Verordening op de vertrouwenscommissie

Geldend van 28-05-2011 t/m heden

Intitulé

Verordening op de vertrouwenscommissie

De raad van de gemeente Tiel,

overwegende dat de procedure inzake de benoeming van een nieuwe burgemeester in Tiel in gang is gezet;

gelezen de circulaire van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties d.d. 4 november 2005, kenmerk: 2005-0000254553, inzake procedureregels benoeming burgemeester, in het bijzonder hoofdstuk VI;

gelet op de artikelen 61, lid 3 en 149 van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de navolgende verordening op de vertrouwenscommissie;

VERORDENING OP DE VERTROUWENSCOMMISSIE

Begripsomschrijvingen

Artikel 1

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de commissie: de vertrouwenscommissie;

  • b.

    de Commissaris: de Commissaris van de Koningin in de provincie Gelderland;

  • c.

    de secretaris: de secretaris van de commissie.

Instelling en taak

Artikel 2

  • 1. De raad stelt uit zijn midden een commissie samen die belast is met de beoordelingvan kandidaten voor het ambt van burgemeester van de gemeente Tiel.

  • 2. De commissie verschaft zich door tussenkomst van de Commissaris de door haar nodig geachte informatie over kandidaten.

  • 3. De commissie voert gesprekken met de door de Commissaris geselecteerde kandidaten en eventueel andere op de lijst van sollicitanten voorkomende kandidaten, die hetzij zich uit eigener beweging tot commissie hebben gewend, hetzij door de commissie worden uitgenodigd. De commissie kan gebruik maken van externe deskundige ondersteuning in de voorbereiding op de sollicitatieprocedure.

  • 4. Over de kandidaten worden geen inlichtingen - schriftelijk of mondeling - ingewonnen dan door tussenkomst van de Commissaris. Overleg met derden - met uitzondering van de Commissaris - is uitgesloten.

  • 5. De commissie kan ook een niet-geselecteerde kandidaat, die zich rechtstreeks tot de commissie wendt, ontvangen overeenkomstig bepaling VIII, 5 van de Procedureregels bij burgemeestersbenoemingen (circulaire Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties d.d. 4 november 2005.

  • 6. Indien de commissie besluit een door de Commissaris geselecteerde kandidaat niet te ontvangen, worden de commissaris en de kandidaat door haar schriftelijk, met vermelding van de redenen, van de beslissing op de hoogte gesteld.

  • 7. Bij de beoordeling van de kandidaten laten de leden van de commissie zich slechts leiden door de profielschets, zoals deze is vastgesteld door de gemeenteraad.

  • 8. De commissie bepaalt haar standpunt over de geschiktheid van de door haar ontvangen kandidaten. Zij brengt schriftelijk verslag uit aan de raad en aan de Commissaris. Zij doet het verslag aan de raad vergezeld gaan van een concept-aanbeveling van tenminste twee kandidaten die naar haar oordeel voor de benoeming in aanmerking komen. De commissie vermeldt daarbij ten aanzien van iedere kandidaat de motieven die tot haar oordeel hebben geleid.

Samenstelling

Artikel 3

  • 1. De commissie bestaat uit acht leden, door de raad te benoemen, afkomstig uit alle in de raad vertegenwoordigde fracties, waarbij geldt per fractie één lid.

  • 2. Het lid van de grootste fractie in de raad fungeert als voorzitter.

  • 3. Als plaatsvervangend voorzitter fungeert het lid van de op één na grootste fractie in de raad.

  • 4. Plaatsvervangende leden worden niet aangewezen. Het lidmaatschap is persoonlijk en eindigt als het desbetreffende lid ophoudt lid van de gemeenteraad te zijn.

  • 5. De griffier is secretaris van de commissie en verleent, waar nodig, ambtelijke bijstand. Hij neemt als adviseur deel aan de beraadslagingen, doch is geen lid en heeft geen stemrecht. Bij ontstentenis wordt hij vervangen door de loco – griffier.

  • 6. Vanuit het college wordt de loco – burgemeester in de gelegenheid gesteld aan de beraadslagingen van de commissie deel te nemen als adviseur. Hij is geen lid van de commissie en heeft geen stemrecht.

  • 7. De waarnemend gemeentesecretaris wordt in de gelegenheid gesteld aan de beraadslagingen van de commissie deel te nemen als adviseur. Hij is geen lid van de commissie en heeft geen stemrecht.

  • 8. De commissie kan besluiten te vergaderen zonder de in lid 5 tot en met 7 genoemde adviseurs.

Werkwijze

Artikel 4

  • 1. De commissie vergadert zo dikwijls als de voorzitter of tenminste drie leden dit noodzakelijk achten.

  • 2. De vergaderingen van de commissie zijn besloten.

  • 3. Van het behandelde ter vergadering wordt door de secretaris een beknopt verslag gemaakt. Dit verslag wordt door de commissie vastgesteld.

  • 4. De commissie legt in elke vergadering geheimhouding op omtrent de inhoud van de stukken die aan de commissie worden voorgelegd, alsmede ten aanzien van het behandelde tijdens de vergadering. Deze volstrekte geheimhouding geldt eveneens voor de adviseurs en de ambtelijke ondersteuning.

  • 5. De voorzitter ziet toe er op toe dat aan het bepaalde in lid 4 wordt voldaan.

  • 6. Noch aan de raadsleden, die geen zitting hebben in de commissie, noch aan anderen wordt inzage of informatie verstrekt omtrent de inhoud van aan de commissie overgelegde stukken of het behandelde ter vergadering.

  • 7. Noch de commissie, noch de raad zal de geheimhouding, als waarvan sprake is in lid 4, opheffen.

  • 8. De geheimhouding blijft na ontbinding van de commissie van kracht.

Artikel 5

  • 1. De commissie vergadert niet, indien niet tenminste een meerderheid van de leden aanwezig is.

  • 2. De opvattingen als bedoeld in artikel 2, lid 8 worden bij meerderheid van stemmen vastgesteld, waarbij elk lid evenveel stemmen uitbrengt als de door dit lid vertegenwoordigde fractie zetels inneemt in de raad.

  • 3. Het gevoelen van de minderheid wordt desgewenst in de schriftelijke rapportage als bedoeld in artikel 2, lid 8 aan de raad en de Commissaris opgenomen.

Voorzitter en secretaris

Artikel 6

  • 1. De voorzitter van de commissie treedt op als contactpersoon naar buiten.

  • 2. Alle stukken, bestemd voor de commissie, worden aan het privé-adres van de secretaris gericht en aldaar bewaard.

  • 3. Alle stukken, die van de commissie uitgaan, worden door de voorzitter en de secretaris ondertekend en vanaf het privé-adres van de secretaris verzonden of door hem persoonlijk overhandigd.

Artikel 7

  • 1. De voorzitter en de secretaris nodigen in overleg met de commissie degenen uit die kandidaat zijn voor het ambt van burgemeester van Tiel.

  • 2. Plaats, datum en tijdstip van dit gesprek worden zodanig gekozen dat de namen van de kandidaten niet bekend worden bij de kandidaten onderling of bij derden.

Ontbinding en afronding werkzaamheden

Artikel 8

  • 1. De commissie wordt geacht ontbonden te zijn met ingang van de dag volgend op die, waarop aan het gemeentebestuur bekend is gemaakt wie als burgemeester van Tiel is benoemd.

  • 2. De voorzitter en de secretaris van de commissie dragen er zorg voor dat op het in het eerste lid bedoelde tijdstip alle archiefbescheiden, die de commissie zelf heeft opgemaakt, op last van burgemeester en wethouders, onverwijld in verzegelde enveloppen en gerubriceerd als ‘geheim’ worden overgebracht naar de krachtens de Archiefwet door de gemeenteraad aangewezen archiefbewaarplaats. De voorzitter en de secretaris dragen er eveneens zorg voor dat uitvoering wordt gegeven aan het bepaalde in de volgende leden van dit artikel.

  • 3. Van de in het tweede lid bedoelde overbrenging wordt een verklaring van overbrenging volgens artikel 9 van het Archiefbesluit 1995 opgemaakt. In deze verklaring wordt melding gemaakt van de met toepassing van artikel 15, eerste lid , onder a en c van de Archiefwet 1995 gestelde beperkingen aan de openbaarheid, geldende voor een periode van 75 jaar.

  • 4. De originele bescheiden die de commissie heeft ontvangen van de Commissaris of van kandidaten worden onmiddellijk na het in het eerste lid bedoelde tijdstip aan betrokkenen teruggezonden.

  • 5. Alle aan de commissie verstrekte bescheiden worden onmiddellijk na het in het eerste lid bedoelde tijdstip door de leden bij de secretaris van de commissie ter vernietiging ingeleverd.

  • 6. De in het vijfde lid bedoelde bescheiden worden door de secretaris van de commissie terstond vernietigd.

Onvoorziene situaties

Artikel 9

In alle situaties waarin deze verordening niet voorziet, beslist de commissie, met inachtneming van het ter zake bij of krachtens wettelijk voorschrift bepaalde.

Citeertitel en inwerkingtreding

Artikel 10

  • 1. Deze verordening kan worden aangehaald als: Verordening op de vertrouwenscommissie.

  • 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag volgende op die van haar bekendmaking.

  • 3. Deze verordening vervalt - met uitzondering van het bepaalde in artikel 4, lid 8 - op de dag volgend op die waarop aan het gemeentebestuur bekend is gemaakt wie als burgemeester van Tiel is benoemd.

  • 4. Deze verordening zal aan de Commissaris ter kennis worden gebracht.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering
van 18 mei 2011,
de griffier,
de voorzitter,