Regeling vervallen per 05-09-2019

Wijziging leidraad invordering gemeentelijke belastingen 1e halfjaar 2013

Geldend van 18-04-2013 t/m 04-09-2019 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2013

Intitulé

Wijziging leidraad invordering gemeentelijke belastingen 1e halfjaar 2013

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Moerdijk

Gelezen het voorstel van de gemeenteambtenaar belast met de invordering van gemeentelijke belastingen van 21 maart 2013

Besluit vast te stellen de wijziging van de Leidraad invordering gemeentelijke belastingen, besluit van 2 april 2013, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 23 oktober 2012

De Leidraad invordering gemeentelijke belastingen wordt gewijzigd als volgt.

ARTIKEL I

A

In artikel 14.2.9, vierde alinea, vervalt in de tekst achter het eerste gedachtestreepje het woord ‘volledig’.

B

Artikel 22a en artikel 23 eerste volzin, vervalt.

C

Na artikel 25.2.7 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende als volgt.

Artikel 25.2.7A. Nadere voorwaarden bij herbeoordeling verleend uitstel

Als de ontvanger bij het verlenen van het uitstel geen nadere voorwaarden heeft gesteld, kan hij uiterlijk binnen vier maanden vanaf de datum dat het uitstel is verleend voor het ingediende bezwaarschrift schriftelijk aan de belastingschuldige nadere voorwaarden stellen. De ontvanger maakt alleen gebruik van deze mogelijkheid in situaties dat de looptijd voor het afdoen van het bezwaarschrift in relatie tot de hoogte van het bestreden bedrag van de aanslag daartoe aanleiding geeft. Indien de belastingschuldige tijdig voldoet aan deze voorwaarden, continueert de ontvanger het uitstel. De ontvanger trekt het uitstel in als de belastingschuldige niet aan deze voorwaarden voldoet.

D

Artikel 25.5.3, onderdeel b, vervalt.

E

Na artikel 25.6.2 worden vier nieuwe artikelen ingevoegd, luidende als volgt.

Artikel 25.6.2A. Bijzondere omstandigheden betalingsregeling ondernemers

In bijzondere omstandigheden kan de ontvanger desgevraagd uitstel voor een langere periode verlenen of zonder dat voor het volledige bedrag zekerheid is gesteld. Daartoe moet de ondernemer aan de hand van een door een derde deskundige opgestelde verklaring (zie artikel 25.6.2B) het voor de ontvanger aannemelijk maken dat:

  • a.

    het gaat om werkelijk bestaande betalingsproblemen;

  • b.

    die betalingsproblemen van tijdelijke aard zijn;

  • c.

    die betalingsproblemen vóór een bepaald tijdstip zullen worden opgelost; en

  • d.

    dat er sprake is van een levensvatbare onderneming.

De ontvanger kan bij het verlenen van dit uitstel nadere voorwaarden stellen. Om bij onvoorziene tegenslagen de mogelijke verliezen voor de gemeente te beperken, wordt zoveel als mogelijk is door de ontvanger zekerheid verlangd. De zekerheid kan ook omvatten een beslag.

Artikel 25.6.2B. Verklaring derde deskundige

De verklaring van de derde deskundige bevat een beoordeling van de aard van de betalingsproblemen, gaat in op de aannemelijkheid van de bedrijfseconomische gezondheid van de onderneming, de haalbaarheid van het in de toekomst inlopen van de betalingsachterstand en geeft blijk van de waarneming van de aan dat oordeel ten grondslag liggende feiten en omstandigheden door de deskundige.

Aan de derde deskundige worden geen formele eisen gesteld. Het kan bijvoorbeeld gaan om een externe consultant, een externe financier, een brancheorganisatie of de (huis)accountant. De ontvanger kan aan de verklaring van de derde deskundige ook eisen stellen.

Artikel 25.6.2C. Geen uitstel voor ondernemers in verband met betalingsproblemen als al kort uitstel is verleend

De ontvanger verleent in ieder geval geen uitstel van betaling als voor de belastingschuld waarvoor uitstel is gevraagd al uitstel op grond van artikel 25.6.2D is verleend, ongeacht of dit uitstel nog loopt of reeds is beëindigd.

Artikel 25.6.2D. Kort uitstel van betaling voor ondernemers

Ondernemers kunnen zonder nader onderzoek op schriftelijk of telefonisch verzoek kort uitstel van betaling krijgen. Dit uitstel bedraagt maximaal vier maanden na de laatste vervaldag van de (oudste) aanslag.

De voorwaarden die aan de ontvanger stelt aan dit uitstel zijn:

  • a.

    De totale openstaande schuld van de belastingschuldige bedraagt minder dan € 20.000. Hierbij wordt geen rekening gehouden met belastingschuld waarvoor uitstel van betaling in verband met een ingediend bezwaar- of beroepschrift is verleend.

  • b.

    Er staan ten name van de belastingschuldige geen belastingaanslagen open waarvoor dwangbevelen zijn betekend.

  • c.

    Er staat geen vergrijpboete open.

  • d.

    Aan de belastingschuldige is niet voor dezelfde belastingaanslag of voor andere aanslagen uitstel van betaling in verband met betalingsproblemen of uitstel in verband met een te verwachten uit te betalen bedrag verleend.

  • e.

    N.V.T.

  • f.

    Er is geen sprake van een aangifteverzuim.

F

De artikelen 26.2.9 en 26.2.18 vervallen.

G

In artikel 26.2.12, zesde volzin wordt “€ 57” vervangen door € 58. Voorts wordt in de zevende volzin, “€ 50” vervangen door: € 51 en wordt “€ 85,92” vervangen door: € 88,75.

H

In artikel 26.2.19, eerste en enige volzin, wordt ‘€ 49’ vervangen door: € 35. Voorts wordt ‘€ 93’ vervangen door: € 75.

I

De artikelen 28.4, 28.5, en 28.7 vervallen.

J

Na artikel 28.8, wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende als volgt.

Artikel 28a en artikel 28b

Er zijn in deze leidraad op artikel 28a en artikel 28b van de wet geen beleidsregels gemaakt.

K

Na artikel 33.6 wordt een nieuw artikel toegevoegd, luidende als volgt.

Artikel 33.7. Disculpatie bestuurders, leiders en vaste vertegenwoordigers

Bestuurders van lichamen zonder rechtspersoonlijkheid of van een rechtspersoonlijkheid bezittend lichaam dat niet volledig rechtsbevoegd is alsmede leiders van een vaste inrichting van een niet in Nederland gevestigd lichaam dan wel de in Nederland wonende of gevestigde vaste vertegenwoordiger van dat lichaam, zijn niet aansprakelijk voor zover zij bewijzen dat de niet-betaling niet aan hen is te wijten.

Niet-verwijtbaarheid wordt naar redelijkheid en billijkheid beoordeeld, waarbij veel afhankelijk is van de feitelijke omstandigheden. Zo kan van niet-verwijtbaarheid sprake zijn als een ondernemer, hoewel hij de nodige voorzieningen heeft getroffen om eventuele tegenslagen in zijn bedrijf het hoofd te bieden, toch wordt geconfronteerd met niet te voorziene calamiteiten. Daaronder is begrepen een sterk verslechterde economische situatie van zodanige omvang dat hij ondanks zijn voorzorgen niet meer in staat is zijn betalingsverplichtingen na te komen.

Ook kan plotseling betalingsonmacht ontstaan door een bijzondere gebeurtenis, bijvoorbeeld een niet voorzienbare, omvangrijke miscalculatie of door het faillissement van een belangrijke debiteur. Bij dit laatste geldt echter dat een ondernemer die zijn bedrijf uitoefent op een te zwakke financiële basis zich niet gemakkelijk op niet-verwijtbaarheid zal kunnen beroepen.

L

Na artikel 58.2 wordt een nieuw artikel toegevoegd, luidende als volgt.

Artikel 58.3. Invorderingsonderzoek tijdens faillissement

Deze bepaling is niet van toepassing voor de gemeente.

M

In artikel 73.2.2 wordt het opschrift wordt vervangen door: De WSNP is beëindigd met een schone lei.

N

Na artikel 73.2.2 worden twee nieuwe artikelen ingevoegd, luidende als volgt.

Artikel 73.2.3. De WSNP is beëindigd zonder schone lei of de schone lei is ingetrokken

De WSNP kan ook eindigen zonder schone lei (artikel 358, tweede lid, Fw) en de reeds verstrekte schone lei kan worden ingetrokken (artikel 358a, eerste lid, Fw). In die situaties kan de ontvanger de invordering hervatten.

Artikel 73.2.4. De WSNP is tussentijds beëindigd

Als een schuldsaneringsregeling tussentijds wordt beëindigd in de zin van artikel 350, vijfde lid, Fw, blijft omzetting in faillissement achterwege als er geen baten beschikbaar zijn. In die situatie geldt het invorderingsbeleid voor natuurlijke personen bij opheffing van een faillissement wegens gebrek aan baten (artikel 73.4.14).

ARTIKEL II

A

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2013.

B

Dit besluit kan worden aangehaald als ‘Wijziging leidraad invordering gemeentelijke belastingen 1e halfjaar 2013.’

Gemeente Moerdijk, 2 april 2013,

Het college van burgemeester en wethouders,

de secretaris, de burgemeester,

Drs. A.E.B. Kandel J.P.M. Klijs

TOELICHTING

De wijzigingen in artikel I, onderdelen A en B betreffen tekstuele verduidelijkingen.

Met ingang van 1 januari 2013 (Belastingplan 2012) is een nieuwe renteregeling ingevoerd. De hoogte van de rente is de wettelijke rente voor niet-handelstransacties (3% sinds 1 januari 2013). Hierdoor hoeft het rentepercentage niet meer ieder kwartaal aangepast te worden In artikel I, onderdelen I en J zijn de wijzigingen als gevolg van deze nieuwe regeling opgenomen.

Het beleid inzake uitstel van betaling naar aanleiding van een bezwaarschrift tegen een belastingaanslag is aangevuld met een regeling waardoor eenmaal verleend uitstel binnen vier maanden kan worden (her)beoordeeld op het punt van de te stellen zekerheid (Artikel I, onderdeel C).

In onderdeel E is het nieuwe uitstelbeleid voor ondernemers opgenomen. In de rijksleidraad is in artikel 25.6.2D, onderdeel a de voorwaarde opgenomen dat de totale openstaande schuld van de belastingschuldige minder bedraagt dan € 20.000. In de gemeentelijke leidraad is ervoor gekozen dit bedrag optioneel te maken. De gemeente kan dit bedrag dus aanpassen. Onderdeel b stelt de voorwaarde dat er ten name van de belastingschuldige geen belastingaanslagen open staan waarvoor dwangbevelen zijn betekend. In de gemeentelijke leidraad is de fase van het invorderingsproces optioneel gemaakt. U kunt hier dus ook kiezen voor een andere invorderingsfase. Onderdeel e van artikel 25.6.2D is niet van toepassing voor de gemeente.

De Wet werk en inkomen kunstenaars is na de overgangsperiode per 1 juli 2012 vervallen. Het beleid t.a.v. wikkers kan hierdoor vervallen (artikel I, onderdeel F). De bedragen voor de berekening van het inkomen van een student zijn per 1 januari 2013 gewijzigd (artikel I, onderdeel G). Ook de normpremies voor ziektekosten zijn per 1 januari gewijzigd (artikel I, onderdeel H).

In artikel I, onderdeel K, wordt de disculpatie voor bestuurders, leiders en vaste vertegenwoordigers geregeld.

In artikel I, onderdeel L, wordt ingegaan op de status van het invorderingsonderzoek van de ontvanger tijdens faillissement. Gelet op de informatie die bij de ontvanger van het Rijk bekend is ligt het voor de hand dat dit onderdeel op de Rijksontvanger betrekking heeft. Voor gemeenten is dit derhalve een loze bepaling.

Artikel I, onderdelen M en N, geven aan wat de ontvanger doet na beëindiging van de WSNP zonder schone lei, door intrekking of wanneer de WSNP tussentijds is beëindigd.