Vestigingsbeleid detailhandel Noordenweg - beleidsregels

Geldend van 18-04-2001 t/m heden

Intitulé

Vestigingsbeleid detailhandel Noordenweg - beleidsregels

Artikel 0 Dit artikel moet nog worden gesplitst

april 2001

Toelichting

De gemeente Ridderkerk heeft beleidsregels opgesteld met betrekking tot de vestiging van detailhandelbedrijven aan de Noordenweg. De beleidsregels hebben betrekking op de wijze waarop gebruik wordt gemaakt van de bevoegdheid tot het verlenen van vrijstelling van het bestemmingsplan. Ze zijn bedoeld om bij herhaling op verschillende gevallen toegepast te worden.

Beleidsregels zijn echter niet zo hard als wettelijke voorschriften. Een bestuursorgaan heeft de mogelijkheid en de plicht om in bijzondere gevallen van de door hem zelf opgestelde beleidsregels af te wijken

Uitgangspunt is dat detailhandelbedrijven die zich op grond van deze beleidsregels mogen vestigen aan de aan de Noordenweg, geen (oneerlijke) concurrentie ten opzichte van de in het centrum gevestigde winkels mogen opleveren. Het moet gaan om detailhandelbedrijven die kunnen worden beschouwd als een aanvulling op de reeds aanwezige centrumvoorzieningen.

Tezamen met de beleidsregels is een zone vastgesteld waarop de beleidsregels met betrekking tot het vestigingsbeleid detailhandel, van toepassing zijn. Deze zone is vastgelegd op de bij het stuk behorende kaart.

Beleidsregels

  • I.

    In de zone Noordenweg (zoals op de bij deze beleidsregels behorende kaart is aangegeven) wordt door middel van vrijstelling van het bestemmingsplan medewerking verleend aan de vestiging van detailhandelbedrijven en sportscholen mits deze voldoen aan de onder II genoemde omschrijvingen;

  • II.

    Voor de onder I genoemde vrijstelling komen de volgende bedrijven in aanmerking:

  • a)

    detailhandelbedrijven die vanwege de verwevenheid tussen (ambachtelijke) fabricage c.q. productie en verkoop van artikelen meer op een bedrijventerrein thuishoren dan in het centrumgebied (zoals bijvoorbeeld schildersbedrijf Hartman, Pinchetti kastenwanden zonweringbedrijf);

  • b)

    detailhandelbedrijven die vanwege het volumineuze karakter van de te verkopen producten redelijkerwijs niet in een winkelcentrum kunnen worden geplaatst;

  • c)

    bedrijven die vanwege het specifieke karakter van de te verkopen producten en/ of de grootschaligheid van de vestiging logischerwijs niet plaatsbaar zijn in een winkelcentrum.

  • III.

    Vrijstelling van het bestemmingsplan wordt verleend op grond van de in de bestemmingsplanbepalingen van de bestemmingsplannen “Noordenweg-Westmolendijk” en “de Gieterij” genoemde binnenplanse vrijstellingsmogelijkheid voor detailhandel in volumineuze goederen, bouwmarkten of meubelen dan wel op grond van artikel 19, lid 3 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening.

  • IV.

    Aan de vrijstelling kunnen voorwaarden worden verbonden in verband met de aard van het bedrijf, waaronder het aantal parkeerplaatsen dat bij het pand, op eigen terrein moet worden gerealiseerd teneinde in de eigen parkeerbehoefte te voorzien.