Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR310862
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR310862/1
Regeling vervallen per 01-01-2017
Verordening op de heffing en de in vordering van forensenbelasting
Geldend van 01-01-2014 t/m 31-12-2016
Intitulé
Verordening op de heffing en de in vordering van forensenbelastingArtikel 1 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder woning: een gemeubileerde woning als bedoeld in artikel 223 van de Gemeentewet.
Artikel 2 Belastbaar feit en belastingplicht
-
1. Onder naam 'forensenbelasting' wordt een directe belasting geheven van de natuurlijke personen, die, zonder in de gemeente hoofdverblijf te hebben, er op meer dan 90 dagen van het belastingjaar voor zich of hun gezin een gemeubileerde woning beschikbaar houden.
-
2. Of iemand in de gemeente hoofdverblijf heeft, wordt naar de omstandigheden beoordeeld.
Artikel 3 Vrijstellingen
-
1. Niet belastingplichtig is degene die ter tijdelijke waarneming van een openbare betrekking of ter bijwoning van de vergaderingen van een vertegenwoordigend openbaar lichaam, waarvan hij het lidmaatschap bekleedt, dan wel ingevolge last of bevel van de overheid, buiten de gemeente van zijn hoofdverblijf vertoeft.
-
2. De belasting wordt in het belastingjaar éénmaal van dezelfde woning geheven. De belasting wordt geheven van degene, die in het kalenderjaar als eerste overeenkomstig deze verordening als belastingplichtige kan worden aangemerkt.
Artikel 4 Maatstaf van heffing en belastingtarief
De belasting wordt geheven naar de heffingsmaatstaven en tarieven, opgenomen in Hoofdstuk 7
van de bij deze verordening behorende en nader vastgestelde “Tarieventabel gemeentelijke
belastingen en heffingen”, zoals die geldt voor het betreffende belastingjaar.
Artikel 5 Belastingjaar
Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
Artikel 6 Wijze van heffing
De belasting wordt door middel van een aanslag geheven.
Artikel 7 Termijnen van betaling
-
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald uiterlijk drie maanden na de dagtekening van het aanslagbiljet.
-
2. In afwijking van het eerste lid geldt, ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan minder is dan € 2.500,--, en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in tien gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
Artikel 8 Nadere regels
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de forensenbelasting.
Artikel 9 Inwerkingtreding en citeertitel
-
1. De 'Verordening forensenbelasting 2013’ van 20 december 2012 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
-
2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.
-
3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2014.
-
4. Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Verordening forensenbelasting’.
Ondertekening
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl