Regeling vervallen per 01-09-2018

Verordening cliëntenparticipatie WWB, WIJ, IOAW en IOAZ gemeente Renkum 2011

Geldend van 01-01-2011 t/m 31-12-2014

Intitulé

Verordening cliëntenparticipatie WWB, WIJ, IOAW en IOAZ gemeente Renkum 2011

De raad van de gemeente Renkum,

  • ·

    Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 2 november 2010;

  • ·

    Gezien het advies van de Commissie Inwoners van 29 november 2010;

  • ·

    Gelet op artikel 47 van de WWB, artikel 12, eerste lid onder d van de WIJ, artikel 42 van de IOAW en artikel 42 van de IOAZ;

  • ·

    Overwegende dat het noodzakelijk is de wijze waarop de personen als bedoeld in artikel 7, lid 1 van de WWB en artikel 12, lid 1 van de WIJ of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van de WWB en de WIJ bij verordening te regelen;

  • ·

    Overwegende dat het college dient zorg te dragen voor de realisatie en vormgeving van cliëntenparticipatie bij de uitvoering van de IOAW en de IOAZ;

vast te stellen de navolgende verordening:

VERORDENING CLIËNTENPARTICIPATIE WWB, WIJ, IOAW EN IOAZ

GEMEENTE RENKUM 2011

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

De verordening verstaat onder:

  • a.

    WWB: de Wet werk en bijstand;

  • b.

    WIJ: de Wet investeren in jongeren;

  • c.

    IOAW: de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers;

  • d.

    IOAZ: de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen;

  • e.

    College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Renkum

  • f.

    WWB-adviesraad: de commissie als bedoeld in artikel 2 van deze verordening;

  • g.

    Cliënt: personen die vallen onder de doelgroep van de WWB, WIJ, IOAW en IOAZ en woonachtig zijn in de gemeente Renkum.

Artikel 2 De WWB-adviesraad

  • 1. Er is een commissie om gestalte te geven aan de wettelijke verplichting tot cliëntenparticipatie op grond van artikel 47 WWB, artikel 12 WIJ, artikel 42 IOAW en artikel 42 IOAZ.

  • 2. De naamgeving van de adviesraad is afkomstig van de grootste doelgroep, maar de werkzaamheden van de adviesraad hebben evenzeer betrekking op de doelgroepen vanuit de andere wetten.

Artikel 3 Taak

  • 1. De WWB-adviesraad brengt gevraagd en ongevraagd schriftelijk advies uit aan het college over zaken die de voorbereiding, vaststelling, uitvoering en evaluatie van het gemeentelijke beleid met betrekking tot de WWB, de WIJ, de IOAW, de IOAZ, de bijzondere bijstand en het integraal gemeentelijk minimabeleid in de gemeente Renkum.

  • 2. Het college draagt er zorg voor dat de adviezen van de WWB-adviesraad, zonodig met een schriftelijke reactie van het college, op een zodanig tijdstip ter kennisname aan de gemeenteraad worden gestuurd, dat deze, en daaraan voorafgaand de commissie Inwoners, de adviezen bij zijn besluitvorming kan betrekken.

  • 3. Tot de in het eerste lid bedoelde aangelegenheden behoren niet:

    • a.

      klachten en bezwaarschriften die op individuele cliënten betrekking hebben;

    • b.

      de verplichte uitvoering van wettelijke voorschriften door gemeentelijke organen, indien daarbij geen ruimte is gelaten voor het ontwikkelen van een zelfstandig gemeentelijk beleid;

    • c.

      aangelegenheden die uitsluitend betrekking hebben op de uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning.

Artikel 4 Samenstelling en lidmaatschap

  • 1. De WWB-adviesraad bestaat uit minimaal zeven en maximaal dertien leden, onder wie een onafhankelijk voorzitter. Van de leden als bedoeld in de vorige volzin zijn er maximaal zes afkomstig van instellingen en organisaties op het gebied van de WWB, de WIJ, de IOAW en de IOAZ, maximaal zes leden zijn lid op persoonlijke titel en vallen onder de doelgroep van de WWB, de WIJ, de IOAW en de IOAZ.

  • 2. Voor de leden die afkomstig van instellingen en organisaties op het gebied van de WWB, de WIJ, de IOAW en de IOAZ kan een plaatsvervanger worden aangewezen.

  • 3. De leden en de plaatsvervangende leden worden door het college benoemd voor een termijn van vier jaar. Zij kunnen eenmaal voor dezelfde duur worden herbenoemd.

  • 4. Het lidmaatschap van de WWB-adviesraad is niet verenigbaar met het lidmaatschap van de gemeenteraad.

  • 5. Het lid dat ophoudt te voldoen aan de eisen voor het lidmaatschap zoals in deze verordening gesteld, treedt op dat moment af als commissielid.

  • 6. De leden kunnen tussentijds ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan het college, in afschrift aan de voorzitter van de WWB-adviesraad.

  • 7. Het college kan tussentijds tot schorsing en ontslag van de voorzitter of een lid overgaan wegens slecht functioneren. Van slecht functioneren is in ieder geval sprake in de volgende gevallen:

    • a.

      een commissielid verschijnt herhaaldelijk zonder reden niet op een vergadering van de commissie, ondanks daartoe een uitnodiging te hebben ontvangen;

    • b.

      een commissielid brengt ernstig nadeel toe aan het in hem c.q. de commissie gestelde vertrouwen.

  • 8. De aftredende leden blijven zo mogelijk hun functie waarnemen totdat in hun opvolging is voorzien.

Artikel 5 Dagelijks bestuur

  • 1. Het dagelijks bestuur van de WWB-adviesraad bestaat uit de onafhankelijk voorzitter, de plaatsvervangend voorzitter alsmede de secretaris/penningmeester.

  • 2. Het college benoemt een onafhankelijk voorzitter voor de duur van vier jaar. De voorzitter kan eenmaal voor dezelfde duur worden herbenoemd.

  • 3. De leden van de adviesraad benoemen uit hun midden een plaatsvervangend voorzitter, alsmede een secretaris/penningmeester.

  • 4. De voorzitter en de secretaris tekenen de uitgaande stukken van de WWB-adviesraad.

Artikel 6 Ambtelijk secretaris

  • 1. Het college wijst de ambtelijk secretaris en zonodig de plaatsvervangend ambtelijk secretaris van de commissie aan.

  • 2. De ambtelijk secretaris is geen lid van de WWB-adviesraad.

  • 3. De ambtelijk secretaris dient de WWB-adviesraad desgevraagd van advies.

Artikel 7 Advisering

  • 1. Het college vraagt, behoudens gemotiveerd in spoedeisende gevallen, aan de WWB-adviesraad vooraf schriftelijk advies over alle voorstellen met betrekking tot het beleid als in artikel 3 van deze verordening bedoeld. Het advies wordt op een zodanig tijdstip gevraagd, dat het van wezenlijke invloed kan zijn op het te nemen besluit.

  • 2. De WWB-adviesraad brengt zijn advies schriftelijk uit binnen vier weken na ontvangst van de adviesaanvraag. Indien de WWB-adviesraad van oordeel is dat een advies niet binnen deze termijn kan worden gegeven geeft hij daarvan zo spoedig mogelijk kennis aan het college onder opgave van redenen. In overleg wordt zo mogelijk een nieuwe termijn gesteld.

  • 3. Het college betrekt de adviezen zichtbaar bij de besluitvorming en informeert de WWB-adviesraad schriftelijk over elk besluit waarbij een advies van de WWB-adviesraad betrokken is geweest. Indien het college van het advies afwijkt, doet het dat gemotiveerd, binnen vier weken na ontvangst van het betreffende advies.

Artikel 8 Werkwijze

  • 1. De WWB-adviesraad komt ten minste tien keer per jaar bijeen en zo dikwijls als de voorzitter dit nodig oordeelt of door ten minste drie leden met opgave van redenen aan de voorzitter wordt gevraagd.

  • 2. De voorzitter roept de leden schriftelijk of per e-mail op voor de vergadering, onder opgaaf van de punten die zullen worden behandeld. De voorzitter draagt er zorg voor dat de agenda en vergaderstukken tien dagen voor de vergadering aan de leden worden toegezonden. In spoedeisende gevallen kan, met opgave van reden, deze termijn worden bekort. Voorts draagt de voorzitter er zorg voor dat de stukken voor een ieder ter inzage worden gelegd.

  • 3. Tot tien dagen voor de vergadering kunnen de leden aangelegenheden, die tot de adviesbevoegdheid van de WWB-adviesraad behoren, voor de agenda aanleveren.

  • 4. De vergadering wordt door afkondiging op de in de gemeente gebruikelijke wijze ter openbare kennis gebracht. Deze afkondiging vermeldt:

    • a.

      de datum, de aanvangstijd en plaats van de vergadering, alsmede de agenda;

    • b.

      de wijze waarop en de plaats waar een ieder de agenda en de daarbij behorende voorstellen kan inzien.

  • 5. Voorafgaand aan de vergaderingen als bedoeld in het eerste lid vindt desgewenst een vooroverleg plaats tussen de portefeuillehouder, een teamleider of een door hem aangewezen ambtenaar, de ambtelijk secretaris en een afgevaardigde van het dagelijks bestuur van de WWB-adviesraad.

  • 6. De WWB-adviesraad vergadert slechts als ten minste de helft van het aantal stemgerechtigde leden, onder wie de voorzitter of de plaatsvervangend voorzitter, aanwezig is. Wanneer het vereiste aantal leden niet aanwezig is, belegt de voorzitter binnen één week een nieuwe vergadering en stelt de leden daarvan terstond schriftelijk in kennis. In deze laatste vergadering kunnen besluiten worden genomen ongeacht het aantal aanwezige leden.

  • 7. Besluiten van de WWB-adviesraad worden genomen bij meerderheid van stemmen. Indien de stemmen staken, beslist de voorzitter.

  • 8. De stemming over personen geschiedt schriftelijk. Alle overige stemmingen geschieden mondeling tenzij één van de leden een schriftelijke stemming verlangt.

  • 9. De vergaderingen van de WWB-adviesraad worden in het openbaar gehouden. Er wordt besloten vergaderd wanneer er sprake is van beraadslaging over personen of zaken die redelijkerwijs zouden kunnen leiden tot beschadiging van personen of van de gemeente Renkum.

  • 10. Het advies van de WWB-adviesraad aan het college bevat, voor zover relevant, de zienswijzen van de leden van de WWB-adviesraad.

  • 11. De voorzitter is bevoegd ambtenaren en andere deskundigen uit te nodigen tot het deelnemen aan de vergaderingen van de WWB-adviesraad.

Artikel 9 De informatievoorziening

Het college draagt ervoor zorg dat aan de WWB-adviesraad de nodige informatie vroegtijdig en toegankelijk wordt verstrekt ten behoeve van het behoorlijk kunnen functioneren van de WWB-adviesraad.

Artikel 10 De facilitering

  • 1. Voor het bijwonen van de vergaderingen wordt aan de leden en de voorzitter van de WWB-adviesraad een vergoeding conform de Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Renkum 2009 toegekend.

  • 2. Voor de uitoefening van de taak van de WWB-adviesraad zal jaarlijks in de gemeentebegroting een post worden opgenomen. Binnen de kaders van die begrotingspost stelt het college een budget voor de WWB-adviesraad vast. Het toekennen van het budget geschiedt op basis van een begroting die de WWB-adviesraad voor 1 mei van het jaar voorafgaand aan het begrotingsjaar indient bij het college. Op verzoek van de WWB-adviesraad kan het college het budget tussentijds aanpassen, voor zover daarmee de in de gemeentebegroting gestelde kaders niet worden overschreden.

  • 3. De onkostenvergoeding als bedoeld in lid 1 alsmede de kosten van materiële voorzieningen, zoals vergaderruimte, kosten van inschakelen van deskundigen, kosten voor het instellen van werkgroepen, speciale voorzieningen in verband met handicap, porti, drukwerk en dergelijke komen ten laste van het budget als bedoeld in het tweede lid.

Artikel 11 Werkgroepen

  • 1. De WWB-adviesraad kan eventueel uit zijn midden werkgroepen instellen, hetzij ter voorbereiding van een advies over een bepaald onderwerp, hetzij ter voorbereiding van adviezen over onderwerpen op een bepaald gebied. De WWB-adviesraad regelt de taak, samenstelling en werkwijze van zulke werkgroepen. De WWB-adviesraad stelt, op basis van de begroting als bedoeld in het tweede lid van artikel 10, aan de werkgroepen ten behoeve van hun werkzaamheden een budget beschikbaar.

  • 2. De WWB-adviesraad kan een huishoudelijk reglement vaststellen ter nadere regeling van zijn functioneren. Hij geeft aan het college kennis van de inhoud van een dergelijk reglement.

Artikel 12 De verslaglegging

  • 1. De secretaris draagt ervoor zorg dat van het in de vergaderingen van de WWB-adviesraad verhandelde en de genomen besluiten een beknopt verslag wordt opgesteld dat voldoende inzicht biedt in de argumentatie die tot de besluiten heeft geleid.

  • 2. Het verslag wordt ter kennisname aan het college gezonden en openbaar gemaakt.

Artikel 13 Bestuurlijk overleg

  • 1. Tussen het college, de WMO-adviesraad en de WWB-adviesraad vindt ten minste eenmaal per jaar een structureel overleg plaats.

  • 2. Het college doet binnen een redelijke termijn schriftelijk verslag van het overleg en de daarin gemaakte afspraken.

  • 3. Alle deelnemers aan het overleg als bedoeld in het eerste lid hebben de bevoegdheid om aangelegenheden als bedoeld in artikel 3, eerste lid, op de agenda te laten zetten.

Artikel 14 Evaluatie

Eens per twee jaar, of zoveel eerder als de WWB-adviesraad dit nodig oordeelt, evalueert hij zijn werkzaamheden op effectiviteit en efficiëntie. Aan de hand van de uitkomsten verbetert hij de eigen werkwijze en doet voorstellen tot eventuele gewenste aanpassingen in deze verordening.

Artikel 15 Slotbepalingen

In gevallen waarin deze verordening niet voorziet beslist het college, na daartoe advies te hebben ingewonnen van de WWB-adviesraad.

Artikel 16 Overgangsregeling

De wijziging van de verordening heeft geen consequenties voor de leden van de WWB-adviesraad en de voor hen geldende zittingsduur.

Artikel 17 Citeertitel, inwerkingtreding nieuwe en intrekking oude verordeningen

  • 1.

    Deze verordening kan worden aangehaald als: Verordening cliëntenparticipatie WWB, WIJ, IOAW en IOAZ gemeente Renkum 2011.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2011.

  • 3.

    Op dat moment wordt de ‘Verordening cliëntenparticipatie WWB’, vastgesteld bij raadsbesluit van 26 september 2007, ingetrokken.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Renkum op 15 december 2010.

DE RAAD VAN DE GEMEENTE RENKUM,

de griffier, de voorzitter,

mr. J.I.M. le Comte, drs. J.P. Gebben