Regeling vervallen per 24-01-2024

Reglement commissie bezwaarschriften Rijssen-Holten 2018

Geldend van 28-03-2018 t/m 23-01-2024

Intitulé

Reglement commissie bezwaarschriften Rijssen-Holten 2018

Het college van de gemeente Rijssen-Holten gelezen het voorstel d.d. 12 februari 2018

Besluit:

vast te stellen:

Gewijzigd Reglement commissie bezwaarschriften

in te trekken:

Reglement commissies bezwaarschriften Rijssen-Holten 2014

Artikel 1 Definitie

Voorzitter: de voorzitter die is ingepland voor de te houden hoorzitting.

Artikel 2 Aanwijzing en bevoegdheden van de commissies

  • 1. Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op ingediende bezwaarschriften tegen besluiten van de raad, het college en de burgemeester, genaamd: commissie bezwaarschriften.

  • 2. Daarnaast is er een commissie algemene rechtspositionele aangelegenheden. Deze commissie is belast met de voorbereiding van de beslissing op gemaakte bezwaren als bedoeld in artikel 1:5 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) op het gebied van de rechtspositie van personeel, dat is aangesteld op grond van de Arbeidsvoorwaardenregeling Rijssen-Holten of de Arbeidsvoorwaardenregeling Griffie Rijssen-Holten.

  • 3. De commissie bezwaarschriften is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten:

    • a.

      met betrekking tot de zaken waar de commissie algemene rechtspositionele aangelegenheden bevoegd is;

    • b.

      op grond van een wettelijk voorschrift inzake belastingen of de Wet waardering onroerende zaken.

  • 4. De verdeling van bevoegdheden in het tweede en derde lid wordt ook aangehouden voor de behandeling van bezwaarschriften tegen besluiten inzake bestuursrechtelijke geldschulden, als bedoeld in titel 4.4 van de Awb, die voortvloeien uit de genoemde bevoegdheden.

Artikel 3 Samenstelling van de commissie

  • 1. De commissie bestaat uit twee voorzitters en ten minste vier leden.

  • 2. De voorzitters en de leden worden door het college benoemd, geschorst en ontslagen.

  • 3. Het college benoemt zo nodig een genoegzaam aantal leden.

  • 4. De voorzitters en de leden van de commissie maken geen deel uit van en zijn niet werkzaam onder verantwoordelijkheid van een gemeentelijk bestuursorgaan van de gemeente Rijssen-Holten.

  • 5. De voorzitters en de leden zijn bij benoeming volop actief in een voor lidmaatschap van de commissie relevant beroep. Daarnaast beschikken ze over een brede bestuursrechtelijke kennis.

  • 6. Bij ontstentenis of afwezigheid van de voorzitters van de commissie wordt zijn taak waargenomen door een lid van de commissie en wordt dit lid, voor zover nodig, vervangen door een ander lid. De volgorde van vervanging van de voorzitter wordt door de commissie in onderling overleg bepaald.

Artikel 4 Geheimhouding

De leden van de commissie zijn verplicht tot geheimhouding van hetgeen hen bij de uitoefening van hun lidmaatschap ter kennis komt.

Artikel 5 Secretaris

  • 1. De secretaris van een commissie is een door het college aangewezen ambtenaar.

  • 2. Het college kan één of meer plaatsvervangers van de secretaris aanwijzen.

Artikel 6 Zittingsduur

  • 1. De voorzitters en de leden van een commissie worden benoemd voor vier jaar.

    • a.

      Deze termijn wordt stilzwijgend met maximaal vier jaar verlengd.

    • b.

      Het college kan de stilzwijgende verlenging uiterlijk twee maanden voor aanvang van de termijn stuiten.

  • 2. De voorzitters en de leden van de commissie kunnen op ieder moment ontslag nemen.

  • 3. De voorzitters en de leden van de commissie kunnen op ieder moment bij een met redenen omkleed besluit en tegen een daarin te bepalen datum door het college van hun functie worden ontheven, als zij zodanige daden of gedragingen hebben verricht en dat redelijkerwijs niet verlangd kan worden dat hun voorzitter- respectievelijk Iidmaatschap voortduurt of als de vereiste bekwaamheid of geschiktheid wordt gemist om de taak als voorzitter of lid van een commissie naar behoren uit te voeren.

  • 4. De aftredende voorzitters en de aftredende leden van een commissie blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien. Dit geldt niet voor de voorzitters en leden die op grond van het bepaalde in het derde lid aftreden of uit hun functie zijn ontheven.

Artikel 6 Ingediend bezwaarschrift

  • 1. Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.

  • 2. Het bezwaarschrift met de daarbij overgelegde stukken wordt zo spoedig mogelijk in handen van de secretaris van een commissie gesteld.

  • 3. Bij het bericht van ontvangst als bedoeld in artikel 6:14 van de Awb wordt vermeld dat een commissie over het bezwaar zal adviseren.

Artikel 7 Uitoefening bevoegdheden

De bevoegdheden op grond van de hierna genoemde artikelen van de Awb worden voor de toepassing van deze verordening in mandaat uitgeoefend door of namens de voorzitter van een commissie:

  • artikel 2:1, tweede lid;

  • artikel 6:17, voorzover het betreft de verzending van stukken tijdens de behandeling door een commissie;

  • artikel 7:4, tweede lid;

  • artikel 7:6, vierde lid.

Artikel 8 Vooronderzoek

  • 1. De voorzitter van de commissie is bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.

  • 2. De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe op de hoorzitting te verschijnen. Als daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van het college vereist.

Artikel 9 Bemiddeling

De secretaris kan, in overleg met de voorzitter en na overleg met het verwerend orgaan, onderzoeken of het bezwaar op andere wijze bijgelegd kan worden en daartoe de nodige handelingen verrichten.

Artikel 10 Verweerschrift

  • 1. De commissie nodigt het verwerend orgaan uit een op het bezwaarschrift betrekking hebbend verweerschrift in te dienen.

  • 2. Het verweerschrift wordt zo mogelijk drie weken maar uiterlijk tien dagen voor het horen in handen van de secretaris van de commissie gesteld.

  • 3. Het verweerschrift wordt na ontvangst bij de overige op het bezwaarschrift betrekking hebbende stukken gevoegd.

Artikel 11 Hoorzitting

  • 1. De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de hoorzitting waarin de belanghebbenden en het verwerend orgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen.

  • 2. De voorzitter beslist over de toepassing van artikel 7:3 van de Awb.

  • 3. Als de voorzitter op grond van de in het tweede lid besluit af te zien van het horen, doet hij daarvan mededeling aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan.

Artikel 12 Uitnodiging hoorzitting

  • 1. De voorzitter nodigt de belanghebbenden en het verwerend orgaan uiterlijk drie weken voor de datum van hoorzitting schriftelijk uit.

  • 2. Binnen drie werkdagen na de uitnodiging kunnen de belanghebbenden of het verwerend orgaan onder opgaaf van redenen de voorzitter verzoeken het tijdstip van de hoorzitting te wijzigen.

  • 3. De beslissing van de voorzitter op dit verzoek wordt zo spoedig mogelijk aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan meegedeeld.

  • 4. De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen die genoemd zijn in het eerste tot en met het derde lid.

Artikel 13 Quorum

  • 1. Voor het houden van een zitting is vereist dat ten minste 1 lid en de voorzitter of zijn plaatsvervanger, aanwezig is.

  • 2. Bij de beraadslaging zijn minimaal 2 leden en de voorzitter of zijn plaatsvervanger, betrokken.

Artikel 14 Niet deelneming aan de behandeling

De voorzitters en de leden van een commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift als daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn.

Artikel 15 Openbaarheid zitting

  • 1. De zitting van de commissie bezwaarschriften is openbaar, tenzij het bezwaar gericht is tegen een besluit op grond van de Participatiewet (waaronder Bbz en minimabeleid), Wet maatschappelijke ondersteuning, Jeugdwet, Verordening leerlingenvervoer, Beleidsregels schulddienstverlening of het besluit Gehandicaptenparkeerkaart.

  • 2. Daarnaast kunnen de deuren worden gesloten als de voorzitter van de commissie of een van de aanwezige leden het nodig acht of als een belanghebbende daartoe een verzoek doet.

  • 3. Als de commissie vervolgens beslist dat gewichtige redenen aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de zitting verzetten, vindt de zitting achter gesloten deuren plaats.

Artikel 16 Schriftelijke verslaglegging

  • 1. Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de Awb vermeldt de namen van de aanwezigen en hun hoedanigheid.

  • 2. Het verslag houdt een zakelijke vermelding in van wat over en weer is gezegd en verder ter zitting is voorgevallen.

  • 3. 3. Als de zitting van de commissie geheel of gedeeltelijk met gesloten deuren plaatsvond, of als belanghebbenden respectievelijk hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt het verslag hiervan melding.

  • 4. Het verslag verwijst naar de op de zitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag kunnen worden gehecht.

  • 5. Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter of bij zijn ontstentenis of afwezigheid op het moment van ondertekening door een bij de zitting aanwezig lid en de secretaris van een commissie.

Artikel 17 Nader onderzoek

  • 1. Als na afloop van de zitting maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de voorzitter uit eigen beweging of op verlangen van de andere commissieleden dit onderzoek gelasten.

  • 2. De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van een commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden toegezonden.

  • 3. De leden van een commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de nadere informatie aan de voorzitter van een commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De voorzitter beslist op zo’n verzoek.

  • 4. Op een nieuwe hoorzitting zijn de bepalingen in deze verordening die betrekking hebben op de hoorzitting, zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 18 Raadkamer en advies

  • 1. De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door haar uit te brengen advies.

  • 2. Een commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

  • 3. Als bij een stemming de stemmen staken, dan beslist de stem van de voorzitter.

  • 4. Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt als die minderheid dat verlangt.

  • 5. Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 6. Het advies wordt door de voorzitter of bij zijn ontstentenis of afwezigheid op het moment van ondertekening door een bij de zitting aanwezige lid en de secretaris van een commissie ondertekend.

Artikel 19 Uitbrengen advies

  • 1. Het advies wordt, onder medezending van het verslag als bedoeld in artikel 16 en eventueel door een commissie ontvangen nadere informatie en nader verslag, tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift moet beslissen en aan belanghebbenden bekend gemaakt.

  • 2. Als naar het oordeel van de voorzitter van een commissie de termijn van twaalf weken, als bedoeld in artikel 7:10, eerste lid, van de Awb, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies en het nemen van een beslissing, wordt het verwerend orgaan hiervan in kennis gesteld, zodat de beslissing tijdig kan worden verdaagd.

Artikel 20 Inwerkingtreding

  • 1. Dit reglement treedt in werking de dag na bekendmaking.

  • 2. Het ‘Reglement commissies bezwaarschriften Rijssen-Holten 2014’ wordt bij vaststelling van dit reglement ingetrokken.

Artikel 22 Citeertitel

Dit reglement kan worden aangehaald als: ‘Reglement commissie bezwaarschriften Rijssen-Holten 2018’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rijssen-Holten op 13 maart 2018

A.C. van Eck, A.C. Hofland,

secretaris, burgemeester