Beleidsregel psychosociale pedagogische interventie in het voortgezet onderwijs 2019 gemeente Utrecht

Artikel 1 Beleidsregel

Dit is een beleidsregel als bedoeld in artikel 3, tweede lid, van de Algemene subsidieverordening (ASV); de bepalingen van de ASV zijn dan ook van toepassing.

Artikel 2 Begripsbepalingen

• Jongeren in het voortgezet onderwijs: jongeren die onderwijs volgen aan één van de scholen voor voortgezet onderwijs in Utrecht.

• School: De school of onderwijsinstelling zoals bepaald volgens de Wet op het Voortgezet Onderwijs (WVO)

• Psychosociale pedagogische interventie: hulp aan en ondersteuning van jongeren in het voortgezet onderwijs die een aanzienlijk risico lopen om voortijdig school te verlaten.

Artikel 3 Doelstelling

De psychosociale pedagogische interventie richt zich op het voorkomen van voortijdig schoolverlaten door, in groepsverband en waar nodig ook met individuele aandacht, passende hulp en ondersteuning te bieden aan jongeren met uiteenlopende (relatief lichte) psychosociale problemen, zoals gebrek aan motivatie, weinig zelfvertrouwen, geen vriend(inn)en, moeilijkheden thuis.

Doel van de hulp en ondersteuning in 2019 is het duurzaam versterken en verbeteren van het functioneren van de jongere (en zijn omgeving) zodat de schoolloopbaan kan worden voortgezet. Dit geschiedt op instigatie van school en in nauwe samenwerking en afstemming met ouders/verzorgers, school en de kernpartners passend onderwijs (leerplicht, buurtteam Voortgezet Onderwijs, jeugdgezondheidszorg, Samenwerkingsverband Sterk VO), in kleine groepen (8 tot 10) jongeren per groep) en direct na schooltijd.

De hulp en ondersteuning:

• bevordert het welbevinden van de jongeren door de zelfredzaamheid en de competenties van jongeren (en eventueel van ouders / verzorgers) te vergroten en te versterken;

• ondersteunt en versterkt de mogelijkheden en handelingsvaardigheden van mentor/zorgcoördinator op school in de omgang met de jongere;

• versterkt het sociaal netwerk;

• sluit aan bij de vraag van de jongere, ouders en school.

Artikel 4 Definitie aanvrager subsidie

De subsidie kan uitsluitend worden aangevraagd door rechtspersonen met volledige rechtsbevoegdheid

Artikel 5 Vaststelling subsidieplafond

Het college stelt jaarlijks het subsidieplafond middels de subsidiestaat vast.

Artikel 6 Subsidiabele activiteiten

Voor de volgende activiteiten voor hulp en ondersteuning aan jongeren kan subsidie worden aangevraagd:

• Overleg met jongere, ouders, school en kernpartners (vooraf, tijdens en na het traject van hulpverlening).

• Opstellen van een ondersteuningsplan (onderdeel van het onderwijsondersteuningsplan en een eventueel gezinsplan).

• Hulp en ondersteuning aan jongeren met psychosociale problemen in kleine groepen (8-10 jongeren).

• Professionaliseren medewerkers school ten behoeve van de omgang met de jongere(n).

• Monitoren van en rapporteren over de geboden hulp en bereikte resultaten.

Artikel 7 Subsidiabele kosten

Uitsluitend de strikt noodzakelijke kosten voor uitvoering van de activiteiten zijn subsidiabel conform de ASV. Er is geen kostensoort uitgesloten.

Artikel 8 Eisen aan de subsidieaanvraag

De aanvraag dient voor de periode van een jaar te worden ingediend.

Bij de subsidieaanvraag levert u het volgende aan:

1. Een voorstel waarin u uw zienswijze verwoordt en uw activiteitenplan concretiseert. U gaat tenminste in op de in artikel 6 benoemde activiteiten . Dit voorstel dient duidelijk en beknopt te zijn.

2. Een sluitende begroting aansluitend bij de subsidiabele activiteiten in artikel 6. In uw begroting maakt u inzichtelijk hoe elk van de activiteiten / onderdelen financieel is opgebouwd. U geeft inzicht in de totale kostprijs en de verhouding overhead en uitvoering

3. U kunt continuïteit bieden voor een jaar voor de hulp en ondersteuning aan jongeren in het Voortgezet Onderwijs met psychosociale problemen.

4. De subsidie is enkel in zijn geheel aan te vragen.

Artikel 9 Indiening aanvraag subsidie

Het indienen van subsidieaanvragen vindt plaats uiterlijk 15 november 2018. Dit gebeurt uitsluitend digitaal: middels een aanvraagformulier op www.utrecht.nl/subsidie of per email (subsidie@utrecht.nl). Alleen volledige aanvragen worden in behandeling genomen. U kunt na afloop van de indieningsdatum geen aanvullende informatie meer aanleveren.

Artikel 10 Beoordelingscriteria en besluitvorming

Subsidieaanvragers moeten voldoen aan financiële economische en juridische eisen, zoals beschreven in de Algemene Subsidie Verordening en deze uitvraag. Deze eisen gelden als uitsluitingscriteria in het geval de subsidieaanvrager er niet aan voldoet. De gemeente Utrecht behoudt zich het recht voor om in een later stadium onderliggende bewijsstukken bij de subsidieaanvrager op te vragen.

De aanvragen worden gewaardeerd aan de hand van de volgende criteria.

 Criterium 1: de kwaliteit van uw visie aansluitend op de doelstellingen en uitgangspunten van de gemeente Utrecht

U geeft een beschrijving van uw uitgewerkte visie op de hulp en ondersteuning aan jongeren met psychosociale problemen in het voortgezet onderwijs.

 Criterium 2: uw kennis van het Utrechtse zorglandschap en specifiek de lokale partijen rondom de jongeren in het voortgezet onderwijs

U geeft aan welke rol u voor u zelf ziet in het Utrechts zorglandschap en hoe u samenwerkt met andere Utrechtse partijen rondom de jongeren in het voortgezet onderwijs. Hieruit dient te blijken, dat u voldoende kennis heeft van het Utrechtse zorglandschap.

 Criterium 3: de mate waarin uw activiteiten bijdragen aan de beoogde doelstelling in artikel 3

In uw aanvraag geeft u aan hoe uw activiteiten en professionele inzet bijdragen aan de beoogde doelstelling in artikel 3. en welke resultaten u verwacht te bereiken.

 Criterium 4: de wijze waarop deze interventie na 2019 dichtbij het Utrechtse onderwijs geborgd kan worden

In uw aanvraag geeft u aan hoe u, samen met het onderwijs en de kernpartners, zorgt voor een goede, passende positionering van het aanbod vanaf 2020. Daarbij gaat u uit van een vorm van hulp en ondersteuning die snel en dichtbij geboden kan worden en optimaal aansluit bij het onderwijs en de samenwerkende kernpartners.

De gemeente Utrecht geeft voorrang aan aanvragers, die aantoonbaar ervaring hebben met het bieden van (groeps)hulp en ondersteuning aan jongeren in het Utrechtse voortgezet onderwijs in nauwe samenspraak met ouders/jongeren, school en kernpartners van de school.

Artikel 11 Looptijd

De tijdelijke beleidsregel ‘psychosociale pedagogische interventie 2019’ heeft een looptijd van één jaar en eindigt op 31 december 2019.

Artikel 12 Monitoring en evaluatie

De gemeente wil met de tijdelijke beleidsregel ‘psychosociale pedagogische interventie 2019’ borgen dat vanaf 1 januari 2019 de hulp en ondersteuning voor de jongeren in deze vorm beschikbaar is. Gedurende de looptijd van deze beleidsregel beraadt het college zich over de vraag hoe deze interventie verder vorm krijgt.

Artikel 13 Inwerkingtreding en citeertitel

Deze beleidsregel treedt met ingang van datum bekendmaking in werking en wordt aangehaald als ‘Beleidsregel psychosociale pedagogische interventie Utrecht 2019’.

Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht op 16 oktober 2018.

De secretaris, De burgemeester,

G.G.H.M. Haanen Mr. J.H.C. van Zanen