Algemene voorwaarden parkeergarages Spijkenisse 2017

1. Deze algemene voorwaarden maken deel uit van de overeenkomst tussen de gemeente Nissewaard en een bestuurder van een motorvoertuig voor het parkeren in een van de in Spijkenisse gelegen parkeergarages.

2. De parkeergarages, bedoeld in het eerste lid, zijn:

• a.

  de Boekenberggarage, gelegen aan de Karel Doormanstraat,

• b.

  de City Plazagarage, gelegen aan de Dr. J.M. den Uyllaan,

• c.

  de Kolkpleingarage, gelegen aan het Kolkplein,

• d.

  de Kopspijkergarage, gelegen aan de Oostkade,

• e.

  de Stadhuisgarage, gelegen aan de Raadhuislaan, en

• f.

  de Theatergarage, gelegen aan de Gorsstraat.

3. De in deze algemene voorwaarden gebruikte begrippen hebben dezelfde betekenis als in het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990.

1. De gemeente stelt een willekeurig gelegen parkeervak in een parkeergarage ter beschikking voor het parkeren van een motorvoertuig.

2. De gemeente bewaakt het motorvoertuig niet, en houdt geen toezicht op personen of zaken die zich in de parkeergarage bevinden.

3. De overeenkomst komt tot stand:

• a.

  door het gebruik van de automaat bij de inrit van de parkeergarage waaraan de bediening van de slagboom is verbonden, om daar een parkeerkaart voor eenmalig parkeren aan te schaffen;

• b.

  door het gebruik van de betaalautomaat in de parkeergarage, om daar een dagkaart voor eenmalig parkeren aan te schaffen, of

• c.

  door een parkeerabonnement aan te schaffen.

4. Onverminderd het bepaalde in het derde lid, wordt de overeenkomst, bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, geacht tot stand te komen door het enkele feit van het gebruik van een parkeergarage. Bij onenigheid over de vraag of gebruik wordt gemaakt van een parkeergarage zal bepalend zijn het feit dat de gebruiker zich op het tot de parkeergarage behorende terrein bevindt of heeft bevonden.

1. De gemeente verschaft de bestuurder van een motorvoertuig, of de gebruiker, bedoeld in artikel 1.2, vierde lid, alleen toegang tot een parkeergarage met een geldige parkeerkaart, een dagkaart of een geldig parkeerabonnement.

2. Een parkeerkaart, dagkaart of parkeerabonnement blijft eigendom van de gemeente en dient bij het beëindigen van het gebruik aan de gemeente te worden teruggegeven. Deze zijn niet overdraagbaar.

1. In dit artikel wordt verstaan onder feestdag: Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag en beide Kerstdagen.

2. Voor de aanschaf van een parkeerkaart zijn de hierna aangewezen parkeergarages in te rijden op de daarbij behorende dagen en uren:

3. De houder van een parkeerabonnement kan te allen tijde inrijden in die parkeergarage waarvoor het abonnement is overeengekomen, mits er een parkeervak beschikbaar is.

4. Elke parkeergarage is te allen tijde uit te rijden.

5. De gemeente kan de toegangstijden van een parkeergarage zonder voorafgaande aankondiging wijzigen. Wijzigingen worden bij de ingang van de parkeergarage bekendgemaakt. Zij zijn bindend voor de bestuurder van een motorvoertuig en voor de gebruiker, bedoeld in artikel 1.2, vierde lid.

1. Als de houder van een parkeerkaart, dagkaart of parkeerabonnement, of de gebruiker, bedoeld in artikel 1.2, vierde lid, tekort­schiet in de nakoming van enige verplichting die op hem rust, dan is de gemeente gerechtigd:

• a.

  deze overeenkomst zonder schrif­telijke ingebrekestelling onmiddellijk te beëindigen;

• b.

  de houder of de gebruiker de toegang tot de parkeer­garage te ontzeggen, of

• c.

  het motorvoertuig te verwijderen voor rekening en risico van de houder of de gebruiker.

2. De houder of de gebruiker is gehouden aan de gemeente alle schade en kosten te vergoeden die zij lijdt of heeft geleden als gevolg van de tekortkoming of tussentijdse beëindiging van de overeenkomst.

3. Een tekortkoming kan de gemeente niet worden toegerekend als deze te wijten is aan overmacht.

1. In dit artikel wordt verstaan onder houder: de houder van een parkeerkaart, dagkaart of parkeerabonnement, alsmede de vanwege hem aanwezige derden, en de in artikel 1.2, vierde lid, bedoelde gebruiker.

2. De gemeente aanvaardt geen aansprakelijkheid voor:

• a.

  schade aan eigendommen, waaronder diefstal of het verloren gaan van eigendommen, van de houder;

• b.

  lichamelijk letsel of enige andere schade van de houder, direct of indirect veroorzaakt door of ten gevolge van het gebruik van een parkeergarage.

3. De houder is aansprakelijk voor alle schade die door hem is veroorzaakt. Schade die door de houder is veroorzaakt aan een parkeergarage of de daarbij behorende apparatuur dient hij ter plaatse te vergoeden. Als de hoogte van de schade niet direct kan worden vastgesteld, dan zal de gemeente de schade laten taxeren, en deze daarna verhalen op de houder. Artikel 1.7, tweede lid, is van overeenkomstige toepassing.

4. Het personeel van de gemeente is gerechtigd, als dit noodzakelijk is, om motorvoertuigen binnen de parkeergarage te verplaatsen of uit de parkeergarage te verwijderen, zonder dat dit tot enige aansprakelijkheid voor de gemeente of het personeel kan leiden.

1. De houder van een parkeerkaart, dagkaart of de gebruiker, bedoeld in artikel 1.2, vierde lid, is parkeergeld verschuldigd voor het gebruik van een parkeergarage. Het bedrag wordt samengesteld door een starttarief op te tellen bij het tarief dat wordt berekend aan de hand van de werkelijke parkeertijd.

2. Het starttarief is verschuldigd:

• a.

  direct na de aanschaf van een parkeerkaart, bedoeld in artikel 1.2, derde lid, aanhef en onder a, of

• b.

  direct na constatering van het gebruik van de parkeergarage, bedoeld in artikel 1.2, vierde lid.

3. Het tarief aan de hand van de werkelijke parkeertijd wordt berekend:

• a.

  tijdens de volgende dagtarieftijden:

  • 1.

    op zondag of een feestdag, bedoeld in artikel 1.5, eerste lid, tussen 12.00 uur en 17.00 uur;

  • 2.

    van maandag tot en met zaterdag, mits een van deze dagen geen feestdag is, tussen 7.00 uur en 21.00 uur.

• b.

  tijdens de nachttarieftijd, dat is de tijd tussen twee dagtarieftijden in.

1. Het starttarief bedraagt € 1,00.

2. Het tarief tijdens de dagtarieftijden bedraagt € 1,00 per uur.

3. Het tarief tijdens de nachttarieftijden bedraagt € 1,00 per uur. Tijdens de nachttarieftijd wordt ten hoogste € 1,00 in rekening gebracht.

4. Het berekende tarief wordt afgerond naar boven op eenheden van € 0,10.

5. Het starttarief en het daarbij op te tellen tarief dat wordt berekend aan de hand van de werkelijke parkeertijd bedraagt ten hoogste € 9,00 per kalenderdag.

6. Het tarief voor een dagkaart bedraagt € 9,00.

7. Als tussen 22.30 uur en 07.00 uur hulp moet worden geboden om de parkeergarage te kunnen verlaten, dan worden kosten ad € 55,00 in rekening gebracht.

1. Voor de betaling van het parkeergeld kunnen ook uitrijdkaarten of dagkaarten worden aangeschaft bij de afdeling Stadswinkel van de gemeente. Hierbij geldt een minimale afname van tien kaarten, met een gelijk aantal parkeeruren. Hierbij worden administratiekosten ad € 10,00 in rekening gebracht.

2. Een uitrijdkaart is een parkeerkaart met een waarde van twee tot ten hoogste acht parkeeruren. Op het moment van afgifte wordt de waarde bepaald aan de hand van het dan geldende dagtarief.

3. Een dagkaart is een parkeerkaart waarmee ten hoogste een kalenderdag kan worden geparkeerd.

4. Uitrijdkaarten en dagkaarten hebben een geldigheidsduur van ten hoogste een half jaar na de datum van afgifte. Deze kaarten kunnen ook voor een specifieke datum worden afgegeven binnen een half jaar na de datum van afgifte.

5. Ongebruikte uitrijdkaarten of dagkaarten worden niet terugbetaald.

1. De bestuurder van een motorvoertuig kan de parkeergarage alleen uitrijden nadat hij het verschuldigde parkeergeld heeft betaald bij de betaalautomaat in de parkeergarage.

2. De betaling van het parkeergeld vindt plaats door de parkeerkaart in te voeren in de daarvoor bestemde betaalautomaat. Als voor de betaling van het parkeergeld gebruik wordt gemaakt van een uitrijdkaart, dan dient eerst de parkeerkaart te worden ingevoerd in de betaalautomaat en daarna de uitrijdkaart.

3. De betaalautomaat stelt het einde van de parkeertijd vast en berekent de parkeerduur en het daarvoor verschuldigde parkeergeld. De door de automaat bepaalde gegevens zijn bindend voor partijen.

4. Bij de betaalautomaat kan worden betaald met muntgeld, bankbiljetten of langs elektronische weg, op de wijze als bij of op deze automaat is aangegeven.

5. De na de betaling uit de betaalautomaat verkregen parkeerkaart of uitrijdkaart moet door de bestuurder van het motorvoertuig worden ingevoerd in de automaat bij de uitrit van de parkeergarage waaraan de bediening van de slagboom is verbonden.

6. De bestuurder van het motorvoertuig heeft na betaling gedurende een periode van vijftien minuten het recht en de gelegenheid om zijn voertuig uit de parkeergarage te rijden. Als dit niet tijdig is gelukt, dan vangt een nieuwe parkeertermijn aan waarvoor opnieuw parkeergeld verschuldigd is.

7. Als een houder van een parkeer- of dagkaart deze kaart heeft verloren, of als deze onbruikbaar is geworden, dan dient de bestuurder van het motorvoertuig een dagkaart bij de betaalautomaat aan te schaffen.

8. In afwijking van het eerste lid kan de bestuurder van het motorvoertuig met een dagkaart direct de parkeergarage uitrijden, door deze kaart in te voeren in de automaat bij de uitrit van de parkeergarage waaraan de bediening van de slagboom is verbonden.

1. Met de huur van een stempelautomaat van de gemeente kan het te betalen parkeergeld worden verminderd. Voor de huur wordt een afzonderlijke huurovereenkomst gesloten.

2. Voor een stempelautomaat wordt per maand minimaal 70 uur tegen dagtarief in rekening gebracht, evenals een maandelijkse huurprijs ad € 11,40.

3. Bij de aanvang van de huur van een stempelautomaat is een waarborgsom ad € 100,00 verschuldigd.

4. Terugbetaling van de waarborgsom vindt plaats wanneer de stempelautomaat in ongeschonden staat wordt ingeleverd bij de afdeling Stadswinkel van de gemeente. Bij beschadiging, diefstal of verlies vindt geen terugbetaling plaats.

5. Als de huurder bij de inlevering van de stempelautomaat nog parkeergeld of huur is verschuldigd aan de gemeente, dan wordt dit verrekend met de waarborgsom.

1. Een bewonersabonnement kan alleen worden aangeschaft door de aanvrager:

• a.

  die volgens de Wet basisregistratie personen ingezetene is met een woonadres in het Reguleringsgebied belastingparkeren, of in één van de uitgezonderde gebieden binnen dit gebied, bedoeld in artikel 1.2 van de Parkeer- en parkeerbelastingverordening Nissewaard;

• b.

  die kentekenhouder is van het motorvoertuig waarvoor hij het abonnement wil gebruiken.

2. Het Reguleringsgebied belastingparkeren is gelegen in Spijkenisse en wordt begrensd door de Groene Kruisweg (fietspad zuidzijde), Schenkelweg (fietspad westzijde), Ruwaard van Puttenweg (fietspad zuidzijde), Groenewoudlaan (watergang), Fietsenmaker (fietspad), Ruwaard van Puttenweg (fietspad zuidzijde), en de Hekelingseweg.

3. In afwijking van het eerste lid, aanhef en onder a, kan een bewonersabonnement worden aangeschaft door de aanvrager die in het Reguleringsgebied gaat wonen, mits hij zijn toekomstig woonadres aantoont door overlegging van een huurcontract voor een periode van ten minste drie maanden of een koopcontract.

4. In afwijking van het eerste lid, aanhef en onder b, kan een bewonersabonnement worden aangeschaft voor een motorvoertuig dat de aanvrager voor een periode van ten minste drie maanden gebruikt, mits hij dit gebruik aantoont door overlegging van een huur- of leaseovereenkomst of een verklaring van een werkgever.

5. Een bewonersabonnement kan alleen worden aangeschaft voor het parkeren in één parkeergarage.

6. Een bewonersabonnement kan alleen worden aangeschaft voor het parkeren op alle dagen van de week.

1. Een particulierenabonnement kan worden aangeschaft door een ieder die kentekenhouder is van het motorvoertuig waarvoor hij het abonnement wil gebruiken. Artikel 3.1, vierde lid, is van overeenkomstige toepassing.

2. Een particulierenabonnement kan worden aangeschaft voor het parkeren van dat voertuig in een of meer parkeergarages.

3. Een particulierenabonnement kan worden aangeschaft voor het parkeren op twee, drie, vier of vijf vaste dagen per week, of voor het parkeren op alle dagen van de week.

4. In afwijking van het tweede en derde lid kan een particulierenabonnement worden overeengekomen voor het parkeren in de Kolkpleingarage, de Kopspijkergarage of de Theatergarage, op verschillende dagen van de week.

1. Een introductieabonnement kan worden aangeschaft door een ieder:

• a.

  die kentekenhouder is van het motorvoertuig waarvoor hij het abonnement wil gebruiken, en

• b.

  die vanaf 1 januari 2014 geen houder is geweest van een abonnement, bedoeld in de artikelen 3.1 of 3.2.

2. Het introductieabonnement kan alleen worden aangeschaft voor het parkeren in de Kopspijkergarage.

3. Het introductieabonnement kan alleen worden aangeschaft voor het parkeren op alle dagen van de week.

4. Het voor het introductieabonnement verschuldigde tarief bedraagt € 400,00 voor een jaar.

5. In afwijking van artikel 3.4, tweede en derde lid, kan het introductieabonnement:

• a.

  alleen ingaan op de eerste dag van iedere kalendermaand in het jaar 2017;

• b.

  alleen worden aangeschaft voor één jaar.

6. In afwijking van artikel 3.6, derde lid, kan het introductieabonnement niet worden opgezegd.

1. De voor een abonnement verschuldigde tarieven zijn per jaar:

• a.

  voor een bewonersabonnement € 621,50;

• b.

  voor een particulierenabonnement voor de Kopspijkergarage € 745,80;

• c.

  voor een particulierenabonnement voor één parkeergarage naar keuze, anders dan de Kopspijkergarage, € 1.048,75;

• d.

  voor een particulierenabonnement voor twee of meer parkeergarages € 1.258,55.

2. Als een particulierenabonnement wordt overeengekomen voor een aantal dagen per week, dan worden de bedragen, genoemd in het eerste lid, aanhef en onder b, c en d, vermenigvuldigd met een breuk, waarvan de teller gelijk is aan het aantal dagen waarvoor het abonnement is overeengekomen en de noemer gelijk is aan zes.

3. Als tussen 22.30 uur en 07.00 uur hulp moet worden geboden om de parkeergarage te kunnen verlaten, dan worden kosten ad € 55,00 in rekening gebracht.

1. Een abonnement kan worden aangeschaft bij de afdeling Stadswinkel van de gemeente.

2. Een abonnement kan niet eerder ingaan dan de dag na die waarop het is overeengekomen.

3. Een abonnement kan alleen worden aangeschaft voor onbepaalde tijd.

4. Het abonnementsgeld wordt berekend per kalendermaand, -kwartaal of -jaar.

5. De houder van een abonnement dient het abonnementsgeld bij vooruitbetaling te voldoen. Betaling is mogelijk door middel van automatische incasso of per factuur. Voor de betaling per factuur wordt een acceptgiro toegestuurd, waarvoor administratiekosten ad € 5,00 in rekening worden gebracht.

1. De houder van een abonnement kan alleen met behulp van een zenderset een parkeergarage in- en uitrijden. Bij de aanschaf van een abonnement wordt een zenderset, bestaande uit één tag en één toegangskey, in bruikleen gegeven tegen betaling van een waarborgsom ad € 100,00.

2. Als de zenderset is verloren, gestolen of dusdanig beschadigd dat deze niet meer kan worden gebruikt, moet de houder van het abonnement dit onmiddellijk melden aan de afdeling Stadswinkel van de gemeente. Een verloren, gestolen of beschadigd onderdeel van een zenderset wordt direct na de melding geblokkeerd. Tegen betaling kan een nieuwe zenderset worden verstrekt.

3. Bij beëindiging van het abonnement moet de zenderset onmiddellijk worden ingeleverd bij de afdeling Stadswinkel van de gemeente. Als de zenderset niet tijdig wordt ingeleverd, dan wordt de overeenkomst geacht te worden beëindigd op de datum van inlevering.

4. Terugbetaling van de waarborgsom vindt plaats wanneer de zenderset in ongeschonden staat wordt ingeleverd bij de afdeling Stadswinkel van de gemeente. Bij beschadiging, diefstal of verlies vindt geen terugbetaling plaats.

5. Als de houder bij de inlevering van de zenderset nog abonnementsgeld is verschuldigd aan de gemeente, dan wordt dit verrekend met de waarborgsom.

1. De houder van een abonnement is verplicht elke wijziging in omstandigheden die van belang is voor de geldigheid van het abonnement, zoals de wijziging van een kenteken of van zijn woonadres, onmiddellijk en schriftelijk aan de afdeling Stadswinkel van de gemeente kenbaar te maken.

2. Bij het tussentijds wijzigen van een parkeerabonnement worden administratiekosten ad € 10,00 in rekening gebracht.

3. De houder en de gemeente kunnen de overeenkomst opzeggen per de eerste dag van de maand met inachtneming van een opzegtermijn van een maand. De opzegging kan alleen schriftelijk plaatsvinden.

4. De gemeente kan de overeenkomst ontbinden:

• a.

  wanneer de houder in strijd handelt met deze algemene voorwaarden;

• b.

  wanneer bij het aanschaffen van het abonnement onjuiste gegevens zijn verstrekt of verwerkt;

• c.

  indien het verschuldigde abonnementsgeld niet of niet tijdig is voldaan.

5. Na de beëindiging van de overeenkomst wordt het teveel betaalde abonnementsgeld terugbetaald. Het terug te betalen bedrag wordt berekend aan de hand van het aantal hele kalendermaanden na de datum van inlevering van de zenderset, bedoeld in artikel 3.5, derde lid, waarvoor abonnementsgeld is betaald door de houder.

1. Op de parkeerovereenkomst is Nederlands recht van toepassing.

2. De gemeente kiest voor de uitvoering van de overeenkomst woonplaats aan de Raadhuislaan 106 te 3201 EL Spijkenisse.

3. De in deze algemene voorwaarden genoemde tarieven zijn inclusief BTW.

1. De gemeente behoudt zich het recht voor om deze algemene voorwaarden te wijzigen, onder meer:

• a.

  voor de aanpassing van de in dit reglement genoemde tarieven;

• b.

  als gevolg van ontwikkelingen in het parkeerbeleid in het Reguleringsgebied, genoemd in artikel 3.1.

2. Een wijziging van deze algemene voorwaarden zal worden bekendgemaakt in het gemeenteblad.

3. De houder van een parkeerkaart, een dagkaart of een parkeerabonnement heeft na de inwerkingtreding van een wijziging veertien dagen de gelegenheid de overeenkomst op te zeggen. Als hij hiervan geen gebruik maakt, dan wordt hij geacht in te stemmen met de wijziging.