Regeling vervallen per 01-01-2013

Subsidieregeling sanering verspreide glastuinbouw Zuid-Holland 2012 (Subsidieregeling sanering verspreide glastuinbouw Zuid-Holland 2012)

Geldend van 26-04-2012 t/m 31-12-2012

Intitulé

Subsidieregeling sanering verspreide glastuinbouw Zuid-Holland 2012 (Subsidieregeling sanering verspreide glastuinbouw Zuid-Holland 2012)

Besluit van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland van 5 maart 2012 tot vaststelling van de Subsidieregeling sanering verspreide glastuinbouw Zuid-Holland 2012 (Prov. Blad. 2012, nr. 24).

Artikel 1 Begripsbepalingen  

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a. activiteit: het saneren van verspreide glastuinbouw;

  • b. duurzame kwaliteitsverbetering: duurzame kwaliteitsverbetering in landschappelijk, ecologisch of economisch opzicht;

  • c. financieel tekort: het negatieve saldo van opbrengsten en subsidiabele kosten, verminderd met bijdragen van derden en subsidies van andere bestuursorganen en de Europese Commissie;

  • d. fysiek glas: het werkelijke glasoppervlak van glastuinbouwbedrijven;

  • e. gebiedsgerichte werkwijze: een werkwijze waarbij duurzame kwaliteitsverbetering in landschappelijk en ecologisch opzicht voor een geheel gebied met meer dan één te saneren glastuinbouwbedrijf wordt nagestreefd;

  • f. kwaliteitskader: een bundeling van documenten die de huidige en de gewenste kwaliteit van een gebied in landschappelijk, ecologisch of economisch opzicht tonen of beschrijven;

  • g. opbrengsten: alle opbrengsten die direct of indirect zijn toe te rekenen aan de activiteit;

  • h. papieren glas: glastuinbouw waarvan de realisatie volgens het bestemmingsplan is toegestaan, maar die niet is gerealiseerd;

  • i. prioritaire gebieden: de gemeenten Barendrecht, Binnenmaas, Cromstrijen, Hendrik-Ido-Ambacht, Kaag en Braassem, Korendijk, Leidschendam-Voorburg, Maassluis, Midden-Delfland, Nieuwkoop, Oud-Beijerland, Pijnacker-Nootdorp, Ridderkerk, Strijen, Zuidplas (met uitzondering van de Zuidplaspolder en de Tweemanspolder) en Zwijndrecht;

  • j. saneren: opruimen en het verrichten van alle (rechts)handelingen die het opruimen rechtstreeks ondersteunen of mogelijk maken;

  • k. subsidiabele kosten: alle noodzakelijke en werkelijk gemaakte kosten die direct zijn toe te rekenen aan de activiteit;

  • l. verordening: de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland;

  • m. verspreide glastuinbouw: fysiek glas, bijbehorende bebouwing (geen woningen) en papieren glas, gelegen buiten de in de Provinciale Structuurvisie en de Verordening Ruimte vastgelegde bebouwingscontouren, concentratiegebieden voor de glastuinbouw, boom- en sierteeltgebieden en buiten de Bollenstreek.

Artikel 2 Activiteit

1. Gedeputeerde Staten kunnen projectsubsidies bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel b, van de verordening voor ten hoogste vier jaar verstrekken voor de activiteit in prioritaire gebieden.2. Artikel 15, eerste lid, onderdeel a, van de verordening en artikel 17, eerste lid, van de verordening zijn niet van toepassing.

Artikel 3 Doelgroep

Een subsidie bedoeld in artikel 2 wordt verstrekt aan gemeenten en openbare lichamen bedoeld in artikel 8 van de Wet gemeenschappelijke regelingen, waarin gemeenten samenwerken.

Artikel 4 Aanvraag

1. In afwijking van artikel 36, eerste lid, van de verordening wordt een aanvraag voor een subsidie bedoeld in artikel 2 ingediend in het tijdvak van 26 april tot en met 10 mei 2012.2. In afwijking van artikel 36, eerste lid, van de verordening wordt een wijziging van de aanvraag bedoeld in het vorige lid ingediend in het tijdvak van 1 augustus tot en met 2 oktober 2012.3. Voor de toepassing van deze regeling, met uitzondering van artikel 4, eerste lid, wordt een wijziging van de aanvraag bedoeld in het vorige lid gelijkgesteld met een aanvraag.4.In aanvulling op artikel 36, derde lid, van de verordening gaat een aanvraag voor een subsidie bedoeld in artikel 2 vergezeld van een kwaliteitskader.

Artikel 5 Beslistermijn

1. Gedeputeerde Staten beslissen uiterlijk 13 november 2012.2. Gedeputeerde Staten kunnen de beslissing uitstellen tot uiterlijk 15 januari 2013. Van het uitstel wordt schriftelijk en gemotiveerd mededeling gedaan.

Artikel 6 Weigeringsgronden

1. In aanvulling op de artikelen 12 tot en met 15 en artikel 40 van de verordening weigeren Gedeputeerde Staten de verlening van een subsidie bedoeld in artikel 2 van deze regeling, als:

  • a. er geen financieel tekort is,

  • b. Gedeputeerde Staten voor dezelfde activiteit reeds subsidie hebben verleend,

  • c. de activiteit financieel niet haalbaar is,

  • d. het te verlenen subsidiebedrag lager is dan € 125.000,

  • e. het aantal punten dat bij de rangschikking bedoeld in artikel 7 is toegekend aan de duurzame kwaliteitsverbetering minder dan dertig bedraagt,

  • f. de activiteit in totaal minder dan vier hectare fysiek glas betreft,

  • g. er geen sprake is van een gebiedsgerichte werkwijze bij de activiteit,

  • h. de aanvraag niet in overeenstemming met de raad (raden) van de belanghebbende gemeente(n) is ingediend.

2. De financiële haalbaarheid bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, bepalen Gedeputeerde Staten aan de hand van:

  • a. het sluitend zijn van de begroting,

  • b. het marktconform zijn van de in de begroting opgenomen kosten en opbrengsten,

  • c. het risico en de onzekerheid ten aanzien van de juistheid van de in de begroting opgenomen kosten en opbrengsten, en

  • d. de toelaatbaarheid van de in de begroting opgenomen bijdragen tot medefinanciering van het financiële tekort.

3. Voor zover opbrengsten in de begroting opbrengsten van te bouwen woningen betreffen, nemen Gedeputeerde Staten opbrengsten in beschouwing van woningen

  • a. waarvan de bouw de instemming heeft van het regionale bestuursorgaan waarbinnen afstemming plaatsvindt over de woningmarkt van de desbetreffende regio, en

  • b. die een verkoopprijs (vrij op naam) van minder dan € 600.000 (inclusief b.t.w.) hebben.

4. In afwijking van het derde lid, onderdeel b, nemen Gedeputeerde Staten opbrengsten in beschouwing van woningen met een verkoopprijs (vrij op naam) van € 600.000 (inclusief b.t.w.) of meer die worden gebouwd:

  • a. op de locaties die zijn aangewezen als topmilieu wonen: Dordrecht Belthurepark, Zuidplas Rode Waterparel, Valkenburg en Westlandse Zoom,

  • b. aaneengesloten in een complex van minder dan tien woningen, of

  • c. in een dichtheid van minder dan vijf woningen per hectare.

5. Artikel 40, eerste lid, onderdeel c, van de verordening is niet van toepassing.

Artikel 7 Rangschikking  

1. Gedeputeerde Staten rangschikken de aanvragen voor een subsidie bedoeld in artikel 2 op grond van de volgende criteria:

  • a. de duurzame kwaliteitsverbetering

  • b. de verhouding tussen de hoogte van het toe te kennen maximale subsidiebedrag per hectare te saneren fysiek glas en de duurzame kwaliteitsverbetering die met deze subsidie wordt bereikt

  • c. het maatschappelijke draagvlak van de activiteit, en

  • d. de aanpak van de activiteit.

2. Gedeputeerde Staten kennen voor de rangschikking bedoeld in het eerste lid de volgende punten toe:

  • a. criterium a: ten hoogste zestig punten;

  • b. criterium b: ten hoogste twintig punten;

  • c. criterium c: ten hoogste tien punten;

  • d. criterium d: ten hoogste tien punten.

3. Gedeputeerde Staten geven aan de aanvragen voor een subsidie bedoeld in artikel 2 een rangschikking naar gelang het totale aantal toegekende punten. 4. Gedeputeerde Staten verdelen het bedrag van het subsidieplafond op volgorde van rangschikking bedoeld in het eerste lid.5. Als twee of meer aanvragen een gelijk aantal punten hebben verkregen en hun plaats in de rangschikking zodanig is dat de som van de toe te kennen maximale subsidiebedragen het subsidieplafond overstijgt, wordt met inachtneming van het subsidieplafond subsidie verleend voor de activiteit met het hoogste aantal punten behaald op het criterium bedoeld in het eerste lid, onderdeel a.6. Als na toepassing van het bepaalde in het vijfde lid het subsidieplafond niet is bereikt, wordt de verdeling bedoeld in het vijfde lid op overeenkomstige wijze toegepast op het overblijvende budget voor de overblijvende aanvragen, zo nodig bij herhaling totdat het overblijvende budget geheel is verdeeld.

Artikel 8 Duurzame kwaliteitsverbetering

1. Gedeputeerde Staten beoordelen de duurzame kwaliteitsverbetering aan de hand van het kwaliteitskader op grond van de regionale, landschapsspecifieke kenmerken en kwalitatieve richtlijnen zoals vastgelegd in de Kwaliteitskaart bij de Provinciale Structuurvisie.2. Daarnaast beoordelen Gedeputeerde Staten de duurzame kwaliteitsverbetering aan de hand van het kwaliteitskader op grond van de volgende overwegingen:

  • a. de mate waarin de eigenschappen en waarden van de landschappelijke topografie ter plaatse van het te saneren fysieke glas worden hersteld, versterkt of actief ontwikkeld in samenhang met de kenmerken van het landschap in groter verband,

  • b. de mate waarin de functionaliteit van het landschap ter plaatse van het te saneren fysieke glas als agrarische gebruiksruimte en/of ecologisch reservoir wordt hersteld, versterkt of actief ontwikkeld,

  • c. de mate waarin eventuele woningen of andere gebouwde voorzieningen die worden gebouwd ter medefinanciering van de activiteit, worden verankerd in de historische en/of bestaande stedenbouwkundige structuur (van dorpskom, lintbebouwing, buurtschap of dergelijke), en

  • d. de mate waarin de eventueel te verplaatsen bedrijven de economische structuur van een concentratiegebied voor de glastuinbouw in Zuid-Holland versterken in ruimtelijk, logistiek en milieutechnisch opzicht.

     

Artikel 9 Advies

Gedeputeerde Staten kunnen over een aanvraag van subsidie bedoeld in artikel 2 advies inwinnen van onafhankelijke deskundigen.

Artikel 10 Hoogte van het subsidiebedrag  

1. Een subsidie bedoeld in artikel 2 bedraagt vijftig procent van het financiële tekort tot ten hoogste € 250.000 per hectare fysiek glas en tot ten hoogste € 8 miljoen in totaal.2. Hogere kosten of lagere opbrengsten kunnen niet leiden tot verhoging van de verleende subsidie.

Artikel 11 Subsidiabele kosten

1. Tot de subsidiabele kosten worden in ieder geval de volgende kosten gerekend:

  • a. plankosten bedoeld in artikel 6.2.4, onderdelen a, g, h, i en j, van het Besluit ruimtelijke ordening;

  • b. bij verwerving van grond en opstallen: de koopsom en de overdrachtskosten;

  • c. kosten van gebruiksbeëindiging;

  • d. sloopkosten of een vergoeding voor sloopkosten aan de betrokken ondernemer, onder aftrek van mogelijke opbrengsten uit sloop;

  • e. kosten van bodemonderzoek dat noodzakelijk is voor de activiteit;

  • f. deskundigenkosten;

  • g. notariskosten;

  • h. onvoorziene kosten tot ten hoogste 15% van het totaal van alle subsidiabele kosten in de begroting.

2. Tot de subsidiabele kosten worden in ieder geval niet gerekend:

  • a. kosten die zijn gemaakt vóór 13 september 2011;

  • b. kosten van herinrichting of beheer van de gronden van het gesaneerde fysieke glas;

  • c. begrotingsoverschrijdingen;

  • d. overige kosten, voor zover die niet nader zijn gespecificeerd of die Gedeputeerde Staten niet doelmatig achten.

Artikel 12 Medefinanciering

1. Als medefinanciering van het financiële tekort waarvoor subsidie bedoeld in artikel 2 wordt verleend, worden in ieder geval toegelaten:

  • a. financiële bijdragen van de subsidieontvanger;

  • b. opbrengsten van gronduitgifte op locaties voor nieuwe glastuinbouw;

  • c. het buiten de exploitatie van de activiteit afwaarderen van grond tot de marktwaarde ervan;

  • d. onder grond bedoeld in onderdeel c wordt verstaan grond waarop de activiteit plaatsvindt of waarop woningen worden gebouwd als bedoeld in artikel 6, derde en vierde lid.

2. Als medefinanciering van het financiële tekort waarvoor subsidie bedoeld in artikel 2 wordt verleend, worden in ieder geval niet toegelaten:

  • a. bijdragen in natura van de subsidieontvanger;

  • b. garantstellingen van de subsidieontvanger voor kosten toe te rekenen aan de activiteit;

  • c. opbrengsten van compensatiewoningen bedoeld in artikel 2, tweede lid, en artikel 3, eerste lid, van de Verordening Ruimte;

  • d. financiële compensatie bedoeld in artikel 2, tweede lid, en artikel 3, eerste lid, van de Verordening Ruimte;

  • e. subsidies van andere overheden of de Europese Commissie;

  • f. bijdragen van derden.

     

Artikel 13 Voorschot

1. Gedeputeerde Staten kunnen op een met redenen omkleed verzoek jaarlijks een voorschot verlenen, waarbij de som van de verleende voorschotten niet groter is dan tachtig procent van het totale bedrag van de verleende subsidie.2. Na het jaar waarin een subsidie bedoeld in artikel 2 is verleend, wordt het verzoek om een voorschot ingediend tegelijk met het tussentijdse verslag bedoeld in artikel 14.

Artikel 14 Tussentijdse rapportage

De subsidieontvanger overlegt jaarlijks vóór 1 januari een tussentijds verslag aan Gedeputeerde Staten. Het tussentijdse verslag bevat in ieder geval:

  • a. een inhoudelijk en financieel verslag van de activiteit in het afgelopen jaar;

  • b. een beschrijving van de risico’s van de activiteit en beheersmaatregelen in het komende jaar;

  • c. een geactualiseerde planning van de activiteit in de resterende looptijd van de subsidie.

Artikel 15 Verplichtingen

In aanvulling op de artikelen 16 tot en met 20 en artikel 42 van de verordening is de subsidieontvanger verplicht om:

  • a. de activiteit binnen de looptijd van de subsidie uit te voeren,

  • b. de activiteit te beginnen binnen drie maanden na de datum van de beschikking tot subsidieverlening, en

  • c. ervoor zorg te dragen of, als de subsidieontvanger niet de gemeente is op wier grondgebied de activiteit plaatsvindt, te bevorderen dat zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen de looptijd van de subsidie, de realisatie van nieuw fysiek glas of andere bebouwing (woningen uitgezonderd) op de gronden van het gesaneerde fysieke en papieren glas niet meer mogelijk is.

Artikel 16 Subsidievaststelling

1. Als het saneren van het fysieke glas niet of niet volledig is uitgevoerd, kunnen Gedeputeerde Staten de subsidie lager vaststellen met ten hoogste een bedrag per hectare niet-gesaneerd fysiek glas dat gelijk is aan het resultaat van de deling van het verleende subsidiebedrag door het aantal hectares te saneren fysiek glas als vastgelegd in de beschikking tot subsidieverlening.2. Gedeputeerde Staten stellen de subsidie nooit hoger vast dan het verleende subsidiebedrag.

Artikel 17 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op 26 april 2012.

Artikel 18 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling sanering verspreide glastuinbouw Zuid-Holland 2012.

Ondertekening

Den Haag, 5 maart 2012.
Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland,
J. FRANSSEN, voorzitter
M.M. VAN DER KRAAN, wnd. secretaris  

 Bijlage

Formulier voor de aanvraag van een projectsubsidie sanering verspreide glastuinbouw 2012 bij de provincie Zuid-Holland