet werk en bijstand;

  • i)

    WMO: Wet maatschappelijke ondersteuning; (naar verwachting worden per 1 januari 2015 taken en verantwoordelijkheden vanuit de AWBZ overgeheveld naar de WMO);

  • j)

    Participatiewet: In de Participatiewet worden de Wet werk en bijstand (WWB), de Wet sociale werkvoorziening (WSW) en een deel van de Wajong samengevoegd (de verwachting is dat de wet 1 januari 2015 ingaat);

  • k)

    Jeugdwet, (de verwachting is dat deze per 1 januari 2015 ingaat);

  • l)

    Rawb: Regionale Adviesraad Werk en Bijstand.

Voor zover niet anders is bepaald worden begrippen in deze verordening gebruikt in dezelfde betekenis als in bedoelde wetgeving binnen het sociale domein.

Artikel 2 Doelstelling

  • A.

    Het doel van de Participatieraad is om de vorming en evaluatie van het gemeentelijk beleid ten aanzien van het sociale domein, in breedste zin, actief te volgen, het college hierin gevraagd en ongevraagd te adviseren en waar mogelijk te participeren in de voorbereiding hiertoe (co-productie). Dit kan zijn door het signaleren, inventariseren en bundelen van krachten rondom het sociale domein en door mee te denken op specifieke vraagstukken met betrekking tot beleid voor het sociale domein. Daarnaast adviseert de adviesraad over de uitvoering, de dienstverlening en de informatievoorziening. De adviesraad adviseert niet over, nog behartigt, individuele zaken.

  • B.

    Met de instelling van de Participatieraad als adviesorgaan van het college wordt beoogd een kwaliteitsverbetering te realiseren in cliëntenparticipatie op het sociale domein als geheel, met als doel de kwaliteit van de dienstverlening te verhogen en het draagvlak bij de uitvoering te vergroten.

Artikel 3 Taken

  • A.

    De Participatieraad heeft tot taak het college gevraagd en ongevraagd te informeren en te adviseren over onderwerpen die de vorming en evaluatie van het gemeentelijk beleid ten aanzien van het sociale domein betreffen. Alle adviezen van de participatieraad aan het college worden ook onverkort ter kennisname aan de gemeenteraad verstrekt, doch niet eerder dan wanneer het betreffende stuk vanuit het college naar de raad wordt gestuurd.

  • B.

    De Participatieraad is alert op ontwikkelingen en knelpunten binnen het sociale domein en verzamelt op een actieve wijze zoveel mogelijk relevante informatie om de genoemde adviesfunctie zo goed mogelijk uit te kunnen voeren.

  • C.

    In het kader van haar adviesfunctie onderhoudt de Participatieraad een relatie met diverse organisaties en doelgroepen.

Artikel 4 Samenstelling Participatieraad

  • A.

    De Participatieraad bestaat uit ten hoogste negen leden, woonachtig in de gemeente Montfoort.

  • B.

    De leden worden benoemd, geschorst en ontslagen door het college.

  • C.

    De benoeming vindt plaats op voordracht van de Participatieraad en na selectie middels een selectiecommissie bestaande uit twee leden van de Participatieraad en een contactambtenaar.

  • D.

    Werving van nieuwe leden vindt plaats in samenwerking tussen de Participatieraad en de gemeente aan de hand van een vooraf vastgesteld profiel.

  • E.

    De Participatieraad dient zoveel mogelijk evenredig te zijn samengesteld uit de specialismen die het sociale domein vragen (onderverdeeld in drie hoofddomeinen: Jeugd&Gezin&Welzijn, Werk & Inkomen, Zorg & Wonen.

  • F.

    Het lidmaatschap van de Participatieraad is onverenigbaar met het lidmaatschap van de gemeenteraad of van het college.

  • G.

    De Participatieraad heeft een dagelijks bestuur dat tenminste bestaat uit een voorzitter, een secretaris en een penningmeester. De voorzitter, secretaris en de penningmeester worden door de Participatieraad uit hun midden gekozen.

  • H.

    De Participatieraad stelt een huishoudelijk reglement vast waarin het praktisch functioneren wordt geregeld.

Artikel 5 Aanwijzing en zittingsduur

  • A.

    Teneinde inwoners van de gemeente Montfoort de gelegenheid te geven zich kandidaat te stellen voor de Participatieraad, worden oproepen hiertoe geplaatst in de voor de gemeente gebruikelijke informatiekanalen. Daarnaast kan een wervingsplan worden opgesteld dat gericht kandidaten benadert. Het is voor elke inwoner mogelijk om te solliciteren.

  • B.

    De zittingsduur van de leden van de Participatieraad is vier jaar, welke periode maximaal één maal verlengd kan worden.

  • C.

    Een lid van de Participatieraad kan zijn lidmaatschap tussentijds, middels een schriftelijke kennisgeving aan het college, beëindigen met een opzegtermijn van twee maanden.

  • D.

    Bij disfunctioneren of langdurige ziekteverzuim van een van de leden kan de Participatieraad het vertrouwen in dit lid opzeggen. Er vindt vervolgens overleg plaats tussen het betreffende lid en het dagelijks bestuur van de Participatieraad. In vervolg hierop kan de Participatieraad het college alsnog verzoeken het betreffende lid te ontslaan.

  • E.

    De Participatieraad draagt zorg voor een rooster van aftreden. Dit rooster is zodanig dat er voldoende basiskennis geborgd blijft om de continuïteit van het functioneren van de Participatieraad te waarborgen.

Artikel 6 Werkwijze

  • A.

    De Participatieraad wordt door het college voorzien van alle informatie die nodig is voor zijn functioneren en wordt in een vroegtijdig stadium betrokken bij de ontwikkeling van nieuw beleid.

  • B.

    De Participatieraad vergadert in principe 10 keer per jaar. De vergaderingen van de Participatieraad zijn als regel openbaar. De vergadering wordt achter gesloten deuren gehouden wanneer ten minste drie van de aanwezige leden daartoe verzoeken of wanneer de voorzitter dat nodig acht.

  • C.

    Ten minste twee maal per jaar vindt een overlegvergadering plaats met de portefeuillehouder van het sociale domein. Deze overlegvergadering wordt voorgezeten door de voorzitter van de Participatieraad.

  • D.

    Het college betrekt de Participatieraad in een zo vroeg mogelijk stadium bij de totstandkoming van beleid en regelingen betreffende het sociale domein.

  • E.

    Vergaderingen worden afgestemd op de raadscyclus en de doorlooptijd van stukken, zodat eventuele adviezen tijdig bij de raadsstukken gevoegd kunnen worden.

Artikel 7 Advisering

  • A.

    Het college kan onderwerpen zoals bedoeld in artikel 3 A middels een schriftelijke adviesaanvraag voorleggen aan de Participatieraad. In de aanvraag wordt expliciet vermeld over welke punten advies wordt gevraagd.

  • B.

    De Participatieraad brengt binnen vier weken na ontvangst van de adviesaanvraag schriftelijk advies uit aan het college, zie tevens artikel 3 lid 1. Dit advies uitbrengen kan met maximaal twee weken worden uitgesteld indien het om een beleidsvraag van grotere omvang gaat.

  • C.

    Het college brengt binnen vier weken na ontvangst van een advies dan wel vragen van de Participatieraad schriftelijk reactie uit aan de Participatieraad. Deze termijn kan met maximaal 2 weken worden uitgesteld. Indien het college het advies van de Participatieraad niet overneemt, deelt het college dat schriftelijk en met redenen omkleed mee aan de Participatieraad.

  • D.

    In het geval van coproductie worden hierover afzonderlijke afspraken gemaakt (maatwerk).

Artikel 8 Bevoegdheden

  • A.

    Op verzoek van de Participatieraad kunnen (ervarings)deskundigen en contactambtena(a)r(en) worden uitgenodigd om een vergadering bij te wonen met het oog op de behandeling van een bepaald onderwerp.

  • B.

    De leden van de Participatieraad kunnen derden raadplegen over de aangelegenheden waarmee zij als lid van de Participatieraad te maken krijgen, waarbij rekening gehouden dient te worden met vertrouwelijkheid van zaken.

  • C.

    De Participatieraad kan als hij dit wenst een burgerbijeenkomst organiseren met kerkelijke-, maatschappelijke- en patiënten/cliënten-groeperingen verbonden aan de gemeente Montfoort, om belanghebbenden en burgers bij haar werk te betrekken.

Artikel 9 Budget en faciliteiten

Voor het uitvoeren van de taken van de Participatieraad wordt in de gemeentelijke begroting een werkbudget opgenomen. Dit werkbudget is bedoeld voor:

a) het faciliteren van de adviesfunctie;

b) de kosten van deskundigheidsbevordering;

c) de kosten voor onderzoek en raadpleging;

d) het inhuren van secretariële ondersteuning e/o verslaglegging;

Dit bedrag is tevens inclusief de presentiegelden voor het vergaderen van de leden welke door de penningmeester aan de leden wordt uitbetaald.

Over de besteding van het budget als bedoeld in het eerste lid onder a t/m d wordt jaarlijks door de Participatieraad voor 1 april verantwoording afgelegd in een financieel jaarverslag. In het jaarverslag wordt tevens aandacht besteed aan het functioneren van de Participatieraad.

Locatie en bijbehorende faciliteiten in het gemeentehuis worden kosteloos ter beschikking gesteld ten behoeve van vergaderingen van de Participatieraad.

Artikel 10 Overige bepalingen

De Participatieraad behandelt geen klachten die op individuen betrekking hebben.

Artikel 11 Onvoorziene gevallen

In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, voorziet het college, na daartoe advies te hebben ingewonnen van de Participatieraad.

Artikel 12 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als Verordening Participatieraad gemeente Montfoort

Artikel 13. Inwerkingtreding en intrekking

Deze verordening treedt in werking op 25 februari 2014 onder gelijktijdige intrekking van de Verordening cliëntenparticipatie Wet Maatschappelijke Ondersteuning gemeente Montfoort van 2 juli 2007.

Artikel 14 Samenvoeging Montfoortse Adviesraden

Met inwerkingtreding van deze verordening is de Wmo raad Montfoort en het Montfoortse deel van de Raad voor advies Wet Werk en Bijstand samengevoegd tot Participatieraad Montfoort.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Montfoort, gehouden op 24 februari 2014.
de griffier, de voorzitter,
mevrouw Drs. E.C.M. van der Klauw, de heer E.L. Jansen BA