Regeling vervallen per 01-01-2024

Destructieverordening Boxmeer 1999

Geldend van 01-01-2000 t/m 31-12-2023

Intitulé

Destructieverordening Boxmeer 1999

Artikel 1

Deze verordening verstaat onder:a. wet: de Destructiewet;b. aangifteplichtige: degene die als houder of eigenaar van destructiemateriaal ingevolge de wet verplicht is aangifte te doen;c. destructiemateriaal: dode honden, dode katten en het krachtens artikel 2, tweede lid van de wet aangewezen dierlijk afval.

Artikel 2

Burgemeester en wethouders wijzen één of meer verzamelplaatsen aan, waar het destructiemateriaal in ontvangst wordt genomen.

Artikel 3

De aangifteplichtige is gehouden uiterlijk op de eerste werkdag, die volgt op de dag waarop het destructiemateriaal is ont¬staan, het materiaal te vervoeren naar de naastbijgelegen verzamelplaats en het daar aan te geven en af te staan.

Artikel 4

Tot het tijdstip van aangifte is de aangifteplichtige gehouden het destructiemateriaal zodanig te bewaren dat vermenging met ander materiaal wordt voorkomen.

Artikel 5

De artikelen 3 en 4 vinden geen toepassing voor zover artikel 30 van het Destructiebesluit van toepassing is.

Artikel 6

  • 1 Deze verordening kan worden aangehaald als "Destructieverordening Boxmeer 1999".

  • 2 Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2000; als dan vervallen de Destructieverordening gemeente Boxmeer, zoals vastgesteld op 18 mei 1995 en de Destructieverordening voor de gemeente Vierlingsbeek, zoals vastgesteld op 2 juni 1958.

Ondertekening

De Raad voornoemd,
De Loco-secretaris,             De Voorzitter,