Regeling vervallen per 01-04-2007

Richtlijn Social Return Utrecht

Geldend van 18-07-2006 t/m 31-03-2007

Richtlijn Social Return Utrecht

(besluit van 18 juli 2006)

Het college van burgemeester en wethouders;

gelet op artikel 17 tweede lid van de Reïntegratieverordening 2004;

overwegende dat het wenselijk is meer banen te creëren en bij te dragen aan het verlagen van de werkloosheid onder laaggeschoolde werkzoekenden;

BESLUIT

vast te stellen de:

RICHTLIJN Social Return Utrecht

Artikel 1 Definities

  • a) social return: Activiteiten die de gemeente Utrecht via haar aanbestedingen onderneemt om extra werkgelegenheid voor werkloos-werkzoekenden te creëren zoals door het college van burgemeester en wethouders is vastgesteld in het besluit “Invoering Social Return” op 18 juli 2006.

  • b) de definities van de Reïntegratieverordening 2004 zijn van overeenkomstige toepassing.

Artikel 2 Werkgever

De subsidie als bedoeld in deze Richtlijn is voor de werkgever die in een aanbestedingsprocedure, waarin de clausule Social Return is opgenomen, een opdracht van de gemeente Utrecht heeft verworven en:

  • a.

    In het kader van Social Return met een werkloos-werkzoekende een tijdelijk of een vast dienstverband heeft afgesloten of

  • b.

    die gerealiseerd heeft dat een werkloos-werkzoekende bij een ander bedrijf een tijdelijk of een vast dienstverband heeft verkregen.

Artikel 3 Voorwaarden voor subsidie bij doorstroom naar regulier werk

  • 1.In afwijking van artikel 24 van de Reïntegratieverordening wordt de subsidie als bedoeld in deze Richtlijn verstrekt aan:

    • a.

      de werkgever die de werknemer -na een tijdelijk dienstverband in het kader van Social Return- reguliere arbeid aanbiedt of er voor zorgt dat de werknemer bij een andere werkgever reguliere arbeid aanvaardt voor de duur van tenminste zes maanden. De subsidie wordt uitbetaald onder overlegging van een kopie van de arbeidsovereenkomst van minimaal zes maanden, aansluitend op de Social Return-periode;

    • b.

      de werkgever die in het kader van Social Return met de werkloos-werkzoekende direct bij de start een vast dienstverband afsluit, wanneer deze werknemer na zes maanden nog steeds een vast dienstverband heeft. De subsidie wordt uitbetaald zes maanden na de start van de Social Return - plaatsing, onder overlegging van een kopie van de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd.

      2.Geen subsidie op grond van deze Richtlijn wordt verstrekt aan de werkgever die reeds subsidie voor de loonkosten van de werknemer op grond van de Reïntegratieverordening direct voorafgaand aan het tijdelijke of vaste dienstverband heeft ontvangen.

Artikel 4 Werknemer

De werknemer:

  • a.

    heeft op het moment van plaatsing minimaal drie maanden als werkloos-werkzoekend ingeschreven gestaan bij het CWI en

  • b.

    heeft een WWB of Anw-uitkering of is de persoon als bedoeld in artikel 6 onder a WWB en

  • c.

    heeft bij of via een werkgever Social Return een tijdelijk of vast dienstverband gekregen in het kader van een opdracht Social Return.

Artikel 5 Hoogte van de uitstroomsubsidie

De subsidie bedraagt eenmalig EUR 2.500,00.

Artikel 6 Citeerwijze

Deze richtlijn kan worden aangehaald als: Richtlijn Social Return Utrecht.

Artikel 7 Inwerkingtreding

Deze richtlijn treedt in werking op 18 juli 2006.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders 18 juli 2006

De secretaris, De burgemeester,

Drs. M.J.C. Heeremans Mr. A.H. Brouwer-Korf

Bekendmaking heeft plaatsgevonden op 2 augustus 2006.

Dit verzameluitvoeringsbesluit is in werking getreden op 18 juli 2006.

BIJLAGE BEHOREND BIJ GEMEENTEBLAD VAN UTRECHT 2006, NR. 32

SOCIAL RETURN

onderdeel van het

WERKGELEGENHEIDSOFFENSIEF

van de

GEMEENTE UTRECHT

Juni 2006

Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling

Afdeling Sociale Zaken & Werkgelegenheid

Unit Integrale Beleidsontwikkeling

Inhoud

Inhoud 2

Het plan in kort bestek 3

Inleiding 5

Arbeidsmarkt 6

Uitgangspunten 8

Sectoren en contracten 10

Organisatie 10

Werkwijze 11

Financiering 12

Communicatie, planontwikkeling en besluitvorming 13

Bijlage 1 Concept bestekbepalingen Social Return 15

Bijlage 2 Concept samenwerkingsovereenkomst Gemeente - UWV 17

Bijlage 3 Samenwerkingsovereenkomst Gemeente - CWI 21

Bijlage 4 Voortgangsadministratie 24

Bijlage 5 Lijst met afkortingen 25

Het plan in kort bestek

De regeling samengevat

  • De gemeente Utrecht voert met ingang van 1 augustus 2006 organisatiebreed Social Return in voor contracten met een minimum omvang van EUR 225.000,00 op tenminste de terreinen: bouw en renovatie, schoonmaak en catering, zorg en groenvoorziening.

  • De Social Return clausule vormt een eis, waaraan inschrijvers moeten voldoen.

  • Aanbieders kunnen verschillende vormen van Social Return aanbieden. De belangrijkste zijn:

    • 1.

      Een dienstverband voor de projectperiode;

    • 2.

      Een leerwerkplek met behoud van uitkering voor de projectperiode, met een maximum van 9 maanden.

  • Aanbieders kunnen Social Return via twee doelgroepen realiseren:

    • 1.

      Voor betaald werk: werkloos-werkzoekenden die minimaal drie maanden ingeschreven staan bij het CWI.

    • 2.

      Voor de leerwerkplekken: werkloos-werkzoekende jongeren van 18 tot 27 jaar met een WWB-uitkering die ingeschreven staan bij het CWI.

  • Aan aanbieders wordt gevraagd om voor tenminste 5% van de aanneemsom Social Return te realiseren. Wanneer de opdracht zeer arbeidsextensief is, wordt gevraagd om 7% van de loonsom via Social Return te realiseren.

  • Dit kan op twee manieren: de loonkosten van de in dienst te nemen werkzoekenden, of de fictieve loonkosten (op basis van de relevante CAO-salarisschalen) van de leerwerkplek-deelnemers.

  • Het Matchbureau Werk Nu van Sociale Zaken en Werkgelegenheid wordt verantwoordelijk voor de uitvoering van Social Return.

  • Hiervoor wordt -gefinancierd uit het W-deel- een fulltime adviseur aan het Matchbureau Werk Nu ter beschikking gesteld.

  • Bureau Aanbestedingen wordt verantwoordelijk voor het evalueren van en adviseren over het al dan niet en op welke wijze toepassen van Social Return.

  • De Gemeente Utrecht en het UWV Utrecht vergoeden -binnen nog te stellen kaders- de noodzakelijke scholingskosten.

  • Voor WWB- en NUG-kandidaten op een betaalde werkplek kan een werkgever -als aan de voorwaarden wordt voldaan- een loonkostensubsidie ontvangen.

  • Een werkgever die een WWB- of NUG-kandidaat, na afloop van het gegunde project, een dienstverband van minimaal een half jaar aanbiedt, ontvangt een uitstroomsubsidie van EUR 2.500,00. Hiervoor dient het college van burgemeester en wethouders separaat een besluit te nemen.

  • Er wordt jaarlijks een evaluatie uitgevoerd over de resultaten van Social Return, waar onder meer besloten wordt over continuering, wijziging doelgroep, sectoren en bestekbepalingen.

De voordelen voor de bedrijven

  • Via Social Return is het mogelijk om opdrachten van de gemeente te verwerven

  • De gemeente ondersteunt het bedrijf bij het vinden van personeel voor de uitvoering van de opdrachten.

  • Het bedrijf beslist zelf wie het een dienstverband of leerwerkplek aanbiedt. De autonomie van het bedrijf in zijn personeelsbeleid blijft intact.

  • De gemeente (en in uitzonderingsgevallen het UWV) vergoeden – binnen kaders - de noodzakelijk geachte scholingskosten, ook als dit bedrijfsscholing is.

  • De gemeente en het UWV zorgen voor adequate begeleiding van de geplaatste kandidaten.

  • De gemeente verstrekt voor WWB/NUG-kandidaten een loonkostensubsidie, als de deelnemers daarvoor in aanmerking komen.

  • De gemeente verstrekt een uitstroompremie wanneer een bedrijf een werknemer (WWB of NUG-kandidaat) een dienstverband van een half jaar of langer aanbiedt.

  • Het bedrijf scoort op een aspect van maatschappelijk verantwoord ondernemen

De voordelen voor de werkzoekenden

  • De werkloos-werkzoekende krijgt de mogelijkheid op een betaalde baan

  • De deelnemer wordt na plaatsing begeleid

  • De jongere op een leerwerkplek kan werkervaring opdoen, waarmee zijn kansen op betaald werk worden verbeterd.

  • De deelnemers krijgen -indien nodig- scholing aangeboden.

Taken en verantwoordelijkheden Social Return

Taken

Verantwoordelijkheid

Visie en beleid

SoZaWe/IBO

Regie

SoZaWe/IBO

Samenwerkingsoverleg

Stuurgroep

Aanbestedingsadvies

Bureau Aanbestedingen

Aanbestedingen

Opdrachtgevers

Afspraken en controle

SoZaWe/Matchbureau Werk Nu

Werving

Bedrijf en Matchbureau Werk Nu

Relatiebeheer

SoZaWe/Matchbureau Werk Nu

Ondersteuning werkgevers

Trajectorganisaties en Matchbureau Werk Nu

Inleiding

Een goede werking van de arbeidsmarkt en een vermindering van de werkloosheid onder Utrechtse burgers vormen belangrijke opdrachten voor de gemeente Utrecht.

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht heeft daarom in augustus 2004 besloten tot een Werkgelegenheidsoffensief. Dit zijn de drie pijlers van het offensief:

  • 1.

    versterking van de relatie onderwijs-arbeidsmarkt;

  • 2.

    verbetering van de match tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt en

  • 3.

    behoud, werven en creëren van werkgelegenheid.

Social Return is een van de initiatieven onder de pijler Behoud, werven en creëren van werkgelegenheid.

Via Social Return benut de overheid haar rol als aanbesteder om een maatschappelijk doel te realiseren. Utrecht creëert hiermee extra werkgelegenheid voor werkloos-werkzoekenden en leerwerkplekken voor jongeren. Wanneer de gemeente een opdracht verstrekt, vraagt zij aan de uitvoerder om een bepaald deel van de aanneemsom te bestemmen voor werkloos-werkzoekenden en/of door het bieden van leerwerkplekken.

Het voor de duur van het project in dienst nemen van werklozen en/of het aanbieden van leerwerkplekken vormt dan een van de criteria aan de hand waarvan offertes worden beoordeeld en opdrachten worden verstrekt. Het is een van de eisen waar een bedrijf aan moet voldoen, wil het de opdracht gegund krijgen.

Om de uitvoering van Social Return succesvol te laten verlopen, worden bedrijven ondersteund in hun werving van personeel en stagiaires en in het aanvragen van eventuele loonkostensubsidies. Ook kunnen afspraken worden gemaakt over het scholen van de (potentiële) werknemers en wordt begeleiding van de deelnemers na plaatsing verzorgd.

In de negentiger jaren zijn eerder Social Return projecten uitgevoerd, soms succesvol, soms minder. Eind negentiger jaren heeft Utrecht het Servicepunt Bouw gekend, waar een Social Return scholings- en instroomproject werd gerealiseerd in samenwerking met de Bouwsector. Dit initiatief is toen om twee redenen gestopt. Ten eerste was de arbeidsmarkt toen zodanig overspannen, dat het niet mogelijk bleek om de vakmensen aan te leveren die de sector nodig had bij het uitvoeren van de gemeentelijke opdrachten. Ten tweede bleek de gekozen constructie, namelijk het bieden van vaste banen aan Utrechtse werkzoekenden, strijdig met het (Europese) aanbestedingsrecht, omdat aanbieders uit andere regio’s minder goed aan deze verplichting konden beantwoorden.

Inmiddels kan er geconcludeerd worden, dat er weer redenen zijn om door middel van Social Return op gemeentelijke aanbestedingen extra werkgelegenheid te creëren:

  • De arbeidsmarkt is minder overspannen dan in de negentiger jaren.

  • In dit voorstel wordt meer gezocht naar werkgelegenheid die passend is voor een groter deel van de werkzoekenden.

  • Er wordt niet alleen gezocht naar betaald werk, maar ook naar leerwerkplekken.

  • Ook in andere steden in Nederland wordt met succes uitvoering gegeven aan deze vorm van contract compliance en wordt tot continuering van experimenten overgegaan.

  • Uit recent onderzoek naar Social Return in Nederland (Rombout en Kessels, PSW, juni 2005) blijkt dat Social Return, mits op de juiste wijze georganiseerd, tot goede resultaten kan leiden.

  • Er zijn oplossingen gevonden om strijdigheid met de aanbestedingsregels te voorkomen. Er wordt nu uitgegaan van het aanbieden van een contract voor (maximaal) de projectperiode en de doelgroep is uitgebreid naar alle werkloos-werkzoekenden die staan ingeschreven bij het CWI.

  • De gemeente heeft besloten om voor jongeren tot 27 jaar een sluitend aanbod van leren en/of werken te realiseren.

  • En last but not least krijgen gemeenten een steeds explicietere verantwoordelijkheid om contacten met bedrijven te benutten voor de reïntegratie van hun cliënten

Begin 2006 worden gesprekken gevoerd met een aantal werkgevers(organisaties) over het voornemen van de gemeente Utrecht om invulling te geven aan Social Return. Doel van deze gesprekken was om af te tasten hoe bedrijven aankijken tegen Social Return en of zij suggesties hebben voor uitbreiding van de mogelijkheden om invulling te geven aan Social Return. Gesproken wordt met een bouwbedrijf, een schoonmaakbedrijf, een vastgoedontwikkelaar en een werkgeversorganisatie. De reactie van de werkgeversorganisatie was niet positief, omdat men van mening is dat de constructie strijdig is met de eigen verantwoordelijkheid van bedrijven om personeel aan te nemen. De individuele bedrijven die tot nu toe gesproken zijn reageerden positiever en zagen wel mogelijkheden om invulling te geven aan Social Return.

In dit voorstel wordt beschreven hoe Social Return in Utrecht vorm krijgt.

Arbeidsmarkt

Het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) registreert en analyseert de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt. In het geschetste beeld voor 2005 tot 2010 stijgen de aantallen banen en vacatures, maar vertoont ook de beroepsbevolking een sterke stijging.

Landelijke arbeidsmarkt

De “CWI Arbeidsmarktprognose 2005-2010” beschrijft, dat de vraag naar arbeid beïnvloed wordt door drie factoren: de stijging van het Bruto Binnenlands Product, de arbeidsproductiviteit en de omvang van deeltijdarbeid.

Het aantal banen stijgt landelijk naar verwachting in 2006-2010 met gemiddeld 151.000 per jaar. Daarmee ligt de verwachte banengroei aanzienlijk boven het niveau in de periode 2001-2004. Hiermee neemt ook het aantal vacatures toe: van 760.000 in 2005, 830.000 in 2006 en 940.000 in 2010.

Tegenover de vraag naar arbeid staat ook een groei van de beroepsbevolking, van 39.000 in 2005, 99.000 in 2006 en 112.000 gemiddeld in de periode 2007 - 2010. Het aandeel vrouwen in de beroepsbevolking zal aanzienlijk toenemen, van 38% tot 45% in de periode 1995-2010. Het aandeel boven 45-jarigen neemt toe van 27% in 1995 tot 39% in 2010.

Qua beroepsgroepen groeit vooral het aantal banen voor middelbaar en hoger opgeleid administratief/beleidsadviserend en voor verzorgend/heelkundig personeel. Binnen het Niet Werkend Werkzoekenden (NWW)-bestand neemt het aantal ouderen en laaggeschoolden toe. 50% van het NWW-bestand bestaat uit personen met een opleiding op vmbo-niveau of lager.

De CWI Arbeidsmarktprognose noemt als belangrijkste aandachtspunten de fricties tussen de aanbod en de vraag voor de groep laagopgeleiden en de groep ouderen.

lokale werkzoekendenbestand

Bestuursinformatie geeft voor de gemeente Utrecht op basis van een bestandsanalyse per 1 januari 2006 de volgende cijfers met betrekking tot het werkzoekenden bestand;

Totaal NWW

13.763

100%

waarvan > 27 jaar

11.924

87%

waarvan > 45 jaar

4.430

32%

waarvan > zes maand werkloos

9.961

72%

waarvan vrouw

6.338

46%

waarvan allochtoon

4.791

35%

waarvan < mbo/havo/vwo

8.313

60%

De conclusie lijkt gerechtvaardigd: Van het huidige -en ook toekomstige- bestand van werkzoekenden in de gemeente Utrecht zal een substantieel deel knelpunten ervaren in het vinden van een baan. Een te lage opleiding, langdurige werkloosheid en een relatief hoge leeftijd zullen belemmeringen vormen. De uitkomsten van de Reïntegratiemonitor 2005 van de Gemeente Utrecht, bevestigen deze conclusie: Een grote kloof wordt geconstateerd tussen het opleidingsniveau van met name werkzoekenden met een bijstandsuitkering en de vraag op de arbeidsmarkt.

Een extra impuls van de gemeente om werkgelegenheid te creëren is noodzakelijk. Bij de vormgeving van deze initiatieven zal met name rekening moeten worden gehouden met de gesignaleerde fricties tussen vraag en aanbod.

Uitgangspunten

Social Return Utrecht richt zich op het benutten van de gemeentelijke investeringen als een extra instrument om de werking van de arbeidsmarkt te verbeteren. De kansen op werk van jongeren en werkzoekenden die minimaal 3 maanden werkloos zijn worden vergroot.

Er worden twee doelstellingen gerealiseerd middels Social Return:

  • 1.

    Aan werkzoekenden worden extra mogelijkheden tot uitstroom of het opdoen van werkervaring geboden, zonodig aangevuld met scholing ten behoeve van de functie.

  • 2.

    Aan uitvoerders van opdrachten van de gemeente wordt ondersteuning geboden door middel van het aanbieden van potentiële werknemers en stagiaires om de verkregen opdrachten uit te voeren.

Er worden in principe twee varianten toegepast:

  • 1.

    het bieden van dienstverbanden voor minimaal de duur van de projectperiode (of korter wanneer specifieke werkzaamheden slechts een deel van de projectperiode beslaan).

  • 2.

    het bieden van leerwerkplekken met behoud van uitkering (voor maximaal 9 maanden) aan jongeren van 18 tot 27 jaar.

Het bedrijf kan andere vormen van Social Return voorstellen, bijvoorbeeld het plaatsen van een werkzoekende bij een collega-ondernemer. Voorwaarde hierbij is slechts dat de werkzoekende tot de doelgroep behoort en dat de plaatsing aangetoond kan worden.

Bij iedere aanbesteding vanaf EUR 225.000,00 wordt de clausule Social Return opgenomen. Gezien het werkzoekendenbestand van de Gemeente Utrecht wordt het meeste rendement van Social Return verwacht van opdrachten waar laaggeschoolde arbeid een substantieel onderdeel van vormt. Interessant zijn met name de opdrachten met lager geschoold werk in diverse beroepsrichtingen. Hiermee wordt het beter mogelijk om vrouwen en laaggeschoolden in te laten stromen via Social Return.

De doelgroep voor Social Return Utrecht wordt breed ingezet:

Voor het betaalde werk:

  • niet werkende werkzoekenden met een WWB-, Anw-uitkering of zonder uitkering (NUG);

  • niet werkende werkzoekenden met een WW-uitkering;

  • die minimaal drie maanden staan ingeschreven bij het CWI en

  • gemotiveerd en in staat zijn om minimaal 24 uur per week te werken

Voor de leerwerkplekken:

• niet werkende werkzoekenden met een WWB-uitkering van 18 tot 27 jaar.

Bij het uitbesteden van opdrachten wordt van inschrijvers gevraagd om tenminste 5% van de aanneemsom te besteden aan het in dienst nemen van werkzoekenden die minimaal drie maanden werkloos zijn.

Aanvullend hierop, c.q. vervangend hieraan kan een inschrijver een aanbod doen om een aantal leerwerkplekken te creëren voor jongeren van 18 tot 27 jaar. Voor de berekening van de ‘waarde’ van dit aanbod, wordt een fictieve loonsom vastgesteld, conform de CAO van het bedrijf.

Wanneer de opdracht zeer arbeidsextensief (nader vast te stellen) is, wordt aan de aanbieder gevraagd om tenminste 7% van de loonsom via Social Return te realiseren.

Social Return gaat gelden voor de nieuwe aanbestedingsprocedures van de gemeente vanaf 1 augustus 2006. Voor reeds lopende, perspectiefvolle, contracten wordt met het bedrijf besproken onder welke voorwaarden er mogelijkheden zijn om Social Return alsnog toe te gaan passen. Hierbij hangt het volledig van de bereidheid van het bedrijf af of het zijn medewerking wil verlenen.

Het bedrijf geeft na de gunning aan voor welke functies het kandidaten zoekt voor een dienstverband of een stageplek in het kader van Social Return. Hierbij kan het bedrijf -binnen redelijke grenzen- eisen stellen aan de kandidaten. Deze eisen betreffen bijvoorbeeld het minimum vereiste opleidingsniveau en/of de bereidheid van de kandidaat om een scholing te volgen. Ook een redelijke motivatie mag het bedrijf verwachten.

Het bedrijf beslist zelf of het een kandidaat in dienst neemt en sluit met deelnemers een arbeids- of stagecontract af voor de duur van het project, of voor de duur van de specifieke activiteiten die betrokken werknemer kan doen.

De maximumduur van een leerwerkplek met behoud van uitkering bedraagt negen maanden. De leerwerkplek kan uiteraard een vervolg krijgen wanneer het bedrijf bereid is om de deelnemer in dienst te nemen.

Een uitvoerder die een kandidaat een dienstverband voor een half jaar aanbiedt na afloop van het project, ontvangt een uitstroompremie van EUR 2.500,00 per werknemer, wanneer het gaat om WWB- of NUG-kandidaat.

Het uitgangspunt bij het vaststellen van de noodzakelijke scholing is, dat gestreefd wordt naar een zo spoedig mogelijke indiensttreding. De voorkeur gaat daarmee uit naar een duale opzet, waarbij het leren en werken naast elkaar plaatsvindt.

Wanneer de kandidaat niet over voldoende vaardigheden beschikt om met zijn werkzaamheden te starten, wordt een functiegerichte scholing ingekocht. Hieraan neemt de kandidaat dan deel, voorafgaand aan de plaatsing.

De gemeente vergoedt voor WWB/NUG-kandidaten -binnen vastgestelde kaders- de noodzakelijk geachte scholing, tenzij er een voorliggende financiering, bijvoorbeeld via het Ministerie van OCW, van toepassing is. Het UWV vergoedt in uitzonderingsgevallen voor UWV-kandidaten de noodzakelijke scholing.

De realisatie van de Social Return afspraken worden in nauw overleg tussen het bedrijf en het Matchbureau Werk Nu uitgewerkt. Dit gebeurt in goed overleg. In de bestekbepaling is een boeteclausule opgenomen wanneer de 5% van de aanneemsom (of 7% van de loonsom) niet wordt gehaald. Deze boeteclausule wordt niet toegepast wanneer het bedrijf aannemelijk kan maken dat het hem niet te verwijten is dat de 5% (of 7%) niet wordt gehaald. Mogelijke reden hiervoor is bijvoorbeeld dat er geen geschikte kandidaten voor de werkzaamheden zijn.

Sectoren en contracten

De “Rapportage aanbestedingsbeleid Gemeente Utrecht 2004” van Bureau Aanbestedingen geeft een overzicht van de contracten die in dat jaar door de gemeente met externe partijen zijn afgesloten.

Deze rapportage is geanalyseerd aan de hand van de volgende drie criteria:

  • 1.

    Vormt arbeid een substantieel onderdeel van het contract?

  • 2.

    Is deze arbeid niet voornamelijk zeer gespecialiseerd en/of hooggeschoold?

  • 3.

    Is de opdracht van voldoende omvang om Social Return realiseerbaar te maken?

Het resultaat van deze analyse komt neer op perspectieven bij het volgende type opdrachten:

  • 1.

    Bouwrijp maken en inrichten gebieden

  • 2.

    Nieuwbouw, renovatie en onderhoud van gebouwen en bruggen

  • 3.

    Aanleg en onderhoud van wegen en parken

  • 4.

    Schoonmaak gebouwen en wegen

  • 5.

    Catering

  • 6.

    Baggeren, slopen

  • 7.

    Zorg

In minimaal alle aanbestedingen op deze gebieden wordt de Social Return clausule opgenomen.

Organisatie

Social Return kan bij verschillende bedrijfsonderdelen van de gemeente aangehaakt worden. Er kan gezocht worden naar een relatie met het aanbod (Sociale Zaken en Werkgelegenheid), met het aanbestedingsproces (Bureau Aanbesteding) of met de vraagzijde (Economische Zaken van de Dienst Stadsontwikkeling).

De criteria die gebruikt zijn om tot een keuze te komen, zijn:

  • een dienstverlening die primair aanbodgericht en secundair vraaggericht is;

  • een overzichtelijke dienstverlening naar bedrijven, met zo min mogelijk versnippering;

  • een effectieve dienstverlening, met andere woorden erin slagen om op tijd de juiste kandidaten voor de vacatures voor te dragen en

  • een efficiënte dienstverlening, dus tegen zo laag mogelijke kosten.

Na een afweging van de alternatieven op basis van deze criteria, worden de Social Return activiteiten ondergebracht bij het Matchbureau Werk Nu. Dit is een onderdeel van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van de Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling. Bedrijven kunnen hier de Social Return-vacatures die ontstaan zijn door de hun gegunde opdracht melden. Om de realisatie van de Social Return opdrachten succesvol te maken, zal het Matchbureau Werk Nu uitgebreid worden met een fulltime adviseur. Deze draagt zorg voor de concretisering van de personeelsbehoefte van het bedrijf, voor de coördinatie van de werving en selectie van kandidaten en het onderhouden van contacten met individuele bedrijven, toeleidingsorganisaties, UWV en CWI. De adviseur organiseert scholing voor potentiële werknemers, al dan niet in samenwerking met trajectorganisaties. De adviseur organiseert dat deelnemers begeleid worden door een trajectorganisatie of gemeente.

Er wordt een stuurgroep gevormd, met vertegenwoordigers van Bedrijfssectoren, Bureau Aanbestedingen, DMO en belangrijke gemeentelijke opdrachtgevende diensten, die adviseert over de inrichting en naar aanleiding van de resultaten van Social Return Utrecht.

Werkwijze

Sectoren en opdrachten

Bij de start van Social Return vinden de volgende activiteiten plaats.

In alle nieuwe aanbestedingen op de gebieden bouw en renovatie, schoonmaak en catering en groenvoorziening wordt door de opdrachtgevende dienst de clausule Social Return opgenomen in de bestekken.

Bureau Aanbestedingen adviseert of er in plaats van minimaal 5% van de aanneemsom gekozen moet worden voor minimaal 7% van de loonsom.

Jaarlijks wordt de realisatie van Social Return geëvalueerd. Beoordeeld wordt onder meer of de bestaande Convenanten en de bestekbepalingen nog steeds een optimaal resultaat leveren. Hierbij worden behalve de resultaten, ook de ontwikkelingen aan de vraag- en aanbodzijde van de arbeidsmarkt betrokken. Deze evaluatie wordt uitgevoerd door het Matchbureau Werk Nu in samenwerking met Bureau Aanbestedingen.

Selectie van kandidaten

Werkzoekenden kunnen via verschillende kanalen geworven worden:

  • eigen wervingskanalen van de bedrijven, waaronder de;

  • Vacature Service Utrecht;

  • CWI (via het Matchbureau Werk Nu);

  • Sociale Zaken en Werkgelegenheid (via het Matchbureau Werk Nu);

  • Bureau Inburgering Gemeente Utrecht (via het Matchbureau Werk Nu);

  • Reïntegratiebedrijven (via het Matchbureau Werk Nu);

  • MKB-leerbanen (via het Matchbureau Werk Nu);

  • Do-It Onderwijsproject (via het Matchbureau Werk Nu);

  • Programma Voortijdig Schoolverlaten (via het Matchbureau Werk Nu) en

  • andere projectmatige of structurele initiatieven (via het Matchbureau Werk Nu)

Hiermee wordt een structuur ingericht, waarbij:

  • 1.

    de verantwoordelijkheid voor de werving en indienstneming van kandidaten bij de werkgever blijft liggen,

  • 2.

    voorkomen wordt dat werkgevers benaderd worden door verschillende organisaties die kandidaten willen voordragen en

  • 3.

    alle mogelijkheden om kandidaten te plaatsen worden benut.

Scholing

De adviseur van het Matchbureau Werk Nu bespreekt met de werkgever welke scholing er noodzakelijk is voor de betreffende kandidaat-werknemer of stagiair.

Wanneer het Matchbureau Werk Nu een scholingsnoodzaak voor de gemeentelijke cliënten constateert, wordt deze scholing individueel of projectmatig ingekocht. De scholing wordt voor de gemeentelijke cliënten via het WWB-budget gefinancierd. Het UWV vergoedt in uitzonderingsgevallen en op basis van een advies van het CWI scholing van de UWV-cliënten

Administratieve verantwoording

In overleg met unit Bedrijfsvoering en Control van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zal de administratieve verantwoording verder worden uitgewerkt. De administratieve belasting voor de bedrijven zal tot een minimum beperkt blijven. De volgende informatie is in ieder geval nodig:

  • kopie bewijs van inschrijving CWI, met werkloosheidsduur en uitkerende instantie;

  • kopie van de arbeids- of stageovereenkomst, met de duur van de overeenkomst;

  • berekening van de reële en/of fictieve loonsom over betreffende deelnemers en van de totale aanneemsom van de opdracht en

  • wanneer de werkgever later de werknemer een dienstverband voor onbepaalde dienst aanbiedt en recht op de uitstroompremie heeft, dient een kopie van deze arbeidsovereenkomst verstrekt te worden.

Financiering

De kosten voor de uitvoering van Social Return Utrecht vallen uiteen:

Het Matchbureau Werk Nu

•Salariskosten van de adviseur. Aangezien uitvoering wordt gegeven aan het reïntegreren van cliënten van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, kunnen deze salariskosten bekostigd worden uit het W-deel van de WWB. Aangezien er ook UWV-cliënten worden geplaatst, is een samenwerkingsovereenkomst tussen gemeente en UWV opgesteld, zodat ook de uitvoeringsactiviteiten voor deze groep uit het W-deel bekostigd kunnen worden.

Scholing

De onderstaande verantwoordelijkheidsverdeling is van toepassing:

  • duale scholingskosten, via Ministerie van OCW;

  • kosten voor voortrajecten, niet-functiegerichte neventrajecten en functiegerichte scholing (individuele of projectmatig) van de gemeentelijke cliënten, via de gemeente en

  • incidenteel worden kosten voor voortrajecten, niet-functiegerichte neventrajecten en functiegerichte scholing (individuele of projectmatig) via de UWV vergoed voor de UWV-cliënten.

Loonkostensubsidies te financieren uit het W-deel

  • opstapbanen (bijdrage aan de loonkosten wanneer een bedrijf een WWB/NUG-kandidaten met een afstand tot de arbeidsmarkt in dienst neemt);

  • vangnetbanen (bijdrage aan de loonkosten bij indienstneming van een WWB/NUG-kandidaten die werkervaring moet opdoen) en

  • uitstroompremie van EUR 2.500,00 bij bieden halfjaarcontract voor WWB/NUG-cliënten

Nazorg en begeleiding

  • Via de reguliere reïntegratiecontracten van de gemeente voor gemeentelijke cliënten.

  • Via de reguliere reïntegratiecontracten van het UWV voor UWV-cliënten.

  • Via het Matchbureau Werk Nu voor cliënten die niet deelnemen aan een traject bij een trajectorganisatie.

Communicatie, planontwikkeling en besluitvorming

De communicatie over Social Return Utrecht valt in drie fasen uiteen:

  • 1.

    Planontwikkeling en besluitvorming.

  • 2.

    Vormgeving, inrichting en presentatie.

  • 3.

    Structurele communicatie met betrekking tot de taken en resultaten van de Social Return activiteiten.

In de planontwikkeling heeft overleg/besluitvorming plaatsgevonden met/over: Dienst Stadsontwikkeling, Bureau Aanbestedingen, Projectorganisatie Stationsgebied, Afdeling Sociale Zaken Werkgelegenheid, Dienst Stadswerken, Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Utrecht, Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling. Ook heeft overleg plaatsgevonden met een aantal werkgevers(organisaties).

Na besluitvorming met betrekking tot Social Return Utrecht zal een communicatieplan en een implementatieplan worden opgesteld. Streefdatum om de activiteiten operationeel te hebben, is 1 augustus 2006.

De verdere implementatie zal worden uitgevoerd door Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Bijlage 1 Concept bestekbepalingen Social Return

1.De inschrijver is verplicht minimaal 5% van de aanneemsom (met een benedengrens van EUR 225.000,00) excl. BTW te besteden aan:

  • het inzetten van werkloos-werkzoekenden en

  • het bieden van leerwerkstageplaatsen voor jongeren van 18 tot 27 jaar,

wanneer de opdracht zeer arbeidsextensief is (percentage nog vaststellen) wordt minimaal 7% van de loonsom opgenomen in het bestek als voorwaarde.

    • 2.

      Onder een werkloos-werkzoekende wordt verstaan iemand die minimaal drie maanden werkzoekend is en die als zodanig staat ingeschreven bij een Centrum voor Werk en Inkomen (CWI). De werkloos-werkzoekende heeft een WWB-, een UWV-, een Anw-uitkering of geen uitkering.

    • 3.

      Onder een jongere wordt verstaan iemand met een WWB-uitkering in de leeftijdsgroep van 18 jaar tot 27 jaar.

    • 4.

      Voor het bepalen van het percentage van de aanneemsom dat door de inzet van werkloos-werkzoekenden en jongeren wordt gerealiseerd gelden de volgende uitgangspunten:

  • de loonkosten van de werkloos-werkzoekende die in dienst wordt genomen tijdens de projectperiode, conform de geldende CAO, bij het bedrijf zelf of bij een andere werkgever en

  • voor de jongere die een leerwerkplek wordt geboden met behoud van uitkering dient het bedrijf het loonbedrag te berekenen dat zou gelden wanneer deze jongere volgens de CAO in dienst wordt genomen.

    • 5.

      Het bedrijf is verantwoordelijk voor het rekruteren van werkloos-werkzoekenden. De gemeente Utrecht zal zich inspannen de aanlevering van kandidaten te bevorderen. Hiertoe heeft de gemeente het Matchbureau Werk Nu ingericht. Voorwaarde is dat het bedrijf een planning opstelt voor het benodigde personeel en deze planning verstrekt aan het Matchbureau Werk Nu van de gemeente Utrecht. Deze planning dient uiterlijk de vijftiende werkdag na de dag waarop hem het werk is opgedragen in het bezit te zijn van het Matchbureau Werk Nu.

    • 6.

      Gemeentelijke kandidaten (WWB/NUG) worden -indien nodig- geschoold. Deze scholing vindt zo mogelijk plaats na de plaatsing bij het bedrijf, dus duaal. Indien dat niet mogelijk is, worden de deelnemers geschoold voordat zij bij het bedrijf aan de slag gaan. De kosten voor de scholing worden vergoed door de gemeente wanneer er geen voorliggende financiering bestaat. In uitzonderingsgevallen vergoedt het UWV de noodzakelijke scholing voor zijn kandidaten.

    • 7.

      Indien het bedrijf zijn verplichtingen aangaande het in dienst nemen van werkloos-werkzoekenden of het bieden van een leerwerkplek niet (volledig) nakomt, vindt een inhouding naar rato van de niet gerealiseerde loonkosten plaats. Deze inhouding vindt niet plaats indien het bedrijf aannemelijk kan maken, dat hem geen verwijt treft voor het niet realiseren van Social Return.

Bijlage 2 Concept samenwerkingsovereenkomst Gemeente - UWV

Partijen:

▪De rechtspersoon gemeente Utrecht, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door mevrouw L.A.M. Neeft, Hoofd Sociale Zaken en Werkgelegenheid, hierna te noemen de gemeente,

en

▪De rechtspersoon Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer F. Laagland, Regiomanager WW, hierna te noemen het UWV

Overwegen dat:

  • partijen jegens hun cliënten een inspanningsverplichting hebben ten aanzien van het bevorderen van hun reïntegratie op de arbeidsmarkt;

  • partijen belang hebben bij het reïntegreren van werkzoekenden, met als resultaat schadelastbeperking voor gemeente en UWV;

  • de gemeente haar aanbestedingsrol wil benutten om reïntegratiemogelijkheden te creëren voor werkzoekende cliënten van Gemeente en UWV;

  • de gemeente zet de 5% Regeling in als een middel om de instroom van werkzoekenden op de arbeidsmarkt te bevorderen door de koppeling te leggen tussen gemeentelijke investeringen en de verplichting van opdrachtnemers om werkzoekenden werk te verschaffen;

  • de gemeente stelt daarom in haar aanbestedingen de eis, dat een uitvoerder van een gemeentelijke private opdracht voor minimaal 5% van de aanneemsom (of minimaal loonsom) cliënten van partijen (met een minimum werkloosheidsduur van drie maanden) voor de duur van het project in dienst moet nemen of moet zorgdragen voor plaatsing bij een andere werkgever of cliënten van partijen tot 27 jaar een leerwerkplek moet bieden;

  • partijen willen door middel van de regeling zoveel mogelijk werkzoekenden door middel van werkervaring, scholing en/of begeleiding een kans te bieden op een structurele plaats in het arbeidsproces;

  • partijen in het kader van hun samenwerking een overeenkomst aangaan, waarin zij hun wederzijds verplichtingen vastleggen.

Zijn het volgende overeengekomen:

Inhoud van de samenwerking

  • De gemeente neemt in haar aanbestedingen van minimaal EUR 225.000,00 de 5% Regeling op.

  • De gemeente en UWV hebben voor de 5% Regeling de volgende doelgroepen vastgesteld:

Voor de inzet van werkzoekenden op betaald werk:

  • 1.

    werkzoekenden, die minimaal drie maanden werkloos zijn en

  • 2.

    een WWB-uitkering, Anw-uitkering, WW-uitkering, WIA-uitkering of geen uitkering hebben

Voor de inzet van werkzoekenden op leerwerkplekken met behoud van uitkering:

  • 1.

    werkzoekenden van 18 tot 27 jaar en

  • 2.

    die niet rechtstreeks bemiddeld kunnen worden naar betaald werk

De UWV zal uitsluitend kandidaten voordragen voor plaatsing in Social Return wanneer zij:

• niet deelnemen aan een reïntegratieactiviteit en

• na de plaatsing via Social Return volledig uit de uitkering zijn.

Inzet van middelen

  • De gemeente financiert de organisatiekosten hiervan uit het WWB-budget.

  • De gemeente vergoedt de kosten van noodzakelijk geachte scholing voor cliënten met een WWB-uitkering, met een Anw-uitkering of zonder uitkering, die in het kader van de 5% Regeling worden geplaatst, uit het WWB-budget.

  • Het UWV vergoedt in uitzonderingsgevallen de kosten van noodzakelijk geachte scholing voor cliënten met een WW-uitkering of een WIA-uitkering, die in het kader van de 5% Regeling worden geplaatst, uit haar reïntegratiebudgetten. Voorwaarde is dat zowel de reïntegratiecoach van het UWV als het CWI adviseren dat de scholing noodzakelijk is voor arbeidsinpassing.

  • De gemeente verstrekt aan werkgevers een uitstroomsubsidie van EUR 2.500,00 wanneer de werkgever de werkzoekende, geplaatst in het kader van de 5% Regeling, een betaalde baan aanbiedt van minimaal een half jaar . De uitstroomsubsidie is van toepassing op werknemers die, vóór hun plaatsing via de 5% Regeling, een WWB-uitkering, een Anw-uitkering hadden of werkzoekend zonder uitkering waren.

Uitvoering

  • De gemeente richt het Matchbureau Werk Nu in en geeft dit de opdracht tot het uitvoeren van de 5% Regeling en levert hiervoor de benodigde menskracht.

  • Het Matchbureau Werk Nu meldt binnengekomen vacatures binnen 24 uur bij de klantmanagers Werk van de gemeente, bij de reïntegratiecoaches van het UWV, bij de drie CWI’s in de gemeente en bij de reïntegratiebedrijven van UWV en gemeente.

  • Deze organisaties melden binnen drie werkdagen of zij kandidaten hebben die door het Matchbureau Werk Nu opgeroepen kunnen worden voor een matchingsgesprek. Deze aanmelding gebeurt, indien mogelijk, door het digitaal sturen van een recent CV van de kandidaten.

Communicatie

  • De gemeente en het UWV zorgen er voor, dat in hun interne communicatie de 5% Regeling doelstelling en werkwijze wordt gepresenteerd op een zodanige wijze, dat medewerkers op een positieve wijze geïnformeerd zijn over het initiatief, en dat zij weten op welke wijze zij uitvoering kunnen geven aan het realiseren van de doelstelling.

  • De gemeente en het UWV informeren de reïntegratiebedrijven, waarmee zij contracten hebben afgesloten over de in deze overeenkomst gemaakte afspraken en dragen er zorg voor, dat de bedrijven goed geïnformeerd zijn en werken conform de afspraken.

  • Eenmaal per kwartaal vindt er overleg plaats tussen gemeente en UWV om de voortgang te bespreken. Dit gebeurt aan de hand van een door het Matchbureau Werk Nu gemaakte notitie, waarin een overzicht wordt gegeven van de realisaties ten opzichte van de taakstellingen, uitgesplitst naar de cliënten van gemeente en UWV. In de notitie wordt eventueel melding gemaakt van knelpunten in de uitvoering en suggesties gedaan voor verbetering.

  • Bij dit kwartaalgesprek zullen de volgende personen aanwezig zijn: De beide ondertekenaars van de overeenkomst, de eindverantwoordelijke van het Matchbureau Werk Nu, de unitmanager Werk van de gemeente, de verantwoordelijke beleidsmedewerker en een teammanager van de UWV.

Ondertekening

Aldus ondertekend op dd-mm-jjjj te Utrecht

Namens de gemeente Utrecht Namens het UWV

Mevrouw L.A.M. Neeft, De heer W. van Straten

Hoofd Sociale Zaken en Werkgelegenheid Regiomanager Domein Werk

Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling

Bijlage 3 Samenwerkingsovereenkomst Gemeente - CWI

Partijen:

▪De gemeente Utrecht, vertegenwoordigd door mevrouw L.A.M. Neeft, Hoofd Sociale Zaken en Werkgelegenheid, hierna te noemen de gemeente,

en

▪Het Centrum voor Werk en Inkomen Utrecht (CWI), vertegenwoordigd door de heer R. Tiggelman, vestigingsmanager CWI Zuid, hierna te noemen het CWI,

Overwegen dat:

  • partijen jegens hun cliënten een inspanningsverplichting hebben ten aanzien van het bevorderen van hun reïntegratie op de arbeidsmarkt;

  • de gemeente haar aanbestedingsrol wil benutten om reïntegratiemogelijkheden te creëren voor werkzoekende cliënten van gemeente en UWV.

  • de gemeente Social Return inzet als een middel om de instroom van werkzoekenden op de arbeidsmarkt te bevorderen door de koppeling te leggen tussen gemeentelijke investeringen en de verplichting van opdrachtnemers om werkzoekenden werk te verschaffen.

  • partijen door middel van de regeling zoveel mogelijk werkzoekenden door middel van werkervaring, scholing en/of begeleiding een kans willen bieden op een structurele plaats in het arbeidsproces.

  • partijen in het kader van hun samenwerking een overeenkomst aangaan, waarin zij hun wederzijds verplichtingen vastleggen.

Zijn het volgende overeengekomen:

1. Inhoud van Social Return

  • De gemeente neemt in haar aanbestedingen van minimaal EUR 225.000,00 de Social Return clausule op. Deze clausule houdt de eis in, dat een uitvoerder van een gemeentelijke private opdracht voor minimaal 5% van de aanneemsom (of bij arbeidsextensieve opdrachten minimaal 7% van de loonsom) cliënten van gemeente en UWV (met een minimum werkloosheidsduur van drie maanden) voor de duur van het project in dienst neemt en/of cliënten van partijen van 18 tot 27 jaar een leerwerkplek biedt.

  • De gemeente en het UWV hebben voor Social Return de volgende doelgroepen vastgesteld:

Voor de inzet van werkzoekenden op betaald werk:

  • 1.

    werkzoekenden, die minimaal drie maanden werkloos zijn;

  • 2.

    een WWB-uitkering, Anw-uitkering, WW-uitkering, WIA-uitkering of geen uitkering hebben en

  • 3.

    Ingeschreven staan bij het CWI

Voor de inzet van werkzoekenden op leerwerkplekken (eventueel met behoud van uitkering):

  • 1.

    werkloos-werkzoekenden met een WWB-uitkering van 18 tot 27 jaar;

  • 2.

    die niet rechtstreeks bemiddeld kunnen worden naar betaald werk en

  • 3.

    ingeschreven staan bij het CWI

2. Uitvoering

  • De gemeente richt een uitvoeringsunit in en geeft deze unit de opdracht tot het uitvoeren van Social Return en levert hiervoor de benodigde menskracht.

  • Het Matchbureau Werk Nu meldt binnengekomen vacatures binnen 24 uur bij de klantmanagers Werk van de gemeente, bij de reïntegratiecoaches van het UWV, bij de drie CWI’s in de gemeente en bij de reïntegratiebedrijven van UWV en gemeente.

  • Deze organisaties melden binnen 3 werkdagen of zij kandidaten hebben die door het Matchbureau Werk Nu opgeroepen kunnen worden voor een matchingsgesprek. Deze aanmelding gebeurt, indien mogelijk, door het digitaal sturen van een recent CV van de kandidaten.

3. Communicatie

  • De gemeente en het CWI zorgen er voor, dat in hun interne communicatie de Social Return-doelstelling en werkwijze wordt gepresenteerd op een zodanige wijze, dat medewerkers op een positieve wijze geïnformeerd zijn over het initiatief, en dat zij weten op welke wijze zij uitvoering kunnen geven aan het realiseren van de doelstelling.

  • Het CWI wijst een medewerker aan die voor de drie CWI’s gezamenlijk als aanspreekpunt voor de gemeente fungeert voor de realisatie van Social Return in Utrecht. Daarnaast wijst het CWI voor ieder CWI een contactpersoon aan die zorgdraagt voor de selectie en verwijzing van kandidaten vanuit het betreffende CWI naar het Matchbureau Werk Nu van de gemeente.

  • Eenmaal per kwartaal vindt er overleg plaats tussen gemeente en CWI om de voortgang te bespreken. Dit gebeurt aan de hand van een door het Matchbureau Werk Nu gemaakte notitie, waarin een overzicht wordt gegeven van de realisaties ten opzichte van de taakstellingen, uitgesplitst naar de wijze waarop het Matchbureau Werk Nu in contact is gekomen met verwezen kandidaten en het resultaat van deze verwijzigen. In de notitie wordt melding gemaakt van eventuele knelpunten in de uitvoering en suggesties gedaan voor verbetering.

  • Bij dit kwartaalgesprek zullen in ieder geval de volgende personen aanwezig zijn: de projectleider Social Return van de gemeente en de contactpersoon voor het CWI Utrecht.

Ondertekening

Aldus ondertekend op dd-mm-jjjj te Utrecht

Namens de gemeente Utrecht Namens het CWI

Mevrouw L.A.M. Neeft, De heer R. Tiggelman,

Hoofd Sociale Zaken en Werkgelegenheid vestigingsmanager CWI Zuid

Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling

Bijlage 4 Voortgangsadministratie

Voortgangsadministratie op projectniveau

Voortgangsadministratie op projectniveau

naam project

uitvoerder

branche

Begrote 5%

Gereali- seerde 5%

aantal werklozen bij start

aantal werklozenpeildatum

aantal stages start

Aantal stages peildatum

Start datum

Oplever datum

Voortgangsadministratie op deelnemerniveau

naam

Sofi-nummer

project

functie

opleiding

contract/stage

start

Einde

Resultaat na afloop

Resultaat na 12 maand

Bijlage 5 Lijst met afkortingen

Anw Algemene Nabestaandenwet

CWI Centrum voor Werk en Inkomen

DSO Dienst Stadsontwikkeling

DMO Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling

DSW Dienst Stadswerken

EZ Economische Zaken

IBO Integrale Beleidsontwikkeling

MKB Midden en Klein Bedrijf

NUG Niet-Uitkeringsgerechtigde werkzoekenden (en Anw-gerechtigden)

NWW Niet-werkend-werkzoekend

OCW Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen

OGU Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Utrecht

SoZaWe Sociale Zaken en Werkgelegenheid

VSU Vacature Service Utrecht

UWV Uitvoeringsorganisatie Werknemers Verzekeringen

W-deel Werkdeel (financiering) uit de WWB

WW Werkloosheidswet

WWB Wet Werk en Bijstand